De laad- en tuinbouwbelangen Vochtig strooisel in kippenhokken» Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt bij onteigeningen van openbaar nut AALST 3 MAART 1962 Verschijnt iedere zaterdag 41ste JAARGANG Nr 2015 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Nr 1-4.25.93. O. CAUDRON. Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. (053) 242.67 Telken jare vermindert de opper vlakte van de landbouwgrond met duizende hectaren tengevolge van de onteigeningen voor de uitvoe ring van allerlei werken van open baar nut. Voor een land als België, waar de landbouwgronden eerder schaars zijn, is dit voor de boeren bevolking reeds een nadeel dat nochtans in het belang van de vooruitgang en de algemene wel vaart wordt aanvaard, in zoverre deze onteigeningen noodzakelijk zijn voor een rationele uitvoering der openbare werken. Wanneer dit niet het geval is, dan betekenen deze onteigeningen niet minder dan een aanslag op het bestaanslnkomen van onze land bouwbevolking. Dit was in het ver leden al te zeer het geval voor het aanleggen van oefenpleinen voor het leger, vliegpleinen die na korte tijd buiten gebruik werden gesteld, sportpleinen, die even goed op onvruchtbare gronden hadden kunnen aangelegd worden. Onze zienswijze wordt gestaafd door een gewezen minister van openbare werken in de memorie van toelichting van het wetsont werp tot organisatie van de stede- bouw en van de ruimtelijke orde ning, waar hij letterlijk verklaarde; Er zijn heel wat voorbeelden te noemenwaarbij landbouwgron den onbezonnen aan hun natuur lijke bestemming werden onttrok ken en door de gril van een per soon aangewend werden voor za ken waarvoor zij niet geschikt wa ren (een wilde verkaveling in een landelijk gebied, uitstekende land bouwgronden waarop een vlieg veld werd aangelegd alhoewel on vruchtbare gronden voorbehouden waren, enz.). Deze verklaring is een ware aanklacht tegen de verant woordelijke diensten en bewinds lieden. Door de heer Leo Lindemans, die voor de landbouw meerdere inte ressante wetsvoorstellen bij de Ka mer indiende tijdens de vorige le gislatuur doch spijtig genoeg niet herkozen werd bij de jongste ver kiezingen, werd reeds een wets voorstel neergelegd met het doel de belangen van de land- en tuin bouw te vrijwaren bij onteigenin gen tot algemeen nut. De Commissie van Landbouw van de Kamer van Volksvertegen woordigers besprak dit voorstel op meerdere vergaderingen, doch was van oorüeel dat het zeer inge wikkeld was en de onteigenings procedure bemoeilijkte. Wij hebben destijds in ons blad dit voorstel van de heer Lindemans in ons blad toegelicht. De Heer volksvertegenwoordi ger Jan Van den Eynde die als ver slaggever van de landbouwcom- missie werd aangesteld werd door deze laatste opdracht gegeven een nieuwe tekst van wetsvoorstel uit te werken en daarbij rekening te hou den met de uitgebrachte wensen en kritieken door de Commissie. Door de ontbinding van het parle ment voor de verkiezingen kwam de verslaggever niet tijdig klaar met dit werk. De Heer Van den Eynde heeft dan ook thans een wetsvoorstel in gediend dat aansluit bij het voor stel Lindemans doch vrij grondig afwijkt van dit laatste op grond der wijzigingen voorgesteld door de commissie. In de toelichting van zijn voor stel verklaart de heer Van den Eynde dat het verantwoord is door een dubbele bezorgdheid 1)de land- en tuinbouwgronden alsook de bedrijven te beveiligen tegen onbezonnen onteigeningen 2) de land en tuinbouwers, de veehouders te helpen bij de ver dediging van hun belangen in de verschillende fazen van de rechts pleging en voornamelijk bij het be palen van de schadevergoeding. De voorsteller betoogt dat de ei genaar bij machte is zijn belangen behoorlijk te verdedigen. Dit blijkt in de huidige wetgeving niet het geval voor de pachter die ingevol ge de onteigening zijn broodwin ning verliest en meestal onvoldoen de schadeloos wordt gesteld omdat hij terugschrikt voor de proceduur- kosten. Welke ook de modaliteit weze der onteigening, moet de bezorgd heid van de wetgever meer dan in het verleden gaan naar de pach ter voor hem is de onteigening dikwijls een ramp omdat hij zijn broodwinning verliest ofwel omdat zijn bedrijf zodanig wordt verminkt en ingekrompen dat de uitbating voortaan in ongunstige voorwaar den geschiedt. De pachter mag niet dan zijn lot worden overgelaten, want hij heeft in vele gevallen bijgedragen tot de verhoging van de grond waarde. (Zie vervolg 2' bladzijde 4' kolom). Wij kunnen ons best voorstellen dat de hennenhouders voor het ogenblik niet te spreken zijn over maatregelen, die moeten dienen om de productie op peil te hou den of te verhogen, nu de prijzen van de eieren zo laag zijn. Maar in de grond zullen ze ook wel weten dat de zorgen voor onze dieren des te groter moeten zijn naarmate de tijden moeilijker worden. Lage of hoge prijzen een vermindering van opbrengst is altijd in het na deel van de hennenhouder. Deze winter hebben bijna alle kwekers last gehad (en hebben dat trouwens nog) met vochtig strooisel. En zij die er in gelukt zijn de zaak droog te houden weten best welke inspanningen hen dat gekost heeft. Wij hebben er gekend die reeds van in 't najaar de hoop opgaven hun strooisel goed te houden, zo gezegd omdat er toch niets aan te doen was. De toestanden, die men bij dergelijke kwekers ontmoet zijn werkelijk ontmoedigend. Wij heb ben gevallen waar wij al ons latijn in hebben gestoken om hen te ver tellen hoe het moest, en niettegen staande dat loopt de zaak toch ver keerd. Wij zeggend bedroevend. Bedroevend voor de kweker en ook wel een beetje voor ons. Moeilijk kan men het belang van droog strooisel overschatten. Om meer dan één reden trouwens 1) De gezondheidstoestand en de conditie van dieren zijn er in grote mate afhankelijk van. Hoe wel ieder kweker dat weet, toch moeten wij dat nog eens nadrukke lijk zeggen. Men weet dat nat strooisel niet goed is, maar toch zijn er nog te veel die denken dat het nu toch weer niet zo erg is. En op 't eerste gezicht zou men dat wel toegeven. Hennen, die op nat strooisel zitten, laten niet onmiddellijk de gevolgen daarvan zien en iemand, die niet te nauw kijkt, gaat allicht geloven dat de dieren er toch niet zo'n last van hebben. Er zijn toch immers geval len waar de leg goed is, ook al zit ten de dieren de ganse dag op een mesthoop. Maar iedereen moet be grijpen dat dit uitzonderingen zijn en dat het dan gaat om extra ster ke hennen, hoewel deze na verloop van tijd er toch onvermijdelijk de gevolgen van zullen ondervinden. Tegenover die uitzonderingen staan echter tal van bedrijven waar een vlotte productie, na het nat worden van het strooisel, al Uitgegeven door de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN gauw gaat dalen. De zwakste die ren geraken het eerst uit de leg en de anderen volgen stuk voor stuk. Rul volgt en de klachten over slech te hennen, die veel uitval geven, beginnen. Verminderde leg, abnor male uitval twee zaken die van een winstgevend bedrijf een ver liespost maken. Wij worden wel eens zenuwachtig als wij bij som mige kwekers die altijd terugkeren de klachten moeten aanhoren over verminderde leg, over te grote uit val, over het verlies, over het te du re voeder, als wij daarbij telkens weer vaststellen dat ze geen hand uitsteken om de hennen een be hoorlijk strooisel te bezorgen. Voortdurend met de poten in de nattigheid, zonder mogelijkheid tot krabben, drukkende vochtigheid, die de gevolgen van de koude ex tra doet doorwegen (het is toch be kend dat droge koude door de die ren veel beter verdragen wordt dan vochtige) enz. enz. dat alles kan toch weinig bevorderlijk zijn voor de gezondheidtoestand van onze dieren. Nu kan men wel zeg gen dat zoveel hennen alle dagen in de modder buiten rondploeteren. Maar omdat er iemand in 't water springt hoeven wij dat toch niet na te doen. Of wel 2) Vaktijdschriften hebben het de laatste tijd voortdurend over de kwaliteit van het ei. Zeer hoge eisen worden hieraan gesteld, vooreerst om het binnenlands ver bruik te stimuleren en vervolgens om ons te kunnen handhaven op de buitenlandse markten. Zonder dieper op dit belangrijk vraagstuk in te gaan, moeten wij toch zeggen dat met mest besmeurde eieren toch moeilijk tot die gevraagde kwaliteitseieren kunnen gerekend worden. Nu kan de kweker daar geen graten in vinden als hij dat verkiest, maar de verbruiker vindt dat wel en het is hij toch die moet kopen. Vuilschalige eieren afwas sen maakt de zaak nog erger, dus ook dat is niet de oplossing. Welnu één der grootste oorzaken van vuil schalige eieren is weerom het nat te strooisel. 3) Ten slotte dan de kostprijs van het strooisel. Zolang wij er in lukken het behoorlijk droog te houden blijft het zijn dienst doen en zal slechts nu en dan wat aan vulling nodig zijn. Maar wordt heel de laag nat dan is er maar één op lossing en dat is .- vernieuwen. (Zie vervolg 2f bladzijde 1' kolom) De Koornbloem Abonnementsprijs 96 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van aanduiding der brc artikelen zonder >n is verboden

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1962 | | pagina 1