VERDERE SCHOLING
Hendrix'-Bouw-1 akket
Voor de toekomst van uw kinderen
Ervaringen met
WEEKBLAD VOOR DE ONTWIKKELING EN DE STANDSVERDEDIGING VAN DE LANDBOUWERS
ARBEID ADELT
Vrijdag 30 augustus 1968
47ste Jaargang nr. 2346
Uitgegeven
door de
Landbouwers
vereniging
REDT U
ZELVEN
stichter
O.CAUDRON
Onze plattelandsgemeenten be
schikken dooreengenomen over zeer
goede lagere scholen met toegewijde
leerkrachten, zowel voor de jongens
als voor de meisjes en over het alge
meen mag het een fout genoemd wor
den, wanneer de ouders hun kinderen
al te vroeg aan de weldoende lande
lijke omgeving onttrekken, om ze voor
barig naar een school in de stad te
zenden.
Maar uiteindelijk breekt voor allen
het ogenblik toch aan, dat zij de lage
re school moeten verlaten er, één cf
ander richting van het sekundair on
derwijs moeten kiezen.
HET SEKUNDAIR ONDERWIJS
Hierin komt ieder kind na de lagere
school terecht. Maar dit kan dan zijn
in de humaniora ofwel in het tech
nisch onderwijs. Deze twee hoofd
richtingen omvatten telkens een la
gere cyclus, die beide normaal elk o
jaar in beslag nemen.
Alhoewel tijdens of op het einde
van de lagere cyclus eventueel nog
van richting kan veranderd worden,
is het natuurlijk wel van belang dat
van meet af aan de beste richting ge
kozen wordt. Hiervoor is het zeker
zeer nuttig dat de ouders nauw kon-
takt houden met de leerkrachten van
het lager onderwijs, vooral dan met
diegene van het zesde studiejaar. De
ze kan natuurlijk, eventueel met de
hulp van een dienst voor studie en
beroepsoriëntering, zeer veel goede
raad geven voor het kiezen van de
beste verdere studierichting.
Diezelfde leerkrachten kunnen u
ook de nodige inlichtingen verschaf
fen en de weg tonen om, zo mogelijk,
aan een studiebeurs te geraken.
DE HUMANIORA
Dit is een richting van het sekun
dair onderwijs, dat geen einddoel is
op zichzelf. Na de drie jaren lagere,
oude of moderne humaniora met hun
verschillende tussenschakeringen,
komt men in één of andere richting
van de hogere humaniora terecht of
wel in de normaalschool. De hogere
humaniora omvat eveneens drie jaren
en is een voorbereiding tot de univer
siteit of tot een andere hogere of ge
specialiseerde school. De normaal
school omvat vier jaren en verschaft
het diploma van onderwijzer of onder
wijzeres. Niettemin kan men na de
normaalschool, evenals na de hogere
humaniora, desgewenst verdere hoge
re studies aanvatten.
De humaniora, de normaalschool
en de verdere hogere studies zijn zo-
wei voor meisjes als voor jongens
toegankelijk.
HET TECHNISCH ONDERWIJS
Meer nog dan de humaniora omvat
deze onderwijsrichting veel verschil
lende takken, die dan meestal ofwel
specifiek voor jongens ofwel speci
fiek voor meisjes zijn afgestemd. Ook
het landbouwonderwijs en het land-
bouwhuishoudkundig ondèrwijs vallen
onder de groep van het technisch on
derwijs; maar hierover zo dadelijk nog
een woordje meer.
Evenals in de humaniora zijn de
zes jaren van het technisch onderwijs
onderverdeeld in een lagere cyclus
(diploma A2). Maar het technisch on-
(diploma A3) en een hogere cyclus
(diploma A2). Maar het technisch on
derwijs is ook nog overlangs gesplitst
in een zogenoemde technische rich
ting (meer theoretisch) en een be
roepsrichting (meer op de direkte
praktijk afgestemd). De technische
richting is meer bedoeld voor nog ver
dere studie, b.v. voor technisch inge
nieur, terwijl de beroepsrichting dan
rechtstreeks gericht is op het uitoefe
nen van een bepaald vak; desgewenst
nog na het volgen van een bijzonder
specialisatiejaar.
HET LAND- OF
TUINBOUWONDERWIJS
De lagere cyclus omvat drie jaren,
waarna een A3-diploma wordt afge
leverd. Met dit diploma heeft men toe
gang tot de hogere cyclus of men ver
laat de school om op een land- of
tuinbouwbedrijf te komen. In dit laat
ste geval is het ten zeerste aan te ra
den nog een vierde jaar (specialisatie
jaar) te volgen. Tijdens dit jaar is de
leerling maar twee dagen op school
(Zie vervolg 2e bladzijde 2' kolom
Op het einde van 1966 lanceerde
Hendrix' Voorlichtingsdienst een
bouwpakket voor het houden van leg
hennen in batterijen. Het werd onder
de verkorte benaming H.B.P. aangekon
digd.
Onze voorlichtingsdienst en verde
lers waren zeer goed onderricht om
trent alle details en de nodige publici
teit werd gevoerd. Een vijftal studie
dagen werden gehouden op verschil
lende plaatsen in het Vlaamse land.
De landbouwpers werd eveneens inge
schakeld. Toen de eerste bouwpakket
ten klaar kwamen werden geïnteres
seerden er naar toe gebracht en werd
ter plaatse gedemonstreerd wat het
was en hoe het werkte. Onze hoofd-
voorlichters gaven ter plaatse eerst
de nodige theoretische uitleg, terwijl
nadien het hok en de batterij in al zijn
details werden bekeken.
Door de grote aktiviteit van onze
voorlichters en andere commerciële
medewerkers kon het sukses van een
dergelijk interessant projekt niet uit
blijven.
Op het einde van 1967 waren dan
ook tientallen hokken voor respektie-
velijk 3.000, 4.000 of 5.000 dieren klaar
gekomen. Nu pas begon het belang
rijkste werk voor de voorlichters, nl.
de pluimveehouder met het nieuwe
systeem leren werken. Ingewikkeld
was het wel niet, maar het sukses zit
in de kleine dingen goed doen
Eerst en vooral moeten goede poeljen
komen, de drinkwatervoorziening moet
goed geregeld zijn en de drinkpoten
regelmatig zuiver gemaakt worden.
Verder moeten de dieren doorlopend
over voeder beschikken, terwijl toch
geen oud voeder in de goot mag ach
terblijven.
De kippenhouder moest ook leren
werken met de thermostaat en de ven
tilatoren. Overigens moest voordurend
zijn aandacht gevestigd worden op het
feit dat de tijd dat er minder moest
gewerkt worden, gebruikt werd om
toezicht te houden op het goed func
tioneren van de batterij en het gedrag
van de kippen.
De verzorger die het meest bij zijn
dieren was had meestal ook steeds
de beste resultaten.
Een ander belangrijk punt was het
doen bijhouden van gegevens. Wij
achten het niet voldoende de pluim
veehouder een goed projekt te bren
gen, hij moet er ook goed mee zijn.
Alleen het goed bijhouden van de
gegevens is de barometer voor de
goede gang van zaken op het bedrijf.
Zowel de financiële als de technische
resultaten worden bijgehouden, dat al
les met de hulp van de voorlichter. Op
het hoofdkantoor in Merksem worden
alle gegevens verzameld en vergele
ken. De interpretatie van deze gege
vens geeft waardevolle inlichtingen
omtrent het welslagen van de ene en
het eventueel minder goed lukken van
de andere.
Tot nu toe kunnen we uit onze ge
gevens halen dat een goede opfok van
uitzonderlijk belang is. Wanneer de
poeljen veel meegemaakt hebben in
de opfokperiode (coccidiose, haarwor
men, ademhalingsziekten, leukose of
marekse) dan zal het resultaat in de
legperiode hier sterk door beïnvloed
worden.
Om die reden trachten wij de op
fok meer te plannen en te begeleiden.
De beste poeljen kunnen een gewel
dige stress spanning opdoen bij het
overplaatsen. Om die reden werden
gelukkig speciale vrachtwagens ge
bouwd om zo weinig mogelijk risico's
te lopen.
De resultaten op de H.B.P. bedrij
ven zijn voor het grootste gedeelte
zeer goed te noemen.
Aangezien alle faktoren, behalve de
kip en de verzorger, vast zijn, bepalen
beide genoemde de resultaten. Som
mige rassen geven een hoge produk-
tie en weinig uitval, maar dalen snel
ler eenmaal dat ze over de top heen
zijn. Andere komen niet tot hoge leg-
percentages, maar houden een relatief
hoge leg lang vol en leggen zeer vroeg
al zware eieren. Uiteindelijk moeten
de cijfers spreken en daarom de boek-
(Zie vervolg 2e bladz. Ie kolom)
Jaarabonnement 120 F
Postrekening nr 1425 93
van S.V. «REDT U ZELVEN» Aalst
Handelsregister Aalst nr 145
Het overnemen van artikelen
is toegelaten mits vermelding
van de bron
Beheer
Zeebergkaai 5
Aalst
Tel. 053/ 24 267