47
/TV
2/oadag 19 Notch-j 88".
Drie-enTwintigste-Jaargang.
©oösöicnst, - baövuït -Onjljeii»
De W etgevende Kamers,
/Vi
Bureel, Achterstraat.
jewooue Annoncen: 20 centioiuea per regel. Aauoncen op de Tweede BluJ>>jde
30 ceat. dea regel. Berichten ouder 't Nieuws, 1 frauk den kleiueu regel.
HET LAND
r, 'r. 's jaars, vooraf betaalbaar. Inschrijvingen wjriea op allo til Uipp3i
genomen, rechtstreeks bij ons of door post of briefdra gers
VAN AELST
...usr
Ze zijn dijnsdag geopend, alle twee.
Z'hebben de Kiezingen van Juni goedgekeurd;
want als de Katholieken, met de grootste redens,
een vernietiging van Kiezing vragen, men roept: au
vote! de meerderheid stemt en 't beste recht ligt ver-
trappeld.
Presidenten en Onderpresidenten zijn herkozen;
elk heeft zijn plaatsgenomen; de gewonecomplimen
ten zijn gemaakt, en de Kamers zijn uiteengegaan;
dijnsdag begint de Kamer hare werkzaamheden.
Men weet wat er te verwachten is van een liber-
haters Meerderheid; de Radikalen laten hun Meslier-
vorming vlotten, om eenparigüjk op de Katholieke
Belgen te vallen, om onze Rechten en Vrijheden in
te krempen, om 't officiéél Onderwijs in alle graden
te versterken, om nieuwe lasten te stemmen en meer
en meer den Staat in een Bureel van Vrijmetselarij
te veranderen.
Bij het aanvangen van dezen zittijd, volbrengen
wij een plicht, met ons te richten tot d'heeren Geko
zenen van ons Arrondissement:
Achtdare Heeren,
Ons Vaderland, ons Katholiek en Vrij Belgenland,
hoe is het toch zoo ver versukkeld, en in'nen toestand
geraakt, gelijk in de jaren 1827 en 28
Zekerlijk, de Vrijmetsers zijn stout; zekerlijk de
Koning is geen wijze en onpartijdige Vorst, doch
hebben de katholieke Meerderheden krachtdadig
geweest, gelijk de toestand het vereischte? Als wij de
jaren 50, 60 en 70 nagaan, hoe dikwerf moeten wij
niet met spijt uitroepen: Zulke schoone meerderheid
gehad hebben, en niets gedaan! niets tegen de god-
delooze overweldiging, die van dan af werkte, om
al de staatsmachten in haar bezit te hebben; niets
om de Vrijheden uit te breiden; niets om de valsche
kiezers weg te keeren; niets om de krijgslasten te
verzachten, gelijk de Kiezers en 't Volk vragen
De Kiezers en 't Volk waren krachtdadig;
De Katholieke Meerderheden, slap tot het uiterste;
ze leefden, ze leerden uit.
Ach, deze waarheid kan niet geloochend worden
dat de katholieke Meerderheden groote moeielijkhe-
de« tegenkwamen, dat zij de gevolgen dier slapheid
niet voorzagen, wij nemen het aan; maar NU is het
toch de tijd om <,nn andere houding aan te nemen,
om eens voor goed,de krachtdadigheid en de zelfsop-
ofléring te gebruiken, waarvan de Kiezers en 't Volk
in alle omstandigheden, zulk verheven voorbeeld
ven:
Over eenige weken 't verdrukte Katholiek Belpié
verhief zijn wezen en begroetleden oproep tot kracli-
tigen tegenstand, door een gazet van Liraburg uitge
galmd! Ge zoudt gezegd hebben,er kwam een nieuw
leven in de Katholieke Partij!... Heeren Gekozenen,
aan Ued., van dezen wensch te vervullen, van't Va
derland te redden; met de gewone slapheid, zelfs in
meerdei heid, wij rolden dieper en dieper ten af-
gronde; met vastberadenheid en krachtdadigheid,
zells in minderheid, wij kunnen de Liberhaters en
Vrijmetsers tegenhouden; indien Z. M. de Konin:
wist dat de KatholiekeMinderheidde uiterste middels
van verzet zal gebruiken, tegen een ongehoorde ver~
drukking en afpersing, tegen een ware vervolging, hij
zou zich wel wachten alles te teekenen, wat de V rij-
melsers hem voorleggen en indien de Katholieke
Partij rechtzinnig en openhertig de groote Volksbe
langen op haar Programma schreef: Vrijheid van
Leger en Onderwijs! Uitbreiding der Grondwettige
Vrijheden! Groote Gcspaarzaamheden! van de
trell'elijke liberalen zouden er genoeg bij ons komen,
om in een volgende kiezing te zegepralen.
Maar, zal men zeggen, Land van Aalst, ge schrijft
tegen de Senatcurs en Representanten, hoe zoudt gij
de zaken dan willen?
Daarop zullen wij te naaste week eens antwoorden.
OVERHEDEN. - IY1IL1TA1RDERIJ.
't Gaat slecht, g'heel Europa door.
D'O.erhedeu worden miskend; de Volkeren komen
in oproer, vertrappen en verwenschen 't gezag.
Welke is de groote rede daarvan?
Op veel plaatsen is 't Volk bedorven, ja; maar veel
Overheden zijn honderdmaal slechter dan de Volke
ren; zij bespotten opentlijk God en zijn Gebod; zij
lachen met Dengene, door wicn alle gezag komt.
Een Gouvernemet zou moeten vaderlijk zijn.
En zoekt nu nog een Vaderlijk Gouvernement in
gansch Eurpa.
Men stroopt, pluimt en bederft 't Volk; men
schendt en krenkt d'huishoudens; men doet niet al
leen betalen voor nuttelooze, maar zelfs voor gevaar
lijke en verpestende zaken. Waar er twee kijven, zijn
er dikwijls twee die de schuld hebben; maar in dees
geval zijn de Grooten en d'Overheden de meeste
plichtig.
De toestand van Europa is afgrijselijk!
Wij kunnen tijden van schrikkelijke wanorde, van
vuur en bloed beleven. De eenigste redmiddel ware,
dat Overheden en Volk hun oogen en hun hert zou
den richten tot den Oppervader, om zijn gezag te
erkennen en zijnen bijstand af te smecken. De meer
derheid der Volkeren is niet bedorven; de groote
meerderheid der Overheden is boos en obstinaat en
hooveerdig in zijn boosheid. Daaruit volgtdat wij
meer d'alleenheersching der bedorvene Grooten en
Overheden moeten vreezen, dan de wensch en wil
van 't Volk, vrijelijk door de Kiezingen uitgedrukt
hij li: hij MOET, in dees geval bijzonderlijk,
zijn Ki rs en zijn Volk vertegenwoordigen.
Heer iSenatenrs en Volksvertegenwoordigers, God
en L Vo k vragen u rekening over al de zi den in de
kascrot bedorven; de zuchten van zoovele Moeders,
ten mei klimmen, de verwenschingen van zoo
vel f Va te's, de vermaledijdingen van zoovele jonkhe-
d u, z l g'- eiet bevreesd dat zij op uw hoofden
zti en r;v;,llen! Wat hebt gij gedaan, wat doet gij
niet uw Broeders! En moest den oorlog hier komen,
door d schuld van ons groot leger, over't onnoozel
vergot bloeii zal raeu u met rechten rede komen
rekmi vragen.
Wij ijzonderlijk, Katholieken, die weten dat wij
onzen tasten moeten beminnen gelijk ons zeiven,wij
bijToiu 'lijk die een andermans goed en zijn vrijheid
i vooral moeten eerbiedigen, met meerder
klcekl d en kracht dan iemand, moeten wij ons
tegen c b ai baarse he slachtoffering van al de Fami-
liêu ye elten. Wij kunnen, als wij willen; als wij
van dé frtegenwoordiging een photographic maken
van h\ ene A-ij vragen en begeeren, voor 't welzijn
der F. dién den bloei van de Religie en den vrede
van't iderlapd.
j DITJES EN DATJES.
't Is vu ismark niet dien ze zullen vertranschen;
de ijzeren anseüer is Dietsch van top tot teen en in
zijn - t|ste baarpijltie. Onlangs zonden hem twee
scbrty es «en boek dat zij te samen hadden genviakt;
liet ha 4eld8 over gymnastiek, en was natuurlijk in
T duits-Ai geschreven; maar, volgens eene nieuwer-
wetsoL-i'no'le, in romausche of fraDSche letters ge
drukt. De staatsman bedankte de schrijvers zeer hof
felijk «hst hekelde hen niet min spitsvinnig: Ik
werd U'f schrijft hij. en mijn tijd iskort en kostelijk,
>oi een duitsch boek te lezen in fransche let-
ukt,heb ik *0 minuten noodig in plaats van
Een duitsch werk met fransche letters is zoo
ijkalseen fransch boek met grieksche letters,
z beeft die lezing mij veel genoegen en nut
Ziet eens met welke woede de Keizers en Koningen
hun Volk ondei 'tjuk der Soldaterij brengen! Er is
geen respijt of genade! De zoons, de kloeke zoons,
AL de zoons moeten zij hebben,in 't schoonste van
hun leven, om in een bedorvene kasern te leven en
als kanonvleesch te dienen. Dat is onredelijk, on-
meuschelijk en onchristelijk! In al de groote tijd
stippen des levens, de Katholieke Kerk vraagt aan
hare kinderen: Zijt gij hier in volle vrijheid geko
men? D'hedendaagsche Gouvernt inenteu vragej: niet
aan de''jonkheid: komf gij "in volTè" vf ijlïeuF oÏÏB. r
de soldaterijNeen, het dom lot moest beslissen, in
het dom lot worden de kansen jaarlijks ingekrempt,
en lief of leed, al stierven d'Ouders en zusters van
verdriet, ge moet raeê, voor verschelde jaren uw
vrijheid kwijt.
Burgers, Boeren, Ambachtsraans, rijken en armen,
geleerden en ongeleerden, Kiezers en geen Kiezers,
laat ons roepen
NIEMAND GEDWONGEN SOLDAAT!
't Is een schelmstuk, 'ne mensch van zijn vrijheid
te berooven.
't Is een schelmstuk die Bloedwet in stand te hou
den, ja te verzwaren!
't Is een mei need iglieid van een Katholiek Volk te
vertegenwoordigen en niet uit te voeren, wat de Vol
kereu met zulke hertkloppingen vragen en afbidden.
Geen redens of verschooningen kunnen tellen! Die in
den naam der Kiezers staat, is niet meester te doen
IJièr. in auderen, gaat het heel anders met onze
S'aa'AÖaioi^r:. Malou heeft sedert eenigen tijd twee
gro; te -odevoeringen uitgesproken te St Nikolaas,
hon:ds®<J van het Waasland. In d'eerste vroeg bij ver-
sciscoiw'g omdat hij de rechtveerdige wet: in Vlaan
deren Waam-cfy, niet volgde. De aanhoorders waren
toKla; 4- In »ju tweede redevoering, dezen zomer
houd'
zé*
7 al
en c
ver
al'-
%raagt hij geen verschooning meer, maar
;el dat hij om hoogere redenen in 't fransch
<«0.— En zij De aanhoorders zwegen nog eens
en iuichtten toe. -—Zou M. Malou die zooveel
i kennisseo heeft, tod
au teerep?
i zijne Moedertaa
N T of NOOIT nou men in Belgenland "ne Minis
ter! ,eo noemen, die de taal niet verstaat van de
meei 'rheid onzer Landgenoten; in Aals» is t ne
»:C ',eo"ur- uit privilegie en omdat M IFoesfc zul ken
iif-vigen bestrijder was der krijgslasten; daar hij pu-
biiek geschreven had Mijn hert is voor een Leger
fan rii wiiligers! een legercvan 50,000 man is groot
geooeg! een groot leger is eerder een gevaar dan een
- bescherming voor België. n Daarvoor hebben de
Kiezers M. Woeste door de vingers gezien; maar de
a!"emcene regel blijft vaster dan ooit: niemand geko
NIEMAND, die de taal zijner Kiezers niet ver-
-taal, da- uet Kiezerskorps in 'tVlaamsch niet kan
Op de Gemeenten moet er nog meer rechtuit gespro
ken en ka rt op tafel gespeeld worden. Hierom moe-
1° I>e namen uithangen en op de boeken der Ge
meenten in grove letters geschreven staan, van geu
zen. Reuzinnen en schakomannen.Want overal zeggen
de Volkeren: Niemand Gedwongen Soldaat, geen
GeuzeD-onderwijs.
2' De namen der Ouders voor wiens kinJeren de
Burgers en Landbouwers dat pijnlijk en vermaledijd
geld moeten opbrengen Na honderde jaren moeten die
verachtelijke familiëo op de boeken en langs de stra
ten bekend staan. Op menige G huchte: moeten nog
statiën en wegen van steen en ijzer gemaakt worden;
geld zou bijlange niet ontbreken, ging het met naar
de gedwongen soldaterij en het geuzen-onderwijs.
2° De slokops moeten, gelijk üen grooten slokop.van
hoofd tot de voeten bekeken en uit het gezelschap ge
bannen worden.
Een liberale gazet van Antwerpen moet nu beken
nen dat men in den fraoschen theater aldaar, stukken
speelt die meer passen aan sapeurs dan aan j»>og©
meisjesEn aan zulke vodderijen wordt t geld uit
de Gemeene kas toegeworpen!
Voortaan zal 't aan de Vogie moeielijk vallen de
Socialisten met de liberalen in de kieziogen te doen
samengaan.
De Journal de Bruxelles roept nog immer: Leve de
Koning!!!! Dat is den zot houden met de Katholieke
Belgen. Lev de Koniüg. die alles teekent wat de Vrij
metsers hem voorleggen!. Onderliggen, is erg voor
de katuolieken, maar bestuurd worden door mannen
van den Journal, dat is ruim zoo slecht Die nog
genegen zou zijn om Leve de Koning te roepen, als hy^
overweegt wat verschil Leopold II inaakt tusschen
de Belgeu, hij zal zwijgen. Daarbij, 't is een aarta-
dwaling van 't Vaderland te verbinden aan het tegen
woordig Stamhuis.
Meester Lieven, hoewel zeer oud wordende, kan
nog goed leeren en werken voor tien. De Meester ia
jong van hert en blij van geest; hij staat om honderd
laar te worden; alsdan zal 't grooten Jubilé zijn. In-
tusschentijd zal meester Lieven zijo beste doen, om
in alles de Deugd, de Waarheid en de Vrijheid te ver
dedigen.
De vermaarde Italiaan Later Passaglia.die zoo lang
en zoo wreed verdoolde, heeft zich bekeerd; t is nooit
te laat om zich te beteren. D gesukkeld en gedwaald
eD geschandaald heeft, moet zich kunnen vernederen,
en die vernedering verheft hem. Pater Passaglia was
Loeraar. als hij van de trappen irolde; zijn plaats zal
hem teruggegeven worden.
In Holland betaalt de tabak 1,50 per 100 kilos; hier
is 't 20 fr.; en men spreekt van die belasting op 50 rr.
te brengen. De Liberaalderij scheert de Bejgen gewel
dig en neemt zelfs stukken van d'liaid im-e.de labak-
nuverheid zal hier gekraakt wordeD, doch men heelt
groote scholen en rijkbetaalde meesters, zonder leer
lingen.
OVERSTROOM INGÏiN Uir Bergen, Luiken
Ooormjli. «omen er droeve fccricbie... - -' de «rr7*
men en rivieren; die gedurig «wellen, de keiders heb
ben ingenomen en de lage landen en dorpen bedrei
gen. Heuelide geval heelt plaats, telkens ..at cr aan
houdende regeas komen. En niets wordt gedaan om
die algemeene rampen te belettenDs waters van
den Dender staan ook zeer hoog en bedreigend; veel
last en tnoeielijkheden, groote vrees van verlies voor
Proprietarissen en Landbouwers.. Is t te veel. dat
wij vragen, van de nuttelooze schoollasien te vermin
deren, o .Ti werken uit te voeren van algemeen en
eeuwigdurende nut? De steden en dorpen, die 't aan
gaat, hebben al meer geld uitgegeven voor 't Geuzen-
Onderwijs. als de doorsteek van Wieze op Baasrode
zou kosten.... Dat ze doen wat ze willen-,de eenigste
redmiddel voor de Dendervallei is den doorsteek van
Wieze op Baasrode, die terzelveriijde de Scheepvaart
op Aalst en hooger op, merkelijk zal vergemakkc-
lijken.
Het gel 1 is voor den wrek een straf,
En helpt hem vroeger in het graf.
III.
Na eenige weken was de kapitein opStJans getest; hij sleet er
aangename dagen, wandelende, in zijnen hof werkende, met de lijn
visschen Ie, en dagelijks een paar uren morrende; bijzonderlijk als
er spraak was van kerk of kerkelijke diensten, dan zag hij daarin
een vervolging en bemoeiing van den Pastoor, en zijn humeur werd
noordse li, gelijk in de zwartste dagen van zijn garnisoensleven.
NugUms werd Mr den Pastoer, zoo dikwijls hij in den hot kwam
en dat gebeurde meermaals ter week, werd hij altijd met veel be
leefdheid ontvangen.
De weken en de maanden verliepen; de druiven waren geplukt;
d'appels bloosden op.de boomen; de kastanjelaars lieten hun bla-
ders vallen, de dagen werden korter, en zekeren morgend als de
kapitein zijn venster opende, zag hij zijn eerekruis in den hol met
meer; de sneeuw lu.d er een wit laken over geworpen.
Al sneeuw! riep hij uit; maar ook, we zijn den 18 october;
'l is reeds o dikke maanden dat ik bier ben! wel, wel, wel!
't Was inderdaad de winter die op't lijf viel. Nu moest er ge
zorgd w i den voor provisie van hout, kolen en eetwaren; nu moest
men wei ken om de koude buiten te stoppen, en als de kapitein de
koude h .d buitengejaagd, na eenige dagen bemerkte lnj dat de
verveling ongevraagd was binnen gekomen.
L Niets'i doen hebben, niets! en die lange winteravonden!
In de v. ek ging liet nog, kapitein Knorpot rookte, terwijl zijn
dochter, i de dienstmeid hun huiswerk verrichtten, ol t geen er
anders t< doen viel. Maar s zondags!
M. de. Pastoor die in de week, veel min kwam, vermits lnj las
en stude. de, 's zondags was hij met geen oogen te zien. Saida eu
de dienst meid gingen naar Mis, Vespers en Lof, en de kapitein bad
geen ander bezigheid dan de Parochianen uit de kerk te zien ko
men, gemoedelijk klappende.
Sapristi! riep hij den tweeden winterzondag uit, zal dat olij
ven duren! al die menschen zien er tevreden en gelukkig uit; ik
alleen weet niet hoe mijnen tijd te vermoorden! Wacht eens. van
stonden af, ga ik «.p mijn kamer en terwijl zij daar hun gebeden
prevelen, ik zal Voltaire lezen en mijn militaire Jaarboeken.
Den zondag nadien, bij ging boven, rookte een sterke pijp, las,
maar moest op den duur gapen en geeuwen.
't Is dat ik slecht gesteld ben, zegde hij.
8 dagen nadien, als't Volk in de kerk was, hij trok weèr naar
boven, de kamer toegedaan, om in stilte en zonder gestoord te
worden, zijn geliefkoosde lezing te doen.
Als Saida en de die.istmeid uit de Vesjiers kwamen, den kapitein
niet hoorende of ziende, zij gingen daar zijn kamer, zagen daar Vol
taire en de Jaarboeken op den grond grsmeten en den kapitein in
een somber humeur, grollende en alles verwenschendedat in zijn
gedacht kwam. Van 's anderdaags af, trok hij Idairkes mt den Vol
taire om er zijn pijp raeê t'ontsteken. en Lol den donderdag kreeg
men geen gezond of vriendelijk woord vau hem.
't Werd wederom zondag.
Nu was de kapitein gered!
Zijn dambord! daarop had hij niet gepeisd.
Zijn dambord! spelen zou hij, zijn rechterhand tegen de linker;
doch hetzelfde hoofd bestuurde de (wee handen: geen middel om
een verrassing te doen, om een buit'ngew.me slag te slaan en 't eer
ste spel was nog niet uit, als de kapitein wederom gevouwen arms
voor de venster stond. De laatste tonnen o yel weêrklonken voor
het Ave Maria en de menigte verliet den tempel.
Sapristi, riep hij uit, zie'nek'-er, al dat Volk, arm zoo wel
als rijk, ziet er tevreden en verheugd uit; d ouderlingen hebben
koeragie gelijk de jonkheden! En ik alle a knaag mij hieraf!
Indien, zoo ging er een stem in zijn li
de kerk ging!
Van gramschap zou hij zijnen eigen n- n
Wat! ik die gezworen heb geen en vuo
Hoe dwaas, zoo ging de stem in
dwaas van zich door 'nen eed te verbinden
a Een eerlijk man heeft maar éen wooi
Juist kwam de dochter thuis, lief als
vrolijk, gelijk een deugdzaam mensch vn
Och papa,zegde zij, wat heeft M. den
Zonder een woord te zeggeu, ging d
bleef g'heel den dag slecht gezind.
'sZondags nadien, nu had hij niels me
en zag eruitvan 's morgends af, gei ijk 'u<
kocht heeft.
a Papa, vroeg Saida, wil ik thuis blij
Neen, neen, neen! wat peist ge wel:
Maar, ge zit hier alleen!
0, ik verveel mij toch niet!De kapitein waszuiver bescnaamd
irt, indien ik ook naar
ifgobeten hebben,
u een kerk te zetten!
binnenste voort, boe
een bloem der velden en
üiijk is.
Pasloorschoon gcpreêkt!»
kapitein den bof in, en
er om den tijd te dooden,
li boer die zijn land ver-
Ken van de Vespers?
van deze woorden uitgesproken te Lebbe.
Ik zal mij niet vervelen; en hij, een dapp
zoohaast overleveren?
Een plechtige stilte in de Parochie i
pitein Knorpot stond voor zijn venster i;
ekkere pijp heeft hij aangestopt: ulia:r<
h hij wilde zeggen:
rijgsmau, zou hij zich
'l Volk in de kerk; ka
ar buiten te kijken; een
't Militair Jaarboek, het
dambord liggen verlaten; doch met zijn herinneringen zal hij de
verveling dooden; hij denkt op zijn jongelingsjaren,als hij kaporaal,
sergeant, luitenant werd; hij gaat met zijnen geest naar den Afrik,
alwaar hij verscheidc gevechten bijwoonde, 't kruis van eer kreeg
en den graad van kapitein; maar op 20 minuten is g'heel zijn leven
overzien; daarbij, er komen hem zeer veel bittere herinneringen
voor; heb ik nu, zegt hij, mijn ontslag gevraagd, ben ik bier in
d'eenzaamheid komen wonen, om mij terug met den geest in dit
kasern leven tusschen al die ongerechtigheden te plaatsen! Neen,
weg al die overwegingen!.... En de kapitein laat zich op den leun
stoel vallen en zijn pijp gaat uit, eu hij rolt in de diepste weémoe-
digheid en vervelingHa, man, ge zijt in 'ne geloovigen omtrek;
er zijn reine zielen die voor u bidden; ontsnappen zult gij
Brrr, mort hij, in welk eentoonig hol beu ik mij komen ver
kerkeren! En niemand die mij aanspreekt!!!... M. den Pastoor zelf
die mij noch over kerk en kluis spieekt; 't is nogtans zijn plicht als
Pastoor.... Heb ik geen ziel gelijk al andere menschen? of ben ik
'ne schurftigen hond?
En nu stelde hij zich iu een serieuse gramschap, tegen den Pas
toor die hem van de kerk niet sprak, terwijl hij gezworen had aan
de deur te smijten, den eersten die hem van kerk of kapel zou spre
ken!
En hij trok aan zijn moustache en hij keerde zich heên en weêr,
Stampte op den grond, beet en verweet zijn eigen en werd nog bno-
xer, omdat zulke aardige gedachten hem overmeesterden, a Ja,
bromde hij, Saida, ik zal haar een complement maken over den
ievcr van haren apostel die zooveel moeite doet voor ziju kerk!
Maar, wacht, z'is daar met d'oude dienstmeid,
a Papa, hoe is 't gegaan?
Slecht, slecht! ik zal hier uitdroogen op dit dorp.
Willen wij elders zoeken?
Neen, neen, ik ben hier al vastgeankerd.... Maar, die winter-
sche zondagen;... en dat er nog éenen dambordspeler ware, éenenl
o Mijnheer den Pastoor speelde er vroeger op!
Ja, 't moet 'ne famcusen zijn, uwen M' den Pastoor; hij kan er
zeker veel af; ik zou waarlijk krieus zijn hem eens aan t werk te
zien en her. een les te geven gelijk al die soutaandragers e- eene
verdienendien slimmen M. de Pastoor
Saida zweeg, de kapitein ronkte en bromde, sprak vcrscheide
malen van den Pastoor, aan welken hij 3 pions zou voor gegeveu
hebben; Saida vroeg of haar vader geen lust had, van eens naar
't Gemeentehuis te gaan: Neen, neen' beet hij haar toe; laat ons
eten, dat ik vroeg slapen ga!
En zoo deed hij, en na het eten, trok hij al knorrende en mor-