AARDBEIEN Ó./W V nijverheid en landbouw WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS ARBEID ADELT Teelt en verkoop van Zaterdag 29 juli 1967 46ste Jaargang nr. 2290 p. "V mSÉPt** Uitgegeven door de Landbouwers vereniging REDT U ZELVEN stichter O.CAUDRON Op 19 juli werd te Brussel een voorlichtingsvergadering belegd door de Natio nale Dienst voor Afzet van Land- en Tuinbouwprodukten (N.D.A.L.T.P.). De heer P.A. Vandendael, Direteur-Generaal van de genoemde dienst, omringd door de heren Van den Moortel, Van Dessel, Van Laer, Piot en andere vooraan staanden, gaf een belangrijke uiteenzetting over de zakengang in de sector aardbei- Een vergelijking tussen en. OPBRENGSTEN EN AFZET De kweek van dit gewaardeerd fruit krijgt meer en meer belang voor ons land en vooral voor de Vlaamse streek. Zo ver namen we van de heer Vandendael en uit de ter hand gestelde cijfers dat de kweek van aardbeien in het Waasland en in de Noorderkempen de laatste jaren sterk toenam en dat in 1967 de opbrengst verdubbelde tegenover het jaar 1966. Het is voorul de kweek onder glas die meest vooruitgang boekte. Ook de teelt onder plastiektunnels komt meer en meer op het voorplan. Deze areaaluitbreiding, de nieuwe teelt wijzen, en daarbij de gunstige weersom standigheden waren oorzaak dat ongeveer 39.000 ton aardbeien dit jaar op de markt werden gebracht. De geweldige stfjging van de produc tie ligt evenwel niet zozeer in de ver meerdering van de oppervlakte beteelde percelen dan wel in verbetering der werk wijzen en de betere variëteiten die werden geteeld. Wat de oppervlakte betreft komen wij voor 1967 op ongeveer 854 hectaren meestal in de centra, Waasland, Noord er- kempen, streek van Leuven-Sint-Truiden en het Pajottenland, met een opbrengst van 39.000 ton. Hiervan werden 14.090 ton uitgevoerd, terwijl ook circa 7000 ton naar de confituurfabrieken gingen. Voor de uitvoer werden de laatste ja ren aanzienlijke verbeteringen genoteerd en hier moeten wij de pogingen vermel den die gedaan werden door de Dienst voor Afzet, maar ook door 't Bestuur van Veilingen en door private handelaars die op de buitenlandse markten een sterke af zet wisten te vinden. In een land als Zweden waren onz.e aardbeien in 1963 nog onbekend. In 1964 noteerde men een eerste verzending van 7000 kg, in 1965 62.300 kg, in 1966 230 duizend kg en in 1967 meer dan 410.000 kg- Hier volgt de lijst van de voornaamste buitenlandse afnemers met de aankopen over de jaren 1965 en 1967 in kilo's. 1965 1967 Frankrijk 282.700 1.827.000 W.-Duitsland 4.916.00 9.365.000 Nederland 1.696.000 2.453.000 Zweden 62.000 410.000 Engeland 27.000 Voor Nederland betreft het hier bijna uitsluitend aankopen voor de confituur- fabrieken. In vergelijking met de ons omringende landen heeft België een vooraanstaande plaats weten te veroveren als voortbren ger van aardbeien. Hier volgen de cijfers voor 1966, in ton: België 31.000 (voor 1967 39.000) Duits land 28.600. Frankrijk 39.000. Italië 68 duizend 900. Nederland 33.000. SAMENWERKING. Wij moeten uit dat alles besluiten dat samenwerking tussen de kwekers, het Be stuur der veilingen, de handelaars en de openbare besturen tot verheugende uit slagen kan leiden. Dit is wel het geval met de aardbeien waar in de eerste plaats de voortbrengers met reuzenschreden vooruitgingen op ge bied van kweek, verzorging en' verpakking, het telen van betere variëteiten met de meest moderne werkwijzen. De samenwerking tussen de besturen van veilingen en de Nationale Dienst voor Afzet van Land- en Tuinbouwprodukten heeft geleid tot verbeterde methoden voor verpakking, sortering en vooral tot propa ganda en marktprospectie door het laatst genoemde organisme gevoerd. De aanwezigheid van deze propaganda- diensten op de buitenlandse foren en ten toonstellingen hebben veel bijgedragen om niet alleen onze aardbeien, maar alle voortbrengselen zoals witloof, bloemen, eieren, kaas, in één woord al onze land en tuinbouwprodukten te doen kennen en waarderen. Wij willen hier het bestaan van de af- zetverenigingen vermelden met dynamieke leiders als de heren Vandendael, Piot en andere die gans West-Europa afreizen en de ambassadeurs van onze land- en tuin bouwsector zijn- Wij vermelden eveneens de leiders van coöperatieve verenigingen van kwekers en van veilingen. Allen werken samen om de arbeid en de kunde van onze boeren en tuinders door het verzekeren van een betere afzet met lonende prijzen naar behoren te be lonen. De beroering, trouwens met recht en reden verwekt, door het sluiten van bepaalde fabrieken, zoals over 'n paar maanden bv. te Burcht is gebeurd en ook nog in andere streken van het land moet er ons toe aanzetten 'n vergelijking te maken tussen de be dreigde nijverheidssectoren en wat er in de landbouw sedert jaren aan de gang is, op een veel geluidlozer ma nier. We maken daarbij een eerste vast stelling. In sommige nijverheden heeft men onbetwistbaar met moeilijkheden te kampen te wijten aan de omschake ling in de techniek, aan het gebruik van minder dure grondstoffen of werk wijzen die goedkoper uitvallen, maar dit belet niet dat het aantal personen die in de nijverheid werkzaam zijn nog altijd stijgt. Dit werd onlangs bevestigd door n' hoge oom van Fabrimetal die zelfs de opmerking maakte, dat tussen de ja ren 1960 en 1966 het aantal werkne mers met 24 gestegen is in de me- taalbewerkende nijverheden en van 234.000 tot 290.000 geklommen is. Nu is het juist in deze sektor dat de openbare mening, vooral in Wallonië, getroffen is geworden door de slui ting van nijverheidsondernemingen. Gaat men nu eens na wat in de land bouw aan het gebeuren is, dan stelt men vast dat het aantal personen al daar werkzaam, sedert tientallen ja ren aan het verminderen is en dat de ze landvlucht in een snel tempo ver loopt. Als er dus een vraagstuk in de me taalnijverheid bestaat dan is dit enkel van plaatselijke aard, vermits er nog altijd aan uitbreiding gedaan wordt en er aan een massa arbeiders gelegen heid tot werk wordt aangeboden. Het gaat er helemaal anders toe in de landbouw, waar het vraagstuk ge steld wordt met een scherpte die of ficieel niet voldoende onder ogen wordt genomen. In de landbouw kan zeker niet worden gesproken over een tekort aan werk, maar in deze sektor gaat het over een onvoldoende ver goeding voor het geleverde werk. De landbouwers staan er dan ook veel slechter voor, dan de arbeiders die in de nijverheid werken. Immers de arbeider kan een andere werkgele genheid krijgen, zeker wanneer de sektor waarin hij aan het werk is, zich in expansie of uitbreiding bevindt, maar voor de landbouwer is hiervan geen sprake. Wanneer zijn bedrijf ten onder gaat, omdat het niet genoeg opbrengt of wanneer het onteigend wordt, dan be vindt de landbouwer zich in de onmo gelijkheid zich in de landbouw te her- klasseren en, wanneer hij de land bouw moet vaarwel zeggen, dan is er niemand die hem, in deze sektor, ver vangt. Voor deze landbouwers blijft er geen andere oplossing over dan naar een ander beroep uit te zien, vaak als ge wone handlanger, omdat hij er niet op voorbereid werd, zodat hij zich met een gering loon zal moeten tevreden stellen. Bovendien verliest hij zijn zelfstandigheid. Daarbij komt nog dat arbeiders aan het werk in betrekkelijk jonge nijver heden zelf ook nog betrekkelijk jong zijn, zodat ze zich gemakkelijker kun nen aanpassen bij een andere bezig heid. De landbouwers die pogen zich te reklasseren zijn doorgaans te oud om nog een lonend werk te kunnen vin den. De vermindering van het aantal landbouwbedrijven is dan ook voor namelijk te wijten aan de werkonbe kwaamheid of het overlijden van de boer. De jongeren hebben sinds lang de boerderij verlaten en de ouders suk kelen maar wat 'voort met de hulp van kinderen die nog wel onder hun dak Wónen maar loontrekkenden zijn geworden. Dit verklaart dan ook de hoge ge middelde leeftijd van de personen ge klasseerd als werkzaam .zijnde in de landbouw. Nu zijn er op dit ogenblik tal van mijnwerkers die zonder meer niets willen weten van het sluiten van kool mijnen, welke nochtans het. hoofd aan de mededinging niet mee- kunnen bie- (Zie vervolg 2 bladzijde le kolom) Jaarabonnement 120 F Postrekening nr 1425 93 van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst Handelsregister Aalst nr 145 Het overnemen van artikelen is toegelaten mits vermelding van de bron Beheer Zeebergkaai 5 Aalst Tel. 053/24 267

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1967 | | pagina 1