VLAAMS
r
Getuige oorlogsmisdaden
Nieuwe maatregelen ten gunste
van de oorlogsslachtoffers
HET LEERKONTRAKT
PENSIOEN VERHOGING
VANAF I JANII
ilil 1973
Van der Bruggen Dieudonné
Wat is een leerkontrakt
Voorwaarden
(Zie vervolg blz. 2)
B.T.W.-verschuiving
(Vervolg bz. 2)
BERT VAN HOORICK
ZATERDAG 14 OKT. 1972
24e JAARGANG - Nr. 42
Redoktie Administratie Publiciteit
52, MOLENSTRAAT 930C AALST
Tel. 053/24869 Posteheckrekeuing 95.24.64
PRIJS PER NUMMER 5 Ir.
Maandabonnement: 20 tr. Jaarabonnement: 240 (r.
Verantwoordelijke uitgever
Georges Spitaels, 52, Molenstraat 9300 Aalst.
WEEKBLAD VAN DE B.S.P. - ARRONDISSEMENT AALST VERSCHIJNT IN ALLE GEMEENTEN VAN HET ARRONDISSEMENT
DOOR
SENATOR
Sommige jongens en meisjes leren niet al te best en
toch verplichten de ouders hen soms om verder naar
school te gaan eens dat ze 14 jaar zijn geworden. Ze
verzeilen dan doorgaans in een studierichting die uiterst
zwak is. Ze mislukken dan soms nog bij het einde van
hun studies ofwel krijgen ze een velletje papier dat men
diploma, brevet of getuigschrift noemt, maar dat om
zeggens totaal waardeloos is omdat het zelfs niet kan
gelijkgesteld worden met een diploma of getuigschrift
van lager middelbaar onderwijs. Voor het verkrijgen
van een betrekking aan de staat, de provincie of de ge
meente is voor hen de bareel omzeggens totaal gesloten.
Voor dergelijke weinig begaafde jongens en meisjes die
niet meekunnen in het middelbaar of in het technisch
onderwijs, is het soms veel beter hen niet meer naar
school te sturen eens dat ze minstens 14 jaar oud zijn,
en hen zo vlug mogelijk een leerkontrakt te laten af
sluiten.
Het is een ondertekende overeenkomst waardoor leer
jongen of het leermeisje de verbintenis aangaat om ge
durende een welbepaalde periode bij een patroon prak
tische en teoretische lessen te volgen met het oog op
het aanleren van een beroep. De eerste periode omvat
een duur van vier jaar en dat noemt men de beroeps
vorming.
Men kan, indien men dat wenst, nog verder een nieuwe
periode aangaan van drie jaar om de kennis te verwer
ven teneinde later in een zelfstandig beroep voor eigen
rekening te mogen werken als meester.
Men kan een leerkontrakt afsluiten bijvoorbeeld om zijn
stiel te gaan aanleren in een garage, bij een bakker, in
een modehuis, bij een coiffeur of coiffeuse. De waaier
der keuze is tamelijk ruim.
De werkgever met wie men een leerkontrakt afsluit moet
minstens 25 jaar oud zijn, moet tevens als meester er
kend zijn of zelf minstens 7 jaar beroepsaktiviteit heb
ben. Hij moet daarenboven in de mogelijkheid zijn om
persoonlijk of door tussenkomst van een monitor toe
zicht uit te oefenen op het normaal verloop van het
leerkontrakt. De patroon moet wel kunnen bewijzen dat
hij over de voldoende technische uitrusting beschikt op
dat de leerjongen of het leermeisje prima hun stiel zou
den kunnen leren.
Om een leerkontrakt te kunnen afsluiten, moet de leer
ling (e) minstens 14 jaar oud zijn en met vrucht het
zesde jaar van het lager onderwijs beëindigd hebben.
Zij moeten zich onderwerpen aan een onderzoek voor
beroepsoriêntering. Ze worden ook vooraf medisch onder
zocht om na te gaan of ze als geschikt verklaard kunnen
worden voor het beroep dat ze wensen aan te leren.
Nopens die onderzoeken worden ze voorgelicht door het
leersekretariaat tot hetwelke men zich steeds richten
moet indien men met een patroon een leerkontrakt wenst
af te sluiten.
Het is ook het leersekretariaat dat het kontrakt na af
sluiting tussen patroon en leerling ter goedkeuring over
maakt aan het ministerie van Middenstand.
Op de algemene raad van de
BSP heeft co-voorzitter Lebur-
ton de vraagstukken aangehaald
die de regering dient te behan
delen. Op ekonomisch vlak is
het resultaat positief: herople
ving, nieuwe investeringen, ge
zonde financiële toestand. Onze
munt is stevig, alleen de evolutie
\..n de ...IJ en is zorgwekkend.
Op sociaal vlak was er o.a. een
sociale programmatic voor open
bare diens^n —ar 30 miljard.
Bij sommige kategorieën heerst
een malaise: de middenstand en
de vogelvangers.
Voor de loon- en weddetrek-
kenden zal minister Namèche op
1 januari '73 de pensioenen ver
hogen met ongeveer 8 pet. Dit
zal het minimum gezinspensioen
voor de arbeider op 93.640 fr.
brengen. Voor de zelfstandigen
kunnen bepaalde zaken geregeld
worden, maar deze hebben tot
plicht bij te dragen tot de alge
mene inspanning voor de sociale
vooruitgang.
Op de tweede dag van de derde zitting te Kopenhagen van de Internatio
nale Onderzoekskommissie voor Oorlogsmisdaden in Indochina barstte
mevrouw Tran Di Do in tranen uit toen ze het publiek vertelde dat haar
1 maand oude baby door VS-bommen werd gedood. De tolk, die links van
de wenende vrouw staat, toonde het mutsje van de baby. (Foto AP)
Illlllllllllll
Inzake de BTW heeft de re
gering aanvaard de dertiende
maand te verschuiven. Het zou
verkieslijker geweest zijn vooraf
de betrokkenen te raadplegen.
Het is onaanvaardbaar dat de
regering toegevingen doet aan
sommigen en niet aan anderen.
Aangaande de fusies der ge
meenten wensen de socialisten
zoveel mogelijk de vrijwillige fu
sie te bevorderen.
Voor het schoolpakt eist de
BSP de volledige uitvoering van
de overeenkomst van 1958, o.a.
betreffende de overheveling van
het fonds voor schoolgebouwen
van Openbare Werken naar Na
tionale Opvoeding. Aan de school-
paktkommissie zullen nieuwe
punten worden voorgesteld, ze
betreffen o.a. de pluralistische
school.
Er is geen land waar der
gelijke financiële inspanningen
voor de oorlogsslachtoffers wer
den gedaan dan in België. In
dien men zich daarop kan be
roemen, dan is dit grotendeels
te danken aan de socialisten die,
telkens zij met regeerverant-
woordelijkheid werden bekleed,
de verbetering van het lot van
de oorlogsgetroffenen in het re
geerakkoord vooropstelden. Dit is
ook gebeurd in januari van dit
jaar. De «voltooiing van het on
dernomen werk voor de verdere
afhandeling van het dossier van
de oorlogsslachtoffers» werd aan
gekondigd. Er bleven inderdaad
nog een aantal kleinere verzuch
tingen bestaan. De maatregelen
die thans door de regering zul
len worden getroffen, sluiten de
programmatic 1970-1972 af. Deze
pregrammatie was reeds in een
groot stuk verwezenlijking om
gezet geworden door de wet van
8 juli 1970 ten gunste van de
slachtoffers van de militaire of
de hiermee gelijkgestelde plicht,
door de wet van 23 december
1970 ten gunste van de burger
lijke slachtoffers van de beide
oorlogen en hun rechthebbenden
en door de wet van 30 juni 1972
tot verhoging van de oorlogs-
pensicenen.
Thans worden nieuwe maatre
gelen genomen In uitvoering van
de regeringsverklaring, ten voor
dele van:
1) De politieke gevangenen:
een juistere vergoeding van
hun aandoeningen, gelet op
de deportatievoor waarden;
2) De krijgsgevangenen van de
vergeldingskampen
een juistere vergoeding van
hun aandoeningen, gelet op
de voorwaarden van hun in
ternering
3) De oorlogsweduwen die een
huwelijk aangingen na het
schadelijk feit:
afschaffing voor de toeken
ning van het pensioen en de
door
volksvertegenwoordiger
renten, van de beperking
voortvloeiend uit de leeftijd
van de echtgenoot op het
ogenblik van het huwelijk;
4) De statutaire personeelsleden
van de NMBS:
gelijkschakeling met 't rijks
personeel voor de berekening
van hun pensioen wat de
verdubbeling betreft van de
militaire diensten die gepres
teerd werden tijdens hun
statutaire loopbaan;
5) De oorlogswczcu onbekwaam
om in hun onderhoud te
voorzien
toekenning van de oorlogs-
rente na hun 18 jaar;
6) De militairen die op weg
naar hun gevangenschap ge
dood werden:
toekenning van de oorlogs
rente aan hun weduwen;
7) De militairen die na 28 mei
1940 gewond werden:
het in aanmerking nemen
van bepaalde hospitalisatie-
periodes die thans nog niet
erkend worden met betrek
king tot het toekennen van
de oorlogsrente;
8) De politieke gevangenen 14-
18:
uitbreiding van de retroak-
tiviteit van de oorlogsrente;
9) De weggevoerden 14-18:
uitbreiding van de toeken
ning van de rente tot hen
die na 8 januari 1970 de
leeftijd van 70 jaar bereikt
hebben;
10) De weduwen van de burger
lijke oorlogsslachtoffers 1940-
45, gehuwd na het schadelijk
feit:
afschaffing wat de toeken
ning betreft van het pen
sioen en de rente van de
beperking voortvloeiend uit
de leeftijd van de echtgenoot
op het ogenblik van het hu
welijk;
11) De wezen van de burgerlijke
slachtoffers:
gelijkschakeling van het hui
dige pensioenbedrag met dit
van de weduwe;
12) De burgerlijke slachtoffers
van de oorlog 14-18:
zij krijgen dezelfde rechten
als de burgerlijke invaliden
van de oorlog 40-45 bij aan
vraag tot verergering;
13) De weduwen van de oorlogs
invaliden 14-18:
verlenging van de termijn
van 6 maanden tot 1 jaar
voor het indienen van de
aanvraag voor weduwepen
sioen.
Zoals men zal hebben gemerkt,
komt in deze opsomming de dooi
de Vuurkruisen gevraagde 10 pet.
forfaitaire invaliditeit voor de
niet-invalide Vuurkruisen niet
voor. Het is een gerechtvaardig
de verzuchting van mensen die
meer dan wie ook in 1914-1918
materiële en morele schade heb
ben geleden en wier aantal met
de dag afneemt. Er gaat een
jaarlijkse uitgave van 120 mil
joen mee gemoeid. Met de 13
hogervermelde punten is het
voorziene bedrag aan verhoogde
uitgaven voor de oorlogsslacht
offers echter uitgeput. Het komt
ons voor dat in het overlegor
gaan van de verenigingen der
oorlogsslachtoffers de verdeling
van het beschikbaar krediet best
nog eens zou bekeken worden,
rekening houdend met de recht
matige eis van de Vuurkruisen.