De Voortdurende groei van onze Veestapel. De zuiveltoestand Weekblad Voor en door de Landbouwers over de wereld in 1961* Arbeid adelt Verschijnt iedere zaterdag AALST 26 MEI 1962 41ste JAARGANG Nr 2027 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. (053) 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Uitgegeven door de Landbouwersvereniginq REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. Onze veestapel groeit voortdurend, en wel op een wijze die met nalaat de verantwoordelijke instanties, zowel van regeringszijde als vanwege de boerenorganisaties, te verontrusten. Ziehier de gestadige ontwikkeling van onze veestapel geduren de de vijf laatste jaren met de officieuse schattingen voor 1962 1/1/58 1/1/59 1/1/60 1/1/61 1/1/62 Meikoeien 968.000 976000 1 003 000 1.015.000 1.050.000 Runderen 2.368.000 2.422 000 2.495 000 2.531.000 2630.000 Varkens 1.422.000 1.267.000 1.479.0C0 1.578.000 1.900000 Zeugen 184.000 171 000 196 000 203.000 232.000 Dat maakt op één jaar 35.000 melkkoeien meer, wat neerkomt op een verhoging der botervoortbren- ging met 5000 ton. Rekening hou dend met het feit dat er nu reeds zovele moeilijkheden bestaan voor de afzet van onze boterproduktie, vraagt men zich terecht af hoe dat zal eindigen en of uiteindelijk onze landbouwers niet de slachtoffers zullen worden van deze voortdu rende stijging van de veestapel. Zal de Staat, dit is gans de Belgische Gemeenschap, steeds maar voort gaan de onverkochte boter op te kopen aan renderende prijzen Zal de ongebreidelde invoer van smok- kelboter uit Nederland onze zui- velmarkten verder in de war stu ren Het is mogelijk dat de Gemeen schappelijke Markt, die toch stilaan een werkelijkheid wordt, ook op landbouwgebied, hier een zekere verlichting brengt, in deze zin dat de lid Staten die boter invoeren, en dit tot nog toe deden door aanko pen buiten de Gemeenschappelij ke Maikt-het gaat hier vooral om Italië - afnemers zouden worden van onze boter. Tot nog toe echter bleef dit toekomstmuziek. Zo ook wat de vleesvoortbren- ging betreft. Honderdduizend stuks vee meer dan in I960, en tweehon derdduizend meer dan in 1959, be tekent 50.000 ton vlees meer dan in 1959, terwijl de stijging van het aan tal varkens neerkomt op 48 000 ton varkensvlees meer dan in 1959, dan wanneer gedurende het afgelopen jaar ons globaal vleesverbruik ge daald is met 10.000 ton. Tot vóór een paar jaren was Frankrijk nog een invoerend land wat het vlees betreft in 1961 ech ter heeft onze Zuiderbuur bijna 100 000 ton vlees uitgevoerd. Gaat een dergelijke toestand niet leiden tot een rampspoedige inzinking van de prijzen Een lichtpunt is wel het feit dat gedurende enkele jaren nog West- Duitsland invoerder zal blijven van varkensvlees, en dat de Duitse in voerders zeer tevreden zijn over het varkensvlees dat hen door België geleverd wordt, omdat het van zeer goede kwaliteit is en volledig vol doet aan de heersende veterinaire voorschriften op dit gebied in de Bondsrepubliek. Dit lost echter het vraagstuk van het rundsvlees niet op Het is steeds gewaagd op al deze gebieden voorspellingen te doen. De toestand kan soms helemaal an ders evolueren dan voorzien werd. Normaal echter kan deze voortdu rende stijging van de veestapel tot ernstige moeilijkheden leiden voor onze landbouw. Een element dat de toestand zou kunnen doen keren is de stijging van onze kaasvoortbren- ging, die absoluut onvoldoende is. Dit zou echter onmiddellijk moeten gebeuren wil men de grootste moei lijkheden vermijden op de boter markt. De toestand is dus gespannen, met enkele lichtpunten die echter nog werkelijkheid moeten worden boteruitvoer naar Italië, verhoogde uitvoer van varkensvlees naar Duitsland, massale verhoging van onze kaasvoortbrenging. Het moge een troost zijn voor on ze landbouwers dat ook in andere landen men ernstig opgeschept zit met landbouwproblemen. Zo lazen we zeer onlangs in «Die Welt- woche», een Zwitsers weekblad het volgende over de aldaar heer sende moeilijkheden «Wat moet Zwitserland van de nieuwe Europe se landbouw denken De meesten van ons bezorgt het een rilling. Met onze hoge prijzen schijnen wij bij voorbaat in het nadeel te zijn. Bo vendien is het E.E.G.-protectionisme in tegenspraak met onze vast ver ankerde liberale overtuigingen. En vóór alles gelooft het neutra le Zwitserland niet te kunnen afzien van een onafhankelijke landbouw (Zie vervolg onderaan hierneven.) Op grond van de voortbrenging- cijfers van 34 verschillende landen, die tezamen ongeveer 85 van de melkproduktie over de wereld voor hun rekening nemen, werd deze laatste door het Amerikaans Mi nisterie van Landbouw ongeveer 1 p.h. hoger geraamd in 1961 dan in 1960. Tegenover een geschatte opbrengst van 253 m ljard liter in 1959, werd de produktie in 1960 geraamd op 260 en in 1961 op 274 miljard liter. In de West-Europese landen was de opbrengst in 1961 ongeveer 2 t.h. groter dan in 1960, met uitzon dering van Zweden, België en Zwitserland waar de produktie la ger was. In West Duitsland, Nederland, Denemarken, Italië en Engeland overtrof de opbrengst in 1961 deze van 1960, in Frankrijk bleef zij ongeveer gelijk of lag iets hoger dan in 1960. In de Oost Europese landen is de produktie, naar raming ongeveer gelijk gebleven met deze van 1960. De voortbrenging op het zuidelijk halfrond is in 1961 ongeveer op het zelfde peil gebleven als in 1960, al hoewel zij in Australië lager was. Op het westelijk halfrond is de pro duktie, naar raming, met ongeveer 2 toegenomen. Hierbij heeft de produktie in Canada alle records gebroken. Ook in de Verenigde- Staten en Mexico was de voort brenging groter dan in 1960. In West Europa overschreed het stijgingspercentage van de melk produktie het gemiddelde van 22 ten honderd, terwijl ook in de Oost- politiek (zelfverzorging in oorlogs tijd Maar het ergste is dat vele Zwitsers, tot in de hoogste regionen toe, tot dusver in hun hart gehoopt hadden dat de E.E.G. wel over de landbouw zou struikelen, zodat ons misschien de grote Europese beslis sing zou gespaard blijven. Maar de E.E.G. is nu sterker dan ooit, en de bittere kelk zal ons niet voorbij gaan. Er blijft ons dan ook weinig anders over dan ook dit dossier nauwkeurig en onbevooroordeeld te bestuderen. Wie weet kunnen bepaalde oplossingen van Brussel ook onze landbouw uit het slop ha len waarin ze door een te eenzijdig prijs steunbeleid tenslotte geraakt is. Tot daar het zwitsers blad Die Weltwoche Europese landen de produktie ho ger was dan gemiddeld in de 34 landen. De wereldvoortbrenging van de in de fabriek bereide zuivelproduk- ten was tijdens het eerste halfjaar 1961 ongeveer 3 groter dan in de eerste helft van 1960. In West Euro pa was de produktie van zuivel- artikelen hoger dan in 1960, al liep de stijging in, de verschillende lan den vrij aanzienlijk uiteen. In Nieuw-Zeeland en Australië werd de aangroei der voortbren ging afgeremd door ongunstige weersomstandigheden. Canada en de Verenigde Staten kenden een geringe toename van de voortbren ging. In het eerste halfjaar 1961 werd er ongeveer 2 meer boter voortgebracht, terwijl in West Euro pa de voortbrenging met 3 steeg, dank zij een groter produktie in Frankrijk en West-Duitsland die de daling in Denemarken, Nederland, Noorwegen, Zweden en Zwitser land méér dan compenseerde Ook in Engeland en Ierland was de voortbrenging groter. In Australië bleef de boterpro duktie bij voorgaand jaar ten ach ter, terwijl in Nieuw Zeeland, voor al ingevolge de daling in het twee de kwartaal van 1961, de voort brenging vrij aanzienlijk afnam. In Canada en de Verenigde-Staten werd in 1961 meer melk bestemd voor de boterproduktie dan in 1960. Wat de kaasvoortbrenging be treft, deze overtrof tijdens de eerste zes maanden van 1961 de overeen stemmende produktie in 1960 met ongeveer 7 In West-Europa vertoonde de kaasproduktie in alle landen een stijging, met uitzondering van Noorwegen en Zweden. In Australië en Nieuw-Zeeland werd meer melk in 1961 tot kaas verwerkt dan in 1960. In Canada werd een geringe toename doch in de Verenigde-Staten een merkelij ke stijging genoteerd. Wat geconserveerde melk of melk in blik aangaat bleef de voortbrenging in Nederland oplo pen, terwijl zij daalde in West Duits land, Frankrijk, en Engeland. De voortbrenging bleef in Australië ongeveer op hetzelfde peil in 1961 en 1960, doch nam toe in de Ver enigde-Staten. De voortbrenging van melkpoe der was in 1961, vooral door de ho gere produktie van mager poeder (Zie vervolg 2' bladzijde 1' kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 96 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1962 | | pagina 1