(Sfeeds sccialislisch cx<yeez?eii IN 'T PARLEMENT ALLEEN ZAL 'T NIET GAAN I BETAALD VERLOF I WIELRIJDERS! V Y Er is plaats voor de middenstanders en voor een middenstands beweging in onze partij 1.1 >éa Een strikvraag van Hendrik De Man in Leiding DE OPENBARE BESTUREN VERWAARLOOZEN DE OPENBARE SCHOLEN PÓLITIEK WEEK-END LA PREVOYANCE SOCIALE Vraagstukken van den middenstand Algemeen Vlaamsch Verbond ter Bevordering van het Officieel Onderwijs !3 - Voor Allen - 2 Juli 1939' Volgens een eerste tieslisslng moesten de Kamers met verlof gaan van 23 Juni af. Terwijl ik bezig ben dit te schrijven zijn ze nog altijd bijeen. Dat zulks niet naar de zin Is van tal van ministers is maar al te duide lijk. Tot wat dient het «bijzondere vol machten» gevraagd en bekomen te hebben indien het parlement bijeen blijft en indien de ministers iederen dag op den rooster gelegd worden? En hoe langer het duurt, des te meer zijn de ministers verplicht bun masker af te leggen. De regeering Pierlot ging een demo- kratische regeering zijn; beloofde zij zelfs niet de loonen niet te verminde ren; de verplichte verzekering tegen werkloosheid te deen stemmen; de kwestie der invaliditeitsverzekering te doen voorbereiden? Wat blijft er van over van al die beloften? Minister Gutt komt er nu openlijk voor uit dat de iconen der staats: gen ten met 3 t.h. zullen verminderd wor den; niet cm de pensioenen van wedu wen en weezen te verzekeren, maar omdat hij 40 millioen te kort in kas heeft. Minister Delfosse heeft alle moeite van de wereld om maar de allerklein ste toegeving te bekomen van de tradi- tionneele rechterzijde; zelfs het stem men der bijdrage te storten door de patroons maakten zij tot een vrije kwestie. Minister Sap, laat de boeren van Heyst-opkten-Berg in de steek en ver dedigt de koolmijnibarons, die vierdui zend mijnwerkers op de straat jagen om de dividenten verdiend in hun andere putten te behouden. Minister Janson, gevolgd door al de anderen, is verplicht kleur te kiezen in de kwestie der gevraagde amnestie voor de jongens die naar Spanje togen om er de demokraitie te verdedigen en voor de werklieden die sedert 1936 voor stakingsfeiten veroordeeld werden. Geen amnestie is hun standpunt; het waren immers toch maar allen arme dompelaars. Minister d'AspremcmtLynden heeft last niet de melkboeren. Hij geeft toe, dat ze schandalig uitgebuit worden; hij weet dat ze slechte 0,70 fr. per liter krijgen en dit de melkerijen aan meer dan het dubbel voortverkoopen. Hij zagt geen kwaad van de stakende boeren maar hij durft het niet aan de melkerijen tot de orde te roepen. Niemand zegt het openlijk maar een ieder weet dat de strijd va.n het «Boe- renfront» gericht is tegen den «Boeren bond» en daarin nestelen toch de vriendjes van de regeering. En zoo brengt iederen da.g een nieuw feit. Zij die op 2 April voor geel of blauw gekozen hebben kunnen zich de handen wrijven. Dat was het toch wat ze wilden. In de vorige rageering zaten nog ministers waarop de kleinen beroep konden doen, d*"5 moesten er uit. Nu zijn opnieuw de grooten alleen baas en zij dienen hun zaak en nairmate ze vorderen, zullen ze onbeschaamder wor. den. Ons moet dit niet verwonderen, we kennen ze toch reeds van vroeger. Wat ons wel verwonderd is de houding van d€ partij. In het parle ment doen onze kameraden hun plicht. Stap voor stop bevechten zij iederen reaktionneelen maatregel, maar daar zijn zij op voorband geklopt vermits zij in de minderheid zijn. Maar wat wordt er buiten het parle ment gedaan? Ik weet dat onze nieuwe partijvoor zitter en gmsch het partijbureau naar stig werkt, aan de voorbereiding van innerlijk hervorming van 't partij wezen, maar er zijn zaken die buiten het parlement moeten uitgevccbten worden op het oogenblik dat ze gesteld worden. De zaak van Flénu werd aan de mijnwerkers overgelaten en zelfs het verzoekschrift aan den koning heeft het sluiten der putten niet kunnen beletten. De kwestie der 3 t.h. schijnt ook maar alleen de direkte belanghebben den te interesseeren. En zoo zouden we kunnen voortgaan. Opbouwende oppositie wil toch niet zeggen passief toezien? De regeering Pierlot zal haar weg gaan, den weg der verarming en ver drukking indien zij geen macht ont moet buiten het parlement. Zal dit tijdig begrepen worden? ROEFFEL HE7T tijdstip waarop in het alge meen het betaald verlof wordt toegekend, is daaromtrent of mgenoeg aangebroken. Danlk zij een krachtige syndikale werking, waarvan de oorsprong in de algemeene beweging van 1936 is te vinden, kon deze verdragende hervor ming in ons land onmiddellijk door gevoerd worden. Enkele jaren terug had men nog van het betaald verlof niet durven droomen, Iaat staan het op zulk een kortstondige tijdfaze te bereiken. En omdat het zoo onverwachts en zoo overijlds is gekomen, heeft het omzeggens san tijd ontbreken ons aan de op voeding tot deze hervorming ge woon te maken en het gebruik van het verlof aan te leeren. Het betaald verlof werd voor som migen zoo maar als een soort weelde artikel toegekend waarmede men niet goed wist wat aangevangen. En ook, was men omzeggens nergens erop voor bereid om het verlof zijn goede uit werking te verzekeren. D:.ar vakantie-aangelegenheden wei nig voorhanden waren in ons land, en dat toerisme nog maar weinig in de zeden van ons volk was gedrongen, b:vind men zich plots voor een be langrijk waagstuk, waaraan in de mate van het mogelijke bevrediging moest gegeven worden. Het is niet gemakkelijk geweest om de eerste verlofperiodes eenigszins te regelen. En menigeen wist niet al te best wat met het verlof aangevangen. Doch, tijd brengt raad. en de onder vinding leert; en zoo zal men wel spoe dig alles in ons land hebben ingericht en zal het volk zich spoedig er hebben naar geschikt om het verlof op een fatsoenlijke en degelijke wijze door te brengen. Dit neemt niet weg, dat er toch nog zaken zijn vast te stellen welke niet heelemaal in orde zijn. Ook het feit dat de veralgemeening van het betaald verlof op zich heeft laten wachten, en dat uitvoeringsmodaliteiten een tijd lang uitgebleven zijn, hebben mede gebracht dat zelfs dit jaar nog niet alles zonder schokken of stooten zal gaan. Maar er is meer; daar zijn zooals met meer andere sociale wetten het geval is misbruiken vast te stellen en aan te klagen die waarlijk pijn aan het hart doen. En het zijn niet altijd en alleen patroons die zich aan overtreding plich- ting maken, mtar ook zijn er arbeiders en werksters die misbruik plegen. Is het niet droevig om aan te stip pen dat sommige arbeiders en werk sters alleen maar belust zijn op de betaling van het verlof, en geenszins op de rustdagen van het verlof! Ja, er zijn zulke treurige vaststel lingen op te doen, die weinig verkwik kelijk aandoen en verre van stichtend zijn, die heelemaal niet pleiten In het belang van sommige werkmenschen en die een nadeeligen invloed moeten uitoefenen. 't Is gelukkig niet de algemeene regel, en het bepaalt zich bij uitzon deringen; maar dan toch is het niet te begrijpen. Een schooner hervorming dan het betaald verlof kon men zich wellicht niet indenken; en deze dan door som migen als waardeloos met de voeten te zien treden, moet zeker een pijn lijken indruk verwekken. Ware het dan nog maar dat deze personen hun eigenzelf henadeeligen door tegen de sociale en arbeidswet geving te zondigen, dan zou dit mis schien als een minste kwaad kunnen beschouwd worden, maar het beperkt zich daar niet bij, en het is maar ongelukkig waar dat zulk een verkeer de doeniwjjze al de andere arbeiders en werksters in het gedrang brengt. Het gevaar kan er ontstaan dat deze hervorming wordt Verminkt of teniet gedaan, want het patronaat is er nu precies niet zoo goed om geluimd dat het zich bij deze hervorming heef* moeten neerlegt:en. En de pogingn zuilen vanwege de reaktie niet uitblijven om te beproe ven iets of wat van deze hervorming af te nemen. Bijgevolg zij het niet sommige arbei ders of werksters die de reaktie troef in de kaart moeten spelen door het aannemen van een schuldige houding. De zoo pas veroverde hervorming van het betaald verlof is te schoon en te prachtig cm toe te laten dat zü maar in iets van hare waarde zou vermin derd worden. Wij durven hopen, in deze begrepen te zijn geworden; en dat alwie ons leest, het zijne ertoe zal willen bijdra gen om het betaald verlof onaangeroerd en ongeschonden te behouden. Meer dringen we aan op een bij zondere inspanning vanwege de arbei ders en werksters opdat zij er zorg zouden willen voor dragen dat het ver lof zoo goed mogelijk wordt doorge bracht. En in deze kunnen we wijzen op goede initiatieven welke hier en daar werden genomen met betrekking tot het behoorlijk kunnen doorbrengen van het verlof. Er zijn plaatselijke of gewestelijke organisaties die onmiddellijk de han den aan 't werk hebben geslagen om spaarfondsen in te richten, 't Is te zeggen, spaarfondsen speciaal inge richt om bij het aanbreken van het verlof, de genietende arbeiders en werksters in de gelegenheid te stellen over iets meer te besclnrakei. dan over de uitgekeerde verlofvergoeding. Dit is een uitstekend idee welke voor uitbreiding en veralgeimeendng vatbaar is. In elk geval last dit toe, aan de arbeidersfamilie met des te meer ge mak van het verlof te genieten. Zooiets verdient ten zeerste aange moedigd te worden. Andarzijds valt er nog ontzaglijk veel te doen om de toeristische op vattingen bij onze menschen te ont wikkelen. Dit is een opvoedingswerk dat zeker niet op een jaar tijds kan voltooid worden. Onze groote bekommering en be zorgdheid is het, dat alle arbeiders en werksters het veroverd betaald verlof hervorming schooner nog dan onze droomen eere zouden willen aan doen, en in niets aanleiding noch oor zaak ervan zouden willen zijn dat deze zoo pas veroverde hervorming in ge vaar zou worden gebracht. Er .gaan immers hier en daar stem men op in reaktionnaire middens die getuigen van haat en nijd tegenover het betaald verlof. Welnu, het beste antwoord dat wij daarop kunnen geven is, het be tuigen van een bijzondere belangstel ling voor het betaald verlof. Aan deze hervorming wordt niet ge raakt, moet het ordewoord zijn. J. DE CONINCK JAN: Ik krijg toch nog melk vandaag, Omer? OMER: Natuurlijk, 'k draag zelf mijn melk uit. JAN: Ja, maar, vergis u niet. Ik begrijp de misnoegdheid van onze boeren. OMER: Dat doet mij plezier. JAN: Maar 't zou mij nog meer plezier doen, moesten al de boe ren begrijpen dat de arbeiders voor beter loon, dus meer inko men strijden. OMER: We zijn toch zoo slecht ingelicht. JAN: Verwondert u dat? Gij leest slechte gazetten: katholie ke bladen. OMER: Gij zijt weer op dreef. JAN: 't Is toch zoo! OMER: Maar ik ook heb er onder te lijden. Als ik te veel melk heb, dan moet ik ze ver- koopen aan de melkerij. JAN: Is er een melkerij in uw streek? OMEREen samenwerkende maatschappij zelfs. JAN: Ja, maar, Omer, nu her inner ik me de zaak. 't Is een van die talrijke valsche samen werkende maatschappijen. Het zijn de twee brouwers uit de streek, die er hun geld hebben ingestoken en de boerkens zien niets van de winst op 't einde van 't jaar. OMER: Ge zijt juist ingelicht, vriend Jan. Ik kreeg in den laat- sten tijd 65 centimes per liter melk van de melkerij. 'n Ar moedje! JAN: Terwijl ge als samenwer- ker van een ware koöperatieve deelgenoot zoudt wezen in de Wl7lSt6Tl Maar Omer, hebt ge gehoord wat er in het parlement werd gezegd over de melkstaking? OMER: Nog niet. JAN. Dat was zeer interessant. Ge weet hoe de katholieken schermen met de belangen der middenstanders? OMER: Ze spreken er gedurig over. JAN: Maar ze doen niet veel. Ze vielen nu de tusschenper- sonen aan die de melk opkoopen aan lagen prijs en ze verkoopen aan een hoogen prijs aan de ver bruikers van de stad. OMER: Dat is waar. JAN: Zeker. Maar vriend, die tusschenpersonen, dat zijn mid denstanders of die tusschenper- soon kan ook een maatschappij zijn, wier belangen ze ook ver dedigen. OMER: En ivat bedoelt ge? JAN: Dat die heeren katholie ken, die hun mond vol hebben over middenstands- en boeren- belangen, geen oplossing kunnen brengen aan de moeilijke toestan den. OMER: Hebt gij, socialisten, dan een oplossing? JAN: Onze woordvoerders in VERGEET NIET dat elk oogenblik. aan een gevaarlijken draai, aan een kruisweg, op de baan, u een ongeval kan overkomen voor hetwelk gij verantwooraelijk kuut worden gesteld. DENKT GIJ aan de geldelijke gevolgen, aan het verlies van dagloon, aan de oneindige bekommeringen die u te wachten staan, moest gij persoonlijk slachtoffer worden van een ongeval LUCHTVAARTSQUARE. 31, BRUSSEL mits een jaariyksche premie van 55 frank, biedt u een verzekering aan die uw burgerlijke veisntwoorde- lijkheid tegenover derden waarborgt en de ongevalim die u persoonlijk kunnen overkomen dekt, in de volgende voorwaarden BURGEJtLIJKE VERANTWOORDELIJKHEID ï'remie van 25 fr. 50.000 fr. voor lichamelijke schade. 10.000 fr. voor stoffelijke schade. PERSOONLIJKE VERZEKERING Premie van 30 fr. 20.000 fr. bij doodelijk ongeval. 20.000 fr. bij gebrekkelijkheid. 10 fr. per dag bij tijdelijke onbekwaamheid tot werken. KOOPT DEZE GERUSTSTELLING Beschermt u tegen de gevaren die u bedreigen en onder schrijft aanstonds een volledige wlelrydersverzekering. 26 de Kamer, Chalmet en Wauters, hebben ze voor de zooveelste maal voorgelegd. OMER: En welke is die? JAN: Ziet ge wel, dat ge goed zoudt doen onze geschriften te lezen! OMER: Ik begin het te geloo- ven. JAN: Chalmet zei het zoo een voudig en klaar. «Boerenfront»zei hij, de be naming alleen toont dat langs dien weg de oplossing niet zal gevonden worden De boeren moeten niet tegen de verbruikers zijn en niet tegen de massa der verbruikers: de ar beiders. Het is maar als er een front van boeren en arbeiders zal zijn, dat boeren en arbeiders over een goed inkomen zullen beschikken. OMER: Bravo! JAN: Ja, maar help dan ook mede. Als de arbeider goed zijn brood verdient, dan kan hij wat meer betalen voor de verbruikswaren. Als de boer zal begrijpen, dat langs den weg van de ware koö peratieve zijn belangen oprecht verdedigd worden, zal hij ook een vast bestaan verkrijgen. OMER: En die tusschenperso nen? JAN: Die zullen voor een deel verdwijnen. Dat is zoo. Die kun nen in dienst komen der groote koöperatieve inrichtingendie zullen werk vinden in andere be drijven, want de verhoogde koop kracht der arbeidersmassa's zal nieuwen afzet, maar ook nieuwe voortbrengst scheppen. OMER: Maar dat is toch een voudig. Daar hebben we toch allen baat bij. Waarom past men dat niet toe? JAN: Die vraag stellen, Omer, is er een begin van oplossing aan geven. OMER: Hoezoo? JAN: Omdat wij, arbeiders, met de boeren samen moeten gaan om alle kapitalistische ivan- orde, waarin wij leven, te doen verdwijnen. Daar zit de knoop van de kwes tie. Dat onze boerkens den strijd der socialistische arbeiders be grijpen, zooals wij de belangen onzer boerkens willen verdedi gen, en dan kunnen we groot- sche verwezenlijkingen te gemoet gaan. Kom, schenk maar in, goede melk zal ons nog sterker maken om voor onze socialistische op lossingen te ijveren. wmagmm V r I: 1 Het bombardement door de Japanners op de Chineesche stad Tchoeking, de hoofdzetel van de Chineesche regeering. De as Rome-Berlijn-Tokio zocht afleiding in 't Verre Oosten, om in Europa in 't duister een slag te kunnen thuishalen. Alle vredeskrachten dienen samengetrokken om 't oorlogsgevaar te verijdelen ft In Leiding van 25 Juni, het uitstekend maandschrift der B.W.P., wijdt Hendrik de Man, voorzitter der B. W. P., een artikel aan het begrip Klassenstrijd Daarin motiveert hij zijn stelling die hierop neerkomt: De klassenstrijd loochenen is de zon loochenen. Niet willen erkennen dat onze we reld er anders uitziet dan 50 jaar ge leden. is de oogen sluiten vo„r de werkelijkheid. Wat zegt ons die werkelijkheid De middenstand, waarvan vroeger gezegd en geshreven werd, dat hij gedoemd was te verdwijnen of toch tenminste gepletterd te worden tus- schen twee steeds machtiger worden de klassen; de eene machtig door de middelen waarover zij beschikt on danks haar numerieke minderheid; oe andere machtig door haar aantal en haar organisaties. Tusschen die twee die eens vechten zou cm de superiori teit, zou de middenstand over en weer gedobberd worden als... dobbelsteegen waarvan men het lot dat hem te wach ten stond of de rol die hij in die titanenstrijd spelen zou. moeilijk kon voorspellen Sedert den oorlog vooral is men tot andere gevolgtrekkingen gekomen. Naast de cude middenstand, die niet verdwijnt doch zich aanpast of nieuwe bestaansmiddelen heeft ge vonden dank zij de talrijke uitvindin gen en de popularisatie van vroeger rijkelui »-dingen (denk aan de radio die duizenden handelaars, elektrie- kens, reizigers, enz., werk en brooi bezorgen; "denk aan den autohandel die aan duizenden garagisten, hande laars in vervangingstukken, verkoo- pers van olie, naphfca, enz., laat le ven en die vr eger (wat de auto handel betreft, natuurlijk) zelfs in groote steden op de vingeren kon ge teld worden, van radio was toen zelfs geen spraak. België heeft nog altijd het rekord (men moet er niet fier op zijn van het bierdrinken Daaruit het besluit trekken dat het aantal herbergen groater is dan vóór den o:rlog ware waarschijnlijk ver keerd. want indien wij het goed voor hebben, is het aantal plagen der dorpen zooaLs Conscience onze eafé- tjes noemde, verminderd, doch het aantal herbergen die werkelijke han delszaken zijn; die dus het hoofdza kelijke bedrijf van den uitbater vor men, zal wel gestegen zijn. Kortom, de oude middenstand houdt zich, ondanks alle tegenslagen, belastingen, devaluaties, beurskata- strofen en zoo meer, redelijk goed. Daarnaast is een nieuwe mid denstand ontstaan; beoefenaars vsn vrije ber repen; staatsambtenaren, ministerieele beambten (denk eens aan de 45 ministeries van vóór den oorlog, nu 1415; aan het paar dui zend beambten gebezigd door de' postcheeks, de telefonen, telegrafen; Nat. Dienst voor Werkloosheid en Arbeidsbemiddeling (N. D. A. W.); de radio-omreepen, het N. I. R., enz., enz.). In de nijverheid stelt men daaren boven vast dat het aantal hand arbeiders in verhouding tot het to taal gebezigd personeel, verlaagt, ter wijl het aantal t hoofdarbeiders of. gespecialiseerden verhoogt. Welnu, wanneer men bij deze ka- tegorieën menschen, die zich niet graag als arbeiders laten aanspreken of betitelen, den boerenstand voegt, dan komt men tot de vaststelling, dat het niet lang meer duren zal of liet «proletariaat» proletariaat in zijn be- teekenis door de ouderen en de ouders er aan gehecht, za.l niet meer de meerderheid "der bevolking van het land uitvormen. Wanneer men bij die middenstan den, den «rijken stand», de teindui- zenden menschen telt die nooit voor de socialistische partij zullen gewon nen worden (of hier en daar een uit zondering); wij bedoelen de geeste lijken (mannen en vrouwen), de hoo- gere officieren en ho:ge magistraten, dan mag men gerust beweren, dat in dien men de verwezenlijking van het socialisme wenscht langs wreedzameii weg en met wettelijke middelen en dat wenschen 99 van ons dit nooit mogelijk zal zijn met de wer kende klasse alleen, zelfs indien wat bijna ondenkbaar is de over- groote meerderheid van de arbeidende klasse socialist zijn z:u. Uit noodzaak dus zou het ons reeds aangeraden zijn de sympathie te ver werven van de middenstanders en de boeren. Doch, socialisme is geen partijzaak; socialisme is iets meer, grootecher. Socialisme streeft naar een betere maatschappij waar klassenvoorrech- ten zouden afgeschaft worden, het strijdt bijgevolg om het onrecht dat spruit uit de huidige voorrechten, ge noten do r een minderheid ten nadee- le van alle andere standen voorgoed uit te roeien. Het socialisme is bijgevolg een al gemeen humanistisch streven dat al len die lijden of gebukt gaan onder gepleegd onrecht of overmacht be schermen, verheffen, vrijmaken wil, welke ook de positie is. bekleed in de huidige samenleving. Dank zij zijn humanistisch streven; de daden gesteld door zijn leiders, dwingt het socialisme niet alleen den eerbied af van tienduizenden die ons vroeger vijandig waren, of onver schillig tegenover ons stonden, doch maakt het voor onze groote beweging veroveringen die veruit buiten partij formatie treden. In ons land is het vooral sedert, de -Planaktie» dat de B. W. P. haar beschermende vleugels wijder heeft geopend en velen die vroeger tegen ons waren, tot ons deden komen. Wij gingen tot de middenstanders en de boeren en zeiden tot hen wij varen op hetzelfde vlot Het hangt van on.s af wie het vlot besturen zal. Brengt het Plan aan de Macht. Tot slot van dit artikel gaven wij graag d? strikvraag weder door H. de Man gesteld in Leiding van Juni, doch het zou ons artikel te lang ma ken. Wij geven het toekomende week en vragen van nu af aan ervoor de volste aandacht, niet enkel van de midden standers, maa-r van onze militanten. J. C. FAILLISSEMENTEN IN BELGIE Er werden over de week eindigende 23-6-'39. in België 25 faillissementen uitgesproken, tegenover 12 over het zelfde tijdperk van het vorige jaar. Uitgesproken faillissementen per branche gedurende de week 16-6-'39 tot 23-G-'39 18 diversen. 3 aannemers. 2 vlesschhouwers. 1 caféhouder. 1 schenbandelaar. In totaal werden er van l-l-'39 tot 23-6-'39. in België 397 faillissementen uitgesproken, tegenover 329 over het zelfde tijdperk van 1938. CONCORDATEN Van 1-1'-39 tot 23-6-'39, werden in België 132 aan vragen ingediend tot het bekomen van een concordaat, en 80 aanvragen gehomologeerd tegen ver resp. 106 en 63 over hetzetode tijdperk van 1938. - PROTESTEN Over de week eindi gende 23-6-'39, werden in België 3014 protesten geregistreerd tegenover 1996 over hetzelfde tijdperk van 1938. Van l-l-'39 tot 23-6-'39, werden in België 57.435 protesten geregistreerd tegenover 46.963 over hetzelfde tijd perk van het vorige jaar. Tak Oost-Vlaanderen VROUWELIJKE TECHNICI IN U. S. S. R. In de zwaar-industrie in de Sovjet-Unie werken thans 13.000 vrouwelijke specialisten, d.w.z. 19.1 t.h. van het totaal aantal specialisten in de zwaar- industrie Van deze 13000 zijn er 8600 ingenieurs. 36.7 t.h. van het totaal aantal der vrouwelijke technici zijn scheikundige, 21,2 t.h. geoloog20 t.h. specialiste voor gekleurde metalen en 18,9 t.h. architekt Wanneer men in de gelegenheid is het vrijzinnig officieel onderwijzend personeel van den kath. buiten aan het woord te hooren over den lijdens weg der gemeentescholen, staat men waarlijk in bewondering voor zijn moed. dien het aan den dag legt in den strijd tegen de klerikale sabo teurs, terwijl het tevens s.ms weinig of geen steun vindt bij hen, die noch tans een handje zouden kunnen toe steken. 't Is vooral als men dit school leven leert kennen, dat men den werkelijken schoolvrede leert kennen en overtuigd wordt, dat de openbare besturen de vernietiging van hui eigen enderwijs aan 't voltrekken zijn, terwijl ze daarnaast de gezond heid knakken van hen, die zich met hart en ziel aan hun scholen geven. Ondankbaar vaderland! Op andere plaatsen ijveren vrijzin nige vrienden voor verbetering en dit met een hardnekkigheid waarover wij fier zijn. Te Lebtoske b.v., strijde men reeds vier jaar om een gemeen telijke meisjesschool te bekomen en nu de plans reeds drie maanden zijn goedgekeurd en de toelage toegekend, is er nog geen sprake van uitv.ering. Daarnaast is er dringend verandering noodig in de jongensschool, want de leerlingen leven in ware krotten en er is geen tuinbouwonderwijs, noch lokaal voor lichaams .efeningen Niettegenstaande zulke tegenwer king zullen de kath. toch voort den mond vol hebben over de vrijheid van den huisvader, de liefde voor ziel en lichaam. Neen, met die heeren is niets te doen. De overdreven g:edheid en de slakken-mentaliteit van hoogerhsnd spelen in hun kaarten. Daarin moet verandering komen. Wanneer zal er eens op de vingers getikt worden van hen die een hoo- ge borst opzetten, omdat ze een openbare plaats bekleeden, d:ch mee- nen dat hun alles toegelaten is Wan neer zal die venijnige schoolstrijd op houden Wanneer zal men de wet ten en reglementen op het onderwijs naar letter en geest toepassen Wan neer komen de wetteksten die geen sabotage meer toelaten Er dient dringend uitgezien te worden naar de middelen cm het openbaar onderwijs de plaats te geven waarop het recht heeft. In afwachting dienen alle feiten aan de kaak te worden gisteld. We hebben een fout begaan door de mis daden der katholieken niet overal uit te bazuinen. We zwegen te la,ng over den plaatselijken lijdensweg onzer scholen, terwijl daarentegen de hee ren der overzijde allerlei kleinigheden uit den vinger zogen of opbliezen en de openbare meening voor hun recht matige eischen trachten te win nen. De handelwijze en het doel der klerikalen dienen duidelijk te worden aangetoond. Op die wijze zal de mas sa begrijpen, wie het bij het rechte eind heeft en het goed meent met het kind en met de eendracht onder de burgers. De off. scho 1 is de nationale school, daarom moeten de openbare besturen haar beschermen, uitbreiden en hooger opvoeren. Op dit oogen- blik k:men zij aan hun plichten te kort en bevoordeelen ze die scholen, wier zedenleer ook geen plichten er kent tegenover de hoogere overheid, als 't in hun kraam te pas komt. (M;n zou zeggen dat ze langs beide zijden in goed gezelschap verkeeren).' D.ch de vrijzinnigen betalen de ge broken potten. De vlieger gaat vno niet op De openbare besturen moeten de scholen doen bloeien, die menschen willen vormen, bewust van hun plichten als staatsburgers. Vooruit, heeren der hrogere overheid, pa-st de principes der zedelijke en staatsbur gerlijke opvoeding toe. Als het goede voorbeeld van hooger komt, volgt de rest vanzelf. DE NEEF.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1939 | | pagina 3