a a TENTOONSTELLING TE KORTRIJK a a HERFSTDRADEN ONS LAND IN WOORD EN BEELD 619 Kapel-ter-Putte (Kortrijk), van René D. Duizend tinten, duizend tonen. Kleurschakeering overal. Op de velden, langs de stroomen. Op de heuv'len. in het dal. Wat een lentezon licht kleurde. Schildert, als de zomer vlucht. Tot juweelen van natuurschoon Ons de koele najaarslucht Tal van zilv'ren wolkjes zweven Aan het zacht getint azuur. Wonderschoon welft zich de hemel Over 't aardrijk in dit uur. De natuur verlangt naar ruste. Kracht en levenslust ontzinkt Bloem en plant als 't lied der zangers Hun niet blij meer tegenklinkt Zie de herfst zijn draden spinnen Door en over 't loover heen. Als een glinsterende hulde. Aan een blij en schoon verleen. Als etn leering aan de menschheid Ook uw herfst zij even rijk. Mits de morgen van uw leven Aan een lente was gelijk Willem Steiner. Kerstmis van Adolf Debetirme. De toren van Lissewegfhe van René D. De Broeltorens (Kortrijk), van René Debeurme. Winterlandschap van Adolf D. Veelbelovend, mag het eer ste optreden gelden van Adolf Debeurme (vader) en René Debeurme (zoon), uit de Gul den Sporen stad. Verscheidene doeken verra den een gezonde visie en een wilskrachtig streven naar inni ge stemmigheid in 't weergeven onzer lieve West-Vlaamsche hoekjes. Adolf Debeurme vooral tee kent met veel gevoel onze win- tersche droomerige landschap pen. Een paar mooie stoere kop pen liggen insgelijks vol be loften. De pogingen van den jeug digen René Debeurme zullen» zonder twijfel met den tijd tot kloeke werken gedijen. Men mag getuigen, dat deze twee nederige volksjongens reeds flink den eersten toets doorstaan en zij de toekomst verwachtingen wellicht niet zul len beschamen. (De tentoon stelling blijft open tot 2 Janua ri a. s.). Lod. V... TROEF Mijnheer, zoudt ge mij even wat vuur willen geven vraagt iemand, die blijkbaar haast schijnt te hebben en er niet op let, dat de persoon, tot wien hij de vraag richt, met een dapie wandelt. De heer reikt de sigaar over. Terwijl de dame eenige schreden doorloopt, zegt hij Het is eigenlijk niet be leefd, vuur te vragen aan iemand die met een dame wan delt. De ander neemt bedaard vuur en de sigaar met beleef den greet teruggevende, voegt hij er bij Men> stelt zich aan derge lijke onbeleefdheden bloot, als men zoo lomp is te rooken, wanneer men met een dame wandelt. Dank u. IN HET TEEKEN VAN DEN AUTO Herbergier. Vrouw, de heeren, die daar pas kwamen, hebben een gebraden kip be steld. Kijk eens of er ook een overreden op den weg ligt

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Ons Land | 1927 | | pagina 11