SOCIALE RUBRIEK
NUL OP TIEN VOOR DE H.
CALIFICE, MINISTER VAN
TEWERKSTELLING EN ARBEID
DE FUSIES VAN GEMEENTEN
VRAAGT OOK VAN ONZE
PARTIJ -ORGANISATIE EEN
AANPASSING
INLICHTINGEN
TOEKOMSTIGE
TEN BEHOEVE VAN
STAATSGEPENSIONEERDEN
RIJKSFONDS VOOR SOCIALE REKLASSERING
VAN DE MINDERVALIDEN
Het federaal apparaat
Terug naar
de basis
Het indienen
van de aanvraag
Inlichtingen
Rustpensioenen
|ÉÈjSlF
COMMISSIE VAN OPENBARE ONDERSTAND
AALST
VERPLE(E)G(ST)ER
WERKVROUW
VERPLEEGHELPSTER
De afdelingen een
vernieuwde start geven
den aangepast aan de welvaarts
vastheid met terugwerkende kracht
april 1976, of liefst een vertraging
in de uitvoering en berekening der
lonen door de direkties van de Be
schermde Werkplaatsen met liefst
acht maanden vertraging!
Deze onvergeeflijke fout, gewild of
niet, ligt enkel en alleen bij de mi
nister, de heer Califice, daar advies
tot aanpassing der lonen met 4,33%
ingang 1.4.1976 reeds werd getrof
fen door de Raad van Beheer van
het Rijksfonds voor Sociale Reklas-
sering der Mindervaliden in fe
bruari 1976! Dus meer dan tijdig
om ingang te krijgen op 1 april
1976! Dramatische gevolgen voor
de tewerkgestelden in de Be
schermde werkplaatsen vloeien
hieruit voort, omdat er gewone in
dexaanpassingen zijn geweest en
wel op 1 april 1976 zelf, vervolgens
1 juli en 1 november jl. Gevolg de
direkties zullen een enorme inspan
ning moeten opbrengen om nog
vóór eind 1976 de achterstallige
terugwerkende kracht 1.4.1976
lonen te berekenen en uit te betalen,
gezien ze zo maar eventjes vier her-
berekeningen moeten maken.
Vervolg van blz. 1
Het besluit is kort en bondig!!! De
heer Califice, dergelijke handels
wijze kunnen de organisaties van
minder-validen niet nemen, en ze
kerlijk niet onze N.F.G.Z.-
N.F.V.A.V. Indien U een onder
zoek moest doen bij de gehandicap
ten en inzonderlijk bij de ongeveer
9.500 tewerkgestelden in de be
schermde werkplaatsen, U zoudt
zekerlijk met klank een NUL krij
gen op TIEN voor het gepresteerde
werk!
RIJKSFONDS VOOR SOCIALE
REKLASSERING VAN DE
MINDERVALIDEN
Lonen in de beschermde werkplaatsen.
Ingevolge het K.B. 28.10.1976, B.S.
24.11.1976 worden de minimumlonen
in de beschermde werkplaatsen geher
waardeerd, met 4,33% terugwerkende
kracht 1.4.1976. Derhalve laten wij
hierna de minimumlonen verschijnen
die van toepassing zijn vanaf
1.11.1976 waarin nog begrepen is, de
aanpassing van 4,33% plus de respek-
tievelijke index-aanpassing op
1.4.1976 en 1.111976 (Index 115,03).
M. VAN DER SPEETEN
21j. 20 j. 19 j. 18 j.
1'kategorie 89,38 80,44 71,50 62,57
2e kategorie 78,22 70,40 62,57 54,76
3" kategorie 67,03 60,32 53,63 46,92
4'kategorie 55,86 50,28 44,69 39,11
5® kategorie 44,71 40,24 35,77 31,30
17 j.
53,63
46,94
40,23
33,52
26,82
17 j.
44,69
39,11
33,52
27,94
22,36
1 januari 1977, de dag waarop de fusies
van gemeenten in de praktijk zullen
worden omgezet, zal ook binnen het
partijpolitieke en organisatorische le
ven voor een omwenteling zorgen.
Vanaf dan immers zal onze politieke
federatie nog slechts «10» grote kern
gemeenten kennen, namelijk: Aalst,
Geraardsbergen, Zottegem, Ninove,
Denderleeuw, Lede, Herzele, Erpe-
Mere, Haaltert en Sint-Lievens-
Houtem.
De omwenteling stelt zich niet zozeer
op federaal niveau maar eerder aan de
basis. Op federaal niveau zullen de be
stuursorganen met als beslissende
macht het kongres, blijven bestaan.
Maar om de demokratische werking
onder de vorm van een specifieke taak
verdeling te bestendigen is het wellicht
geraadzaam het fed. bestuur op te split
sen in een politiek bureau en een admi
nistratief organisatorisch bureau.
Deze bestuurlijke samenkomst zou
voor Aalst bijvoorbeeld een honderdtal
leden tellen. Dit zou een demokratische
gedachtenwisseling uit de hand wer
ken.
Welke nieuwe mogelijkheden bieden
zich nu aan?
Welnu, de buitengemeenten zouden
hun lokale besturen kunnen behouden
maar ze omvormen tot wijkcellen.
Deze cellen, bestuurseenheden van
maximum 1 1 leden, hebben tot taak de
stem van het volk te verkondigen. Dit
wil zeggen dat zij de naaste kontakt-
mannen zijn met de publieke opinie.
Om de publieke opinies maximaal aan
het woord te laten organiseren zij sa
menkomsten en bespreken onderling
met de wijk de gestelde problemen als
daar behoefte toe is. In een moderne
term zou men dit buurthuizen kunnen
Vele vrienden werkzaam in de Open
bare Sektor hebben soms moeilijkhe
den of zijn onvoldoende op de hoogte
van de vigerende wetgeving inzake
staatspensioenen. We hebben het dan
ook nuttig geoordeeld om in onze «so
ciale rubriek» enkele nuttige raadge
vingen en wenken voor de toekomstige
staatsgepensioneerden te publiceren.
Tevens kunnen belanghebbenden
steeds terecht op de zitdagen van onze
mandatarissen en ACOD-
verantwoordelijken (tekst uit brochure
ministerie van Financiën - Administra
tie der pensioenen).
EDDY DIERICKX
Het pensioen is een recht, maar het is
geen recht dat automatisch wordt ver
leend. U moet een aanvraag indienen.
Waar? Bij het ministerie van Finan
ciën (Administratie der pensioenen) via
de personeelsdienst van de administra
tie waarvan U deel uitmaakt.
Wanneer? Ten minste zes maanden
vóór de datum van uw oppensioenstel-
ling. Wacht het laatste ogenblik niet af
om uw aanvraag in te dienen.
Vergeet niet dat de behandeling van
sommige dossiers zeer ingewikkeld is
en dat bepaalde stukken moeilijk te
verzamelen zijn:
Het is mogelijk dat U uw loopbaan niet
in dezelfde overheidsdienst hebt uitge
oefend, dat u in dienst bent geweest bij
een gemeente- erVof provinciebestuur
of bij verschillende onderwijsvor
men
Zodra uw dossier is aangelegd en uw
pensioen berekend, wordt het ter goed
keuring voorgelegd aan het Rekenhof.
Maakt u zich evenwel geen zorgen: in
dien het definitief bedrag ervan niet tij
dig wordt vastgesteld, dan ontvangt u
elke maand een voorschot dat door
gaans overeenkomst met het vermoede
lijk netto-pensioenbedrag.
Indien u moeilijkheden zou ondervin
den:
de inlichtingsbureau's staan tot uw
dienst. Aarzel niet er een beroep op te
doen!
De ambtenaren zijn ter uwer beschik
king van 10 tot 12 uur en van 14 tot 16
uur op de hierna opgesomde plaatsen en
dagen:
Gent: Poel 14 woensdag tel.
091-23.69.91 (toestel 157)
Voorwaarden
In 't algemeen zijn er twee voorwaar
den vereist voor de toekenning van een
rustpensioen.
de leeftijd: 65 jaar
het aantal jaren aannemelijke dien
sten:
20 jaar gewone loopbaan;
30 jaar gemengde loopbaan in
openbare dienst.
Uitzonderingen
Sommige kategorieën kunnen even
wel op 60-jarige leeftijd een ver
vroegd pensioen bekomen, indien ze
ten minste 30 pensioenaanspraak
verlenende dienstjaren tellen.
a. de vrouwelijke personeelsleden;
b. alle personeelsleden die aan één van
de volgende voorwaarden voldoen:
1een oorlogsinvaliditeitspensioen
ontvangen op grond van de wetten
op de militaire pensioenen, gekoör-
dineerd bij koninklijk besluit van 11
augustus 1923.
2. als politiek gevangene of gedepor
teerde een pensioen ontvangen op
grond van de wetten betreffende de
vergoedingen aan de burgerlijke
oorlogsslachtoffers, gekoördineerd
op 19 augustus 1921
3. een pensioen ontvangen op grond
van de wetten op de vergoedings
pensioenen, gekoördineerd op 5 ok
tober 1948, of op grond van de wet
ten op het herstel te verlenen aan de
burgerlijke slachtoffers van de oor
logen 1914-1918 en 1940-1945 en
hun rechthebbenden, en bovendien
rechthebbende zijn in één van de
volgende regelingen:
de besluitwet van 19 september
1945 tot vaststelling van het statuut
van de gewapende weerstand;
de besluitwet van 16 februari
1946 houdende aanvulling en ver
vanging van de besluitwet van 1
september 1944 betreffende de
aktie- en inlichtingsagenten;
de besluitwet van 24 december
1946 waarbij het statuut van de bur
gerlijke weerstanders en werkwei-
geraars wordt ingericht.
de wet van 18 augustus 1947
houdende regeling van het statuut
der krijgsgevangenen van 1940-
1945;
de wet van 1 september 1948
houdende inrichting van het statuut
van de weerstanders door de sluik-
pers;
de wet van 7 juli 1953 houdende
inrichting van het statuut der gede
porteerden tot de verplichte tewerk
stelling van de oorlog 1940-1945 en
de intrekking van de besluitwet van
24 december 1946;
de wetten betreffende het sta
tuut van de politieke gevangenen en
van hun rechthebbenden, gekoör
dineerd bij het koninklijk besluit
van 16 oktober 1954;
de wet van 21 juli 1960 hou
dende statuut van de militairen die
tijdens de oorlog 1940-1945 in de
Belgische strijdkrachten in Groot-
Brittannië gediend hebben;
het koninklijk besluit van 28
augustus 1964 houdende statuut
van nationale erkentelijkheid ten
gunste van de Belgische militairen
die tijdens de verschillende fazen
van de oorlog 1940-1945 dienst
volbracht hebben;
het koninklijk besluit van 24 ja
nuari 1968 houdende statuut van na
tionale erkentelijkheid ten gunste
van de Belgische zeelieden, die tij
dens de oorlog 1940-45 in de Belgi
sche koopvaardij hebben gevaren.
4. van Belgische nationaliteit zijn,
werkelijke dienst hebben volbracht
bij de geallieerde strijdkrachten tus
sen 10 mei 1940 en 8 mei 1945 en
een militair invaliditeitspensioen
ontvangen, dat door een geallieerde
natie toegekend is voor een arbeid
songeschiktheid opgelopen ten ge
volge van een oorlogshandeling; de
datum 8 mei 1945 wordt vervangen
door die van 15 augustus 1945 voor
hen die deelgenomen hebben aan
krijgsverrichtingen buiten het Eu
ropese continent.
Kunnen een rustpensioen bekomen
na 30 pensioenaanspraak verlenende
dienstjaren:
De krijgsgevangenen
die een gevangenschap van ten minste
zes maanden op vijandelijk grondge
bied hebben ondergaan waarbij elke
onvolledige maand niet in aanmerking
wordt genomen en die:
gerechtigd zijn op het voordeel van de
wet van 24 juni 1952 tot instelling
van een gevangenschapsstreep
voor de militairen die door de
vijand werden gevangen genomen
tijdens de veldtocht 1914-1918.
gerechtigd zijn op het voordeel van
de wet van 18 augustus 1947 hou
dende regeling van het statuut van
de krijgsgevangenen van 1940-
1945.
1op de leeftijd van 64 jaar indien
de duur van hun gevangenschap
minder dan 18 maanden be
draagt;
2. op de leeftijd van 63 jaar indien
de duur van hun gevangenschap
minder dan 30 maanden doch
ten minste 18 maanden be
draagt.
3. op de leeftijd van 62 jaar, indien
de duur van hun gevangenschap
minder dan 42 maanden doch
ten minste 30 maanden be
draagt;
4. op de leeftijd van 61 jaar, indien
de duur van hun gevangenschap
minder dan 54 maanden doch
ten minste 42 maanden be
draagt.
5. op de leeftijd van 60 jaar, indien
de duur van hun gevangenschap
ten minste 54 maanden be
draagt.
De politieke gevangenen
die gerechtigd zijn op het voordeel
van de wetten betreffende het sta
tuut van de politieke gevangenen en
van hun rechthebbenden, gekoör
dineerd bij koninklijk besluit van
16 oktober 1954 en die een gevan
genschap van ten minste 90 dagen
hebben ondergaan.
die een lijfrente genieten toegekend
aan de politieke gevangenen van de
oorlog 1914-1918 krachtens hoofd
stuk IV van de wet van 7 juli 1964:
1tot verhoging van sommige oor
logspensioenen en -renten; 2. tot
wijziging van het stelsel van som
mige pensioenen; 3. die voorziet in
de vergoeding van nakomende ge
volgen van internering en deporta
tie^. tot instelling van een lijfrente
ten voordele van de politieke ge
vangenen van de oorlog 1914-
1918; 5. tot instelling van een als
pensioen geldende tegemoetko
ming ten voordele van sommige
gewezen militairen:
1op de leeftijd van 64 jaar, indien
de duur van hun opsluiting
minder dan 270 dagen bedraagt;
2. op de leeftijd van 63 jaar, indien
of 15 jaar akademische dienst voor
de professoren van het universitair
hoger onderwijs benoemd na 1 juli
1971;
leeftijd van 60jaaren 30jaar dienst
voorde personeelsleden van het la
ger onderwijs en van de bewaar
scholen, hetzij gemeentelijk hetzij
vrij gesubsidieerd in dienst getre
den na 31 december 1960.
leeftijd van 60 jaar en 30 jaar dienst
voor de leden van het autonoom
rijkslager onderwijs ongeacht de
datum van indiensttreding.
leeftijd van 60 jaar en 30jaar dienst
voor het personeel van het vrij
technisch onderwijs;
leeftijd van 65 jaaren lOjaardienst
voor de Rijkswerklieden, in dienst
getreden voor 1 juli 1975.
voor de militairen en leden van de
rijkswacht schommelt de pensioen
leeftijd en de vereiste dienstanciën-
niteit volgens de graad.
Wegens lichamelijke ongeschiktheid
Algemene regel:
geen enkele voorwaarde inzake leeftijd
of dienstanciënniteit wordt gesteld
wanneer het om een hoofdfunktie
gaat;
indien het een bijfunktie betreft, is
er geen voorwaarde van leeftijd
maar wordt er wel 10 jaar dienst
vereist (teruggebracht op 5 jaar in
dien de ongeschiktheid tijdens de
dienst werd opgelopen)
de duur van hun opsluiting
minder dan 450 dagen doch ten
minste 270 dagen bedraagt;
3. op de leeftijd van 62 jaar indien
de duur van hun opsluiting
minder dan 630 dagen doch ten
minste 450 dagen bedraagt;
4. op de leeftijd van 61 jaar indien
de duur van hun opsluiting
minder dan 810 dagen doch ten
minste 630 dagen bedraagt.
5. op de leeftijd van 60 jaar indien
de duur van hun opsluiting ten
minste 810 dagen bedraagt.
Bijzondere gevallen (voorbeelden)
leeftijd van 65 jaar en 30 jaar dienst
voor de bedienaars van de Katho
lieke eredienst;
leeftijd van 70 jaar voor de magi
straten en de leden van het Reken
hof, ongeacht hun dienstanciënni
teit.
leeftijd van 55 jaaren 30 jaar dienst
voor de personeelsleden van het
middelbaar en normaal Rijkson
derwijs in dienst op 31 december
1960.
leeftijd van 60 jaar en 30 jaar dienst
voor de personeelsleden van het
middelbaar en normaal Rijkson
derwijs in dienst getreden na 31 de
cember 1960;
leeftijd van 50 jaar en 30 jaar dienst
voor de personeelsleden van het la
ger onderwijs en van de bewaar
scholen, hetzij gemeentelijk hetzij
vrij gesubsidieerd, in dienst op 31
december 1960;
leeftijd van 70 jaar voor de profes
soren van het universitair hoger on
derwijs benoemd op 1 juli 1971
leeftijd van 65 jaaren 20 jaar dienst
Wegens arbeidsongeval of beroeps
ziekte:
Algemene regel
geen enkele voorwaarde inzake
leeftijd of dienstanciënniteit wordt
gesteld.
AANNEMELIJKE DIENSTEN
De burgerlijke diensten bewezen
bij de staat, de provincies, de ge
meenten en de ondergeschikte in
stellingen, de verenigingen van
gemeenten, bij bepaalde instellin
gen van openbaar nut en de regieën,
bij de Nationale Maatschappij van
Belgische Spoorwegen, alsook
sommige koloniale diensten;
de militaire diensten en de daarmee
gelijkgestelde diensten (gewa
pende weerstand
Sommige dienstperioden tellen dubbel
voor de berekening van het pensioen,
dit is ondermeer het geval voor de mili
taire diensten in oorlogstijd, de dien
sten in het gewapend verzet, de kolo
niale diensten.
Bonifikaties worden toegekend (van 1
tot 7 jaar) voor het bezit van bepaalde
diploma's, indien deze vereist werden
voor het uitgeoefende ambt (universi
tair en hoger niet-universitair onder
wijs, hoger technisch zeevaart- en kun
stonderwijs).
Volgende week geven wij nog enkele
elementen in verband met de bereke
ning van het rustpensioen, het verlies
van het recht en de gevallen van arbeid
songevallen.
tiek voeren maar de publieke opinies
hoeven geen partij verbondenheid te
hebben. Het aantal kiezers voorde BSP
is immers ook merkelijk groter dan het
aantal leden. Wat duidt op een noodza
kelijke konsultatie door de partij van de
bevolking.
Het grote kern-bestuur zal worden ge
vormd door de afgevaardigden van de
cellen verkozen op een partijraad. In
elk geval zal elke cel tenminste met een
lid in het bestuur vertegenwoordigd
zijn. Zij zal echter ook een te bepalen
minimum aantal leden dienen voor te
leggen, bijvoorbeeld 50.
Het grote kernbestuur zal op zichzelf
opgesplitst moeten worden in een poli
tiek bureau en een administratieve or
ganisatie. Beslissingen kunnen echter
tezamen worden genomen. Verdere
opsplitsing in werkgroepen is noodza
kelijk.
Binnen de BSP moet het mogelijk wor
den dat een minderheid een kans krijgt
om zich te bevestigen. Het spreekt als
vanzelf dat op het partij-strategische
politieke vlak de standpunten van het
BSP-ideologisch kongres, voortdurend
moeten worden gekonfronteerd met het
opinie-onderzoek.
Ik weet dat dit voorstel als enigszins
revolutionair zal overkomen al is de
idee zo oud als de geschiedenis. Be
wust heb ik niet alle problemen uit dit
voorstel willen toelichten. Dit om de
kreatieve inbreng van andere kamera
den aan te wakkeren. Mijn voorstel
heeft niet tot doel afgewerkt over te
komen maar om ideeën op te roepen.
Uiteindelijk zullen wij met het ontstaan
van pluralistische wijkkomiteiten wor
den gekonfronteerd in de nabije toe
komst. Deze opgang is niet meer te
ontwijken. De buitenparlementaire op
positie groeit en wij doen er als socialis
ten best aan ze niet te ontwijken.
De socialistische geschiedenis beves
tigt dat. Ons kontakt met de basis is
noodzakelijk wil onze partij als in
spraakorgaan en drukkingsgroep in het
politieke leven zich bevestigen.
Roger D'HONDT
De Commissie van Openbare Onderstand van de Stad Aalst heeft in haar
verplegings-, verzorgings- en onderhoudsdiensten volgende betrekkingen
opengesteld:
9 betrekkingen van gebrevetteerde
1 betrekking van
1 betrekking van
De kandidaturen moeten bij ter post aangetekende brief worden gestuurd
aan de Voorzitter van de Commissie, Gasthuisstraat 40, 9300 Aalst, en
dienen met de bewijsstukken uiterlijk op 25 december 1976 ter bestemming
te zijn.
Bijkomende inlichtingen zijn op dat adres te verkrijgen bij de personeels
dienst. (Tel. 053-21.23.93 - binnenpost 104 - adjunct-adviseur BARREZ
Hubert)
GROTE KERN BESTUREN
Werkgroep
FEDERAAL KONGRES
op\n»^s
jk-cel
PurUelU
oPlntet,
noemen. De socialistische organisaties
van de jeugd tot en met de ouderlingen
kunnen dan door die wijkcellen met de
opinies worden gekonfronteerd.
Andere organisaties als de Centrale
voor Socialistisch Kultuurbeleid kun
nen langs deze weg aan vorming doen.
Het sociaal dienstbetoon vindt een uit
weg voor indirekte kontaktname met de
bevolking.
Er moet steeds worden over gewaakt
dat pro en contra een mogelijkheid tot
motivatie van hun houding kunnen
doorsturen naar het grote-kern bestuur.
Ook de kleine buurtproblemen moeten
hun oplossing krijgen in gesprekken
binnen de cellen. Uiteraard zal elke be-
stuurseenheid een socialistische poli-
)rgan1sat1e
Anders is het gesteld met de aanbouw
onder aan de basis. Het is nog steeds
deze basis die het entoesiasme voor de
partij moet aanwakkeren. Zij hebben in
de praktijk de voornaamste opdracht.
Want zonder de basis-militant is de par
tij nergens.
Het is immers ook zo dat de partijgeno
ten, van wat wij nu nog de buitenge
meenten noemen, inspraak zullen vra
gen en krijgen in het nieuwe partij
bestuur dat zal worden gevormd. Ge
zien het demokratisch inspraakpatroon
van de BSP zullen zich daar geen moei
lijkheden mogen voordoen. Het is ech
ter bijna onmogelijk dat het nieuwe par
tijbestuur zal worden gevormd door
alle besturen uit de buitengemeenten.