leiiguuseii. 47 Z»<iidag 14 l\ovei /er 188© Eeu-en-Twintigste Jaargang (föo&sötrnst, lanfr, - llriiliciïi. DE WEER. -&;■£--,: .■w&ga&gg&ii Bureel Achterstraat. Gewoone Annoncen: 20 csntieiuen per regel. Annoncen op de Tweede Bladzijde, 50 e den regel, «Berichten onder 't Nieuws, 1 frank den kleinen regel LAND - "i. t ,,-v -.v 5 fr 's jaars, vooraf bet. Inschrijvingen woi den op aJIe stippen genomen rechtstreeks Lij cns cl cccr pest cl 1 jk ,c j sf-trs. VAN In Belgenland zijn Dijnsdag de Kamers geopend, met de gewone plechtigheidde Koning heeft een Troonrede uitgesproken't is een onbeduidend stuk, op zijn Lowie-Philipsbijten zonder spreken; nu en dan eens zalven en de Ministers laten doen... 't Is de veroordeeling van 't Ministerie, dat het in zijn Troonrede, om zoo te zeggen niet heeft durven spreken noch van de Schoolwet en deszeifs wreede gevolgen, noch van den toestand der gemoederen, noch van de rede waarom de Pauzelijke Nuntius is weggezonden.... In zijn troonrede heeft de Koning den lof uitgesproken van garde-civik en leger, en daags nadien zijn de generaals van 't Leger'bijeen gekomen de nieuwe Minister van Oorlog is zekere generaal Gratry. Let er op, menschen, men bereidt nieuwe verzwaringende generaals willen debeste jongens van België in 't leger; ze worden moeielijk voor de plaatsvervanging in 't kort, de algemeene persoonlijke soldatendienst! er zijn er nu die niet meêwillen met't Vrij wil Iigers-leger; er zijn er die de petitiën niet willen teekenen er zijn er nu die met de Representanten-Hovelingen doenwat zul len die heeren, die burgers, die landbouwers, zich beklagen van de gelegenheid niet waargenomen te hebben, om de Bloedwet te bevechten! Lezers, ons besluit is genomen,vaster dan ooit: Oorlog aan dg Bloedwet, die jaarlijks duizende familiën in angst en verdriet dompelt, die de Vaderlandsliefde uit dooft, die België onder d'oorlogsvoerende Mogend heden brengtOorlog aan d'Hovelingen die 't Volk verkoopen en leveren, om vriend van den keizer te zijn. In 1881 zullen er l'Aalst meetingen zijn voor T Vrijwilligers-leger. Laat ons nu spreken van Frankrijk, waar de groote schelmstukken en schandalen gebeuren Maar eerst moeten wij nog een woordeken schrijven over Belgenland. Leopold I, protestantsche koning, als hij een troonrede uitsprak, bracht er toch altijd den naam van God en van de Voorzienigheid in. Maar dezen Leopold, bestuurd door zijn zeven liberale Ministers, heeft niet meer van God of van d'Almacht gesproken, als een lomp stuk hout het zou doen. Daarbij, nauwelijks waren de Wetgevers gezeten, of een Geuzenstuk sprong recht en stelde voor, van niet naar den TeDeum tegaan,zelfs niet op de groote feestdagen van den Koning. De menschen moeten verbeest worden, g'heel en gansch verbeest; dat is 't plan der Geuzerij. Menschen, liberalen van christelijk hert, wal zegt gij? Is de liberale partij geen geuzerij geworden? Kan een vrij man bij die Partij blijven? Kunt gij die sekte blijven volgen, als gij ziet hoe wreedaardig zij opkomt tegen Kerk en tegen Staal? Ach, indien gij allen eerbied en alle liefde verlo ren hebt voor uw Religie, bemint dan toch uwe rust en uwen intrest, en ziet. terwijl het nog te vermijden is, in welken diepen afgrond die zeven Geuzen-Mi nisters en hunnen aanhang ons geliefd Vaderland gaan stooten!.. Gemoet nu toch overtuigd zijn,dat de geuzerij met reuzenschreden vooruitgaat; in 1871 durfde men nog de Commune van Parijs niet goedkeuren; nu wei,; De schromelijke verjaging der Religieusen wordt door al de liberale gazetten goedge keurd. menschen, dit ijselijk werk wordt met helsche wreedheid voortgezet, g'heel Frankrijk door; moordenaars en petroleurs en petroleuses loopen vrank en vrij, beschermd door de wet, het puik der Franschmans, de vrijwillige dienaars van 't Volk worden.... ge zult verder lezen hoe zij behandeld worden. Te PARIJS is 't den 4den November geweest. Men meinde de Pa ters te verrassen, doch er werd gewaakt; voorname personen losten malkander af, om getuige te kunnen zijn van de vervolging en van 't lijden oer Belijders van ons Geloof. Bij de Dominikanen was de hertog van BROGLÏE met verscheide andere, terwijl in den omtrek van 't klooster gedurig volk stond; Cassagnac was reeds drij dagen in 't klooster; donderdagmorgend ging hij een oogenblik weg, en kon niet meer binnen; 't was 6 ure van den morgend als de Wet verscheen; mijn God en dat wordt Wet genoemd!!! Wet zou moeten recht zijn, en wet is hier onrecht en dwingelandij. De deuren en poorten werden opengekapt, terwijl 't Volk buiten op den boulevard Hausman, riep: Leve de Vrijheid! leve de Dominikanen!! De Paters moesten zwichten van 't geweld, en hun klooster en hun duurbare kapel verlaten; in die kapel hebben zij zoo menigmaal het onbloedig Sacrificie opgedragen, zoo dikwijls het Evangelie ge predikt, zoo menige uur in den Biechtstoel gesloten, om 't Volk te troosten en op te rechten; en ze moeten dit verlaren! voor hoelang? God alleen weet het! En hoe zullen zij die kapel terugvinden, die kapel, welkers versiering den grootsten troost van hun leven was!... Denk, menschen, hoe die Paters geleden hebben en nog lijden! Onder de katholieken die in 't klooster waren, bevond zich een officier van 't Fransch leger: Ach, zegde hij, moestmenmijin 't leger zulken last opleggen, 'k verbrak mijnen degen!.. Hij werd door d'agenten buitengesleurd, benevens pater Maumier; de Fransche officier greep den arm van den Pater en ging met hem buiten... 't Was een teeken van triomf, 't mansvolk zwaaide zijn hoeden, de vrouwen knielden en wierpen bloemen voorden Pater; de Geestelijke zegende de menigte; aan het Park Monceau gekomen, was het op de baan en op zijn persoon, een regen van violetten. Die Pater is weg. Nu verschijnt een kapitein, doet zijnen chako af en stapt blootshoofd, eerbiedig nevens eenen verjaagden Pater Preekheer, 't Volk snikt en weent, 't is een oogenblik van onbeschrij felijke aandoening; d'agenten staan als van den bliksem geslagen; er gaat een oorverdoovend geroep op: leve het leger! leve het orde, leve de vrijheid! leven de Dominikanen!... Ha, de Franschmans welen dat in 1871, ditzellde leger Parijs is moeten komen verlossen uit de handen van diezelfde Communards; de Franschmans weten dat terwijl de katholieken tegen Pruisen vochten, dit goddeloos ge boefte lag te zwieren en te brassen met 't stinkendste slecht vrouw volk! En daarom riep de menigte: leve 't Leger!... Hoort nu hoe het verder te PARIJS is vergaan, Treffelijke liberalen, wij vermanen en wij ver wittigen uzijn er onder de katholieken misbrui ken, de Katholieke Princiepen zijn toch zuiver en ongeschonden; 'f zijn dezelfiste Princiepen, die tdn allen tijde in ons Land geëerd en verdedigd werden;, de Katholieke Religie, zoo hevig bevochten, is de- zelfsle gelijk zij door den Verlosser der wereld; onder 'l menschdom is gebracht; juist dezelfde, in hare Leering en in hare Sacramenten En hoe komt het dat 'ne liberaal zoo moeielijk om bekeeren is? omdat het liberalismus den mensoh hooveerdig maaki, en een hooveerdige rr;onsch wilt de waarheid niet kennen, wilt zijn onrecht niet belijden en op den duur, verliest hij zijn rede lijk, zijn gezond oordeel. Óndertussclien, er valt te schudden en te beven voor Belgenland. Wal gaan wij nu zeggen over Frankrijk? Ge moet dat lezen, menschen, hieronder en op ons' tweede bladzijde; maar al de pennen van Belgen-' land kunnen niet beschrijven wat er in Frankrijk gebeurt; op eenige dagen zijn 300 kloosters over weldigd, 5000 Religieusen vastgegrepen en uit hun huisgezel! 300 kapellen gesloten! De fransche Policie en marchessé's, het' Fransch leger wordt nu tegen de booswichten ol vreemde overweldigers niet gebruikt, maar tegen d'edelsle, tegen de deug 1- zaamste bewoners van Frankrijk!.... Ach, indien er éen Framasson uit zijn huis moest gezet worden, hoe zouden de liberalen terreesten! en nu dat er 5000 Priesters-Religieusen uit hunne woning zijn gesleurd, nu hebben en toonen zij vreugd en blijd schap. Ondertusschen vertoont zich nevens de vrijheids- moordenaars, nevens de laffe inbrekers vertoont zich het katholieke Frankrijk; de Rechters, Procu reurs en Commissarissen die hun ontslag geven; de generaals en ander krijgsoversten die protestee-- ren; de Rechtsgeleerden en ander deftige Advoka- ten die tegen 't gruwelijk heiligschendend geweld hunne stem doen hooreri; de Burgerij, de Bevolking van den builen, de werklieden, duizende en dui zende mans- en vrouwspersonen die zich rond de Kloosters scharen, de inbrekers vermaledijden, de verdrukte Kloosterlingen toejuichen en in triomf vergezellen naar de huizen waar zij met liefde een schuilplaats krijgen. Van een ooggetuige is ons overgebracht, dat «de verdrijving der Religieusen een groote Triomf is geweest; nu heeft men gezien, dalin alle steden, het beste en eerlijkste Volk, onder d'oogen van policie en gendarms, zijnen eerbied en liefde voor de Religieusen-Hm-ft komen bewijzen J In 't Zuiden van Frankrijk, waa" nog 't beste volk woont, is de oploop onbeschrijfelijk; te Taras- con hebben 3000 soldaten een klooster moeten be legeren; in Vendöe en Bretagne is maar éen woord noodig om alles te wapen te brengen. In 1871, menschen, als de Commune haren duivel scheerde, clan werd de Commune bestormd en over wonnen door 't Fransche leger; nu zal de Commune een wettiger bestaan krijgen, misschien 't leger overmeesteren; wil Frankrijk van de schande be. waard zijn dat de Vreemdeling er 't. orde moet ko men herstellen, een macht van Vrijwilligers zal zich moeten vormen... Wie zal't Opperhoofd zijn? De Napoleons kunnen niemand aanbiedenMac Mahon is niet bijgestaan, als hij Frankrijk op goeden voet kon brengen de Republiek heeft baar eigen zeiven besmeurd, alhoewel men met rede moet zeggen dat Rusland, Pruisen, Italie, dooi Keizers en Koningen bestuurd, nog op wreederc wijze de Religieusen en andere Priesters hebben behandeld. Vele Franschmans hebben d'oogen naar Chambord, en aanzien hem, als den Redder die komen moet. Koophandel en nijverheid kwijnen menige am bachtsmans en werklieden zitten zonder werk overal zijn er landbouwers die achteruit gaan ieder een klaagt; de winter heeft een droef voorkomen. Daarbij men hoort in alle steden, dorpen, ge meenten en huishoudens spreken van twist, twee dracht, verdeeldheid en vijandschap. Daarenboven het volk zucht en lijdt onder zware belastingen.onder de willekeurigheid en dwingelandij van de Ministers. Nergens vindt men onpartijdigheid, rechtveerdig- heid, eendracht, broederlijke liefde. Menige eerlooze overspeelders, rijke en gekende bedriegers en dieven worden gedecoreerd, veredeld en in hooge bedieningen gesteld. Dc gemeenten zijn hunne oude en voornaamste vrijheden afgenomen. De Burgemeesters, Schepenen, Pastors, Priesters, en al wie nauwkeurig en loffelijk hunne christelijke plichten kwijten jegens het onderwijs cn deopvoeding der jeugd,worden uren lang op de pijnbank van d'in- kwisitie gezet- Menige rechters hebben bij velen, achtingen eer bied verloren. In een woord, het volk is bedroefd, misnoegd en verbitterd. Het volk snakt en roept naar verlossing, naar eendracht, naar rechtveerdigheid en naar een onpar tijdig en vaderlijk bestuur. Den tegenwoordigen toestand van zaken kan niet blijvén duren. Dwang, geweld, boeten, gevang, listen, bedrog kunnen het niet volhouden tegen den iechtveerdigen en billijken wil van het volk. Menige politieke en wijze liên verwachten zich aan een algemeen stemrecht en aan eene republiek. Voor wat ons aangaat, wij zijn er noch voor, noch tegen. Zeker is het, dat voor de rust en 't welzijn van 't Land, het Ministerie weg moet. God alleen weet wat er van den Koning en het Koningdom zal ge worden. Maar wie zullen de tegenwoordige Ministers ver- Zullen het de katholijken zijn met hunne oude ge dachten N God beware ons van zulke mannen. Het volk wilt gcene moeials, hetzij liberalen, hetzij katholijken. 1 Het volk wilt en moet mannen hebben dewelke al de vrijheden van de grondwet (geene uitgenomen) lier-,tellen en uitbreiden en de goevernementele macht 'nkorten en beperken. iitL v.j.'fc f-'!t T Jar h"1- ■i'wc.ods- dienst, de drukpers, de genootschappen voor iedereen vrij zijn,volgens deletter en den geest der Grondwet. Het roept wraak dat wij jaarlijks al over de 100 millioenen moeten betalen voor het leger en het geu- zenonderwijs. Er moet en er zal vrijheid en rechtveerdigheid ko men voor iedereen, want nooit hebben de Belgen on recht of slavernij verdragen. OYERZICHT. Brief vau den Paus aan Mgr Guibert over de vervolging der kloosterlingen in Frankrijk. Wij zouden dien prachtigen brief in 't lang moe ten geven; hij verwekt de bewondering, zelfs van mannen die niet katholiek zijn. Welke gematigheid en zachtheid in de woorden van den Paus, maar ook welke kracht in 't verdedigen van d'eeuwige rechten der H. Kerk! Leo KIII bewijst vooreerst dat de Re- ligieuse Orders natuurlijk op den katholieken boom bloeiendat zii hoogst nuttig zijn aan Kerk en Staat; dat hunne leden de erkentenis verdienen van de Bis schoppen en de Geloovigen. Een eerste dekreet werd tegen de Jezuieten gemaaktvan dan af meende de Paus die vervolging te veroordeelen, maar men deed weten dat de .toegevendheid misschien de andere Or ders zou gered hebben. Het goevernement, door 't orgaan van den minister-president Freycinet, stelde aan den Paus eene verklaring voor, mits welke de kloosterlingen in vrede zouden gelaten wl rden. Die verklaring behelsde dat de kloosterlingen zich met geene politieke verschillen bemoeien, en aan de Republiek niet vijandig zijn. Allen deden vrijwil lig die verklaring; maar de goddelooze radikalen hadden hunne vernieling gezworen. Het goeverne ment week achteruit, en de uitvoering der dekreten greep plaats op de schandelijkste en ccrloosste wijze. Daarom, over de rampen der fransche Kerk diep bedroefd, verheft de Paus zijne stem en protesteert tegen die inbreuk op d'eeuwige rechten der Kerk die niets vraagt als vrijheid en onafhankelijkheid. De Katholieke Kerk, gaat de Paus voort, heeft maar éen belang en éen doelwit op aarde; het geluk der maat schappij, en de zaligheid der zielen. Zij eerbiedigt de republiek zoo wel als 't koningdom, zij eisebt voor de goevernementen de gehoorzaamheid in alles wat rechtvcerdig is. Eindelijk, zegt de Paus, wij zullen onzen Apostolieken plicht tot het einde toe,zonder wankelen vervullenen wij steunen op de wonder bare eenheid die men, te midden dezer beroerde tijden, heerschen ziet tusschen de christene Volkeren, de Bisschoppen der gansche wereld, en den opper sten Herder, den Paus van Rome. De PARLEMENTEN zijn open in Europa sedert dijnsdag. Luisteren wij eerst naar FERRY, den minister van Parijs Hij spreekt: Wij hebben nog eens versche ministers, maar 't ministerie, de GEEST is niet veranderd. De overoude en tirannieke wetten, die wij ontgra ven hebben tegen de kloosters, worden niet erkend; maar wij. Republikeinen, vrienden van onze vrijheid en van den Staat (als wij aan 't schotelken zitten), wij houden staan dat zonder die wetten het land verloren is, en wij voeren ze uit. 261 Kloosters hebben wij opengebroken. Aan de vrouwenkloosters zullen wij niet raken. De wetten op't onderwijs gaan voltooid worden, 't is te zeggen: geschoeid op onze leest. De vrije on derwijsgestichten zullen wij zorgvuldig bewaken, en van hunne leerlingen serieuze waarborgen afeisschen als zij eene staatsbediening durven vragen. Het gouvernement wordt van vele kanten aange rand en besprongen wij zullen naar wapens zoeken om ons te verdedigen. Ziedaar eene trouwe schets der redevoering van meester FERRY. Daarna is een ander minister ko men spreken van den Oosten, van de goede betrek- k-rgen var» Frankrijk n»» ai Ie Mfwenr ne.I-1 r wereld. Eindelijk vraagt men het volle vertrouwen der Kamer, en hare verkleefdheid en onderdanigheid aan "t Ministerie. Gambetta is president. Een lid der rechterzijde, Baudry-d'Asson, staat recht en zegt dat hij al de citoyens-ministers van dit gouvernement van inbre kers gaat interpelleren. Gambetta komt er tusschen en raadpleegt de Kamer om aan Baudry een blaam te geven. Baudry antwoordt dat hij zijne woorden onder werpt aan 't oordeel van 't land, die dc eerlooze kloostervervolging veroordeelt. De Kamer spreekt een blaam uit tegen Baudry, met tijdelijke uitsluiting. Baudry wil niet weggaan'; een lid der minderheid roept van Baudry te belegeren, gelijk men komt te doen met de Witheeren van Tarascon. Gerucht en gewoel in de Kamer. Gambetta dekt zich de zitting is geheven. Bij de Paters Kapucienen. Ten 6 ure, terwijl een pater de H. Kommunie uitreikte, zijn de uitdrijvers in het kapucienenkloostergedrongen.De vrouwen schaar den zich geknield voor de kommuniebank en lieten alzoo den pater die de mis las, toe, den dienst te eindigen en zich in de sakristijn te begeven. Het H. Sakrament was nog altijd geëxposeerd en reeds was het canaille in de kapel, spottend en lachend voor het Allerheiligste. Pater Patricius maande hen aan te zwijgen, hief het Tantum ergo aan, dat door al de geloovigen gezongen werd en hij gafde benediktie waarna hij bet H. Sakrament en de H. Hostiën meedroeg. Pater Arsène, de provinciaal, weigerde de deur van het klooster te openen voor den kommissaris, die bevel gaf aan de pompiers, de deur in stukken te kappen, hetgeen onmiddeliikgebeurde. Despaan ders vlogen in het rond en kwetsten een der omstaanders, doktor Osenain, boven het oog. Deze verliet echter de paters niet. Toen de deuren opengebroken waren, sprak pater Arsène de exkommunikatie tegen de inbrekers uit. -- Gij beleedigt ons, mijnheer! riep de kommissaris, dat men mijnheer naar de gevangenis brenge. Een kreet van verontweerdiging tegen dien heiligschendenden aanslag steeg uit de borst van al de aanwezigen op. De kommissaris deed vijftig nieuwe policiemannen roepen, en de paters en hunne vrienden werden een voor een aan de deur gezet. Al de cellen werden ingebeukt, terwijl de menigte buiten riep: Leven de kapucienen! leve de vrijheid! Pater Arsène is in vrijheid gesteld, na in de prefektuur van policie te zijn gebracht. De franciskanen der rue de Fóurnaux hebben donderdag ten 6 ure hunne deuren zien in stukken kappen door de pompiers, die door twee kommissarissen werden aangevoerd. Elke cel werd ingeslagen en de paters met geweld eruit gesleept. Ten 7 1/2 ure was alles gedaan. Ook de konventueele minderbroeders der «ruc de Romainville, zijn uitgedreven ;dedeur werd meteen soort van stormram ingeloopen; de paters kregen een halt uur tijd om hun pak te maken en vier-en- twintig uren om Frankrijk te verlaten. Bloemen werden gestrooid op den doortocht der paters. Bij de augustijnen werd de deur zonder eenige sommatie inge slagen. bij middel van knuppels en bijlen. De paters waren alleen in de kerk, waar het H. Sakrament was uitgesteld; een der paters las de mis. Een policieman is aan het altaar gegaan en heeft den pater bevolen binnen de vijl minuten met zijne misgedaan te maken. De pater antwoordde niet en ging voort. Na dat het H. Sakrament naar eene aangewezen kamer gebracht was, dreef men de paters de straat op. Een persoon die riep: Weg met de dekreten! werd aangehouden. De maristen der rue de Vaugirard, werden rond 5 ure uitgezet. De deuren waren gebarrikadcerd. Al de cellen werden ingebeukt; vier paters heeft men moeten buiten dragen. Ten 8 1/2 ure was dc uitdrijving gedaan. Ook de redemptoristen van den boulevard Meuilmontant zijn uitgedreven. Even als aan de andere kloosters werden ook daar de deuren aan stukken gekloven, en dezelfde gewelddaden hadden ook hier plaats. In de Departementen. Te Vinay (Isère) zijn de Oblaten van Maria door don onderprot'ekt on vier brigaden gendarmen uitgedreven. TeBayonne zijnde kapucienen uitgedreven; de uitdrijvers werden door het volk uitgejouwd. De missionnarissèn van St Lauroys-sur-Sèvres zijn door den pref'ekt der Vondée uitgozot Te lssoudun zijn de missionnarissèn van hot H. Hart uitgedreven. Do gendarmerie to peerd was aanwezig" en do troepen onder de wapens. De uitdrijving duurde drie uren. Te MeyJan begon men ten 11 ure met de uitdrijving der kapucienen, ten 4 ure was de uitzetting nog niet voltrokken. Zelfs de hussier dor paters werd uitgedreven; hij protesteerde en legde eene klacht neer bij den eersten voorzitter derrochtbank. Graaf de Montevnardisaangehouden na uit liet klooster gezet te zijn. Ook M. Sisteronj advokaat, word in hechtenis genomen. 0?k de.Oliyetanen van Parmence on de Oblaten van O.-L.-Vrouw de l'Osier zijn uitgejaagd. Tc Pad zijn de Redemptoristen uitgedreven. Ten 5 ure reeds was't klooster door de gendarmen omringd. Geen slotmaker wilde de hand leenen en men heeft de deurenen muren met bijl en houweel neergehaald. Te St-Pierre-lez-Calais zijn de kapucienen uitgejaagd. Do policie en de gendarmen hebben de uitdrijving gedaan. Te Aubigny (Cher) zijn de barnaWeten uitgedreven; zonder sommatie zijn de deuren ingeslagen. De kommissaris weigerde de protestatie der paters te aanhooren. Te Clermont-Ferrand zijn de kapucienen op dezelfde wijze behandeld. Den ingang word geweigerd aan den bisschop. De policio en de slotma- makers werden uitgejouwd. Na twee uren weerstand zijn do paters met geweld buiten geworpen. Te Nancy zijn de Oblaten uitgejaagd; do deuren zijn aan stukkon ge kapt en do zegels op de kapel gelegd. Ook da Preekbeeren to Nancy zijn op dezelfde wijze uitgezet. To Mazières (AriógeJ zijn de Preekheeren op dezelfde wijze uitge dreven. Te Vannes werden do missionnarissèn der Compagnie van Maria uitgejaagd. Te Chateauroux werden de deuren van 't redemptoristenklooster open gebroken en de paters uitgejaagd. Te Gaunat zijn de redemptoristen eveneens uitgezet en is de kapel verzegeld. Te Saint-Brieuc zijn do salvatoristen, die slechts twee pator3 telden, uitgedreven; slechts een hunner was te huis. De sapeurs hebben de deu ren ingehakt. Te La Brachèro zijn do Oblaten van O.-L.-Vrouw van Bijstand uitgedreven.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1880 | | pagina 1