Een dynamische landbouw VOOR de RAPEN De Belgische bosbouw VOLLEDIGE BEMESTING WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAM DE LANDBOUWERS 9 ARBEID ADELT Vrijdag 12 juli 1963 47ste Jaargang nr. 2339 Uitgegeven door de Landbouwers vereniging REDT U ZELVEN stichter O.CAUDRON De bevolking van België die gecon centreerd is op een grondgebied van slechts 30.500 km2, bedraagt bijna tien miljoen mensen en is een van de dichtste ter wereld. Daar het land ertoe verplicht was een evenwicht te scheppen tussen de twee fundamentele gegevens van dit sociaal-economisch probleem de be perktheid van zijn territorium ener zijds en de uiterste bevolkingsdicht heid anderzijds, bleef er geen andere oplossing over dan de Industrie te ont wikkelen. Zulks was mogelijk, van bij de aanvang van het tijdperk der indus trialisatie, dank zij de rijkdom van s lands steenkoollagen. Heden ten dage voert België 40 van zijn industriëie produktie uit naar alle landen van de wereld. Dusdoen de kan het de invoer van grondstoffen en levensmiddelen betalen en zijn be talingsbalans in evenwicht houden. Dit zeer bekende beeld van het in dustriële België verbergt spijtig ge noeg zeer dikwijls zijn agrarisch ge laat en laat niet vermoeden dat de Belgische landbouw ongeveer 85 van de voedselbehoeften van het land dekt. Deze prestatie was enkel mogelijk door de bijzondere technische be kwaamheid van de Belgische landbou wers die ,op wereldvlak, tot de groot ste verbruikers van kunstmeststoffen behoren per hectare ,81 eenheden stikstor, 70 eenheden fosforzuur en 141 eenheden potas. Wat de op brengst van de meeste landbouwpro- dukten betreft, dingen ze, samen met de Nederlandse en de Deense, naar de eerste plaats. De Belgen bereikten deze uitzon derlijke produktiviteit door middel van landbouwondernemingen met louter familiaal karakter en van bescheiden omvang en die daarenboven hun acti viteit beperken tot iets meer dan de helft van het nationale grondgebied, d. w. z. tot 1.576.910 ha, waarvan er 868.184 aangewend worden voor aan plantingen van voedergewassen, 643.823 voor specifieke landbouwteel- ten en 58.325 voor tuinbouw. Het aantal boerderijen bedroeg op 15 mei 1967 nog steeds 133.021, doch het vermindert dagelijks. Van .961 tot 1967 verloor België jaarlijks nage noeg 6.000 landbouwbedrijven, zon der dat daarbij enige druk werd uit geoefend om deze uittocht uit de landbouw aan te moedigen of te ver snellen. De evolutie greep plaats op een natuurlijke wijze, daar ze samen viel met een dringede roep om ar beidskrachten in de industrie. Er stel de zich dus geen enkel herklasserings- probleem al betekende de migratie uit de landbouwsector voor de mees te betrokken families een ware trage die. Het proces der vermindering van het aantal arbeidskrachten in de land bouw voltrok zich nochtans sneller dan dat der vermindering van het aan- al landbouwbedrijven, ingevolge af vloeiing van de meeste loontrekken- den, die nog amper 10 uitmaken van de landbouwende personen, plus van een groot getal hulpkrachten, wier vertrek volle tewerkstelling be zorgde aan de meesten die gebleven zijn. Zo werd berekend dat de Belgi sche landbouw in 1966 nog steeds 274.526 arbeidseenheden tewerk stel de, d.i., 1,6 per onderneming van meer dan één hectare. Van 1950 tot 1965 verliet een equivalent van 120.000 arbeidseenheden de landbouw, voor tewerkstelling in een andere econo mische sector. Zowel in België als elders gaf de snelle afvloeiing van de arbeids krachten in de landbouw, aanleiding tot een aanzienlijke verhoging van het geïnvesteerde kapitaal, omdat ter ver vanging van de mens, machines dien de ingeschakeld te worden. Het zeer groot aantal kleine bedrijven heeft jammer genoeg een overmechanise- ring met zich gebracht, wat zeker zwaar doorweegt op hun rentabiliteit. Tevens en wellicht precies om de zelfde reden kwamen de Belgische landbouwers, die graag tot onderlinge hulp bereid zijn, slechts laat tot een georganiseerd gemeenschappelijk ge bruik van landbouwmachines en tot groepslandbouw. Het is wel gepast hier enkele cij fers te citeren over de landbouwbe- leggingen. Volgens recente berekeningen be draagt de huidige waarde van gron- (Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom) Voor de komende rapenoogst zijn een gamma Volledige Samengestelde Meststoffen in magazijn beschikbaar, en wel met volgende inhoud 10/8/18 - 12/12/20(S) - 13/13/21 - 9/7/14{S) - 5/9/15 - 2/12/15 alies in plasti k zakken aan zeer voordelige prijzen afgeleverd. Prijs ver min doling vanaf 2.000 kg. Wij rad n onze leden en verkopers aan zich tijdig te voor zien. Het Belgische bosbestand beslaat ongeveer 600.000 ha, of nagenoeg 20 van het grondgebied. De bossen zijn zeer onregelmatig verspreid. De dichte wouden bevinden zich voor het grootste gedeelte in het zuid-oosten van het land, op gronden die minder voor de landbouw geschikt zijn. In het centrum van het land treft men overblijfselen aan van het antie ke kolenwoud, waarvan het Zoniën- woud, meer dan 4.000 ha groot, het groene sieraad van de hoofdstad vormt. In het noord-oosten van het land wordt de Kempische heide omge vormd tot naaldboombeplantingen. De westelijke streken van het land zijn bijzonder vruchtbaar en dichtbevolkt, maar niet zeer bosrijk. Maar de popu lier, welke hier uitstekende groei- voorwaarden vindt, komt er tot uitbrei ding. DE BOSPRODUKTIE. Het Belgische bosbestand brengt jaarlijks ongeveer 2.500.000 m3 hout voort, namelijk 1.500.000 m3 timmer hout bestemd voor de zagerijen, voor fineer, voor dwarsliggers, enz., en 1.000.000 m3 industriehout voor de mijnen, voor pulp, paneelhout en an der gebruik. Het voldoet voor 55 aan de behoeften van het land. De bebossing en de verrijking van het bosbestand eisen degelijk plant goed. Ook zijn de Belgische boomkwe kerijen befaamd voor de hoge kwali teit van hun produktie. Dit vindt zijn oorzaak in het oordeel kundig uitkiezen van waardevolle be plantingen voor het verkrijgen van het zaadgoed, de doeltreffende kontrool op de oorsprong, de kwaliteit van de gebruikte zaden en de rationalisatie der teelten. Talrijke boomkwekerijen beschik ken over installaties die het mogelijk maken het plantgoed in frisse staat te bewaren en het te leveren op het voor de wederopbloei gunstigste ogenblik. De jaarlijkse uitvoer van Belgisch plantgoed voor de bosbouw bedraagt nagenoeg 20 miljoen BFR. De fijnspar neemt afgetekend de eerste plaats in bij de export van jonge naaldbomen. Daarna komen in volgorde van hun be langrijkheid, de Douglas, de verschil lende pijnbomen, lorkebomen en spar ren. Onder het plantgoed voor loofbo men komen vooral eiken en beuken in aanmerking. DE HOUTEKONOMIE. De Belgische wouden brengen onge veer 600.000 m3 gezaagd hout voort van loof- en naaldbomen, 400.000 m3 divers paneelhout, 800.000 m3 hout voor de mijnen en de pulp voor pa pierfabricage, alsmede een groot aan tal mindere produkten van verschillen de aard. De Belgische wouden leveren 200.000 m3 rondhout op voor de uit voer naar de aangrenzende landen. Zaagrondhout van fijne spar maakt het voorwerp uit van een grenshandel met de Duitse Bondsrepubliek, terwijl pa len en heipalen van fijne en gewone spar aan Nederland worden geleverd, waar zij gebruikt worden voor water- Jaarabonnement 120 F Postrekening nr 1425 93 van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst Handelsregister Aalst nr 145 Het overnemen van artikelen is toegelaten mits vermelding van de bron Beheer Zeebergkaai 5 Aalst Tel. 053/ 24 267 (Zie vervolg 2de bladzijde 3e kolom)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Koornbloem | 1968 | | pagina 1