le MEI IS EEN DAG VAN FEEST EN OOK VAN STKIJD
Geen kijkers, maar Allen in de Rangen
t)e Arbeid moet
door de Vrede
worden bekroond
JubeltJubelt j
25e Jaargang N° 18
Prijs per nummer 50 centiemen
29 April 1928
Geen plichten zonder rechten VOOT het Ar 1"Ö fid iSSe ment Aalst Nr.A8 5 6IT^eïefo^*®'l'g
voor het Arrondissement Aalst
Al bea ik oud eu stram, ik wil er toch nog bij zijn
DB 8 L A B IC
Se gr oei, Segroef, driemaal Segroet
EERSTEN MBit
Recht en Vrijheid
Geen reohten zonder plichten Socialistisch Weekblad j postcheck-rekeminb I
b Belgische W e r k 1 i e d e n - P ar t jj
Belgische W e r k 1 i e d e n - P *r t U
Arrondissements-Federatie Aalst
Nr. 8 5 6 8 6. Telefoon 5 7 2
De georganiseerde arbeidende klasse is eene macht geworden.
De vereende reactie stelt er zich krachtig tegen te weer. Meer
en meer kom het tot eene concentratie der bourgeoispartijen
tegen de voortbrengende massa. Dit zijn de feiten van den dag.
Sommige bourgeois, die zich met economische en sociale
vraagstukken bezig houden, beweren door klassenverzoening
het kapitalisme eener zijde, en de onterfden van den anderen
kant in harmonie te kunnen brengen, alle geschillen te kunnen
oplossen.
De klassenstrijd is immers een verzinsel door Karl Marx en
Friedrich Engels gepredikt, beweren zij. Het kapitalisme, de
bourgeoisie, de reactie willen den klassenstrijd niet't is het
socialisme die hem tegen de bezittende standen voert. Aldus het
lied aller anti-socialisten.
Dat de vereende reactie de voortbrengende massa steeds in
onwetendheid en ellende hield dat elk pogen tot veroveren van
een beetje menschelijk leven met ijzeren hand werd onderdrukt
dat vrijheid van vereenigen, spreken en denken met vervolging,
gevangenis, verbanning, bloedvergieten en de bitterste armoe
werden gestraftdat de voortbrengers zoo intellectueele als
handwerkers niet het minste meezeggenschap hebben in het
gebruik van het geestelijke en lichamelijke krachtskapitaal dat
zij het geld-kapitaal ten dienste stellen dat het kapitalisme
scherper dan ooit het dictatorschap over de mindere standen uit
oefenen wildat het kapitalisme brutaler is dan vroeger, volken
en rassen wil overheerschen, dat alles is noch klassen- noch ras-
senstrijd zeggen de vijanden der sociaal democratische begin
ielen.
Maar wanneer wij, Belgen, onze blikken binnen onze grenzen
laten rondgaan wanneer we overwegen wat de reactie inspant
om hare kapitalistische autocratie op de arbeiders te doen
drukken, dan komt de vinnigheid van den klassenstrijd, tegen
de onterfden gevoerd, met alle hevigheid op den voorgrond.
Het recht op leven wordt het proletariaat ontzegd de aansla
gen op de loonen, de verminking van het crisisfonds, de vernie
tiging van het kosteloos pensioen, de saboteering der gelijktallige
commissies zijn er het bewijs van.
De arbeiders mogen geene voldoende rust genieten, mogen
niet in de gelegenheid worden gesteld zich geestelijk te verhef
fen, mogen over geen familieleven beschikken de gepleegde
aanslagen en deze in voorbereiding op de 8-urenwet zijn er het
bewijs van.
De vrede mag de harten der arbeiders niet bekoren met zijn
weldoende gevolgen de militaristische slokop vertoont zijn
monstermuil.
Het Belgisch kapitalisme bedreigt dus alle essentieele bestand-
deelen der voortbrengende klassehet recht op leven de
gezondheid het familieleven de intellectueele verheffing
duurzame vrede.
En aldus wroet tevens'het Internationaal kapitalisme aan de
verdelging der volken.
De sociaal-democratie heeft voor edele taak zich hiertegen te
verzetten, de kapitalistische nabetrachtingen te verijdelen en te
vernietigen, de samenleving op nieuwe bazissen deze der
broederschap; der erkenning van de arbeidersschap in den
schoot der collectiviteit, van welvaart en vrede, te bouwen.
Dag aan dag wordt door de sociaal-democratische Internatio
nale van den Arbeid dien strijd gestreden, omdat zij weet dat
het in welvaart en in vrede is dat de liefde tot de zedelijke en
intellectueele verheffing, en tot den God-Arbeid moet klimmen
om onvergankelijk te worden.
Dag aan dag bestrijdt de sociaal-democratie den klassenkamp
en den klassenhaat. Dag aan dag roept zij daartoe alle proleta
riërs met de hand en met den geest evenals alle rechtschapen en
vredelievende burgers op. Maar één dag is bizonder aangewezen
om deze verzuchtingen in eene openbare en algemeene prestatie
te uiten dit is Eén Mei 1
Een Mei is de dag waarop de Werkers Internationale de
menschheid oproept te betuigen, dat welvaart en vrede op aarde
heerschen moeten.
Een Mei is de dag waarop de arbeiderschap luidop hare rechten
opeischt.
Een Mei is de dag, aan den Arbeid en den Vrede opgedragen.
Een Mei is de dag waarop de Internationale Arbeiderschap de
erkenning harer waarde als voortbrenger en mensch, als schep
per van rijkdom en vrede luide verkondigt.
Het kapitalisme, de reactie zeggen ook welvaart en vrede te
brengen Maar inmiddels onderdrukken zij het proletariaat,
doemen het tot de armoê, sporen aan tot volkenmoord, bereiden
de mannelijke jeugd tot wapengeweld.
Het kapitalisme kan de algemeene volkswelvaart niet willen,
omdat het drijft tot het toppunt der zelfzucht, der persoolijke
macht door rijkdom en glorie ten koste der collectiveit.
Het kapitalisme kan den vrede niet willen, omdat het zijne
heerschappij grondvest op het geweld, op de onderdrukking der
volken, op de massa-uitbuiting.
In en door den arbeid moet de Vrede worden gebouwd. Beiden
vormen één. Hoopvol ten strijd tot hun beider overwinning.
Een Mei, versterkt de arbeiderschap met nieuwen moed en
nieuw bloed om koning Arbeid met het aureool van den Vrede te
kunnen bekronen, tot heil der gansche menschheid.
Ze zijn de slaven van het leven.
Taai is hun arm en krom hun rug
Ze gaan den sombren weg der slaven...
Wie er langs gaat, keert nooit terug..
Hun oogen kennen geen verlangen.
D'r komt geen lach meer om hun mond,
Ze zeulen met hun dorre lichaam
De troostelooze wereld rond.
Hun vrouwen vinden z'op de straten.
Of in een stinkend slavenkrot.
Hun kindren worden dood geboren
Zijn voor ze leven al kapot...
En als zo gaan langs groene boomen
En door het stralend zonnegoud,
Dan buigen zich hun lijven dieper
En zijn hun oogen star en koud.
Voor hen geen liefde en verlangen,
Geen blanke schoonheid en geluk,
Het leven sleurt hen grijnzend mede
En slaat hun kleinste droomen stuk.
Het hamert op hun grove ruggen
En drukt hun dofien, slappen kop.
Hun lijven worden altijd krommer,
Nooit heft hun bleeke hoofd zich op.
En als de jonge bloesems botten,
En als de zon weer schijnen gaat,
Dan strompelen de kreuple slaven
Maar altijd langs de sombre straat.
Hun oogen kennen geen verlangen.
Geen liefde en geen zonnegoud,
Hun slavenlijven buigen dieper,
Hun oogen blijven star en koud.
Gegroet als den wimpel van het vaartuig, die den schipbreuke
ling mogelijke hulp voorspeld.
Gegroet als de meizon, voor den zieke, die lentelucht behoeft.
Gegroet als den modernen Messias, die de lijdende mensch-
neid troost en redding komt brengen.
Gegroet .«Mei, dag van vreugde, feest en hoop.
De bourgoisregeeringen houden heder hunne legers onder de
wapens, hunne geweren zijn geladen, de muilen hunners kan
nonen naar het volk gericht.
Waarom
Is het dan de opstand die dreigt Vreest men een inval der bar
baron, die de beschaving komen vernielen
Is het eene gewapende bende met plunderaars die heden in
alle steden der wereld optochten houdt
Neen neen, het zijnde werklieden die manifesteeren, hun
nemacht toonen, hunne eischen laten hooren onder 't aan-
nenen van vredeliederen. Door wie wordt de wereld met oorlog,
opstand, hongersnood en allerlei rampen bedreigd
Niet dooi de werklieden, maar door het kapitalisme.
Wie onderhoudt den strijd van mensch tot mensch, nijdigen
broodstrijd, zoo wreed, zoo onmeedoogend, dat hij de schip
breukelingen tot kannibalen, tot menscheneters verlaagt Het
kapitalisme. Wie laat de werkloosheid aangroeien, de ellende
vergrooten, de wanhoop en den haat zich in de harten der honge-
ngen opeenstapelen Het kapitalisme. Wie breidt den strijd
uit van fabriek tegen fabriek, van natie tegen natie, van wereld
deel tegen werelddeel Het kapitalisme alleen, dat noch van
regeling der voortbrengst, noch van bescherming van den arbeid
hooren wil 1
Het laat de crississen woeden, faillieten volgen, de fabrieken
sluiten, overal honger en wee verspreidende. Het internationaal
kapitalisme, dat als een bloeddorstige gier aast op het zweet der
natiën, de waren opkoopt, speculeert op de beurzen, geheele
volkeren op rantsoen stelt en daardoor oorzaak is der wanorde
lijkheden, der hongeropstanden die de samenleving komen
teisteren.
Kapitalisten zouden niet aarzelen den oorlog tusschen twee
landen te ontketenen, om de belangen van hunnen geldzak te
dienen.
De koningen oorlogen, wanneer de kapitalisten het willen,
om acuter diefstal en plundering kunne onbekwaamheid te ver
bergen van in vrede te regeeren en elders nieuwe gronden en
arbeidskrachten ter uitbuiting te veroveren.
Welk ontzettend schouwspel biedt toch de samenleving aan
Europa is slechts één arsenaal, één oefenplein geworden.
Te midden der grootste steden in de rijke aristocratische
wijken vallen de armen van honger en ontbering.
Diefstal en moord, ontucht en ziekte tieren in de rotte
samenleving, gelijk de paddastoelen op den mesthoop.
Overal werkloosheid, ellende, wanhoop, verzet en burger
oorlog in 't verschiet. Overal weenende moeders, hongerige
kleinen, verlaten gijsaards en kostgangers voorde bedelaars
gestichten.
Dat brengt ons het kapitalisme 1 1 Om dat alles te veranderen
betoogen duizende en nog duizende arbeiders alle 'iaren od
1* Meil v
Omdat ze er van overtuigd zijn dat de ellende geen nood
zakelijk iets is, en er genoegzamen voorraad in de wereld is
om den stoffelijken welstand, die de grondslag moet zijn om
alle geluk en vrede in een maatschappij te doen heerschen.
Overtuigd als we zijn dat de ontelbare magezijnen tot bar
sten toe vol steken, hernieuwen we op le Mei 1928 met
verdubbelde kracht onzen eisch WtlstcutJ en genot voor alle
menschen Vrede en broederlijkheid over heel de Wareld
Eens komt toch dien dag, dat Reus Arbeid heersche over
heel de wereld. Blikt in het verleden over 25 jaar stonden
er enkelen alléén om 1* Mei te vieren en nu zijn er mil-
lioenenen millioenen die't Meifeest vieren over heed de wereld.
En toen wierd er geeischtachturen arbeid, achturen rust,
achturen uitspanning.
Dat alles is heden reeds voor velen veroverd. Niet voor
allen, zoodat wij op onze lauweren niet mogen gaan rusten
maar onzen strijd voort zetten, onverdroten krachtdadi* en
geestdriftig.
Want 't ware laf, moesten wij dat heilbrengende werk half
steert laten staan.
En al de andere hervormingen die reeda verwezenlijkt zijn
Maar hoofdzaak, deze die we nog te overwinnen hebben I
Neen, onzen strijd is nog niet ten einde en dat we daar
van bewust zijn, moeten we 1' Mei toonen, met op te
marcheeren in dichte drommen in de Meibetoogingen, onder
den vurigen kreet
Tegen de reaktie 1 Voor het Socialisme 11
A. B.