leiiguuseii.
47
Z»<iidag 14 l\ovei /er 188©
Eeu-en-Twintigste Jaargang
(föo&sötrnst,
lanfr, - llriiliciïi.
DE WEER.
-&;■£--,: .■w&ga&gg&ii
Bureel Achterstraat.
Gewoone Annoncen: 20 csntieiuen per regel. Annoncen op de Tweede Bladzijde, 50 e
den regel, «Berichten onder 't Nieuws, 1 frank den kleinen regel
LAND
- "i. t ,,-v -.v
5 fr 's jaars, vooraf bet. Inschrijvingen woi den op aJIe
stippen genomen rechtstreeks Lij cns cl cccr pest cl 1 jk ,c j sf-trs.
VAN
In Belgenland zijn Dijnsdag de Kamers geopend,
met de gewone plechtigheidde Koning heeft een
Troonrede uitgesproken't is een onbeduidend
stuk, op zijn Lowie-Philipsbijten zonder spreken;
nu en dan eens zalven en de Ministers laten doen...
't Is de veroordeeling van 't Ministerie, dat het in
zijn Troonrede, om zoo te zeggen niet heeft durven
spreken noch van de Schoolwet en deszeifs wreede
gevolgen, noch van den toestand der gemoederen,
noch van de rede waarom de Pauzelijke Nuntius is
weggezonden.... In zijn troonrede heeft de Koning
den lof uitgesproken van garde-civik en leger, en
daags nadien zijn de generaals van 't Leger'bijeen
gekomen de nieuwe Minister van Oorlog is zekere
generaal Gratry. Let er op, menschen, men bereidt
nieuwe verzwaringende generaals willen debeste
jongens van België in 't leger; ze worden moeielijk
voor de plaatsvervanging in 't kort, de algemeene
persoonlijke soldatendienst! er zijn er nu die niet
meêwillen met't Vrij wil Iigers-leger; er zijn er die
de petitiën niet willen teekenen er zijn er nu die
met de Representanten-Hovelingen doenwat zul
len die heeren, die burgers, die landbouwers, zich
beklagen van de gelegenheid niet waargenomen te
hebben, om de Bloedwet te bevechten! Lezers, ons
besluit is genomen,vaster dan ooit: Oorlog aan dg
Bloedwet, die jaarlijks duizende familiën in angst
en verdriet dompelt, die de Vaderlandsliefde uit
dooft, die België onder d'oorlogsvoerende Mogend
heden brengtOorlog aan d'Hovelingen die 't
Volk verkoopen en leveren, om vriend van den
keizer te zijn. In 1881 zullen er l'Aalst meetingen
zijn voor T Vrijwilligers-leger.
Laat ons nu spreken van Frankrijk, waar de
groote schelmstukken en schandalen gebeuren
Maar eerst moeten wij nog een woordeken schrijven
over Belgenland.
Leopold I, protestantsche koning, als hij een
troonrede uitsprak, bracht er toch altijd den naam
van God en van de Voorzienigheid in.
Maar dezen Leopold, bestuurd door zijn zeven
liberale Ministers, heeft niet meer van God of van
d'Almacht gesproken, als een lomp stuk hout het
zou doen.
Daarbij, nauwelijks waren de Wetgevers gezeten,
of een Geuzenstuk sprong recht en stelde voor, van
niet naar den TeDeum tegaan,zelfs niet op de groote
feestdagen van den Koning. De menschen moeten
verbeest worden, g'heel en gansch verbeest; dat is
't plan der Geuzerij.
Menschen, liberalen van christelijk hert, wal zegt
gij?
Is de liberale partij geen geuzerij geworden?
Kan een vrij man bij die Partij blijven?
Kunt gij die sekte blijven volgen, als gij ziet hoe
wreedaardig zij opkomt tegen Kerk en tegen Staal?
Ach, indien gij allen eerbied en alle liefde verlo
ren hebt voor uw Religie, bemint dan toch uwe rust
en uwen intrest, en ziet. terwijl het nog te vermijden
is, in welken diepen afgrond die zeven Geuzen-Mi
nisters en hunnen aanhang ons geliefd Vaderland
gaan stooten!.. Gemoet nu toch overtuigd zijn,dat
de geuzerij met reuzenschreden vooruitgaat; in
1871 durfde men nog de Commune van Parijs niet
goedkeuren; nu wei,;
De schromelijke verjaging der Religieusen
wordt door al de liberale gazetten goedge
keurd.
menschen, dit ijselijk werk wordt met helsche wreedheid
voortgezet, g'heel Frankrijk door; moordenaars en petroleurs en
petroleuses loopen vrank en vrij, beschermd door de wet, het puik
der Franschmans, de vrijwillige dienaars van 't Volk worden.... ge
zult verder lezen hoe zij behandeld worden.
Te PARIJS is 't den 4den November geweest. Men meinde de Pa
ters te verrassen, doch er werd gewaakt; voorname personen losten
malkander af, om getuige te kunnen zijn van de vervolging en van
't lijden oer Belijders van ons Geloof.
Bij de Dominikanen was de hertog van BROGLÏE met verscheide
andere, terwijl in den omtrek van 't klooster gedurig volk stond;
Cassagnac was reeds drij dagen in 't klooster; donderdagmorgend
ging hij een oogenblik weg, en kon niet meer binnen; 't was 6 ure
van den morgend als de Wet verscheen; mijn God en dat wordt
Wet genoemd!!! Wet zou moeten recht zijn, en wet is hier onrecht
en dwingelandij. De deuren en poorten werden opengekapt, terwijl
't Volk buiten op den boulevard Hausman, riep: Leve de Vrijheid!
leve de Dominikanen!!
De Paters moesten zwichten van 't geweld, en hun klooster en
hun duurbare kapel verlaten; in die kapel hebben zij zoo menigmaal
het onbloedig Sacrificie opgedragen, zoo dikwijls het Evangelie ge
predikt, zoo menige uur in den Biechtstoel gesloten, om 't Volk te
troosten en op te rechten; en ze moeten dit verlaren! voor hoelang?
God alleen weet het! En hoe zullen zij die kapel terugvinden, die
kapel, welkers versiering den grootsten troost van hun leven was!...
Denk, menschen, hoe die Paters geleden hebben en nog lijden!
Onder de katholieken die in 't klooster waren, bevond zich een
officier van 't Fransch leger: Ach, zegde hij, moestmenmijin 't leger
zulken last opleggen, 'k verbrak mijnen degen!.. Hij werd door
d'agenten buitengesleurd, benevens pater Maumier; de Fransche
officier greep den arm van den Pater en ging met hem buiten...
't Was een teeken van triomf, 't mansvolk zwaaide zijn hoeden, de
vrouwen knielden en wierpen bloemen voorden Pater; de Geestelijke
zegende de menigte; aan het Park Monceau gekomen, was het op
de baan en op zijn persoon, een regen van violetten.
Die Pater is weg. Nu verschijnt een kapitein, doet zijnen chako
af en stapt blootshoofd, eerbiedig nevens eenen verjaagden Pater
Preekheer, 't Volk snikt en weent, 't is een oogenblik van onbeschrij
felijke aandoening; d'agenten staan als van den bliksem geslagen; er
gaat een oorverdoovend geroep op: leve het leger! leve het orde,
leve de vrijheid! leven de Dominikanen!... Ha, de Franschmans
welen dat in 1871, ditzellde leger Parijs is moeten komen verlossen
uit de handen van diezelfde Communards; de Franschmans weten
dat terwijl de katholieken tegen Pruisen vochten, dit goddeloos ge
boefte lag te zwieren en te brassen met 't stinkendste slecht vrouw
volk! En daarom riep de menigte: leve 't Leger!... Hoort nu hoe het
verder te PARIJS is vergaan,
Treffelijke liberalen, wij vermanen en wij ver
wittigen uzijn er onder de katholieken misbrui
ken, de Katholieke Princiepen zijn toch zuiver en
ongeschonden; 'f zijn dezelfiste Princiepen, die tdn
allen tijde in ons Land geëerd en verdedigd werden;,
de Katholieke Religie, zoo hevig bevochten, is de-
zelfsle gelijk zij door den Verlosser der wereld;
onder 'l menschdom is gebracht; juist dezelfde, in
hare Leering en in hare Sacramenten
En hoe komt het dat 'ne liberaal zoo moeielijk
om bekeeren is? omdat het liberalismus den mensoh
hooveerdig maaki, en een hooveerdige rr;onsch
wilt de waarheid niet kennen, wilt zijn onrecht
niet belijden en op den duur, verliest hij zijn rede
lijk, zijn gezond oordeel. Óndertussclien, er valt
te schudden en te beven voor Belgenland.
Wal gaan wij nu zeggen over Frankrijk? Ge
moet dat lezen, menschen, hieronder en op ons'
tweede bladzijde; maar al de pennen van Belgen-'
land kunnen niet beschrijven wat er in Frankrijk
gebeurt; op eenige dagen zijn 300 kloosters over
weldigd, 5000 Religieusen vastgegrepen en uit hun
huisgezel! 300 kapellen gesloten! De fransche
Policie en marchessé's, het' Fransch leger wordt
nu tegen de booswichten ol vreemde overweldigers
niet gebruikt, maar tegen d'edelsle, tegen de deug 1-
zaamste bewoners van Frankrijk!.... Ach, indien er
éen Framasson uit zijn huis moest gezet worden,
hoe zouden de liberalen terreesten! en nu dat er
5000 Priesters-Religieusen uit hunne woning zijn
gesleurd, nu hebben en toonen zij vreugd en blijd
schap.
Ondertusschen vertoont zich nevens de vrijheids-
moordenaars, nevens de laffe inbrekers vertoont
zich het katholieke Frankrijk; de Rechters, Procu
reurs en Commissarissen die hun ontslag geven; de
generaals en ander krijgsoversten die protestee--
ren; de Rechtsgeleerden en ander deftige Advoka-
ten die tegen 't gruwelijk heiligschendend geweld
hunne stem doen hooreri; de Burgerij, de Bevolking
van den builen, de werklieden, duizende en dui
zende mans- en vrouwspersonen die zich rond de
Kloosters scharen, de inbrekers vermaledijden, de
verdrukte Kloosterlingen toejuichen en in triomf
vergezellen naar de huizen waar zij met liefde een
schuilplaats krijgen.
Van een ooggetuige is ons overgebracht, dat
«de verdrijving der Religieusen een groote Triomf
is geweest; nu heeft men gezien, dalin alle steden,
het beste en eerlijkste Volk, onder d'oogen van
policie en gendarms, zijnen eerbied en liefde voor
de Religieusen-Hm-ft komen bewijzen J
In 't Zuiden van Frankrijk, waa" nog 't beste
volk woont, is de oploop onbeschrijfelijk; te Taras-
con hebben 3000 soldaten een klooster moeten be
legeren; in Vendöe en Bretagne is maar éen woord
noodig om alles te wapen te brengen.
In 1871, menschen, als de Commune haren duivel
scheerde, clan werd de Commune bestormd en over
wonnen door 't Fransche leger; nu zal de Commune
een wettiger bestaan krijgen, misschien 't leger
overmeesteren; wil Frankrijk van de schande be.
waard zijn dat de Vreemdeling er 't. orde moet ko
men herstellen, een macht van Vrijwilligers zal zich
moeten vormen... Wie zal't Opperhoofd zijn? De
Napoleons kunnen niemand aanbiedenMac Mahon
is niet bijgestaan, als hij Frankrijk op goeden voet
kon brengen de Republiek heeft baar eigen zeiven
besmeurd, alhoewel men met rede moet zeggen dat
Rusland, Pruisen, Italie, dooi Keizers en Koningen
bestuurd, nog op wreederc wijze de Religieusen
en andere Priesters hebben behandeld. Vele
Franschmans hebben d'oogen naar Chambord, en
aanzien hem, als den Redder die komen moet.
Koophandel en nijverheid kwijnen menige am
bachtsmans en werklieden zitten zonder werk
overal zijn er landbouwers die achteruit gaan ieder
een klaagt; de winter heeft een droef voorkomen.
Daarbij men hoort in alle steden, dorpen, ge
meenten en huishoudens spreken van twist, twee
dracht, verdeeldheid en vijandschap.
Daarenboven het volk zucht en lijdt onder zware
belastingen.onder de willekeurigheid en dwingelandij
van de Ministers.
Nergens vindt men onpartijdigheid, rechtveerdig-
heid, eendracht, broederlijke liefde.
Menige eerlooze overspeelders, rijke en gekende
bedriegers en dieven worden gedecoreerd, veredeld
en in hooge bedieningen gesteld.
Dc gemeenten zijn hunne oude en voornaamste
vrijheden afgenomen.
De Burgemeesters, Schepenen, Pastors, Priesters,
en al wie nauwkeurig en loffelijk hunne christelijke
plichten kwijten jegens het onderwijs cn deopvoeding
der jeugd,worden uren lang op de pijnbank van d'in-
kwisitie gezet-
Menige rechters hebben bij velen, achtingen eer
bied verloren.
In een woord, het volk is bedroefd, misnoegd en
verbitterd.
Het volk snakt en roept naar verlossing, naar
eendracht, naar rechtveerdigheid en naar een onpar
tijdig en vaderlijk bestuur.
Den tegenwoordigen toestand van zaken kan niet
blijvén duren.
Dwang, geweld, boeten, gevang, listen, bedrog
kunnen het niet volhouden tegen den iechtveerdigen
en billijken wil van het volk.
Menige politieke en wijze liên verwachten zich aan
een algemeen stemrecht en aan eene republiek.
Voor wat ons aangaat, wij zijn er noch voor, noch
tegen.
Zeker is het, dat voor de rust en 't welzijn van 't
Land, het Ministerie weg moet. God alleen weet
wat er van den Koning en het Koningdom zal ge
worden.
Maar wie zullen de tegenwoordige Ministers ver-
Zullen het de katholijken zijn met hunne oude ge
dachten
N God beware ons van zulke mannen. Het volk wilt
gcene moeials, hetzij liberalen, hetzij katholijken.
1 Het volk wilt en moet mannen hebben dewelke al
de vrijheden van de grondwet (geene uitgenomen)
lier-,tellen en uitbreiden en de goevernementele macht
'nkorten en beperken.
iitL v.j.'fc f-'!t T Jar h"1- ■i'wc.ods-
dienst, de drukpers, de genootschappen voor iedereen
vrij zijn,volgens deletter en den geest der Grondwet.
Het roept wraak dat wij jaarlijks al over de 100
millioenen moeten betalen voor het leger en het geu-
zenonderwijs.
Er moet en er zal vrijheid en rechtveerdigheid ko
men voor iedereen, want nooit hebben de Belgen on
recht of slavernij verdragen.
OYERZICHT.
Brief vau den Paus aan Mgr Guibert over de
vervolging der kloosterlingen in Frankrijk.
Wij zouden dien prachtigen brief in 't lang moe
ten geven; hij verwekt de bewondering, zelfs van
mannen die niet katholiek zijn. Welke gematigheid
en zachtheid in de woorden van den Paus, maar ook
welke kracht in 't verdedigen van d'eeuwige rechten
der H. Kerk! Leo KIII bewijst vooreerst dat de Re-
ligieuse Orders natuurlijk op den katholieken boom
bloeiendat zii hoogst nuttig zijn aan Kerk en Staat;
dat hunne leden de erkentenis verdienen van de Bis
schoppen en de Geloovigen. Een eerste dekreet werd
tegen de Jezuieten gemaaktvan dan af meende de
Paus die vervolging te veroordeelen, maar men deed
weten dat de .toegevendheid misschien de andere Or
ders zou gered hebben. Het goevernement, door
't orgaan van den minister-president Freycinet,
stelde aan den Paus eene verklaring voor, mits
welke de kloosterlingen in vrede zouden gelaten
wl rden. Die verklaring behelsde dat de kloosterlingen
zich met geene politieke verschillen bemoeien, en aan
de Republiek niet vijandig zijn. Allen deden vrijwil
lig die verklaring; maar de goddelooze radikalen
hadden hunne vernieling gezworen. Het goeverne
ment week achteruit, en de uitvoering der dekreten
greep plaats op de schandelijkste en ccrloosste wijze.
Daarom, over de rampen der fransche Kerk diep
bedroefd, verheft de Paus zijne stem en protesteert
tegen die inbreuk op d'eeuwige rechten der Kerk
die niets vraagt als vrijheid en onafhankelijkheid. De
Katholieke Kerk, gaat de Paus voort, heeft maar éen
belang en éen doelwit op aarde; het geluk der maat
schappij, en de zaligheid der zielen. Zij eerbiedigt de
republiek zoo wel als 't koningdom, zij eisebt voor
de goevernementen de gehoorzaamheid in alles wat
rechtvcerdig is. Eindelijk, zegt de Paus, wij zullen
onzen Apostolieken plicht tot het einde toe,zonder
wankelen vervullenen wij steunen op de wonder
bare eenheid die men, te midden dezer beroerde
tijden, heerschen ziet tusschen de christene Volkeren,
de Bisschoppen der gansche wereld, en den opper
sten Herder, den Paus van Rome.
De PARLEMENTEN zijn open in Europa sedert
dijnsdag. Luisteren wij eerst naar FERRY, den
minister van Parijs Hij spreekt:
Wij hebben nog eens versche ministers, maar
't ministerie, de GEEST is niet veranderd.
De overoude en tirannieke wetten, die wij ontgra
ven hebben tegen de kloosters, worden niet erkend;
maar wij. Republikeinen, vrienden van onze vrijheid
en van den Staat (als wij aan 't schotelken zitten), wij
houden staan dat zonder die wetten het land verloren
is, en wij voeren ze uit. 261 Kloosters hebben wij
opengebroken. Aan de vrouwenkloosters zullen wij
niet raken.
De wetten op't onderwijs gaan voltooid worden,
't is te zeggen: geschoeid op onze leest. De vrije on
derwijsgestichten zullen wij zorgvuldig bewaken, en
van hunne leerlingen serieuze waarborgen afeisschen
als zij eene staatsbediening durven vragen.
Het gouvernement wordt van vele kanten aange
rand en besprongen wij zullen naar wapens zoeken
om ons te verdedigen.
Ziedaar eene trouwe schets der redevoering van
meester FERRY. Daarna is een ander minister ko
men spreken van den Oosten, van de goede betrek-
k-rgen var» Frankrijk n»» ai Ie Mfwenr ne.I-1 r
wereld.
Eindelijk vraagt men het volle vertrouwen der
Kamer, en hare verkleefdheid en onderdanigheid aan
"t Ministerie.
Gambetta is president. Een lid der rechterzijde,
Baudry-d'Asson, staat recht en zegt dat hij al de
citoyens-ministers van dit gouvernement van inbre
kers gaat interpelleren. Gambetta komt er tusschen
en raadpleegt de Kamer om aan Baudry een blaam
te geven.
Baudry antwoordt dat hij zijne woorden onder
werpt aan 't oordeel van 't land, die dc eerlooze
kloostervervolging veroordeelt. De Kamer spreekt
een blaam uit tegen Baudry, met tijdelijke uitsluiting.
Baudry wil niet weggaan'; een lid der minderheid
roept van Baudry te belegeren, gelijk men komt te
doen met de Witheeren van Tarascon. Gerucht en
gewoel in de Kamer. Gambetta dekt zich de zitting
is geheven.
Bij de Paters Kapucienen.
Ten 6 ure, terwijl een pater de H. Kommunie uitreikte, zijn de
uitdrijvers in het kapucienenkloostergedrongen.De vrouwen schaar
den zich geknield voor de kommuniebank en lieten alzoo den pater
die de mis las, toe, den dienst te eindigen en zich in de sakristijn te
begeven.
Het H. Sakrament was nog altijd geëxposeerd en reeds was het
canaille in de kapel, spottend en lachend voor het Allerheiligste.
Pater Patricius maande hen aan te zwijgen, hief het Tantum ergo
aan, dat door al de geloovigen gezongen werd en hij gafde benediktie
waarna hij bet H. Sakrament en de H. Hostiën meedroeg.
Pater Arsène, de provinciaal, weigerde de deur van het klooster
te openen voor den kommissaris, die bevel gaf aan de pompiers, de
deur in stukken te kappen, hetgeen onmiddeliikgebeurde. Despaan
ders vlogen in het rond en kwetsten een der omstaanders, doktor
Osenain, boven het oog. Deze verliet echter de paters niet.
Toen de deuren opengebroken waren, sprak pater Arsène de
exkommunikatie tegen de inbrekers uit.
-- Gij beleedigt ons, mijnheer! riep de kommissaris, dat men
mijnheer naar de gevangenis brenge.
Een kreet van verontweerdiging tegen dien heiligschendenden
aanslag steeg uit de borst van al de aanwezigen op. De kommissaris
deed vijftig nieuwe policiemannen roepen, en de paters en hunne
vrienden werden een voor een aan de deur gezet.
Al de cellen werden ingebeukt, terwijl de menigte buiten riep:
Leven de kapucienen! leve de vrijheid!
Pater Arsène is in vrijheid gesteld, na in de prefektuur van policie
te zijn gebracht.
De franciskanen der rue de Fóurnaux hebben donderdag ten 6 ure
hunne deuren zien in stukken kappen door de pompiers, die door
twee kommissarissen werden aangevoerd.
Elke cel werd ingeslagen en de paters met geweld eruit gesleept.
Ten 7 1/2 ure was alles gedaan.
Ook de konventueele minderbroeders der «ruc de Romainville,
zijn uitgedreven ;dedeur werd meteen soort van stormram ingeloopen;
de paters kregen een halt uur tijd om hun pak te maken en vier-en-
twintig uren om Frankrijk te verlaten. Bloemen werden gestrooid
op den doortocht der paters.
Bij de augustijnen werd de deur zonder eenige sommatie inge
slagen. bij middel van knuppels en bijlen. De paters waren alleen in
de kerk, waar het H. Sakrament was uitgesteld; een der paters las
de mis.
Een policieman is aan het altaar gegaan en heeft den pater bevolen
binnen de vijl minuten met zijne misgedaan te maken. De pater
antwoordde niet en ging voort.
Na dat het H. Sakrament naar eene aangewezen kamer gebracht
was, dreef men de paters de straat op. Een persoon die riep: Weg
met de dekreten! werd aangehouden.
De maristen der rue de Vaugirard, werden rond 5 ure uitgezet.
De deuren waren gebarrikadcerd. Al de cellen werden ingebeukt;
vier paters heeft men moeten buiten dragen. Ten 8 1/2 ure was dc
uitdrijving gedaan.
Ook de redemptoristen van den boulevard Meuilmontant zijn
uitgedreven. Even als aan de andere kloosters werden ook daar de
deuren aan stukken gekloven, en dezelfde gewelddaden hadden ook
hier plaats.
In de Departementen.
Te Vinay (Isère) zijn de Oblaten van Maria door don onderprot'ekt on
vier brigaden gendarmen uitgedreven.
TeBayonne zijnde kapucienen uitgedreven; de uitdrijvers werden
door het volk uitgejouwd.
De missionnarissèn van St Lauroys-sur-Sèvres zijn door den pref'ekt
der Vondée uitgozot
Te lssoudun zijn de missionnarissèn van hot H. Hart uitgedreven. Do
gendarmerie to peerd was aanwezig" en do troepen onder de wapens. De
uitdrijving duurde drie uren.
Te MeyJan begon men ten 11 ure met de uitdrijving der kapucienen,
ten 4 ure was de uitzetting nog niet voltrokken. Zelfs de hussier dor
paters werd uitgedreven; hij protesteerde en legde eene klacht neer bij
den eersten voorzitter derrochtbank. Graaf de Montevnardisaangehouden
na uit liet klooster gezet te zijn. Ook M. Sisteronj advokaat, word in
hechtenis genomen.
0?k de.Oliyetanen van Parmence on de Oblaten van O.-L.-Vrouw de
l'Osier zijn uitgejaagd.
Tc Pad zijn de Redemptoristen uitgedreven. Ten 5 ure reeds was't
klooster door de gendarmen omringd. Geen slotmaker wilde de hand
leenen en men heeft de deurenen muren met bijl en houweel neergehaald.
Te St-Pierre-lez-Calais zijn de kapucienen uitgejaagd. Do policie en
de gendarmen hebben de uitdrijving gedaan.
Te Aubigny (Cher) zijn de barnaWeten uitgedreven; zonder sommatie
zijn de deuren ingeslagen. De kommissaris weigerde de protestatie der
paters te aanhooren.
Te Clermont-Ferrand zijn de kapucienen op dezelfde wijze behandeld.
Den ingang word geweigerd aan den bisschop. De policio en de slotma-
makers werden uitgejouwd. Na twee uren weerstand zijn do paters met
geweld buiten geworpen.
Te Nancy zijn de Oblaten uitgejaagd; do deuren zijn aan stukkon ge
kapt en do zegels op de kapel gelegd.
Ook da Preekbeeren to Nancy zijn op dezelfde wijze uitgezet.
To Mazières (AriógeJ zijn de Preekheeren op dezelfde wijze uitge
dreven.
Te Vannes werden do missionnarissèn der Compagnie van Maria
uitgejaagd.
Te Chateauroux werden de deuren van 't redemptoristenklooster open
gebroken en de paters uitgejaagd.
Te Gaunat zijn de redemptoristen eveneens uitgezet en is de kapel
verzegeld.
Te Saint-Brieuc zijn do salvatoristen, die slechts twee pator3 telden,
uitgedreven; slechts een hunner was te huis. De sapeurs hebben de deu
ren ingehakt.
Te La Brachèro zijn do Oblaten van O.-L.-Vrouw van Bijstand
uitgedreven.