Het wereldberoemd slachthuis Gemeenschappelijk Landbouwbeleid Weekblad Voor en door de Landbouwers Arbeid adelt van Chicago. Rechtskundige Dienst BURELEN Hoever staan wij met het AALST 2 FEBRUARI 1963. Verschijnt iedere zaterdag 42ue JAARGANG Nr 2062 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. (053) 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Stcsndsverdediging van de Landbouwers Uitgegeven door de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr 14.25.93. O. CAUDRON. Iedereen kent reeds sedert lang de geschiedenis die de wereld rond ging te Chicago kan men een machine zien waarin de zwij nen langs de ene kant levend in stappen, terwijl de worsten er langs de andere kant helemaal klaar uitkomen. Het is natuurlijk een grap, maar zij illustreert op konkrete wijze de belangstelling van de Amerikanen voor mechanisatie en voortbren ging. En toch is deze grap in zeke re zin werkelijkheid geworden in het slachthuis van Chicago. Men beschikt er over installaties die in principe gelijk zijn aan de autofa- briekkettingen, waarbij het moge lijk wordt zwijnen of runderen te behandelen in een ononderbro ken opeenvolging van operaties in voorwaarden van totale hygiene en vol rendement. Wat voor de verbruiker betere kwaliteit tegen lagere prijs betekent. Het ontstaan van een nijver heid. De vooruitgang van de be vriezingstechniek heeft voor een groot gedeelte bijgedragen tot de ontwikkeling van de vleesnijver heid in de Verenigde Staten, voor al dan te Chicago. Gedurende de eerste helft van de negentiende eeuw werkte men vooral door zou ten, roken, of blikken, en dit bijna uitsluitend in de winter, omdat de behandelingen, die tamelijk lang duurden, in de zomer het vlees aan bederf blootstelden. Het was in I860 dat koelinstallaties hun intre de deden. Aanvankelijk bestonden ze uit een groot ijsreservoir in het boven gedeelte van het gebouw, van waar kanalizeringen koude lucht in de werkplaatsen brachten. Ze werden progressief vervangen door circulatiesystemen met ver koelde pekel in buizen tegen het plafond, en daarna door ammo- niakverdampingskompressors. In 1871 ontstonden de koelwa gens, die uitgestrekte gebieden konden bevoorraden, wat natuur lijk enorm bijdroeg tot de ontwik keling van het slachthuis. Intussen waren er echter ook andere slacht huizen opgericht in de verschillen de eer.tra van de kweekstreken. De elektriciteit was een tweede faktor voor de ontwikkeling naar modernisering. Ze liet toe de die ren op transportbanden van het slachthuis naar de eigenlijke werk plaats te brengen. Heden ten dage verlaat te Chicago het zwijn de ketting nog enkel maar in stukken, die naar andere banden worden gezonden. Eens geslacht wordt zonder op onthoud overgegaan tot het uitha len, het wassen en het verdelen. De specialisatie van de handen arbeid is tot het uiterste doorge dreven, evenals het gebruik der verschillende machines. Een arbeider snijdt de linkeroren, een andere de rechteroren, een derde snijdt de romp door met een cirkelzaag. Vandaar gaan de stuk ken automatisch naar de zout- plaats, de rookplaats en de kook plaats, en ten slotte naar de ver pakking de inblikking of het in pakken in plastiekzakken, terwijl de bijprodukten naar de recupe ratiediensten worden geleid en naar de dienst voor de behande ling van de vetten. {Zie vervolg 2' bladzijde 4' kolom Onze rechtskundige houdt zijn zitdag zondag 10 feb. tussen 9 en 11 uur. Deze zitdag wordt gehouden in onze aan de Zeebergkaai 5, te Aalst. OPMERKING Wij moeten er hier uitdrukke lijk op wijzen dat deze rechts kundige dienst slechts koste loos is voor onze leden. Ieder lid dient dus voorzien te zijn van zijn abonnementskwijting op «De Koornbloem», zoniet zal hij, zo als de niet-leden, het bedrag van een jaarabonnement op De Koornbloem zijnde 96 fr., per raadpleging dienen te betalen. Wanneer een lid zijn bewijs van lidmaatschap zou vergeten hebben zal hem eveneens dit bedrag worden aangerekend. Dit zal hem echter op onze bure len worden terugbetaald op zijn aanvraag en mits voorlegging vanzijnbewijs van lidmaatschap. Iedereen wordt verwittigd dat hier geen uitzonderingen kun nen gemaakt worden. Uit de voordracht gehouden door de heer Dr. G. Mansholt, af gevaardigde voor Nederland Vice- Voorzitter van de Commissie van de E.E.G., op de Europese Land- en Tuinbouwdag te Gent op 20 sep tember 1962 willen wij het volgen de weergeven Hoever staan we nu eigenlijk met de gemeenschappelijke markt Als we ons deze vraag stellen dan komt het er in de eerste plaats op aan na te gaan wat nog moet wor den gedaan. Want uiteindelijk zal dat bepalen hoever wij zijn. Ik ge loof dat wij op een belangwekkend moment zijn na deze periode van vele jaren van voorbereiding door onze Gemeenschap, en daarmede bedoel ik haar organen de Minis terraad, de Commissie, het Parle ment, het Sociaal-economisch Co mité en de zeer vele werkgroepen van deskundigen van wetenschap pelijke aard en van meer praktische aard die allen in deze samenwer king gezorgd hebben dat in de loop van deze vier jaren die nu achter ons liggen, iets is bereikt. Wij hebben dus een aantal be langrijke beslissingen op het gebied van de landbouw gezamenlijk kun nen nemen maar daarnaast moet ik ook vaststellen dat wij nog in een volledige evolutie zijn, niet al leen intern in onze gemeenschap, maar ook extern, d.w.z. in onze re laties tot de rest van de wereld. Hier kunnen we onmiddellijk een onderscheid maken tussen de lan den in Europa die de bereidheid hebben getoond en de wens te ken nen hebben gegeven tot onze Ge meenschap toe te treden, zoals En geland, Denemarken, Noorwegen en Ierland, en die landen, de zoge naamde neutrale landen, zoals Zweden, Zwitserland en Oostenrijk die met ons een andere verbintenis willen aangaan en zich met ons willen associëren. Ook dat stelt weer bijzondere problemen voor onze Gemeen schap en ook voor de landbouw. En last but not least, denken wij aan de verhouding van onze Gemeen schap tot de landen van Noord- Amerika, Zuid Amerika, het mid den en het Verre Oosten en, natuur lijk ook in zeer bijzondere mate, van Afiika. Al deze externe relaties, die op het ogenblik in volledige ontwikkeling zijn, stellen zeer spe cifieke problemen voor onze Ge meenschap en voor ons landbouw beleid. De ontwikkeling van het land bouwbeleid van onze Gemeen schap en, indien andere landen zijn toegetreden, van onze ver grootte Gemeenschap, is niet alleen een zaak van ons, van onze boeren, en van onze bevolkingenhet land bouwbeleid zal ook rekening moe ten houden met de belangen van degenen die buiten ons zijn. In onze relaties met derde lan den zal het landbouwbeleid reke ning moeten houden met het feit dat wij, als een uitermate belang rijk gebied met een hoge produktie, vooral een industriële produktie met een hoge expansie, in de toe komst een belangrijke invloed zul len uitoefenen op de wereldhandel in agrarische produkten. De doelstellingen voor het land bouwbeleid zijn neergelegd in het Verdrag van Rome. Zij beogen dat wij er zullen moeten voor zorgen de positie van onze agrariërs te verbeteren, dat wil zeggen hun in komen verhogen, hun in de volks gemeenschap die plaats te geven die hen toekomt. Wij zullen moeten zorgen dat deze stijging van de in komsten zodanig is, dat ze ook duurzaam zal zijn en dat ze op een hechte grondslag komt te staan. Het gemeenschappelijk beleid moet dus zodanig worden gericht dat, uiteindelijk, de beoogde poli tieke doeleinden kunnen worden bereikt. Wij mogen ons er niet mede af maken het nationale beleid dat in de verschillende landen op het ogenblik bestaat zodanig te coör dineren dat daardoor een schijn van gemeenschappelijk beleid gaat ontstaan Wij zullen voor ogen moe ten houden dat het Europa van vandaag op de duur een politieke eenheid zal moeten worden het landbouwbeleid van vandaag zal mede het beleid op andere terrei nen de weg moeten openen tot een federatief turopa in de toekomst. Ik kan U verzekeren dat het de Commissie zeer ernst is om steeds af te wegen indien, op haar voor stellen door de Ministerraad be slissingen worden genomen, altijd de weg open blijft naar deze fede ratieve eenheid van Europa die ons in de toekomst voor ogen staat. In dien de doeleinden van het land bouwbeleid in het Verdrag van Ro me, en voornamelijk in artikel 39, in enkele eenvoudige zinnen zijn neergelegd, dan zijn de middelen (Zie vervolg 2' bladzijde l' kolom). De Koornbloem Abonnementsprijs 96 fr. jaari Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcbcckr. S. M. Redt U Zeiven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1963 | | pagina 1