CnI z ca Zaterdag G november 1965 27e jaargang - Nr. 45 De staat heeft grotere verplichtingen Minder decoraties meer plichtsbesef 1 11 NOVEMBER 1965 Drieëntwintigste iakkelloop - Herdenking van de Wapenstilstand voor allen REDACTIE EK ADMINISTRATIE ST.-PIETEEiSMEUWSTKAAT, 64 GENT J'el. 23.57.95 (4 lijnen) rostclieckrekenlng 5G7.33 «Hel Urkvi Vooi abonnementsprijzen zie gewestelijke bladzijden. Ver. uitgever. H. VERCAMMEN. St.-I'ietersnleuHstraat, 64. Gent Een les in vaderlandsliefde Het ligt ei1 vingerdik op dat O m e r Vanaudenhove slechts één bedoeling heeft: tie regering in diskrediet te brengen in de ogen van de bevolking. Hij speelt de rol van op posant op een gevaarlijke manier. Hij doet beroep op de laagste gevoelens, het egoïsme en de haat, om zijn propaganda te kruiden doeh beseft niet dat hij zich aan stelt als een leerling-tove naar die buiten zijn wil be zig is de krachten aan te wakkeren die het gemunt hebben op de politieke de- mokratie. Omer Vanaudenhove wil doen geloven dat ons land aan de rand van de econo mische afgrond zou staan en dat deze catastrofale toestand zou te wijten zijn aan de verspilzucht van de socialisten. Hij goochelt met getallen, cijfers over de be groting, de buitengewone uitgaven, het nationaal in komen, enz., erop spekule- rend dat de gewone burger, die al genoeg heeft aan zijn eigen familiaal budget, toch de ware toedracht niel kent... Inderdaad, als de deskun digen inzake financieel be leid niet akkoord gaau over de cijfers, de ramingen en de conclusies, hoe zou de bevolking zich dan een oor deel kunnen vormen over de werkelijke toestand? De P.V.V.-voorzitter weet pertinent goed dat 's lands economische en financiële situatie geen buitengewone zorgen biedt. Hij is minister geweest in vorige regerin gen om te weten dat toen de toestand niet anders was dan de dag van vandaag, doch hij redeneert als volgt: «Laat ons de alarmklok lui den, de socialisten en ande re travaillisten van verspil ling beschuldigen en zodra er dan sprake is van nieu we belastingen zullen de burgers ons des te gemak kelijker geloven, naarmate ze er een broertje aan dood hebben enkele percenten meer belastingen te beta len...» Voor 'n demagoog schuilt er iets aanlokkelijks in zul ke redeneriug! Vele lieden vergeten im mers veel te gemakkelijk dat ze thans veel beter le ven dan vroeger en bij som migen spreekt de hebzucht en het egoïsme luider dan hun plichtsgevoel tegenover de gemeenschap Er bestaat inderdaad kans dat er ëen aanpassing moet komen van sommige belas tingtarieven, doch iemand die nadenkt zal onmiddel lijk begrijpen waarom dit moeilijk te vermijden is. De Staat moet over groter inkomsten kunnen beschik ken want zijn rol neemt ge stadig toe op alle gebied. Vóór de oorlog was het aandeel van de Staat in het nationaal inkomen ongeveer 6 t.h.; na de oorlog is dat gegroeid tot meer dan 25 t.h. Vroeger waren, buiten de socialisten, alle partijen van oordeel dat de Staat niet moest tussenkomen in het economisch leven. Nu is men overal beginnen inzien dat de Staat specifieke ta ken te vervullen heeft, niet alleen op cultureel, opvoed kundig en sociaal gebied, maar ook economische ta ken zoals de inplanting van nijverheidszones, de moder nisering van het verkeers- net, het bouwen van sociale woningen, enz. Men moet wel stekeblind zijn om de veranderingen niet te zien die rondom ons gebeuren en waarvoor de Staat voor de financiering hoeft te zor gen. Zijn dat allemaal ver spillingen? Als men thans 40 miljard in de begroting schrijft voor het onderwijs, is dat geld verloren gooien? Of is dat omdat de huidige regeer ders van oordeel zijn dat onze kinderen, willen ze hun toekomst verzekerd zien, langer en in betere voorwaarden naar school moeten kunnen gaan. Och ja, de PW kan de mond vol hebben over be sparingen, maar zal zich wel hoeden te zeggen waar ze moeten gebeuren. Men maakt in deze partij wel eens bedekte zinspelingen op de ziekte en invalidi teitsverzekering... en ver mits men in liberale mid dens gewoonlijk de. kant kiest van de dokters, die beweren te weinig te ver dienen, moet men dan niet besluiten dat de heer Van audenhove en zijn ploeg het klaarblijkelijk gemunt heb ben op de geneeskundige verzorging der sociaal ver zekerden? Waarom het niet ronduit zeggen? Om een gezond financieel beleid te voeren, moet de Staat over groter inkomsten kunnen beschikken. Dit is een normaal verschijnsel. In een maatschappij waar de levensstandaard voor elkeen stijgt, worden de collectieve behoeften ook groter. Dat geld moet van ergens ko men. Maar als men van belas tingen spreekt wordt plots de PVV van beschuldigende partij tot verdedigende par tij. Als de belangen van de geldschieters in 't gedrang komen, dan is men bereid kleur te bekennen... en dan kan men in ons land het spektakel meemaken dat de katholieke «La Libre lïelgi- que» en de katholie.ke eco nomist F. Baudliuin teza men met de liberaal Van audenhove dezelfde taal spreken «De industrie mag geenszins worden belast zo niet zal men de investerin gen in het gedrang bren gen, enz., enz.» Die lieren zijn het volle dig eens dat de volle maat moet komen uit de zakken van de loon- en weddetrek- kenden of van de verbrui kers in liet algemeen, maar aan de belangen van de «Haute Finance» mag niet W7orden getornd. De aanwezigheid van de socialisten in de regering wordt dan precies voor die heren een gevaar. Ze zullen dan ook niet terugschrikken de laagste middelen te ge bruiken 0111 hun tegenstan ders te belasteren. Diegenen die twijfelen hoeven thans slechts de conservatieve kranten open te slaan om zich daarvan te overtuigen. Men kan zich terecht af vragen of de arbeiders en bedienden zich in ons land ooit aan hun verplichtingen hebben onttrokken. De be lastingontduikers, de finan ciële woekeraars, de grond- speculanten zitten elders. Men moet ze gaan zoeken in de middens van de bur gerij en van de financie, in de bevoorrechte kaste van mensen, die zich graag la ten dekoreren, die nooit op openbare recepties en ande re plechtigheden ontbreken. Van zulke heren hebben we geen les in vaderlands liefde te ontvangen, want het land is beter gediend door hen, die minder over patriottisme spreken maar in alle eenvoud hun plicht doen als arbeider en staats burger en daarbij beseffen dat de financiële inspan ningen op billijke wijze moeten worden gespreid. P.D.B. Toen omiddellijk na de oorlog 1914-1918 bet stoffelijk overschot van de Onbekende Sol daat overgebracht was van het slagveld te Verdun naar de Triomfboog te Parijs, stel de de Franse schrijver Gabriel Boissy voor aan de voet van het graf een vuur aan te steken en de vlam eeuwigdurend te onderhouden. Niet alleen in Frankrijk werd de wee aangenomen, Lelgie volgde het voorbeeld en ook te Brussel brandt een vlam symbool van de Herrinnering en van de Hulde aan de doden van de twee oorlogen op het Graf aan de voet van de Congreskolom. In 1928 besloot de Naitonale Strijiersbond de Wapenstilstand van 1918 jaarlijks te. her denken door het organiseren van een Fakkelloop die een collectief huldebetoon zou worden van de overleveneden aan hun wapenbroeders die liet leven lieten op de slag- Op de uiterste punten van onze landsgrenzen worden fakkels aangestoken die, van dorp tot dorp, van stad tot stad, in een convergerende mars naar Brussel bracht, waar zij op 11 november bij het vallen van de avond gedoofd worden voor de Gewijde Zerk. Op dit ogenblik komen zelfs fakkels uit Parijs, Le Havre, Luxemburg, Londen, Nijmegen en Washington. T Deze vlammen, bewaakt en gedragen door de mannen van de IJzer emvande Lew,!je tuigen er voor dat de herinnering aan de twee grote kwellingen lev^nlig is gebleven m het hart van de generaties die ze in een zelfde geest van broederschap heb en gaan. Zij willen het zuiver ideaal van vrede en samenhorigheid Ln buiten oudstrijders door iedereen wensen gedeeld te zien. In laanderen, 'n W Jon. n buiten onze grenzen, gedragen door mensen die in hun diepste wezen vrienden zun wil w deze fakkels tlr hoop symboliseren die leeft in de harten van alle memen iter «ereld en die de waanzin van de broedermoord voor eeuwig uit de wereld wil bannei Op 11 november 1965 zullen de mannen van 1911-1918 schouder aan schouder met deze van 1940-1945 voor de drieëndertigste maal getuigen dat zij het offer van hun kamera den niet vergeten hebben. Laten wij samen met de ondstnjders, een gedachte van dankbaarheid wijden aan hen die hun leven hebben gegeven omdat wij van beter en waardiger bestaan zouden kunnen genieten.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1965 | | pagina 1