Aigeineene Belangen. jak cleraer 48 Zioudag ''.."3 V.''ember 1881. Twee-en-Twinti gste Jaargang. ©oïtsïitens baöcrlanö, - orijljetö. laatste Binders van Vlaanderen, Bureel, Achterstraat. Gowoone Annoncen: 20 centiemen per rcge>.'Aunoncen op de Tweede Bladzijde, 50 cent, deu regel. Berichten onder 'fc-aicuws, 1 frank den kleinen regel..t HET LAND 5 fr. 's jaars. vooraf betaalbaar. Inschrijvingen worden op alletljdstippeu genomen, rechtstreeks bij ons or door post of briefdragers. VAN AELST LOOPENDE NIEUWS. Te Brussel gaat de Post 7 keeren daags rond; ze spreken van er nog 3 uitdeelingen bij te voegen. En op veel Buitenge meenten is de Post-Correspondentie nu slechter als voor dat de Convois reden.... Dat ze spreken of het njét waar is! De heeren Gekoz nen mogen de Belan gen van den Buiten niet vergeten. Alla, conragie, menschen, coeragic, burgers, 'ne grooten troost wordt u gegeven; sedert dit liberaal Ministerie, alle lasten zijn verhoogd, twist en tweedracht zijn ver meerderd, de weerde der Eigendommen is een vierde ven Snderd,op alle verkoopingen is dat te bestatigen, en i.u laat de Gazet van T Gouvernement weten dat de Garde-civikken gaan in 'ne nieuwen tenue geste gen worden, op hun Kosten: breedrandige gepluimde cbakos, groen zwadderkazakken, breede pantalons enfin, op zijn partajans Ach, wanneer was er meer rede als nu om te zingen? Miserie, miserie. Den Geus en Waal aan 't Ministerie, Dat deugt voor Vlaanderen niet. Er zijn te Gent wel 5o straten of straatjes waar vuige slonsen en marlous straffeloos den weg beklet- sen. Gevolgen van LiberaalderijO dat walgelijke Willemsfonds! Te Gent is een civiele schoolmeester uit Nederland een voordracht komen geven, waarin de kerel zich verklaarde tegen alle geopenbaarde godsdiensten,'t is te zeggen tegen alle godsdiensten die van 't bovennatuurlijk spreken: de godsdiensten, zoo sprak de Willemsfonder verder, de godsdiensten beginnen hun werk van verstandelijke vernieling met de geboorte van den menschü! Dus, geen doopsel meergeen kruis-leercn-maken! geen Katechismus- leeren! opgebracht worden als honden en katten Zulke wangcdrochtetijkheden durft de Liberaalderij leeren. Volgens geruchten die te Brussel loopen, zou er groote oneenigheid zijn tusschen den Koning en zijnen Minister van Oorlog, welken laatste onder steund is door Frère. Wij hooren 't klokske luiden en we zien perfekt wel 't klepelken Sire heelt een mannie dat België maar gelukkig en rijk kan wezen, mits veel soldaten te hebben en veel officie'ele scho len:'t is tegen zijnen dank, dat Sire de schoolwet heeft geteekend, den Nuntius heeft laten wegzenden; doch er waren stellige beloften van Frèrenu valt er boter bij den visch te doen komen; Frère vraagt niet beters; maar... die kiezingen van 1882... Moest de Liberaalderij NU de versterkingen rond de Maas, een gewapende reserve decreteeren, in weerwil van al hunne vaische kiezers en partijdige kieswetten, 'tzou vhegens gedaan zijn. Ze zeggen dat Rollin.met den nieuwen tenue voor de garde-ciyik, mag nevens Sainc«$eüc staan met zijn vermaarde telegral-her vor^iag. I. Vrijwiliigers-Leger!-Datis onmogelijk?!! De Familiën door de Loling van 4881 getroffen, hebben nauwelijks hunne zonen zien opgaan, hunne zuurgewonnen penningen gestort, als die wreede plaag opnieuw haren schendenden klauw naar nieuwe slachtoffers uitsteekt. En als men spreekt of schrijft van die Plaag, van die Pest te bevechten, van een Vrijwilligers-Leger in de plaals te brengen, zeer dikwijls het eerste woord van rijke, van hooggeplaatste heeren, van Overheden, hun eerste woord luidt Dat is onmo gelijk Soldaterij mag en moet er zijn; met een Leger van Vrijwilligers zou den Soldaat beter behandeld, meer gerespekteerd zijn; de funktien van Sergeant, Luite nant, Kapitein en Kolonel, zonden van d'achtbaarste bedieningen des Lands wezen. Men is dus tegen 't Leger niet maar tegen die overdrevenheid, tegen die zotlrii^ wekt vroeg ol Iaat ons Vaderland in cenen oorièjj zal u:«s tgon men is tegen die brutale barbaarsciil ti/l, die bij den rij ken eenige bankbriefkes neemt bijden .riubachts- man en Landbouwer, het kind zTqs huiz(;v den zoon;1 Iraen is tegen die vermaledijdde en gannef» nuttelooz* verzwaringen der krijgslasten, j Overheden zouden als Vaders moeten zijn maai eilaas! ziet de geschiedenis ua: de wereldlijke Over heden, de Graven, Hertogen, Koningen, Keizers, hot dikwijls hebben zij't geluk van hun Volk gezocht' hoe dikwijls niet liuu Volk buitenmatig belast, ii zijn rechten en vrijheden benadceligd! D oude Vlaara sclie Voorrechten en Vrijheden, wie heeft ze eeuwci lang bevochten en bijna tol niet gebracht?... En hedendaags, in ons Vaderland, oud en jong be gint liet te zien, aan hoogerhand, men behertigt lie; algemeen welzijn niet; waarom zouden wij liet T';< zwijgen, 't is van hoogerhand dat al die krijgsverzwaj ringen komen, 't is aan hoogerhand dat men <H- Bloedwet zou willen rondzenden, gelijk een Plaag van Egypte, om uit alle Ruizen de mannelijke afstam melingen te rukken en naar de verpestende kasern te sleuren. En trapsgewijze, van hoogerhand aan, vinden wij •Je verdediging der Bloedwet, vinden wij de Perso nen die,ijskoud blijvende voor de klachten des volks, die antwoorden Een Leger van Vrijwilligers is ONMOGELIJK y We gaan in eenige artikels het tegenovergestelde toonen: Een Leger van Vrijwilligers is niet alleen mogelijk, maar hoogst noodzakelijk, 't Begin van een leger van Vrijwilligers, al had men maar düheHl aanwervingen, zou 't begin zijn van een merkelijke verzachting der wreede Loting. E11 mag iemand hieraan onverschillig blijven Heeft elk er geen belang bij, in een vrij en vaderlijk bestuur? Heeft elk er geen belang bij, van te vermij den die wreede bloedstortingen, welke de-natuurlijke gevolgen zijn van groote legers? Is elke katholiek in 't bijzonder, krachtens zijne princiepen, niet ver plicht,die barbaarsehe handel van blanke jonkheden te beletten, de verpestende lucht der kaserns te do*.n zuiveren? Eu zij, bijzonderlijk, de Vaders en Moede/s van mannelijke telgen, is het hunne plicht niet,hunfce natuurlijke plicht van uit alle kracht en macty;, hunne zonen aan die wreede slavernij te onttrekken. Zullen zij geen rekening bij God moeten geven, 's zij hierin it»f en onverschillig *ijn geweest en de m dclcii lol i'cddiQK nietuwbriiikt he»ih«n'; En men korné van geen partijbelang spreken !IIaa 't vorig Katholiek Ministerie hiérfrjpi ghdachtcn van zijn Kiezers en vau '1 Volk gevolgd,het zou misschien nog aan 't Bestuur geweest zijn... In de jongste Ka- raerkiezing van Antwerpen, de Maatschappij van Vrijwilligers-leger, dees groot Volksbelang,dezen innigen wènsch der groote Meerderheid vooruilzet- tiende, kreeg ook ten antwoordDit zal de katho lieke Partij verdeelen, verzwakken zelfs achtbare Gekozenen waren verlegen, bevreesd; doch voet werd bij stek gehouden, de Meeting schreef op haar Pro gramma VRIJWILLIGERS-LEGER. En de Katholieken van Antwerpen behaalden ee- ner hunner glorierijkste zegepralen Dal de Katholieken bijzonderlijk er wel op naden ken: Wij leven hier niet, 0111 de grillen van 'ne Koning te volgen, om den aap en nadien 't slaeht- offer te zijn van een vreemde Mogendheid wij leven 0111 benevens ons hoogere plichten, den i). Evenmensch behulpzaam en liefderijk te wezen en van hem al de droefheden en plagen te verwijdc- ren, welke wij aan ons zeiven niet wensclien en volbrengt hij 't gebod der naastenliefde,die werke- loos en onverschillig blijft, ja die meewerkt oiu jaarlijks duizende jonkheden in hun verderf te stooten, om jaarlijks duizende Familiën in een zee n van angst en droefheden te dompelen? WETTEnTWETGEVERS EN VOLK. De wetten worden om twee redens, van het Volk langs ommeer overtreden, miskend en veracht. De eerste reden is, omdat er veel wetten gegeven worden uit partijgeest, zonder gegronddo redens en noodzakelijkheid. De tweede reden is. omdat de wetten te veel ver menigvuldigd en te dikwijls veranderd worden. De wetten moeten zeer zeldzaam en duerzaam zijn en gegeven worden voor het algemeen welzijn der samenleving. De wetgevers maken hedendaags wetten a la va- peur, en z.) veranderen geiijk het weder. Het zijn niet alleenelijk de wetten die veranderen, maar de uitlegging, toepassing en uitvoering der wet ten wordt door de rechters en overheden willekeu- nglijk veranderd. Hetgeen over eenigen tijd recht en rechtveerdig- heid was, is heden onrecht en onrechtveerdigheid men kan bier honderden gevallen bijbrengen. Het Volk hondt sterk, gelijk in vorige eeuwen, aan de oude wetten en gebruiken, dewelke het alge meen welzijn voor oogwit hebben. Men moet nog bemerken dal geene wetten, onder alfe betrekken, kunnen volmaakt zijn. God alléén is volmaakt. Het zijn onvoorzichtige en uitzinnige Wetgevers en overheden die alles willen verbeteren en tot vol maaktheid brengen. Zulke personen kunnen niet bestieren want LE MIEUX EST L'ENNEMI DU BjEN. Dai is eene Waarheid voor alle wetgevers en over heden, hetzij liberalen of katholieken, hetzij wereld lijken of geestelijken. BARA~en NAYOLGERS Bara wordt met reden erg beknibbeld, omdat hij oude eu nieuwe fondatien verandert, breekt, verbeurt en van het een op 't ander bestier verzet. Er zijn personen die Bara navolgen en overtreffen. Men kan tot nu toe niet zeggen, dat Bara geconfis- keerd heeft om zijnen eigen zak te vullen. Verders als Bara iets conflskeert of van liet een op een ander bestier verzet, dan laat bij toch nog het ge- confiskeerd v>|\ -« rzet goed aan ae gemeente waar net geconïhkeeAjj Aio -. -•• r.:aliaran «n rakkeO. dat is erger, dat is: s-.berreweg spelen, en als zi.j iets vereel ten van d'eene gemeente op een andere gemeente dat is Communism. GALLUS,een iatijns woord, beteekent in 't vlaamsch liaen.GALLUS van Maria-Oudenhove in t Vlaamsch: den haan van M. Oudenhoveis daar den 258ber leven dig gepluimd hij kan nu zonder pluimen gaan koe keloeren naar Roozebeke en Sottegem. Het schijnt dat de arrondissementskommissaris van Oudeuaarde den lieer Van Bussele van Nukerke.ook aan het politiek leven gaat vaarwel zeggen en op zijne renten leven. Hij staat nergensmeer.nocli teNukerke noch te Oudenaarde op de kiezerslijst; te Nukerke en in het omliggende heelt hij niets meer te zeggen, zijne oudste vrienden zijntiem afgevallen, en daarbij inden kiesstrijd overal verliezen en achteruit gaan, dat ver veelt mettertijd alle menschen. KERLELIJK NIEUWS. Morgen, zondag, beginnen in ST MARTI. NUS-KERK van Aalst, de buitengewone Missie. Sermoenen voor den Pauzelijken Jubile'van 1881 Men weet dat deze Kerkelijke Gunst te verdienen is tot den Ssten december. Feestdag der Onbe vlekte Ontvangenis; de voorwaarden zijn 6 kerk bezoeken, éen dag vasten, een aaimocs geven vol gens staat en vermogen, aan den eenen of anderen noodlijdenden of aan |emg ander goed werk; meu ziet dus dat er in al dié k ubilés.niet alleenelijk ver heffing tot God is,maar liefde tot den evenmensch, en die eens begint te geven, krijgt dikwijls deze zalige en gelukkige gewoonte; een laatste conditie is te Biechten en t'Onzen Heere gaan... De Ser moenen zullen t'Aalst gepredikt worden door den E. H. COLLIN, een der beste Predikanten die nog ooit den Preekstoel der St Martens kerk heb ben beklommen. Op de zondagen, groot Sermoen onder Hoogmis en Lof. en de werkdagen 's mor- gends na d'eeiste Mis Onderrichting, onder t Lof Fransch Sermoen en ten 8 ure 's avonds Groot Sermoen...Een ongeloovige Stad is een zedelooze en ongelukkige en arme stad, en nogtans 't is ter oogen uit te zien, dat de Liberaalderij van heden, daags niets anders is, als een werking om de Vol keren van hun Geloof af te trekken; alles wat ker. kelijk en christelijk is, wilt die Liberaafderij af. breken; was het in haar macht, cr zou geen le vende ziel komen, als de groote klok de Jubilé- Sermoenen aankondigt alles gebruikt die Liberaalderij om haar Volk te beletten van eens naar de Sermoenen te komen;nogtans, de liberaal, als man van vrij onderzoek, zou moeten den eer sten zijn om te zeggen Ik lees dagelijks in de fransche en vlaamsche liberale gazetten, geweldige aanvallen tegen 't Geloot in 't welk ik gedoopt en opgebracht ben; ik ga nu eens een ander klok hoo ren, mannen die de Godgeleerdheid hun leven lang gestudeerd hebben... Zoo sprekende, zoude liberaal redelijk handelen; maer neen hij hoort alleen de vijand, die valschelijk bevecht, en vlucht het woord van dengene die rechtzinnig uitlegt en verdedigt. Ondertusschen, die onverschillig blijft, die lacht en spot met Jubiié-Sermoenen,doet eerst en vooral, 'l grootste nadeel aan zijn eigen zeiven. 't Is M. den Pastoor van Quatrecht die maan dag voor de Zondagscholen-Prijsdecling zal de Aanspraak doen. Dikwijls, op zeer kleine Paro chiën, vindt men diepgelcerdc en welsprekende Priesters. De Eerw. heer Sadones is zondag laatst om 3 uren door den zeer eerweerden Heer Deken van Geeraardsbergen plechtiglijk als pastoor van Op- hasselt geïnstalleerd. Men moet ter plaats geweest zijn, gezien en ge hoord hebben, om te weten met welke vreugd en blijdschap de inwoners vanOpbasselt zonder eenige uitzondering hunnen nieuwen Herder ontvangen hebben. Dat geelt ie keunen dat de geloovigen van -haspelt opiachte katholieken zijn die geern uit WIU -2-.- '23» "ardors; hflt .'.OGniAOClS hOO- ren en van bun geern vermaand eu desnoods De- rispt worden. Rond drijuren zijn de kanonniers van Steenliuisen mei buu machtig groot geschut en de pompiers van Nederbrakel en grand' tenue met hun muziek aangekomen, die veel leven aan de schoone feest gegeven hebben. Ophasselt is eene schoone en rijke gemeente die ligt halfweg tusschen Ninove en Nederbrakel. M. Sadones,gewezen onder pastoor van Nederbra kel, is den opvolger van M. Cleemputte, gewezen onderpastoor van Ninove; de inwoners vanNinove hebben uit dankbaarheid een kostelijk geschenk gegeven aan bunnen ieverachtigen en welbemin den heer Onderpastoor toen hij door Zijne Hoog- weerdigheid Pastoor genoemd wierd. Dat loffelijk voorbeeld mag hedendaags nog gevolgd worden De onderhandelingen tusschen den II. Stoel en Engeland gaan veort met kans op goeden uit slag. Die met Rusland echter schijnen uiet te zul len lukken. De H. Stoel heeft zier. ongetwijfeld nooit vaische inbeeldingen gemaakt over liet tref- ten van eene overeenkomst. Maar zijn plicht is de gelegenheid er toe open te stellenjhetriverige moet aan de Voorzienigheid worden overgelaten. of de verhalen uit den Franschen Tijd, naar hel uitgebreid icerk van S. VAN DERGUCHT, Kunstschilder) te Aalst.) 24* Vervolg. XVI Jan in droefheid. zweert de verdelging der Binders. Wee! wee! kreet Jan. ons huis brandt! cn hij liep naar de plaats der ramp Victor en John sprongen dadelijk achter hem, uit de Diligen '.e.en volgden hunnen bedroefden Vriend. De jongeling had zich niet bedrogen; zijn vadershuis was niets meer dan een rookende puinhoop! Dreas de Champetter stond er om de menigte in orde te houden en Jan ziende,kwam hij toegeloo- pen: Zjjt niet te zeer verschrikt, riep hij, uw vader en zuster zijn gered en in veiligheid bij Mr den doctor Dubien. - Wat is bier dan gebeurd? Een gendarm alleen heelt het leven verloren, en zijn arm peerd ligt vei brand in den stal! Champetter, wat is hier gebeurd? Een schelmerij der Binders, riep de Champetter, van gramsci.jp op den grond stampende; op een half uur afstand der Parochiekerk, aan den steenweg van Gent op Brussel, durven zij zulken aanslag wagen! Ach, ware ik niet alwezig geweest voor mij nen dierst, Jan, ik, een oud-gediende van Maria Thresia, Ach, Dreas, kermde Jan, laat al die overtollige woorden en zeg mij in 't kort wat hier gebeurd is? Wel, gi onverduldige jongen, luistert; 't is naar u dat ik wacht, sedert dezen morgend; en 't begon mij reeds te verdrieten; ik zou liever op de Binders hakken en kappen, als hier een domme menigte aan een brandramp te bewaken. Dreas,riep Jan, den Champetter bij den schouder vattende met zulke hevigheid dat Moor begon te grollen, hetgeen de dappere Andreas ter dood verschrikte. Wilt ge mij, ja of neen, zeggen wat hier ge beurd is? Maar seffens, Mr Jan, en meer dan dat. ik zal mijnen last uitvoeren en u naar Valkensteen brengen; gelijk ge ziet, de schade is niet groot. Goed laat ons gaan, wij luisteren. En Dreas vertelde in lange termen dat daags te voren rond den middag, de gendarms die in d'Hope van Vrede logeerden, de tijding kregen dat zij onvcrwi ld met hunne gezellen een verkenning moesten gaan doen; dat er nogtans een gendarm bleef; dat in den namiddag doctor Dubien, Roosje had uoen ontbieden, om bij zijn dochter Florida te komen; dat de oude Clerker dus alleen bleef met den franscben gendarm; dat ten half tien, Roosje nog niet terug was; doch Clercker had geen onrust, vermits zij van twee knechten zou naar huis vergezeld zijn; ten 10 ure, Clercker en de gendarm dronken samen een kanne bier, als eensklaps een geweer scheut door 't achtervenster^ n klonk en dat de gendarm neerstortte; zijn hoofd was verbrijzeld; de oude Clercker, in dezer, nood, zijn oude dagen vergetende, sjirong op, liep zijn karabijn halen eu wilde naar builen tegen de moo rdenaars; doch al ie deuren waren gesloten; hij kon den huize niet uit; dan hoort hij een gekraaksel gelijk van boomrijs dat in stukken gebroken wordt; hij ziet door de spleten der deur een groote klaarte; de Binders hadden zijn huis in brand geste ken, na deuren en waterluiken vastgelegd te hebbenJan sidderde as een riet. bij het hooren van dit ijselijk verhaal: arme Vader, zuchtte hij, wat moet de man geleden hebben! Uw Vader, ver telde Andreas, werkte als'ne leeuw; hij heeft mij zelf verteld, dat hij niet beter meinde of zijn laatste uur was gekomen, de Binders waren gevlucht, als zij hun werk voleind zagen; geen ziel op straat, geen roepen of kermen kon helpen; uw Vader hoorde 't peerd bries- schen, snikken en sterven; 't was gedaan met onzen braven Paro chiaan, als gelukkiglijk op den steenweg passeerde den ouden sol- ferstekmakcr Dikbinder; nij hoorde den braven Clercker roepen; sneed de banden der deur at en reddealduszijn leven, 't Washoogen tijd, want nadat zij samen eenig geld en zilverwerk hadden gered, dan stortte het dak in. Op 't eerste gerucht van den brand, zoo ging Dreas voort, was ik aan '1 hoofd eener bende Boeren komen bijge- sneld; onder mijn geleide, Mijn Vader! mijn Vader! kreet Jan; waar, hoe is hij? Dezen morgend ben ik naar Valkensteen geweest; uw Vader had een onrustige nacht gehad,doch was buiten gevaar; ik zeg dus, jongeling en mijnheeren, dat na dat wij den brand ge- bluscht hadden, er onder mijn bevel een klopjacht is gedaan in't omliggende, dien nacht zelve; en gelukkig voor de Binders.... Maar is 't geen Berechting welke wij hooren? 't Wordt reeds dem- ster, en mijn oogen beginnen te falen. Jan stelde zich in gansch zijne lengte naar den kant, waar hij de bel der Berechting hoorde; zijn oog gloeide; zijn hart klopte, zijn adem was ijgende; 't gerucht naderde, en ging naar de richting welke zij zelvcn namen, naar 't kasteel; eilaas! kermde Jan, er zijn daar maar twee huizen van Oordegem; Champetter, om de liefde Gods, zegt mij g'heel de waarheid? De waarheid, jongeling, dezen morgend zegde men dat uw Vader buiten alle gevaar is. Maar 'ne man van zijn jaren, kermde Jan, en zulken schok! Ach, waarom ben ik van huis gegaan! Jan, sprak Victor, Vriend, bedroeft u niet op voorhand; en waart gij nog thuis geweest, de wraak der Binders... De Berechting was nu in 't zicht; ze trok naar 't kasteel; Jan zag den Eerweerden Pastoor die 't Alderheiligste droeg, mj zag dat twee dienstooden van 't kasteel met brandende lantcerns nevens den kos ter gingen, en de man die achter de Berechting trad, was niemand anders dan Doctor DubienJan ontdekte zijn hoofd, zijn gezellen volgden dit voorbeeld en allen vergezelden de Berechting; aan de poort van Valkensteen, vooraleer met den Oppersten Trooster den stervende te gaan versterken, de eerweerde Herder gaf den zegen met het goddelijk Sacrament, en toen allen terug opstonden. Jan liep naar den Doctor en tikte hem op de schouders: Ach Vnend, sprak de Doctor,ge zijt eindelijk daar en in zulke omstandigheid! 't Is dan toen waar.... 't is... Vriend, '1 is voor uw Vauer; een schielijke geraaktheid; door spoedige hulp is hij beter en alle4hoop Ulijft nictjverloren... kom, volgt ons! lk ben hier| met twee vrienden! Dat ze meekomen; uw Vrienden zijn de mijne.... Hee ren, laat ons hier in de nevenkamer eenige oogenbhkken vertoeven* Op de kamer van den Stervende hadden de Heilige Mysteriën plaats: de Mensch, aan de poort van d'Eeuwigheid, die gesterkt en gezalld worden, door de Sacramenten van zijn Heilige Religie.... Alles ontsnapt ons: Macht, rijkdommen, gezag, eer, Vrienden, alles!... De groote Vriend, de God-Mensch, de Verlosser en Zalig maker komt ons bezoeken en naar d'Eeuwigheid vergezellen... Ach, en op onze tijden zijner, die deze heilige Hulpmiddelen ver- stooten,... zijn er die bij stervende de wacbt houden, om als knech ten van Satan, Ons Heeren zijn Hulp te verwijderen!,. De oude Clercker lag daar alseenneêrgevelden eik, zonder kracht of macht, maar met hoop en betrouwen, gezuiverd door een goede Biecht, gesterkt door dc H. Communie, gezalfd door het H. Olij- sel... Ongetwijfeld zag hij de do.od naderen, doch kalm bleef hij, kalm en tevreden, maar zijn oogen zochten iemand... en toen de eerweerde Dienaar Gods zich verwijderd had en dat Roosje aan 't bed zat te krijschen, en dat de Docteur den naam van Jan ver noemde: Jan, kermde hij, ach, waar is hij? ik wil hem spreken, vooraleer ik sterl.... Mr Dubien naierde, voelde den pjls van den zieke; 't was de doedmarsch die sloeg: Vriend, sprak de Docteur, Jan is hier. (En des stervende oogen fonkelden). Jan is hier, ik ga hem roepen! Ach ja, sprak de stervende vader. De Docteur ging in de kamer waar Jan verbleef, het hoofd io d'handen, waartusschen de tranen zijpelden: Vriend, zegde hij, komt, uw vader roept u; wees moedig, goede Vriend; waarom zou ik u bedriegen? zijn uren zijn geteld; wees bedaard en denkt op uw lieve zuster. Jan volgde den Docteur; Hij zag zijn vader liggen, de dood op zijn wezen, d >ch bij zijn intreden poogde bij te grimlachen cn stak d'hand uit. Jan wierp zich op de kniën voor 't bed, cn besproeide de vaderlijke hand met zijne tranen: Vader! vader! riep hij uit, 't is mijn schuld, ik moest thuis gebleven zijnl De oude Clercker bezag zijn zoon met een kalm oog en sprak Jan... neen,., uwe schuld niet,., goede brave jongen... thuis... had men u... om...gebracht gelijk den gendarm.... Jan... alles wat wij... bezitten... ligt in... in mijn slaapkamer, onder den blauwen., steen... Kom Jan... ik ga ster... sterven... Jan... Roosje... ik zegen u.. uit g'heel mijn hert,., leeft deugdzaam..dient God., och die dat doet., troost., op zijn sterf bed..»Hier liet hij van vermoeidheid zijn hoofd achterover vallen; er was een droef gesnik en geween op die kamer... De oude baas uit d'Hope van Vrede opende nogeens d'oo- gen; en wat zag hij? Florida, geknield nevens zijn kinderen, en het hoofd gebogen onder zijn laatste zegening... Een rimpellach kwam op zijn stervende wezen; zijn doodstrijd begon; al d'aanwezigen vielen op hun kniën; men las de gebeden der stervende, die krach tige aanroepingen tot de hulpe van God en zijn Heilige,die schoone gebeden van: Vertrek, Cbrisiene zielEn eenige minuten nadien was de oude Clercker van der. lijst der aardebewoners geschrabt.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Het Land van Aelst | 1881 | | pagina 1