Waarover de oppositie
NSEÏ spreekt
AALST
VRIJSTELLING RADIO- en TV-TAKS
LANDBOUWPRIJZEN
BOND MOYSON
I
FABRIEKSTAD
Dienst voor zelfstandigen
GROOT BAL
2
Zaterdag,
23 september 1972
met 10.000 fr. prijzen
153
L.P. BOON
(Vervolgt)
SLACHTOFFERS VAN BEROEPSZIEKTEN Een getuig
schrift dient voorgelegd te worden waarin een werkonbe
kwaamheid van minstens 80 t.h. wordt bevestigd. Dat
getuigschrift is aan te vragen bij het Voorzorgfonds, He-
lihavenlaan 21, 1000 Brussel.
SLACHTOFFERS VAN EEN ONGEVAL Die moeten een
afschrift van het gerechtelijk vonnis kunnen voorleggen
waaruit een definitieve invaliditeit of werkonbekwaam
heid blijkt van minstens 80 t.h. (ingevolge gewoon onge
val of auto-ongeval).
GEESTESZIEKEN Voor de mentaal gehandikapten dient
pen getuigschrift van de vrederechter voorgelegd waarin
de definitieve werkonbekwaamheid van minstens 80 t.h.
daar en duidelijk wordt bevestigd.
ingeval de geesteszieke werkelijk opgesloten is ten huize
verleent de vrederechter een attest waarin die «opslui
ting» bevestigd wordt en uitdrukkelijk wordt verklaard
dat de zieke ongeneeslijk is.
INVALIDE MIJNWERKERS Die moeten een getuigschrift
voorleggen van de wettelijk erkende Voorzorgskas waarin
voorkomt dat de werkonbekwaamheid definitief is en ten
minste 80 t.h. op de algemene arbeidsmarkt beloopt.
MILITAIRE INVALIDEN Militaire invaliden van vredes
tijd moeten bij ministeriële beslissing een invaliditeit zijn
toegekend van minstens 80 t.h. Bewijs hiervan moeten
ze vragen bij het Ministerie van Financiën, Bestuur der
Pensioenen, 10 Jan Jacobsplein, 1000 Brussel.
ZIEKEN Degenen die zodanig blijvend ziek zijn of zo
oud en gebrekkig zijn geworden dat ze zonder hulp van
derden hun woning niet meer kunnen verlaten hebben
ook recht op vrijstelling. Zij moeten echter een bewijs
kunnen voorleggen waarbij hun behandelende dokter uit
drukkelijk verklaart dat de gebrekkigheid van zware en
blijvende aard is en de zieke in de volstrekte en defini
tieve onmogelijkheid verkeert om zijn woning zonder
hulp van derden te verlaten. Opgepast: die geneeskundige
getuigschriften moeten gesteld zijn op papier met ge
drukt opschrift of stempel van de geneesheer, zoniet wor
den ze geweigerd.
OPGEPAST Van het ogenblik ai dat er één lid in het
gezin is dat aan bovenstaande vereisten voldoet wordt
er vrijstelling van taks verleend. De inkomsten die men
heeft spelen hier geen rol.
WAAR DE AANVRAAG DOEN
Dc aanvraag om vrijstelling van taks moet schriftelijk
gericht worden aan het adres: Radio- en Televisietaksen,
André Bertulotstraat 2, 1000 Brussel.
In de aanvraag moet voorkomen de naam en voornamen,
de plaats en datum van geboorte, de burgerlijke stand en
het juiste adres van de aanvrager om vrijstelling van
taks. De aanvraag moet niet elk jaar vernieuwd worden.
Bij verandering van adres moet men onmiddellijk de
dienst verwittigen.
De vrijstelling wordt verleend voor de huistoestcllen, ook
voor de draagbare toestellen en de autoradio's.
Bij uw aanvraag moet ge het bewijs voegen dat de aard
en het percentage van uw invaliditeit of werkonbekwaam
heid vermeldt.
Ge moogt van nu af reeds de aanvraag doen om de vrij
stelling te bekomen van radio- en T.V.-taks voor volgend
jaar. Uw aanvraag te verzenden per gewone brief moet
binnen zijn vóór het einde van december van het jaar
dat nu loopt.
Voor alle nadere inlichtingen kunt ge u steeds wenden
tot onze mandatarissen oi hun zitdagen of tot het adres:
Senator Van der Bruggen Dieudonné, Parkstraat 7, Ge-
raardsbergen. Tel. 054-413.31.
OPENINGSUREN DER BURELEN
AALST, St.-Kamielstraat 30. Tel.: 053/212 83: de donderdag
van 13u30 tot 15 uur.
GERAARDSBERGEN, Vredestraat 41. Tel.: 054/423 68: de don
derdag van 9 tot 10u30.
NINOVE, Geraardsbergestraat 117. Tel.: 054/326 95: de don
derdag van 11 tot 12' uur.
ZOTTEGEM, De Colfmaeckerstraat 11. Tel.: 09 7013 95: alle
dagen van 9 tot 11 uur en 14 tot 1G uur.
Veel lezers vragen ons naar de
marktprijzen We geven die hier
dan ook ter hunner voorlichting.
VFEMARKT: kalme markt.
Dikbil ossen, stieren en vaarzen
78-100; welgevormde 58-70.
Ossen 60% 52-58; 55% 455-60.
Vaarzen 60% 51-59; 55% 44-49.
Welgevormde koeien 54-64; 55%
39-45: 50% 31-37.
Worstdieren 25-30.
I
ZOTTEGEM - VELZEKE
C.O.C.
met JACQUES HERB en
verkiezing Herfstprinses
i
Drachtige koe 20-29 000; gekalfd
14-22.000.
Drachtige vaars 22-30.000; ge
kalfd 16-24.000.
Jaarlingvaars 10-18.000.
Jaarlingstier 11-19.000.
Vaarzenkalf 4.500-6.000; stieren- IAyl/\A
kalf 4-5.000.
KALVERMARKT:
dalende prijzen
Dikbil 99-124; perfekt wit ge
vleesd 82-93; goedgevormd 74-80.
Gewone 66-72; minderwaardige
59-64.
SCHAPENMARKT
Vette 1200-1700: magere 900-1100.
PAARDENMARKT
Goed rijpaard 17-23.000; pony
5-8 000.
VARKENSMARKT:
stijgende prijzen
Extra vleesvarkens 39-43; vlees
varkens 35-37.
Halfvette 32-33; te vet of te ma
ger 30-31.
Zeugen 26-33; drachtige zeug 5-
6.000.
Beren 20-28; biggen 40-45 per
kg, per stuk 900-1100.
LANDBOUWMARKT
Tarwe 505; rogge 450; haver 410;
brouwerijgerst 440: gerst 430.
Aardappelen 3,75; voederbieten
30-38.
Tarwestro 550; geperst 700.
Rogge-, haver- en gerstestro 500;
geperst 650.
Weidehooi 1100-1200; klaverhooi
1300; luzerne 1900.
Boter 115; eieren 3,5.
VLAAMS WEEKBLAD
VOOR ALLEN
Als men de woordvoerders van
de minderheidspartijen moest ge
loven, zou het land zich aan de
rand van de financiële afgrond
bevinden, natuurlijk ingevolge de
verkwistingen van de regering.
Wij gaan niet beweren dat alle
uitgaven die de regering doet,
tven gerechtvaardigd zijn. Er zijn
er daaronder zeker enkele die
moeten worden beschouwd als
de hoge prijs die moet worden
betaald voor moeizaam tot stand
gekomen compromissen. Wij den-
Tien hierbij in de eerste plaats
aan de zware financiële lasten
die voortvloeien uit de ekono-
mische en kullurele regionalise
ring van het land. Maar de bouw
van wegen, de aanleg van indus
trieparken, de uitrusting van
havens, de oprichting van scho
len, kinderkribben, ziekenhuizen,
homes voor bejaarden, enz..., kos
ten veel geld. En wie zal durven
beweren dat het geld dat hieraan
wordt besteed, verspild geld is?
Laten wij nu eens heel even
de evolutie van de Rijksschuld
onder ogen nemen, sedert de eer
ste januari van dit jaar tot einde
juli is de totale Rijksschuld met
40 miljard frank gestegen. Dat
is veel, zult gij zeggen. Maar
alles is betrekkelijk en als men
die 40 miljard vergelijkt met het
bruto nationaal produkt van Bel
gië, dat thans ongeveer 1.300 mil
jard frank per jaar beloopt, dan
is dat bedrag toch weer niet zo
hoog als het op het eerste ge
zicht lijkt.
Verder stellen wij vast dat het
uitsluitend de schuld in Belgische
frank is die tijdens de eerste 7
maanden van dit jaar steeg, nl.
met in totaal 53,4 miljard frank,
waarin evenwel begrepen zijn de
certificaten in portefeuille van
't Internationaal Monetair Fonds
en de toename van 3J miljard
frank van het tegoed van parti
culieren bij de Postcheckdienst.
Veruit de sterkste stijging vin
den wij voor de geconsolideerde
schuld in Belgische frank, die
met 41,6 miljard frank steeg. Hoe
komt dat? Eenvoudig omdat
daarin de leningen zitten die de
Belgische Staat heeft aangegaan
om de grote openbare werken
waarvan hierboven sprake was,
te financieren.
Maar terzelfdertijd verminder
de onze schuld in vreemde de
viezen met 13,4 miljard frank.
Bijzonder verheugend is daarbij
de vaststelling dat de schuld op
korte termijn in vreemde mun
ten met 6,6 miljard frank is ge
daald. Dit houdt in dat ons land
in het midden van 1972 in feite
al zijn kortlopende schuld tegen
over het buitenland afgelost heeft
nadat het reeds in mei zijn bui
tenlandse schuld op halflange
termijn helemaal had terugbe
taald.
Herinnert gij u nog de tijd,
nog niet zo heel lang geleden,
dat befaamde ekonomisten en
financiële deskundigen dringend
waarschuwden voor de bijsonder
gevaarlijke toestand van 's lands
financiën, precies omdat deze
kortlopende schuld tegenover het
buitenland veel te hoog ivas op
gelopen en de stabiliteit van de
Belgische frank in het gedrang
bracht? Om maar één enkel cijfer
te noemen: onze kortlopende
schuld tegenover het buitenland
beliep 31.430 miljoen frank op
het einde van de maand juli 1967,
Weet gij nog wie toen minister
van Financiën en minister van
begroting waren? Het waren de
PVV-ers Henrion van de Société
générale) en Willy Declerck, de
financiële azen van de conserva
tieve regering Vanden Boeynants-
Declercq.
Ziet gij nu ook in waarom onze
Belgische frank de laatste maan
den op de internationale wissel
markten zo hoog gekwoteerd
staat en terecht wordt beschouwd
als de stevigste munt in gans de
wereld? Daaraan kan het ge
blaat van de oppositie niets ver
anderen. Gelukkig maar, want
wat haar woordvoerders de laat
ste tijd uitkramen om de fiskale
fraude goed te praten, voorspelt
zeker niets goeds voor de wer
kende mensen, indien die heren
(weer) het roer in handen zou
den krijgen. En, a propos, denkt
gij niet dat de Staat ook op de
binnenlandse kapitaalmarkt min
der zou moeten lenen, als ieder
een eerlijk zijn belastingen sou
betalen. Maar dit willen de ban
kiers in de PVV en de VU na
tuurlijk niet. want zij verdienen
een schone cent aan de leningen
die de Staat moet uitschrijven.
Het was in feite de mededeling, dat het daensls^
me wou breken met de kerk. De extremisten Plan-
cquaert, Ducatillon en Pauwels drukten hun stem
pel op dit kongres, dat inderdaad de breuk tussen
het daensisme en de kerk tot gevolg had. Gematig
der aanhangers wensten dit kongres niet bij te wo
nen. Ook deze van de Brusselse Justice Sociale
daagden niet op, Carton de Wiart stuurde een brief
waarin hij het betreurde de bijeenkomst niet te
kunnen bijwonen.
Het betekende cok het einde der betrekkingen
met de Justice Sociale. Pastoor Daens noemde hen
«verraders der demokratische zaak», «salondemo-
kraten» en ten slotte ook nog «gepommadeerde pal
jassen». Helemaal ongelijk had hij niet; vier jaar
later, in 1902, zouden ze reeds samen met de ganse
rechterzijde tégen het algemeen stemrecht zijn.
Datzelfde jaar verscheen trouwens het laatste num
mer dezer Justice Sociale.
Alhoewel de liberale en socialistische bladen be
kendmaakten, dat Adwlf Daens geen priester meer
was «hij is niets anders meer dan Meneer
Daens» toch verlangde Adolf Daens er nog steeds
nadruk op te leggen, dat het alleen maar een poli
tieke aangelegenheid was, die met zijn aanhanke
lijkheid aan de kerk en het kerkelijk gezag niets te
maken had. Was het met alleen weemoed, of met
integendeel diepe spijt, dat hij zei: «Wanneer men
in het kristelijk geloof werd opgevoed, laat men
zijn overtuiging niet meer varen op zestigjarige
ouderdom.» Bleef hijzelf de mis bijwonen als een
gewoon gelovige, een groot deel der daensistlsche
arbeiders uit het Aalsterse zette vanaf die dag nooit
meer een voet in de kerk. Het was een reaktie op de
uitingen van satanische vreugde bij de rijke be-
Relaas van de sociale en politieke strijd in dc
negentiende eeuw
houdsgezinden. Nu hun wensdroom vervuld was,
pakten ze met allerlei straatliedjes uit, waarin de
gebeurtenissen met Daens op smadelijke toon wer
den bezongen. Een ervan had tot refrein; «Daenske,
Daenske, uw rok valt af!». En een ander luidde:
Wie h:eft hier zijn kleed bevlekt
Wie heeft de geus zijn kont gelekt
Wie speelt de vriend met straatkapoen
Wie moet nu zijn kleed uitdoen?
't Is Loekedoe.
Wie stookte hier de klassestrijd
Wie is de schuld van straatlawijt?
't Is Loekedoe.
Het nu volgend verdere relaas van de sociale
en politieke strijd in de fabriekstad Aalst
wordt in de «ik-vorm» vertelt door Picter
Daens, hem in dc mond gelegd door de schrij
ver van dit boek.
1899: DE STOKSLAGERS
Het jaar 1899 is een der bewogenste geweest, niet
alleen in de geschiedenis van de sociale strijd te
Aalst, maar ook in ons eigen leven. Ik zou het in
eerste plaats over de dronken overwinningsroes en
de machtswellust der katolieken moeten hebben,
die door hun totale zegepraal in de verkiezings
strijd meenden met nu niets of niemand nog reke
ning te moeten houden, en hun haast nog feodale
heerschappij herstelden en met gewapende knok
ploegen alle andersdenkenden van de straat weg-
knuppelden. Politie, pompiers en burgerwacht wer
den omgevormd tot stormafdeiingen, die zelfs een
speciale soort kardoezen kregen, die men «werk
stakers-kardoezen» noemde. Hieraan werden de ka-
tolieke Jonge Wachters toegevoegd, die door de
straten marseerden met in de hand hun zware stok
ken, voorzien van snijdende ijzeren ringen velen
onder hen begonnen ook revolvers te dragen om
de straat voor zich alleen te houden. Het werden
keurbenden, die door terreur de tegenstander het
zwijgen zouden opleggen.
Maar vooraleer deze woelige dagen te beschrijven,
de gevechten en het meedogenloze van hun optre
den, moet ik het toch ook even over de krisis heb
ben, die weer met zijn afschrikwekkend hongerge-
laat het aan zijn lot overgelaten fabrieksvolk aan
grijnsde. De katolieken waren nu weer volledig
meester, en dat was voor hen het voornaamste.
Honger en dorst telden niet, krisis en ondergang
van het volk uit de fabrieksbuurten raakte hun
kouwe kleren niet. Zij regeerden, zij waren de mees
ters, en wee de socialist, wee de daensist, die nog
de stem zou durven te verheffen.