Een gemeenschappelijk standpunt
van het A.B.V.V. en het A.C.V.
Z m
Zaterdag 23 oktober 1965
27e jaargang - Nr. 43
De socialistische leer dag
tekent uit de 19e eeuw, al
thans het wetenschappelijk
socialisme van Marx, de
Fransen, de Duitsers. Het is
natuurlijk een produkt van
zijn tijd geweest. En niet
alleen van zijn tijd, maar
ook van het economisch en
sociaal milieu, van 'n gees
telijk klimaat, van een be
paalde filosofische school.
Dit is, voor de beoorde
ling van de weg die het de
mocratisch socialisme nu
gaat en verder te gaan
heeft, zeer gewichtig.
Men weet natuurlijk wel
dat het wetenschappelijk
socialisme van Marx het
produkt was van een Duitse
ifilosofische school waarna
hij gevormd werd en van
het opkomend kapitalisme
in Engeland dat hij waar
nam en dat het beeld was
dat hij bij zijn kritiek op
de kapitalistische samenle
ving, in zijn geest had en
rondom zich leven zag.
Het Franse socialisme is
verschillend omdat het ont
stond in een zeer verschil
lend economisch en sociaal
milieu en in 'n ander gees
telijk klimaat.
Wij kunnen het bij die
twee voorbeelden laten: zij
bewijzen ten volle, op on
weerlegbare en zeer tref
fende manier dat het socia
lisme tegelijk een aantal
gemeenschappelijke doel
einden nastreeft, maar
daarnaast door tijd, milieu,
geestelijk klimaat gedeter
mineerd wordt.
Wat betekent zulks?
Dat betekent, dat op ze
ventig, tachtig jaar afstand,
nadat het democratisch so
cialisme 'n politieke macht
werd, door zijn aktie het
aanschijn en de structuur
van de wereld veranderde,
het leven van de mensen
wijzigde, de doeleinden van
het socialisme niet hoeven
te veranderen, maar al het
geen aan tijd, milieu, gees
telijk klimaat en econo
mische en sociale hervor
mingen gebonden is, kan en
moet veranderen en aange
past worden. Dat wil zeg
gen, dat wegen en middelen
die tot het doel moeten lei
den, bij de gewijzigde om
standigheden moeten aan
gepast worden.
Dat kan niet anders. Dat
moet, om het democratisch
socialisme aan zijn moder
ne tijd gebonden te hou
den, opdat de aantrekkings
kracht van ons socialisme
niet zou verminderen. Het
democratisch socialisme is
op het welzijn van de mens
gericht. En nu is de mens
van 1965 op economisch, so
ciaal, geestelijk en politiek
vlak wel zeer verschillend
van de mens van 1868 (Het
Kapitaal) en van 1894 (De
verklaring van Quaregnon).
Het drama is nu, in de
socialistische beweging, dat
er sommigen zijn die deze
(werkelijkheid weigeren te
erkennen, die niet willen
zien dat de taktiek tot ver
wezenlijking van het demo
cratisch socialisme in de sa
menleving van vandaag niet
meer kan zijn wat deze was
in de 19e eeuw. De discus
sie met degenen onder deze
vrienden die te goeder
trouw handelen, is over het
algemeen moeilij k omdat zij
een theoretische taal voe
ren, weigeren het onder
scheid te maken tussen wat
in de 19e eeuw paste en wat
nu nog passen kan. Omdat
zij de werkelijkheid niet
willen zien en omdat zij
doen alsof zij niet weten
hoe het wetenschappelijk
socialisme ontstond, hoe
het een produkt was van
zijn tijd, hoe de grondleg
ger zelf van het weten
schappelijk socialisme, Karl
Marx, met nadruk wees op
de noodzaak naar de door
hem ontworpen denkwijze,
telkens weer de samenle
ving kritisch te beschouwen
en uit te gaan van de ver
anderende maatschappelij -
ke en economische verhou
dingen.
In onze socialistische par
tij moeten wij van gedach
ten wisselen over de beste
manier om ons ideaal te
verwezenlijken. Zulke dis
cussies zijn blijken van ge
hechtheid aan het socialis
me en van ongeduld om de
verwezenlijking ervan zo
spoedig mogelijk te berei
ken. Maar wij moeten daar
bij uitgaan van de werke
lijkheid en bij de ontleding
van deze werkelijkheid de
denkwijze volgen die het
wetenschappelijk socialisme
ons bijbracht.
Maar vóór alles moeten
wij, in onze socialistische
partij, ons laten leiden door
de wil de eenheid te bewa
ren, onze macht daardoor
te versterken en welkdanige
overwegingen ook van per
soonlijke aard op de ach
tergrond te stellen.
Een gelukkige
samenwerking
Een zakelijk
dokunient
Een leven als een mooi gedicht,
Waar men in vree zijn taak verricht
En zijn genot vindt in de plicht
Dat droomden wij hij, gij en ik.
Geen sociale pauze
(Zie vervolg blz. 2)
allen
REDACTIE EN ADMINISTRATIE ST.-l'IETEKSMEl WSTRAAT. GA
GENT - Tel. 23.57,!15 (4 lijnen) Postclieekrekentiig 567.33 «Hei
Licht» Vooi abonnementsprijzen zie gevestelljke bladzUUen.
Ver. uil gever. tt. VEKCAMMEN, St.-Pletersnieuwstrnat, 04. Gent
Socialis
de hedendaagse samenlevin
Voor de eerste maal in de
geschiedenis van ons land,
hebben de twee grootste vak
bonden, het A.B.V.V. en het
A.C.V., samen een programma
opgesteld van onmiddellijk te
verwezenlijken eisen.
Voor pater Van Isacker, die
verleden week op een bijeen
komst van het A.B.V.V. te
Antwerpen, het woord voerde,
moet dat wel een zeer heug
lijk feit geweest zijn. Uit al
de werken over de sociale ge
schiedenis van deze promi
nente figuur, blijkt zijn be
zorgdheid voor het lot van de
arbeiders en zijn spijt dat
socialistische en christelijke
arbeiders uit mekaar zijn ge
groeid.
Betekent de gemeenschap
pelijke stellingname van beide
bonden het begin van een
intense samenwerking die het
pad zou effenen voor een
latere versmelting
Vooraleer zulks zou gebeu
ren, dienen nog vele vooroor
delen uit de weg geruimd. De
A.C.V.'ers zouden moeten op
houden in de socialisten «god
deloze materialisten» te zien,
«zonder enige zin voor morele
waarden».
In het A.B.V.V. zouden som
mige vrienden moeten stop
pen het A.C.V. stelselmatig
aan zijn weinig fraai verleden
te herinneren, het. sociaal
karakter van deze organisatie
te betwisten en te beweren
dat ze verkocht is aan het
patronaat-
In deze voorwaarden zou
zeker nog een hechtere samen
werking kunnen tot stand
komen zonder dat het nodig
zou zijn dat beide organisaties
er iets van hun autonoom
karakter zouden aan inboeten.
Het gemeenschappelijk pro-
4. VAN Af KEI
«Dit 11 STEKKEN»
gramma der vakbonden doet
ons land niet op zijn vestin
gen wankelen. Het is een zake
lijk document, dat niets in
houdt wat ongerechtvaardigd
zou zijn in een land dat zich
als «welvaartstaat» wenst aan
te melden.
Oordeel zelf Aan het Ver
bond van Belgische nijveraars
zouden volgende punten wor
den voorgelegd: kosteloze
werkkledij, de betaling van
een feestdag, die op een zater
dag valt, dubbele verlofver-
goèding voor de derde vacan-
tieweek en kosteloos vervoer
van de arbeiders naar het
werk.
Ook zou gesproken worden
over de arbeidsduur en het
arbeidstempo zou in sommige
nijverheden bestudeerd wor
den, vooral omdat werd vast
gesteld dat voor de jongeren,
vrouwen en oudere arbeiders
het opgelegde tempo soms
overdreven hoog is.
Volgens de vakbonden moet
eens worden nagegaan in hoe
ver de mens de. machine moet
volgen...
Het tweede deel van het
gemeenschappelijk program is
bestemd voor de regering. Het
staat trouwens volledig in het
kader van de regeringsver
klaring. Het A.B.V.V. en het
A.C.V. heeft in feite niets an
ders gedaan dan het stand
punt der arbeiders weer te
geven in die sectoren waar de
regering voornemens was de
sociale voorzieningen uit te
breiden.
Voor de ouden van dagen:
De 48.000 F pensioen op 1.1.66,
met aanpassing voor de an
dere categorieën. De volgende
jaren zou een dergelijke in
spanning worden gedaan om
de pensioenen aldus traps
gewijs op 75 t.h. van het loon
te brengen.
Tevens wordt de betaling
van een vacantievergoeding
van 500 of 300 F aan gepen
sioneerden voorzien en ook
een administratieve vereen
voudiging voor het toekennen
van het pensioen, derwijze dat
het bewijs van de loopbaan
enkel van 1945 af zou worden
geëist.