Het vijf-jarenplan voor de Openbare Werken <%sl Zaterdag 15 Januari 1966 28e jaargang - Nr 3 De regering heeft verle den week de vertegenwoor digers van de verschillende sociale en ekonomische or ganisaties bijeengeroepen patroons, vakbonden, land bouwers en middenstanders. Op deze vergadering heeft Minister Spinoy gewezen op het gevaar dat de prijsstij gingen in ons land door de lange duur ons monetair en financieel beleid dreigen te ontredderen en kwetsend kunnen zijn voor de ekono- mie. Daarom heeft de regering de vertegenwoordigers van de verschillende groeperin gen tot matiging aange spoord. De regering doet daarbij beroep op het over leg, de goede wil en het ge zond verstand van al diege nen die in dat opzicht ver antwoordelijkheid dragen. Mo e s t e n niettemin de prijzen blijven stijgen dan zouden andere maatregelen geboden zijn. Hieruit blijkt dat het de regering ernst is en dat ze krachtdadig besloten is een einde te stellen aan de on gezonde toestand waarbij de prijzen steeds maar omhoog gaan. Hoe hebben de «sociale partners» gereageerd op de ze stelllngname? Op het eerste g zicht wa ren allen het eens. Over de grond van de zaak moet er niet worden gediskuteerd. Elkeen gaat akkoord dat er gens moet geremd worden. Geremd waar? Daar ligt nu precies het paard gebonden. Het is klaar dat de «ge- matigheid» waarvan sprake geen «sociale pauze» of een «achteruitgang» tot gevolg mag hebben. De regering zet, op haar terrein, de verwezenlijking van haar sociaal program ma ongestoord verder en indien zoals het rege ringsprogramma het voor ziet jaarlijks een besten dige aangroei van het na tionaal inkomen met 3.5 a 4 wordt gepoteerd is het logisch dat ook de ar beiders daarvan hun deel ontvangen. De regering de bedoeling van een loonstop in de schoenen schuiven, zou op z'n minst getuigen van kwade trouw. De verschillende groepe ringen zullen dus de dia loog moeten beginnen en de toestand moeten ontleden. De prijsstijging heeft nu vooral de voedingswaren en de diensten getroffen en het is vooral in deze sekto- De hele wereld mag weten welke edel moedige vredesvoorstellen onze wrede vijanden beslist zullen verwerpen... ren dat men biezonder waakzaam zal moeten zijn. Reeds dikwijls is gebleken dat een enorm verschil be staat tussen de kostprijs van een geproduceerd pro- dukt en de prijs die de ver bruiker ervoor betaalt. We denken o.m. aan de genees middelen, de huishoudappa- raten, de verfprodukten, onderhoudsartikelen, enz. Voor deze hoge prijzen zou men bezwaarlijk de faktor «lonen» kunnen aan sprakelijk maken. Dat de vakbonden reke ning moeten houden van een eventuele terugslag van hun looneisen op de prijzen is vanzelfsprekend. Maar daartoe dient één voor waarde vervuld: alle ele menten, die de prijs van het produkt beïnvloeden moeten gekend zijn. Het patronaat zal dus de kaarten op tafel moeten leggen. In «Het Volk» van 8 januari heeft Emiel Van Cauwelaert nog gewezen op de buitensporige winsten die door sommige patroons en voornamelijk die van de grote financiële instellingen worden gemaakt. In de bouwnijverheid jaagt de grondspekulatie de prijzen omhoog om dan nog te zwijgen van de ontzag lijke verschillen die bij sommige aanbestedingen aan het licht treden. Het moet duidelijk zijn dat men geen vaste regels kan bepa len, precies omdat men in elke industrie-tak voor geen identieke toestand staat. Er zijn industrieën waai de faktor «loon» weinig in vloed heeft op de prijs. We denken bijvoorbeeld aan de petroleumnij verheid en aan sommige geautomatiseerde bedrijven. In andere nijver heden. waar veel handwerk nodig is, speelt het loon een grotere rol in de prijsvor ming. Dat kan zijn invloed hebben. Sommige nijverheden staan op sociaal opzicht ten achter. Dit brengt mee dat de arbeiders, wanneer ze de kans zien, deze nijverheden verlaten. Moeten de pa troons daar geen inspan ning doen om de achter stand in te halen? Dat overleg de enige uit weg is, daaraan wordt niet getwijfeld. Alleen zal nog moeten worden uitgemaakt «waar» en «hoe En men mag zich daar nog aan scherpe diskussies verwach ten. In sommige kringen heeft men scherp gereageerd op de bedoelingen van de re gering. Eerst en vooral in de fi nanciële kringen. La Libre Belgique» schrijft dat men «inzake prij zen geen autoritaire maatregelen mag treffen zoals drukking op de winst marges van de ondernemin gen, gezien daardoor diege nen zouden getroffen wor den die niet verantwoorde lijk zijn». Voelt men van waar de wind komt? En ook de geleerde professor Boud- huin trad deze stelling bij maximumprijzen? Dat zou de ergste van de ketterijen zijn, schreef hij. Dat men in de liberale middens Van dirigisme zou spreken en uit de toe stand politieke munt zou trachten te slaan was te verwachten. Alleen dat dit zou gebeuren onder 't mot to dat de Belgen de buik riem moeten snoeren, grenst voor wie 's lands ekono mische toestand kent, aan het belachelijke. Nu ja, de belachelijkheid doodt niet, anders zouden niet alleen vele liberale kopstukken reeds gekist en verzegeld zijn, maar ook sommige Luikse syndikalis- ten die al op voorhand aan kondigen dat de arbeiders zich" klaarmaken om kracht dadig te reageren. Gelukkig zijn er in ons land nog andere dan zulke negatieve geesten. P.D.B. (Zie vervolg laatste blz.) voor 2 cd allen BED ACTIE EN ADMINISTRATIE ST.-PIETEKSNIEDWSTRAAT, 64 CENT - Tel. 25.57.95 (4 lijnen) - Postcheckrekenlng 567.33 «He*. I.lchl» Vooi abonnementsprijzen zie gewestelijke bladzijden. Ver. uitgever. R. VERCAMMEN, St.-Pietersnieuwstraat, 64, Gent HET PROBLEEM DER PRIJSSTIJGINGEN Er moet „ergens" worden geremd Geen loonstop of sociale pauze Zullen de patroons de kaarten op tafel leggen Kan dat ongestoord voortduren Politieke muntslagers Er was een tijd dal grote open bare werken gepland werden om nieuwe voorspoed aan het land te bezorgen. Gedurende tientallen jaren gold als hoofdregel, dat er moest gebouwd worden om de ganse ekonomie aan gang te brengen en ook in 't leven te hou den. De tijden zijn wel enigszins veranderd. Men heeft vastgesteld, dat buiten de belangrijke open bare «erken en buiten deze ge weldige aanvraag om nieuwe hui zen te bouwen, de werkloosheid kon opgelost worden, want de werkloosheid werd steeds als de vijand nummer 1 van een natio nale huishouding beseliouwd. Men zegt dat de welvaart enigs zins aan het vervlakken is. alhoe wel er steeds spanningen blijven bestaan, vooral dan op gebied van prijzen en zo meer. Alaar deze vervlakking is ner gens rampspoedig. Wel integen deel. Onze uitvoer is nog nooit zo hoog geweest als thans. En daar 40 l.h. van onze voortbrengselen moeten uitgevoerd worden, spreekt dit meer dan boekdelen. Deze week willen wij het vooral hebben over de belangrijke Open bare Werken die deze regering willens nillcns wil uitvoeren. De Ministerraad is het erover eens geworden, dat dienaangaan de een vijfjarenplan moet opge maakt worden en natuurlijk ook uitgevoerd. Het is trouwens niet de eerste maal dat wij over een Vijfjarenplan horen spreken. Meer dan 35 jaar geleden zijn ie Sovjets beginnen spreken over een Vijfjarenplan. In onze vrije eko nomie die cyclisch blootstaat aan de ebbe en vloed van het kapita lisme werd geleide ekonomie toen uit den boze beschouwd. Dit was de eerste stap naar de nationali satie. zegde men uiterst rechts. Doch thans zijn de gedachten zo ver geëvolueerd, dat het meren deel der ekonomisten een «soepele planning» aanvaarden, zoals door het ABVV reeds voorgesteld op zijn buitengewoon kongres van 1954. Wij weten wel dat het ene nog het andere niet dekt, doch de meesten aanvaarden thans, dat de staat als hoogste gezagsorgaan, ingrijpt als het past. Het komt er voor ons in de eer ste plaats op aan groots en ook enigszins opwindend te denken. Immers in de regeringsverkla ring van de huidige ploeg staat er zo goed geschreven: «Heden ten dage vormt de centrale ligging van België een van 's lands mooiste kansen. Van die kans moeten wij met het grootst mo gelijk dynamisme en overleg ge bruik weten te maken. Een voor name rol valt daarbij te beurt aan ons verkeersnet en onze ver voermiddelen. daar deze zich be vinden in het hart van een ge bied waarvan de bevolkingsdicht heid, het produktievermogen en de verbruiksbehoefteu buitengewoon hoog liggen. Daaruit vloeit voort onze be slissing om onze havens te mo derniseren en vier jaar de weg verbindingen aan internationaal belang te voltooien waarmede dan tevens in aanzienlijke mate de kans op ontwikkeling of indus triële. kommcrciële en toeristische rekonversie van onze gewesten verhoogd wordt». Deze officiële tekst, zegt juist hetgeen het moet zeggen. GEEN VIER MAAR WEL VIJF Men kan zich misschien de vraag stellen, waarom de rege ringsverklaring gewag maakte van vier jaar terwijl het eigen lijk plan vijf jaar voorziet. De uitleg is tamelijk eenvoudig. De regering wil niet alleen nieu we werken en nieuwe aanbeste dingen van een buitengewone om vang uitschrijven, maar er val len zoveel «oude» werken nog te voltooien. In dit verband willen we alleen noemen het Adminis tratief Centrum en de voltooiing van de vaart BrusselCharleroi

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1966 | | pagina 1