EETAARDAPPELEN. opbrengstvermogen in de landbouw. Leerjongen gevraagd Weekblad Voor en dóór de Landbouwers De Toestand op de Internationale Markt. Arbeid adelt De wet ter opvoering van het AALST 20 APRIL 1963 Verschijnt iedere zaterdag 42ste JAARGANG Nr 2073 Beheer Zeebergkaai 5, Aalst Tel. (053) 242.67 Voor de Ontwikkeling en de Standsverdediging van de Landbouwers Uitgegeven door de Landbouwersvereniging REDT U ZELVEN Nr M.25.93. O. CAUDRON. Wij willen hierna ten behoeve van onze leden een overzicht ge ven van de markttoestanden inza ke eetaardappelen zowel in het binnen- als in het buitenland. Alvorens hiermede te be ginnen moeten wij protesteren tegen de handelingen van de Minister van Economische Za ken die voor vele weken een uitvoerverbod heeft uitge vaardigd. Op het ogenblik dat landen als Engeland, Portugal, Zweden en Spanje koper waren van onze eet aardappelen en hiervoor een goe de prijs betaalden, heeft de Minis ter het goed gevonden onze gren zen te sluiten voor uitvoer naar derde landen, zogezegd uit be zorgdheid voor de bevoorrading van eigen land. De vorst had naar de mening van onze economisten uit de Wetstraat ongewoon veel aardappelen ver nietigd zodat er gevaar bestond voor de bevoorrading van de Bel gische bevolking. Dat dit een verkeerde verklaring was die niet met de werkelijkheid strookte, was geweten door ieder een die de toestanden kende en die wist dat er zoveel eetaardap pelen in ons land aanwezig waren dat zelf bij een massale vernieti ging door de vorst er geen gevaar voor hongersnood bestond De vorst was een dankbare dek king om te verstoppen wat eigen lijk de stuipen op 't lijf joeg van de Minister, namelijk de prijs der aard appelen die de index ging doen stijgen. En dit was de ware reden tot het nemen van de maatregel die de grenzen sloot voor uitvoer. Dat wisten de Hollandse en de Duitse economisten beter alhoe wel het in die landen harder had gevroren hebben deze de grenzen niet gesloten en aan onze Engelse, Spaanse en andere kopers de aar dappelen geleverd in onze plaats en de centen in ontvangst geno men Ruim 35.000 ton werden in die tijdspanne aldaar verscheept. Zon der de rampzalige tussenkomst van onze Minister zouden zeker 15.000 ton uit ons land zijn vertrokken waar deze nu in onze kuilen en kelders blijven wachten op moge lijke kopers. Onze Minister van Economische Zaken verdient hier een pluimken voor zijn onzalig werk, en onze Mi nister van Landbouw kunnen wij niet langer aanzien als verdediger van de boerenbelangen in de schoot van ons Ministerie. Het kwaad is gebeurd en wij moeten aan onze verontwaardi ging lucht geven. De belangen der land- en tuin bouwers worden als voorheen on der de voet gelopen. Onze minis ters dient het aangewreven dat zij aan de landbouwers en ook aan de handelaars vele miljoenen verlies hebben berokkend en dat zij de buitenlandse klanten afkerig heb ben gemaakt van een land welke dergelijke kleingeestige handels praktijken in stand houdt. Laten wij nu de toestand van heden overzien ten einde voorlich ting te geven aan de houders van eetaardappelen. Wij weten dat de handel met Engeland hernomen is en dat er wekelijks scheepsladingen vertrek ken. Ook andere landen zullen nog kopen. De aankomst van vroege aard- appelen uit Italië zal niet zo vlug gebeuren en de prijzen zullen hooq liggen. In ons land zal de nieuwe oogst met vertraging aan de markt ko men, zodat wij nog geen reden hebben om te wanhopen. Er wordt heden voor uitvoer en ook voor de binnenlandse markt voor Bintje 1,50 F aan de boer be taald en voor andere soorten 1,20 tot 1,30 F. Er bestaat een goede kans dat deze prijzen behouden blijven of beter worden. De vraag voor binnen- als voor buitenland zal zeker nog twee volle maanden duren, zodat het dwaas zou zijn vanwege de verbouwers hun goede eetaardappelen weg te gooien. Woendag op de markt van Brus sel was er weer een goede belang stelling en de vooruitzichten waren beter. Wij zullen de wendingen van de handel volgen en onze leden op de hoogte houden van de toestand. Het Belgisch Staatsblad van 9 april 1963 maakt een wet bekend met als datum 29 maart 1963, die de nog al wijdloopse titel voert van Wet ertoe strekkende het op brengstvermogen of de rendabi liteit in de landbouw op te voeren en zijn gelijkwaardigheid met de andere sectoren van het bedrijfsle ven te bevorderen Dat is meer dan een mondjevol. Bij lezing van de tekst schijnt het ons toe dat de beschikkingen meer van theoretische aard zijn en zullen moeten aangevuld worden ofwel door koninklijke besluiten ter uit voering ervan ofwel door een ka derwet of laat ons zeggen een handvest voor de landbouw dat enkel nog maar in het stadium van wetsvoorstel verkeert en waarvan we reeds een gedeelte van de toe lichting besproken hebben. We zullen daar trouwens mede voortgaan maar, omwille van de actualiteit van deze zo pas versche nen wet, dienen we ze te bespre ken. Er wordt vooreerst bepaald dat de Minister van Landbouw ieder jaar vóór 1 november bij de Wetgevende Kamers een verslag moet indienen over de ontwikkeling van de land en tuinbouweconomie. Dit verslag moet vermelden alle dienstige gegevens over de ontwik keling van de opbrengstkosten en van de prijzen van de landbouw- voortbrengselen in de stadia van opbrengst en verbruik ,- een studie over de voortbrenging, en de pro- duktiviteit die de ontwikkeling van de opbrengstmogelijkheid volgens de verschillende landbouwstreken en, desgevallend, volgens de be- drijfstypen welke met de aard van elke streek overeenstemmen, doet doet uitkomen ,- een overzicht van de algemene structuur van de be drijven en van de bewerkte gron den een algemene inventaris van de kapitalen belegd in de land en tuinbouw en in de onderscheidene bedrijfstypen met vermelding van alle gegevens, die het mogelijk ma ken de financiële uitslagen er van te beramen,- alle andere gegevens of inlichtingen dienstig tot het be reiken van het door de wet voor geschreven doel. Er wordt dus heel wat hooi op de vork genomen, teveel ineens misschien. Verder moet de Minister de maatregelen opsommen alsmede de materiële en financiële middelen waarin moet worden voorzien om in de kortst mogelijke tijd de eco nomische rendabiliteit en de socia le opgang van de land en tuin bouw te verzekeren en om de pari teit met de andere sectoren van het bedrijfsleven te verzekeren. De Minister moet tevens binnen een termijn van zes maanden van af de inwerktreding van deze wet aan de Wetgevende Kamers een belegginqsplan voorleggen strek kende tot de verbetering van de individuele bedrijfsvoering bevor dering van de kwaliteitsprodukten. Voor het verwezenlijken van ai deze doeleinden worden op de be groting van Landbouw jaarlijks, vanaf het dienstjaar 1964, kredie ten voorzien. We willen niet ironisch zijn en alleen maar beweren dat hier een vette kluif ligt voor een groot aan tal bureaukraten en andere kaas maden We hopen en vertrouwen rechtzinnig dat het niet bij papie ren verslagen blijven zal maar dat de landbouwers er ook iets zullen van merken. Anderzijds is het wel verheugend vast te stellen dat de oude spreuk Timor Domini initium sapientiae of, vrij vertaald de vrees is het be gin van de wijsheid, hier eens te meer schijnt bewaarheid te worden. Het wetsvoorstel tot omschakeling van de landbouw, door de socialis ten neergelegd, die zich tot heden toe bitter weinig van de boeren hadden aangetrokken en nu tot de bevinding zijn gekomen dat er een probleem dient te worden opge lost voor de landbouwersstand, de huidige nieuwe wet zijn daarvan het bewijs. Inmiddels mogen de landbou wersorganisaties nu ook niet gaan menen dat ze de armen mogen kruisen en afwachten tot het Para dijs op aarde zal neerdalen. Meer dan ooit is waakzaamheid en on verdroten actie geboden. Ook wij •zullen scherp toekijken want een wetsvoorstel tot het opstellen van een handvest voor land- en tuin bouw is nog geen wet en kan zo danig door amendementen worden verminkt dat er niet veel van over schiet. Wij zullen onze lezers op de hoogte houden. Wij vragen voor onze drukkerij een deftige en ernstige jongen van 14-16 jaar als leergast. Wettelijk loon. Zich aanbieden op onze bu relen, Zeebergkaai, 5, Aalst. De Koornbloem Abonnementsprijs 96 fr. 's jaars Men kan zich abonneren op de postkantoren en bij de briefdragers. Postcheckr. S. M. Redt U ÜSelven Handelsregister Aalst Nr 145. STICHTER EN BESTUURDER De medewerkers zijn verantwoordelijk voor hun bijdragen Het overnemen van artikelen zonder aanduiding der bron is verboden

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1963 | | pagina 1