«Struktuur van
de socialistische
jeugdorganisaties»
Donkere wolken
in het Oosten
INLEIDING OP HET VERSLAG VAN HET BUREAU OVER DE
Leo COLLARD
Zaterdag, 10 september 1966
28e jaargang - Nr 37
(Zie vervolg blz. 2)
door
nationaal voorzitter BSP
UEDAKTIE EN ADMINISTRATIE ST.-l'IETERSNIEUYVSTRAAT G4
GENT - Tel. 25.57.95 (4 lijnen) - Postcheckrekening 567.33 «Het
Licht» Voor de abonnementsprijzen zie gewestelijke bladzijden.
Ver. uitgever A, DE KEÜLENEIR, St.-rietersnieuwstraat 64 Gent.
De internationale toestand
wordt kritiek.
De oorlog in Vietnam die
reeds oneindig veel leed heeft
verwekt dreigt nog groter
onheil te verrichten.
Tussen kommunistisch opbod
en Amerikaans prestige
Het land is de speelbal ge
worden van vreemde krach
ten. Nu de Chinezen en de
Kussen mekaar het voogdij
schap van de kommunistische
hulp aan Hanoi gaan betwis
ten. wordt de toestand nog
hachelijker.
De Chineze Rode Garden
hebben verklaard zich in het
internationale arena te willen
werpen en openlijk de wapens
te willen opnemen tegen de
Amerikaanse imperialisten.
Dat is al heel wat verder
dan een bedekte infiltratie in
Vietnam.
De Russen van hun kant
zijn bereid aan Noord-Viet-
nam militaire teeliniekers te
zenden.
Wij herinneren ons dat de
Amerikanen op dezelfde wijze
zijn begonnen ten tijde van
President Eisenhower.
Alles ging zich beperken tot
technische bijstand...
Nu strijden meer dan 285.000
Amerikaanse soldaten ter
plaatse en worden de militai
re doelstellingen van de Viet-
kong gebombardeerd. Men
heeft deze taktiek vergeleken
met een spiraal die steeds
hoger draait. Men weet waar
de technische militaire bij
stand begint, maar nooit waar
hij ophoudt. Hij gaat van
kwaad tot erger.
de Gaulle, geen onverdacht
bemiddelaar
Het is nodig dat dringend
initiatieven worden genomen
om onderhandelingen uit te
lokken.
De Franse President De
Gaulle achtte zich uitverko
ren om zijn stem te laten ho
ren. Nochtans is hij niet de
geschikte man om zulks te
doen.
Ten eerste werden de Fran
sen destijds smadelijk uit het
betwiste gebied verjaagd. En
ten tweede is de Gaulle een
gefrustreerd man, die nooit
heeft kunnen verkroppen dat
de Amerikanen hem in 1940-
45 niet au sérieux namen en
die sindsdien nog steeds op
wraak zint. Hij wil vooral
Amerika treffen.
Tenslotte is zijn «neutralis-
tische houding» niet ontdaan
van opportunisme want hij
wil de Franse kommunisten
voor zich winnen niet op
grond van sociale of ekono-
mische opvattingen maar
op grond van een buitenland
se politiek die niet europees
of Atlantisch is gericht.
De wijze waarop de Gaulle
te Cambodja zijn voorstellen
tot neutralisatie van Vietnam
verdedigde is gewoon belache
lijk. Hij eiste de voorafgaan-
delijke terugtrekking van de
Amerikaanse troepen... precies
of er dan nog sprake van neu
tralisering zou zijn!
Eist hij ook van Noord-
Vietnam dat dit land zijn
agressie zou stopzetten?
De Gaulle kent wel het ant
woord van Ho Tsji Minh. Zijn
zwijgen was daarom beteke
nisvoller dan zijn woorden
kramerij.
Als de nood het hoogst is...
Het is niet van de Franse
President dat een ommekeer
moet verwacht worden in het
Zuid-Vietnamese drama.
We geloven veeleer dat een
initiatief zou moeten uitgaan
uit gezaghebbende kringen v.
de Uno.
De Verenigde Naties maken
het Partijbureau voor een ge
mengde paritaire kommissie
in te stellen om positieve voor
stellen uit te werken.
Tijdens verscheidene verga
deringen hebben afgevaardig
den van de Partij en behoor
lijk gemandateerde vertegen
woordigers van de jeugdorga
nisaties van gedachten gewis
seld en een akkoord bereikt,
dat door het Bureau werd be
krachtigd en nu aan het Kon-
gres wordt voorgelegd.
Het is iverkelijk zeer be
langrijk en tevens zeer be
moedigend dat zulks het ge
meenschappelijk iverk van de
ouderenen de jongeren is.
Dit uitgangspunt was onont
beerlijk. Ilc spreek de wens uit
dat bij de besprekingen in de
afdelingen, de federaties en
het Kongres, dezelfde metode
zou worden gevolgd en dat de
jongeren er overal ruim
schoots bij worden betrokken.
Als de voorstellen tot reor
ganisatie worden aanvaard,
zullen zij een wijziging in de
statuten van de BSP tot ge
volg hebben. Zij moeten ook
het leggen van reglementaire
grondslagen en de oprichting
van een kader struktuur voor
de socialistische jeugdbewe
ging mogelijk maken
Wij weten allen dat zulks
onontbeerlijk maar niet vol
doende is. Alles zal afhangen
niet alleen van de geest waar
in van de eerste dag af de be
trekkingen tussen de Partij
en de jongeren tot stand zul
len komen, maar eveneens van
het algemeen beleid dat zal
worden gevolgd.
Om die reden zal de dag ge
wijd aan de omschrijving van
het handvest voor de Perma
nente Opvoeding en de Vrije
tijdsbesteding van niet min
der belang zijn, want het
heeft tot doel aan de jonge
ren de richtlijnen en midde
len te geven om zich voor hun
taak voor te bereiden.
Een belangrijk vraagstuk is
ook dat van de jeugdleiders.
Het Socialistisch Jeugdleiders
instituut, dat reeds zoveel
diensten heeft bewezen doch
waarvan de bedrijvigheid xoel-
licht onvoldoende bekend is,
heeft op dit gebied een ge-
wichtige opdracht te vervul
len.
De zucht naar verjonging in
de schoot van de Partij is nor
maal en gezond. De opvolging
van de generaties is de wet
van het leven. Zij gebeurt niet
altijd zonder horten of stoten,
maar nu zijn het de jongeren
zelf die ons verzoeken hen
voor hun verantwoordelijkhe
den voor te bereiden. Wij heb
ben een prachtige gelegenheid
om dat te doen. Laten wij te
niet voorbijgaan.
Het Kongres van 8 en 9 ok
tober zal spoedig, wat zijn ge
volgen betreft, een van de be
langrijkste blijken te zijn, die
de Partij tijdens de laatste ja
ren heeft gehouden.
Ik zal hier niet herhalen
tvat in de inleidende bladzij
den van het verslag wordt ge
zegd over de dubbele noodza
kelijkheid om de socialistische
jeugdbeweging weer op te bou-
wen tot een werkelijke «mas
sa»-organisatie en tevens om
te bereiken dat tussen de jon
geren en de Partij, door mid
del van een integratie op ba
sis van wederzijdse verant
woordelijkheden, een coördi
natie tot stand komt, zonder
ivelke inspanningen van een
ieder tot mislukking gedoemd
zijn.
Ik wens hier alleen de na
druk te leggen op de metode
die werd gevolgd ter voorbe
reiding van de oplossingen, die
thans aan de^bespreking van
de afdelingen en de federaties
onderworpen zijn.
Het zou een vergissing zijn
geweest, indien de reorganisa
tie van de socialistische jeugd
beweging uitsluitend het werk
was van de ouderen, en de be
langhebbenden hierbij niet
waren betrokken. Reeds se
dert enige tijd bestuderen vele
jongeren, met een uitstekende
geest bezield, de middelen oin
hun beweging nieuw leven in
te blazen; tal van kontakten
werden belegd en besprekin
gen gevoerd, waarbij de te
volgen gedragslijn zich steeds
duidelijker heeft afgetekend.
Toen de teeg aldus voldoende
geëffend was, stelde ik aan