HET EI EN WIJ. Landbouwers, I 6 juni 1964 (Vervolg van le bladzijde) Zie vervolg onderaan hierneven). (Vervolg van le bladzijde) leest en verspreidt uw blad 2 DE KOORNBLOËY. - in de notelaar. Nooit van snot ge hoord In de grond is dat begrijpelijk. Im mers, de dieren die voortdurend in een gesloten hok komen te zitten, te warm gehuisvest zijn en daardoor niet voldoende gehard, doen bij de minste afkoeling een verkoudheid op. Stel u maar even het temperatuursverschil voor tussen een hennenhok dat des nachts gesloten is, en de frisse mor genlucht op de uitloop. Die overgang is te plots en steeds bestaat er ge vaar dat de dieren zodanig afkoelen dat verkoudheid ontstaat. Tocht op zichzelf is niet zo gevaar lijk als men wel meent. Tocht is alleen een gevaar voor hennen die te warm zitten, die dus kunnen afkoelen. Hen nen die koud zitten kunnen niet afkoe len en zullen dan ook niet zo gauw een verkoudheid oplopen. Is het bij de mensen ook niet zo Stel u eens even een hok voor zo als er tegenwoordig nog zo veel zijn vast glas, dat niet kan open gezet worden, te weinig zitstokken waar de hennen veel te dicht op elkaar zitten liggen die zitstokken daarbij niet vol doende ver van elkaar dan wordt het nog erger. De hennen zitten hier gans de nacht opeengepakt als haringen in 'n ton en als men zich de moeite wil getroosten even te voelen hoe warm het daar tussen is, zal men gauw ak koord zijn met wat wij hier neerschrij ven. 's Morgens nu komen de dieren uit een dergelijk hok onmiddellijk in de frisse buitenlucht. Het temperatuurs verschil is dan veel te groot, zodat die verhitte dieren onvermijdelijk bloot komen te staan aan een sterke afkoeling, ook al is er niet de minste tocht. Dat is nu eens de uitgezochte manier om verkoudheden te krijgen Iemand die daarover nadenkt zal dat onmiddellijk inzien. Een boer die op 't veld werkt staat toch voortdurend in weer en wind En toch zal hij niet zo gauw een ver koudheid opdoen als iemand die de ganse dag binnenwerk heeft. Hij is de tocht gewoon zult ge zeggen. Inder daad hij is dat gewoon. Maak uw hen nen het ook zo gewoon en veel onheil zal u gespaard blijven. Zo is het gebruik van zomerhokjes vóór de leg een ideaal middel om de poeljen af te harden voor ze in de leg hokken komen. En eens dat ze daar zitten zullen ze van de koude buiten lucht niet zo gauw hinder ondervin den. Ze zijn het gewoon Ze zijn ge hard Ze kunnen er tegen Met die warme dagen komt daarbij nog het gevaar voor blauwe kammen- ziekte. In de grond is deze ziekte een ingewandsstoornis, die doorgaans op treedt na abnormaal warme dagen. Die warmte moet er dus wel voor iets tussen zitten. In goed verluchte en frisse hokken, waar de hennen be schutting kunnen zoeken tegen de warmte zien wij zelden die blauwe kammenziekte optreden. Daar waar de dieren gedurende de warme dagen met de bek en de vleugels wagen wijd openzitten is het gevaar veel groter. Het is nochtans niet voldoende overtuigd te zijn van het feit dat onze dieren luchtig moeten zitten. De hok ken moeten er ook voor geschikt zijn. Op dat gebied staan wij nog bij vele kwekers voor verouderde toestanden: hokken met vast glas dat nooit open kan en waar de zon gans de dag op zit te roosteren, golfplatenbedekking zonder de minste isolatie, zodanig ge oriënteerd dat de zonnestralen er loodrecht opvallen. Veel te kleine hokken en te lage daken, met nu en dan een te groot aantal dieren, te weinig zitstokken, sterke ammoniak- ontwikkeling in 't hok, enz. enz. Bekijken wij even het glas. Persoon lijk zien wij niet in wat dit glas in de zomerperiode daar moet komen doen. Voor de winter is het natuur lijk nodig, maar in de zomer moet het er allemaal uit. Tegenwoordig maakt men ip Nederland de nieuwe hokken met schuifglas. Dit kan gemakkelijk uit zijn vattingen genomen worden en gedurende heel de zomer wegge borgen. Daardoor zitten de dieren in 't hok bijna zo fris als er buiten, ten minste als de zitstokken genoeg ruim te bieden, zodat de hennen niet bo ven op elkaar moeten gaan zitten. Zo zagen wij in Nederland onlangs zit stokken die niet zoals gewoonlijk ne ven elkaar lagen, maar wel schuin bo ven elkaar. Eigenlijk dus een terug keer tot wat wij vroeger op 't hof ge zien hebben, nl. de kiekenladders. Hier raken de hennen slechts aan de zijde aan elkaar, terwijl voor en ach ter de frisse lucht is. Verhitting zal hier zeker niet te vrezen zijn. Terloops willen wij hier vermelden dat wij eens een hok hebben aange troffen waar een speciale slaapruimte voorzien was. Uiteraard was deze ruimte nog veel kleiner dan een nor maal hok en daar zaten de dieren dan letterlijk op elkaar gepakt in een veel te kleine ruimte. En hoe teleur gesteld was de kweker toen wij hem op zijn fout wezen. Hij had gemeend eens extra goed te doen met zijn apart slaapkamertje. Ook de vorm en de konstruktie van het dak speelt een grote rol. Iemand die een nieuw hok bouwt kijkt door gaans veel te veel naar zijn gebuur en naar zijn geldbeugel. Het is be grijpelijk maar niet verstandig. Want het gevolg daarvan is nogal dikwijls een te laag dak in lessenaarsmodel. Let men niet op dan ligt dit dak bo vendien nog loodrecht onder de mid dagzon. Het is toch zo jammer dat men nieuwe hokken bouwt en hiervoor naar oudere modellen kijkt. In plaats van een vakman te raadplegen, die een behoorlijk plan kan tekenen. Men mag niet vergeten dat bij de bouw van een hok niet alleen de bo demoppervlakte van belang is. Ook de luchtinhoud speelt een aanzienlij ke rol. Hoe groter de inhoud van het hok is in verhouding tot de totale op pervlakte van muren en dak, hoe min der sterke temperatuurschommelin gen te vrezen zijn. Vandaar dat wij veruit de voorkeur geven aan het za- Standaard-eieren aanbieden tegen 1 0,49 F franco-grens invoerland, met binnen- en buitenverpakking in de prijs begrepen kan toch maar enkel gebeuren wanneer de Staat van dat invoerland er toe bereid gevonden wordt aanzienlijke toelagen uit te ke ren aan zijn pluimveekwekers. Dat kan ook 'n kind begrijpen. Dat noemt men met een Engelse term dumping of in andere woorden het in massa uitvoeren van waren naar het buiten land die in het eigen land tegen een hogere prijs betaald worden. Feitelijk komt dat neer op oneerlijke mede dinging niet tussen particulieren maar tussen de Staten onderling. Het ligt dan toch voor de hand dat de EEG- staten als geheel genomen er niet voor mogen terugschrikken de onder danen van hun respektieve lid-staten op een doeltreffende manier te be schermen door het nemen van pas sende maatregelen. En dan moeten die extra-heffingen ook maar hoog ge noeg worden om een muur op te wer pen die de dumping-prijzen niet meer kunnen overschrijden. Wordt dit niet gedaan dan komt de EEG grotelijks aan haar verplichtingen te kort. In dit verband zouden wij willen terugkomen op enkele beschouwingen van onze hand die in deze krant ver schenen in het nummer van 15 fe bruari 1964 naar aanleiding van de persconferentie van 6 februari 1964. Het komt ons voor dat deze beschou wingen thans wel zeer aktueel zijn geworden en het bevestigt ons te vens in onze mening dat we toen de bal niet hebben mis geslagen. We schreven toen onder meer We hebben op de Perskonferen- tie onze mening gezegd om de belan gen van onze pluimveehouders te ver dedigen. Vooreerst hebben wij onze volledige steun toegezegd bij de cam pagne die zal gevoerd worden en on- II—I—ill lil WWH deldak. Het kost meer, dat spreekt van zelf, maar het is aanzienlijk beter. Golfplaten als dakbedekking laten gemakkelijk koude en warmte door. Wij zullen het echter niet in ons hoofd krijgen die platen als dakbekleding af te raden. Ze laten een zeer goed kope konstruktie toe en dat telt ook mee. Bovendien betwijfelen wij zeer of een dakbedekking met pannen zo veel beter is, zonder dan nog te spre ken van het veel duurdere dak, dat men er door krijgt. Laten wij dus ge rust golfplaten nemen. Wil men echter warmte en koude buiten houden dan zal een isolatie nodig zijn. Deze isolatie kan op ver schillende wijzen aangebracht wor gden en verschillende materialen staan iter beschikking. Jammer genoeg niet ,alle even goed en even goedkoop. Ook hier zal het raadplegen van een (Vakman aangewezen zijn. Onze leden iweten dat wel. Ze hoeven ons alleen (tnaar aan te spreken en de rest komt vanzelf. ze verwachtingen uitgedrukt dat de inspanningen die men voor dit jaar beoogt te nemen met succes zullen bekroond worden. Anderzijds echter hebben wij de opmerking gemaakt dat, wanneer suc ces zal bereikt worden dit eerst op vrij lange termijn zal kunnen geschie den terwijl de nood van de pluimvee kwekers en de eierenproducenten op dit ogenblik meer dan groot is En verder Wij hebben doen uitschij nen dat er wel onmiddellijke maatre gelen werden getroffen wanneer het er om ging de prijzen te drukken, zo als voor het varkenvlees, maar dat er nu geen onmiddellijke maatregelen getroffen werden om die mensen in hun bestaan te beschermen door de prijzen te blokkeren op een winst- latend minimum. Tot ons spijt dienen we te zeggen dat wij toen door niemand gesteund werden en het misschien aan de he ren van de Pers ongepast voorkwam roet te komen werpen in de drankjes en op de versnaperingen die werden aangeboden. We zouden daaraan wil len toevoegen dat, ten overstaan van de huidige toestand, een perscam pagne voor meer eierenverbruik meer dan onvoldoende is en dat niet enkel binnen het staatsverband moet ge dacht worden aan het nemen van doel treffende en onmiddellijke maatrege len. Dit dient nog meer het geval te zijn in de schoot van de Statenbond die, alvast op ekonomisch terrein de EEG aan het worden is. Inmiddels kunnen wij niets anders doen dan aan onze eigen bewindvoerders zeggen, wat we in het artikel van 15 februari 1964 gezegd hebben Het kwaad ligt hierin dat men de feiten weer eens achterna komt gehinkt. We wensen er echter geen leedvermaak in te hebben dat we toen gelijk heb ben gehad, want de toestand is meer dan droevig. We vragen enkel dat on ze Regering meer bezorgdhied voor de landbouwers en kwekers zou aan de dag leggen. straat BRUSSEL Agenten

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1964 | | pagina 2