OP DE DREMPEL VAN HET JAAR1977 m iVim LhaT VERNIEUW UW ABONNEMENT DEZE WEEK NOG Lidmaatschap B.S.P. 1977 «VOOR ALLEN WENST ZIJN LEZERS HET BESTE VOOR 1977 De werkloosheid stijgt bestendig! Voornaamste kenmerken van de evolutie van de werkloosheid in 1975 en 1976 *V\. Ih lil; ill Til De klassieke middelen voor de oplossing van het tewerkstellingsprobleem volstaan niet meer! Sociaal onverantwoorde politiek in 1976 En de afbraak gaat verder in 1977 Een andere politiek op gebied van pensioenen! De lonen zijn niet te hoog Grotere solidariteit op gebied van loonbeleid! Nog even uw aandacht Een einde maken aan deze Regering Naar verkiezingen in 1977? 'WÉAKMOSHÊIP m 9300 AALST Redaktie Administratie Publiciteit: Houtmarkt, nr TEL. 053/21.48.69 —Postrekening nr. 000-0952464-21 Maandabonnement: 35 F Jaarabonnement: 420 F Verantwoordelijke uitgever: Willie Vernimmen, Houtmarkt 1, 9300 AALST VERSCHIJNT IN ALLE GEMEENTEN VAN HET ARRONDISSEMENT VRIJDAG 31 DECEMBER 1976 20e JAARGANG NR. 51 WEEKBLAD VAN DE B.S.P De nieuwjaarswensen gaan hun gang. Allerhande wensen worden gewisseld, zij gaan van de wensen van persoonlijk sukses en verzuchtingen naar het hoog ste goed wat een mens kan bezitten, namelijk een goede gezondheid. Als politieke beweging is het echter onze taak en plicht even het voorbije jaar in ogenschouw te nemen en onze verzuch tingen en wensen voor het jaar 1977 kenbaar te maken. 1. Jaar 1975: (kort overzicht van de toestand) Het maandelijks gemiddeld aantal uit keringsgerechtigde volledig werklozen bedroeg 177.367 (85.158 mannen en 92.209 vrouwen), dit is een stijging met 72.647 eenheden of 69,4% in vergelijking met het jaar daarvoor 37.330 eenheden of 68,0% voor de vrouwen). Het dagelijks gemiddeld aantal gedeel telijk werklozen beliep 82.541 in 1975 (59.536 mannen en 23.005 vrouwen), dit betekent een stijging met 40.591 of 96,8 in vergelijking met het gemid delde van 1974(+ 30.746 eenheden of 106,8% voorde mannen en 9.845 eenheden of 74,8% voor de vrou wen). 2. Jaar 1976 a. Analyse van de evolutie Het peil van de volledige werkloosheid blijft in 1976 hoger dan dat van het jaar daarvoor; uit de inlichtingen voor de eerste 9 maanden van het jaar blijkt echter dat de toestand gunstiger evolu eert dan in 1975, in die zin dat: de konjunkturele groei van de werk loosheid sterk is vertraagd. er voor het eerste semester van 1976 in tegenstelling met vorig jaar, een daling van de seizoen werkloosheid werd genoteerd. Alle kategorieën van werklozen verto nen evenwel nog niet de twee voor noemde kenmerken. In het algemeen vertoont de evolutie van de mannenwerkloosheid meer posi tieve elementen dan die van de vrou wenwerkloosheid, waarbij de grootste daling wordt waargenomen die bij de jongeren van minder dan 25 jaar, vooral degenen die nog niet hadden gewerkt vóór zij uitkeringsgerechtigd werden. Merkwaardig in dat verband is dat de konjunkturele stijging van de volledige werkloosheid in haar geheel, in verge lijking met de overeenstemmende maanden van vorig jaar. in september 1976 nog maar 19.9% bedroeg, ter wijl die in januari 1976 55,1% be liep. Voor sommige door de opleving begunstigde groepen is het werkloos heidspeil dat van vorig jaar zeer dicht genaderd of er zelfs onder gedaald. Hun evolutie is immers op die van de algemene werkloosheid vooruitgelo pen. Als voorbeeld kan de totale groep van de mannen worden geciteerd, bij wie de konjunkturele stijging eind september 1976 nog slechts 3,8% bedroeg te gen 48,6% in januari 1976, alsmede de jongeren van minder dan 20 jaar bij wie het peil op dezelfde datum - 29,8% lager was dan dat van 1975 tegen 90,4% eind januari 1976. De gunstige konjunkturele toestand heeft de seizoendaling in de hand ge werkt die voor de totale werkloosheid tijdens het eerste semester van 1976 kan worden genoteerd, met name 14.087 eenheden tussen januari en juni 1976, welke daling enkel op het aktief van de mannenwerkloosheid kan wor den geschreven (- 16.525 eenheden) terwijl het aandeel van de jonge man nen van minder dan 25 jaar in die daling gedurende dezelfde periode het grootst is (- 12.472 eenheden). Er valt ook op te merken dat de mannen van 25 j aar tot minder dan 50 jaar en die van meer dan 50jaar, tijdens de periode januari tot juni 1976 als volgt zijn ge ëvolueerd: respektievelijk - 2.703 en - 1.077 eenheden: bij de groep van de oudere werknemers moet dat worden gezien als gevolg van de maatregelen inzake brugpensioen. De meest nadelige elementen worden vooral in het kader van de werkloosheid onder de vrouwen genoteerd, waarvan de konjunkturele stijging enigszins is vertraagd maar toch aanzienlijk blijft: 34,2% in september 1976 in verge lijking met verleden jaar tegen 61,4% in januari 1976. Alleen de meisjes van minder dan 20 jaar bereikten het overeenstemmende peil van vorig jaar, dit is - 1,6% eind september 1976 tegen 66,8% eind januari 1976. Die ongunstige evolutie van de werk loosheid onder de vrouwen wordt eveneens bevestigd door de stijging welke sedert januari van maand tot maand heeft aangehouden en die einde juni 1976, de gewoonlijke seizoenda ling dus, neerkwam op 2.165 eenhe den. De werkgevers mogen dan bij het begin van een opleving gewoontegetrouw bepaalde werknemers boven andere verkiezen, toch tonen recente cijfers aan dat de selektie bij de aanwervingen nog streng blijft en de mannen, de meest competitieve groepen en de nieuwkomers op de arbeidsmarkt be voordeelt, want de reserves aan be schikbare arbeidskrachten zijn aanzien lijk en hun bestuur maakt zulk een aan- wervingsbeleid mogelijk. Er dient te worden opgemerkt dat het probleem van de zwakke basisoplei ding van de werklozen meer dan aktu- eel blijft. Eind september 1976 bedroeg het per centage van degenen die enkel lagere school gelopen hebben 65% terwijl dat 74,8% beliep voor de groep boven 25 jaar (78,6% bij de mannen en 71,7% bij de vrouwen) en 44,1% voor de groep beneden 25 jaar (47,9% bij de mannen en 42,4% bij de vrouwen). b. Statistische beschrijving van de werkloosheidsevolutie in de loop van de eerste negen maanden van 1976 Voor de eerste negen maanden van 1976 bedroeg de volledige werkloos heid gemiddeld 222.195 eenheden (97.158 mannen en 125.037 vrouwen). In vergelijking met 1975 betekent dit een stijging van 58.497 eenheden of 35,7 18.056 eenheden of 22,8 voorde mannen en 40.441 eenhe den of 47,8 voor de vrouwen). Laten we zeggen dat het gemiddelde stabiel is... De regering, steeds het evenwicht zoe kende tussen hun progressieve vleugel en de behoudsgezinde PVV komt er niet toe een samenhangend beleid te voeren. Wie de talrijke PVV- tussenkomsten bij de bespreking van de Rijksmiddelenbegroting heeft beluis terd, wordt getroffen door het konser- vatisme, dat nog steeds heerst in deze partij. Voor de heren Lahaye, Waltniel e.a. zijn de werklozen (en de zoge zegde profiteurs) de oorzaak van alle kwaad. Men vergeet echter dat om werkloos te zijn men moet ontslagen zijn, m.a.w. indien de werkloosheid georganiseerd wordt dan is dit met be hulp van degenen die zij willen verde digen. De waarheid is dat de Regering met het hoofd gekneld zit ingevolge haar eigen gevoerde politiek: inflatie- bestrijding of een werkelijk tewerkstel lingsbeleid. Vermits zij vooral de nad ruk legt op de inflatiebestrijding, zal de werkloosheid ook voor september 1977 toenemen. De werkloosheid die wij nu kennen ligt veel dieper dan in de grote krisis van de jaren 30. Indien de regering niet vlug grijpt naar een fel doorgevoerde arbeidsduurver mindering zal vlug blijken dat alle ge leerde studies ten spijt nog honderddui zend jonge mensen meer onze werklo- zenburelen zullen bevolken. En dit kunnen wij als socialisten niet aanvaar den. Daarom moet ook prioritair onze aandacht gaan naar de tewerkstelling, een werkelijk tewerkstellingsplan van onze partij moet dan ook de eerste be kommernis zijn van onze beweging. In 1975 werden degenen die leven van sociale vergoedingen voor ongeveer 10 miljard opgelicht door de Regering. De wetten die de vergoeding moesten kop pelen aan de stijging van de lonen, werden evenwel verkracht en omgezet in een forfaitair bedrag. Met deze wijze van handelen maakt men het verschil tussen loon en vergoedingen steeds gro ter en de eis van 75% van het loon als vergoeding heeft alzo slechts nog de waarde van een slogan. De regering heeft zopas aangekondigd dat zij dezelfde politiek zal voeren in 1977. Dit betekent een verhoging van 4.500 fr. per gezin en 3.600 fr. per jaar voor een alleenstaande. Voor velen zal na de verhoging van de nieuwe «huis huurwet» met 8,5% niet veel overblij ven. De prijzen zullen ook stijgen in 1977 en de minstbedeelden zullen nogmaals hun «spaarpotje» mogen aanspreken om verder te leven. En dit voor zover «dit spaarpotje» bestaat, d.w.z. voor velen zal het rekenen en tellen zijn om nog op een menswaar dige manier verder te leven. En dan maar steeds verder praten over deze gelukkige welvaartstaat. Reeds ter gelegenheid van het Vlaams Socialistisch Kongres werd door partij genoot Frank Van Acker benadrukt dat wij terzake een andere weg op moeten. De grote verschillen en de kumulaties van systemen hebben er voor gezorgd dat er grote mistevredenheid heerst bij deze die van vergoedingen moeten le ven. Een méér gekoördineerd, en vooral een rechtvaardiger verdeling dringt zich opDie strijd zal ook door de BSP dienen gevoerd te worden, solidariteit mag voor ons geen slogan meer zijn, integendeel, de solidariteit moet de basis vormen van een meer rechtvaardige maatschappij. Dit is geen demagogie, ik neem hier alleen de hoofding over van een artikel dat verschenen is in het dagblad «Het Volk». En inderdaad, wanneer wij zien dat onze export verder stijgt in heel wat sektoren, en deze in vergelijking brengt met onze naburige landen, dan is het vals spel te beweren dat onze lonen de voornaamste oorzaak zijn van onze ekonomische achteruitgang. Zeker, bepaalde sektoren, zoals de textiel en de konfektie stellen bijzondere proble men, men kan bezwaarlijk die lonen in vergelijking brengen met deze uit be paalde ontwikkelingslanden. Speci fieke toestanden vereisen speciale maatregelen en daar krabbelt de re gering steeds maar voor terug. Ik weet dat deze stellingname niet door iedereen met dezelfde gevoeligheid onthaald wordt, deze stellingname be tekent ook niet dat iedereen nu maar «een gelijk loon» zou krijgen, of bete kent ook niet dat een regering (dewelke ook) zich moet gaan bemoeien met loonsovereenkomsten. Maar tussen deze gedachtengang en reusachtige loonsverschillen ligt heel wat terrein dat kan en moet bewerkt worden. Dit betekent reeds in de eerste Vele vrienden betalen reeds trouw hun Voor Allen met een jaar abonnement. Op die manier ontlasten zij onze boden een beetje van de zware taak om iedere maand de bijdragen op te halen. Mogen we vragen dat meer vrienden gebruik zouden maken van de mogelijkheid om per postrekening te betalen. U kan uw jaarabonnement van 420 fr. voor 1977 vereffenen door storting of overschrijving op onze rekening 000-0952464-21 van Bestuurscomiteit Vlaams Weekblad «Voor Allen» Houtmarkt 1 9300 AALST met vermelding «Vernieuwing Abonnement 1977» Ter gelegenheid van de vernieuwing van de postabonnementen (wij moeten 1977 VOORAF betalen) hebben wij aan onze boden ge vraagd de juiste lezerslijsten te bezorgen, teneinde deze aan de postkantoren te bezorgen. Indien er lezers zijn die plots geen weekblad meer ontvangen, willen we vragen dat zij zo vlug mogelijk kontakt zouden opnemen om ons toe te laten deze zaken in orde te stellen. Tuur DE SUTTER Penningmeester «Voor Allen» Freddy VAN DEN BOSSCHE Redaktiesekretaris plaats dat ons wettelijk minimumloon (ong. 17.000 fr. per maand) dringend voor een herziening vatbaar is en dat een verdeelsleutel moet ingebouwd worden tussen de rijke en arme sekto ren. Deze aangelegenheid terzijde leggen is de weg openen voor een nooit gezien corporatisme en een totale verdeling (vooral politieke) van de mensen die van arbeid moeten leven. Wij beseffen maar al te best dat verre gaande akties in deze benarde situatie misschien niet al te best overkomen bij de bevolking. Daarom ook moet er planmatig gewerkt worden bij het be strijden van deze ongeluksregering. Zij beschikken bijna over het totale gamma van onze nieuwsmedia: radio, TV, nieuws- en weekbladen zijn immers in handen van de «anti-socialisten». Daar tegenover moeten wij de voorlichting opdrijven, onze standpunten en onze visie op de maatschappij moeten op een rustige maar doeltreffende wijze aan de bevolking kenbaar gemaakt worden. Daarvoor moet het militantisme binnen de partij aangekweekt worden. Al de beweringen van CVP-voorzitter Martens ten spijt is het ook meer dan waarschijnlijk dat het jaar 1977 het jaar wordt van de parlementaire verkiezin gen. Gelegenheid te meerom een einde te stellen aan de konservatieve koers van deze regering. Maar dat betekent meteen een stevige voorbereiding van de BSP zowel op het nationaal als fe deraal vlak. De eerstvolgende maanden moeten dan ook beslissend zijn voor de politieke mistelling van de BSP. Hier bij moeten alle afdelingen, mandataris sen en militanten hun zeg hebben en sterk verenigd moeten wij in staat zijn hard terug te slaan. Het lidmaatschap van de BSP bedraagt vanaf 1.1.1977 minimum 35 fr. per maand. Deze bijdrage voor 1977 kan voortaan ook gestort worden door bemidde ling van uw financiële instelling, door overschrijving van een bedrag, minimum 450 fr. (zegels verzending), op p.c.r. 000.0525448.69 van B.S.P. Arrondissement Aalst te Geraardsbergen. De bijdragezegels worden U dan toegestuurd. U kan uw bijdrage ook rechtstreeks op het federaal sekretariaat (Houtmarkt 1 te Aalst) vereffenen. R. ROSIER Penningmeester

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1976 | | pagina 1