KAREL VAN MIERT:
LAAT ONS DE DEUREN BREDER OPENSTELLEN!
NUMERUS CLAUSUS
EEN MAAT VOOR
it fï
VRIJDAG 12 AUG. 1977
39" JAARGANG NR. 29
WEEKBLAD VAN DE B.S.P
Aan de B.S.P afdelingen
Bijdragezegels 1976
Bron van kennis, niet van geld
Redaktie Administratie Publiciteit: Houtmarkt, nr. 1
fEL. 053/21,48.69Postrekening nr. 000-0952464-21
9300 AALST
Verantwoordelijke uitgever: Willie Vernimmen, Houtmarkt 1,9300 AALST
VERSCHIJNT IN ALLE GEMEENTEN VAN HET ARRONDISSEMENT
De volgende afdelingen bleven, niette
genstaande herinneringen, ten achter
voor het terugsturen der ongebruikte
bijdragezegels B.S.P. jaar 1976: Nl-
NOVE. DENDERW1NDEKE. BURST
en AAIGEM.
Er is geen uitstel meer mogelijk.
Alle zegels 1976 die op 15 augustus niet
in het bezit zijn gesteld van Kd Richard
ROSIER, Verbrandhofstr. 3 - 9500
GERAARDSBERGEN zullen door de
betrokken B.S.P. - afdelingen of bode
integraal moeten betaald worden.
Op, zeggen we maar, de belangrijkste
stoel van de BSP zit sinds enkele weken
een man die er, pakweg, twee maanden
geleden geen flauw idee van had dat hij
ooit op die stoel terecht zou komen. Het
is bovendien een opvallend jonge man
en we moeten zeker diep in de archieven
gaan zoeken om een even jonge man op
diezelfde stoel terug te vinden. We
moeten er geen raadseltjes omheen
draaien. Elkeen zal redelijkerwijze wel
weten dat we het over Karei Van Miert
hebben. De jonge man die bij alge
meenheid van stemmen op deze voorzit-
terstoel werd gedrukt als het levende
symbool van de opvallende snelle ver
jonging die zich thans bij de BSP vol
trekt.
Hoe voelt zo iemand zich na die paar
weken voorzitterschap? Ook wij waren
benieuwd naar een antwoordje op die en
ook andere vragen, en wie kon daar
beter op antwoorden dan Karei Van
Miert zelf?
Hij. de nieuwe BSP-voorzitter, nam al
goed en wel bezit van het door uittre
dende voorzitter Willy Claes ontruimde
bureau. Meer bepaald, vier hoog in het
hoofdkwartier langs de Brusselse Kei-
zerlaan met uitzicht op de daken van
Brussel.
Van achter een betondoos priemt het
torentje van het hoofdstedelijk stadhuis
en in de verte zie je de gelanzende bol
len van het atomium, terloops, wellicht
het lelijkste bouwwerk ter wereld. Het
geklop van de voor Brussel kennelijk
eeuwige slopershamers, moet je er op
de koop toe bijnemen.
Aan de wanden twee foto's, Achilles
Van Acker en Kamiel Huysmans, en
één schilderij, een stukje vaart en me
teen een stukje romantisch Vlaanderen.
Met Karei Van Miert buitel je meteen in
het Vlaanderen van de alledaagse reali
teit, het Vlaanderen van nu.
EEN POSITIEVE EN
VRIENDELIJKE BENADERING...
Er kan moeilijk gezegd dat je on
opgemerkt op die stoel bent terecht
gekomen. Je verschijning op dat ni
veau liep bijzonder in de kijker. Zo
sterk zelfs dat je uitvoeriger geïntro
duceerd werd door de rechtse en ook
traditionele pers dan door de eigen
linkse kameraden.
Bovendien stonden al die reportages
bol van vele lieve en vriendelijke en
positieve woorden!...
- Nogal verdacht, hee?... aldus Van
Miert.
Net wat we niet durfden zeggen.
Inderdaad, een beetje van het goede
te veel...
Niet te /waar aan tillen zo denk ik
toch... Het is natuurlijk heel sympatiek
en het doet iets dat je op zo'n wijze
begroet wordt. Ik meen echter genoeg
realiteitszin te hebben om te beseffen
dat dc kans bestaat dat je ook bij de
eerste gelegenheid van uit diezelfde
hoeken best op een beroerde wijze kunt
omver gemitrailleerd worden. Een
kwestie van m.i. gewoon ioch de voeten
op de grond te houden, dus afwachten
maar.
Mooi, inaar ook in eigen kringen
was er toch duidelijk een hartelijk
welkom, nietwaar?
Inderdaad, en zoiets is natuurlijk
enorm plezierig. Voordien had ik wer
kelijk geen tlauw idee hoe er naar mij
toe werd gekeken. Nu werd ik op een
erg verrassende wijze naar voor ge
schoven, een wijze die toch wel als
nieuw mag beschouwd in dc beweging,
en ik kreeg meteen ook een breed ver
trouwen Begrijpelijk dat zoiets je van
zelfsprekend sterkt...
EEN ZWARE TAAK
We nemen aan dat zo'n voorzit
terschap 'n taaie dohber is?
Wel, ik zat al behoorlijk in de wer
king aan de top en de jongste jaren
maakte ik het allemaal ook al van dicht
bij mee. Het grote verschil is thans na
tuurlijk dat ik voorheen alleen een advi
serende rol had, ik mocht zo mijn ge
dacht eens vertellen, maar nu werd mij
beslissingsmacht toegeschoven en me
teen ook een zware verantwoordelijk
heid. En... dat is natuurlijk wel anders
Maar met de figuren die de jongste jaren
naar de partijtop zijn toegekomen, moet
dat natuurlijk weer niet overdreven
worden. Ik sta hier, eerlijk gezegd, toch
niet als een eenzaat. Ik ben omringd,
daar wil ik op drukken, door mensen als
een Willy Claes, als een Frank Van Ac
ker en daarmee sta je beslist direkt een
heel stuk sterker.
Wat denkt je echtgenote over die
stap naar de voorzitterszetel?
Och ja, die krijgt me nu wellicht nog
een beetje minder te zien dan voorheen.
Alhoewel... Vroeger was het toch ook
allemaal al zo druk. Zoveel verschil zal
er niet insteken...
Terug ter zake. Bij je eerste toe
spraak heb je al gesteld dat je zinnens
bent de aandacht wat sterker toe te
spitsen op alledaagse problemen uit
de realiteit.
Dat klopt en ik geloof er mijn rede
nen toe te hebben. Kijk, ik onderschat
het belang van bepaalde elementen
zoals de oprichting van een staatsbank
allerminst, en ik ben ervan overtuigd
dat daar hard moet aan gewerkt worden.
Met zo'n aangelegenheden kom je ech
ter moeilijk bij de gewone mens terecht.
Want vaak zit die op te kijken tegen
enorme persoonlijke problemen. Een
heel nuchter voorbeeld: Ik woon in de
streek tussen Brussel en Leuven. De
bouwgrond is aldaar, evenals wellicht
in vele gewesten, tijdens de jongste
vijf-zes jaar liefst vervierdubbeld. Dat
is gewoon ontstellend. Jonge mensen
die er van dromen te gaan bouwen,
moeten m.a.w. niet alleen alle twee
hard werken, maar moeten ook zeker
een job met een serieus niveau halen om
daartoe te komen. Het bouwen mogen
ze anders wel vergeten: het is gewoon
niet meer te betalen. Kijken we ten an
dere ook naar onze gepensioneerden die
er van dromen ergens een rustig appar
tementje te kunnen betrekken. Niet
zelden ligt de huurprijs daarvan al ho
ger dan het bedrag van hun pensioen.
Dat zijn serieuze problemen en daar
moeten we begrijpelijk hoogst dringend
wat aan gaan doen...
EIGENTIJDSE
PROBLEMEN
Wat kun je daar aan doen?
Om te beginnen moet natuurlijk een
sluitende oplossing worden gevonden.
Ik ben zinnens kongressen te organise
ren over dergelijke konkrete tenia's.
Elkeen die daaromtrent wat zinnigs
meent te kunnen verklaren, mag dat, en
waarom niet, ook komen zeggen. Ik wil
mandeerlijken open toenadering zoekt,
dan kunnen wij er alleen maar sterker
door worden, meen ik. Ik heb afdelin
gen gekend waar er acht leden waren.
Twee daarvan waren gemeenteraadslid.
De volgende keer bleef er nog één ge
meenteraadslid over en de daaropvol
gende keer geen enkele. Maar. let wel,
diezelfde acht man zaten daar nog. Een
schoolvoorbeeld hoe je een beweging in
de verstarring kunt drijven. Kom je
daarentegen met een grote openheid en
met een ernstig en realistisch pro
gramma, dan wek je ook belangstelling,
dan maak je jezelf geloofwaardig. Met
grote woorden moetje m.i. bij de men
sen niet meer afkomen. De mensen vra
gen eerlijkheid en oprechte daden. Een
nuchtere benadering van de problemen
van elke dag: dat wordt op prijs gesteld.
Ik moet jullie niet gaan uitleggen zeker
hae «de groeiende sympatie voor uw
Brugse burgemeester tot stand is geko
men?
EEN VLAAMSE IMAGO
Eén uwer ambities bstaat er ook
in het Vlaams imago van de partij
bij deze de metodes volgen die hun nut
bewezen hebben bij de zusterpartijen in
Skandinavië cn Nederland. Elkeen
krijgt twee minuten om zijn ideeën uit
een te zetten. In zo'n geval blijft hei
allemaal konkreet en schakel je de
mooipraters lekker uit. II: tip met dit
alles ook op open kongressen. Ook de
politiek daklozen moeten bij ons terecht
kunnen. Waarom niet? Hebben wij in
het verleden de deuren misschien niet
wat te veel gesloten gehouden?
Dat was dan een andere nogal
verrassende uitspraak van je: dat
opengooien van de deuren...
Ik pleit absoluut voor meer open
heid. Het heeft al te lang geduurd dat
elke nieuweling bij ons bijzonder arg
wanend cn achterdochtig werd beke
ken. Zo in de aard van: welk jobkc komt
die kadee hier zoeken? Wanneer ie-
meer glans te geven...
- Precies.-En ik geloof dat we. eerlijk
gezegd, tot een gezonde opslitsing zijn
gekomen. Ik geloof bovendien dat er
tussen de Walen en dc Vlamingen een
ernstig en degelijk wederzijds respekt is
gegroeid. Er werd een hele weg afge
legd. Ik was indertijd de eerste die in het
partijbureau, als afgevaardigde van dc
long-Socialisten. Nederlands heb ge-
prohen. .los Van Eynde vertaalde het
toen allemaal: hij was mijn tolk.
Wij moeten als Vlamingen zeker niet
met een minderwaardigheidscomplex
rondlopen. Qua omvang staan wij toch
ongeveer even sterk als onze Waalse
kameraden. Verhoudingsgew ijze staan
zij in Wallonië natuurlijk sterker, maar
ergens is er een evenwicht.
Bepaalde mensen hebben op deze pro
blematiek evenwel in zo'n sterke mate
hun stempel gedrukt dat wij op dat punt
wel niet meer voor grote moeilijkheden
moeten vrezen. En wat meer is, ik ben
natuurlijk bijzonder verheugd dat Frank
Van Acker het voorzitterschap van het
Vlaams Overlegkomitee heeft willen
aanvaarden en in deze funktie ook werd
verkozen. Het eigen Vlaams imago,
vergeet het niet, zal steeds sterker over
komen en terzelfdertijd blijft er beslist
een eenheid in onze aklie op nationaal
gebied.
Er was nogal wat om te doen dat
je als niet-parlementair tot voorzitter
werd gepromoverd...
Klopt, maar is het wel nodig parle
mentair te zijn?
Als niet-parlementair kan ik de
politieke aktualiteit net zo goed volgen
als eëh parlementair en wat de funktie
v§n woordvoerder betreft zie ik per
soonlijk niet in waarom dat niet zou
worden toevertrouwd aan Frank wan
neer deze nu toch voorzitter van het
Vlaams Overlegkomitee is.
Er werd ook nogal hard gefluis
terd dat bleekneus Karei Van Miert
enkel en alleen maar op de voorzit-
tersstoel terechtkwam om deze warm
te houden voor het geval de regering
kapseist en uittredend voorzitter
Willy Claes terugkeert...
Flauwe kul natuurlijk. Net zoals
nogal wat andere zaken die gefluisterd
werden. In de kortste keren zal dat al
lemaal wel overduidelijk komen te
staan.
EEN NIEUWE
GENERATIE!
Intussen onderging je ook al je
vuurdoop in «ieder zijn waarheid» op
de Vlaamse televisie. Hoe voelde jij
jezelf in die arena?
Wel dat is voor mij wel behoorlijk
meegevallen. De ontvangst was er har
telijk en ik hoop snel mijn eigen plaats
te verwerven in die kring van voorzit
ters. Met Martens en Schiltz valt er te
praten. Wij zijn zo min of meer van een
zelfde generatie en daardoor zit je ook
sneller op een zelfde golflengte. Groot-
jans zit al veel langer in de politieke
bedrijvigheid, maar hij zal binnenkort
ook worden opgevolgd cn we kunnen
verwachten dat ook daar een jongere
aan bod komt.
Straks kijken we dan over de ge
hele lijn tegen een nieuwe generatie
politici aan?
Dat klopt en dat is een normale en
noodzakelijke evolutie. De verhoudin
gen komen anders te liggen, er groeien
nieuwe mogelijkheden, enz... Kijk
maar wat er nu gebeurt: er konden ak
koorden worden afgesloten die vóór en
kele jaren onmogelijk waren geweest.
Wie bedrijvig is in de politiek moet
denken aan het welzijn van alle bur
gers. Ook dat der karikaturisten.
Wat we bedoelen: de ene keer zien we
je met een bril op, en de andere keer
zonder. Die jongens zullen dns in
twijfel staan hoe ze je moeten teke
nen. Anders gezegd: v elk imago zoek
je: met bril, zonder bril of met - en -
zonder bril?
- Van imago lig ik 's nachts niet wak
ker. hoor! Ik moest tijdens mijn studen
tenperiode een bril beginnen dragen,
.naar nadien voelde ik dc noodzaak niet
zo erg meer aan. Ik heb die bril altijd bij
dc hand. maar ik zet die alleen maar op
wanneer ik veel moet lezen. Dat is alles.
Lees door blz 4
Universitaire diploma's zijn al lang
geen zeldzaam verschijnsel meer.
Men hangt ze niet meer in een kader
tje aan de muur en ze kunnen ook niet
meer geassocieerd worden met een
prima betrekking en dito financieel
rendement nadien. Ook afgestudeer
den zijn tegenwoordig al in massa aan
het aanschuiven bij liet stempello
kaal. Er werden kuurmiddelen ge
zocht en sommige politici meenden
een soort toverformule gevonden te
hebben om de akademische werk
loosheid op te lossen: numerus clau-
sus...
Demokratisering van het onderwijs
De jonge schoolplichtigen schoffelen
niet meer op klompen naar de oordjes-
school. Afgezien van zekere retrospek-
tieve mijmeringen over deze en gene
toestanden, is het maar gelukkig te
noemen dat de onderwijstoestanden se-
dertdient grondig veranderd zijn. Dc
universiteit is vandaag niet meer de eli
teschool, die quasi ontoegankelijk was
voor arbeiderskinderen.
Dank zij vooral de socialistische bewe
ging is het onderwijs op verregaande
wijze gedemokratiseerd.
Om het maar bij de universiteit te hou
den, deze kende een tiental jaren gele
den een ware studentenexplosie, die de
laatste vier a vijfjaar enigszins stabili
seerde. wat betekendt dat het aantal
akademische titels er jaarlijks eveneens
sterk op vooruit gaat, al vallen er ook
heel wat studenten af door de universi
taire selektie.
Vandaag zitten we met een overproduk-
tie v an universitaire diploma's. Onget
wijfeld zit de dalende ekonomische
konjunktuur. waarmee we medio 1974
zowat het eerst gekonfronteerd werden,
er voor veel tussen dat vraag en aanbod
op de arbeidsmarkt niet overeenstem
men.
Afgezien van ons groot vertrouwen in
de socialistische ministers die op de
sleutelpositie staan, trappen we open
deuren in als we vertellen dat zij zo
maar niet de licentiaten in korte periode
allemaal aan een job kunnen helpen.
Een eenvoudige redenering is: het aan
bod aanpassen aan de vraag door het
invoeren van een numerus clausus,
maar het is wel kortzichtig.
We kunnen het in elk geval niet eens
zijn met het principe van numerus clau
sus. al was het maar om demokratisehe
redenen: jongeren die over dc gewenste
capaciteiten beschikken, hebben een
voudig recht op het verder ontwikkelen
daarvan.
Een kontingentering kan slechts ver
antwoord worden in geval de over
schrijding van de opleidingskapacitei-
ten v an de universitaire instellingen met
enorme investeringen gepaard gaat en
enkel voor opleidingen met een uitge
sproken vukspeeialisatie, dus voor be
paalde medische beroepen eventueel,
zoals in bepaalde ons omringende lan
den het geval is. voor dierenartsen is ei
bijvoorbeeld in alle landen van de Eu
ropese Gemeenschap een vorm van
numerus clausus. behalve in Italië en in
België.
Afvloeiing
Numerus clausus stoelt op een misvat
ting met betrekking tot de rol van het
universitair onderwijs. De universiteit
is geen vakschool, die stielmannen at-
levert maar geeft gewoon een vorming
in verband met de individuele én maat
schappelijke ontplooiiing van de stu
denten.
hl geval van kontingentering worden
kandidaat-studenten ook belet de rich
ting van hun keuze in te slaan. Ze gaan
zich dan maar wenden tot andere rich
tingen met enigszins gunstiger perspek-
tieven met het gevolg dat heel de pro
blematiek uiteindelijk naar andere bra-
elies afvloeit.
Verder is liet ook zeer moeilijk vast te
stellen waar men allemaal precies de
studentenstroom zou willen indijken.
Dc inexactheid v an de ekonomische we
tenschap en de broosheid van prognoses
is voldoende bekend. Van de rekrute-
ringsgebieden is de toekomstige be
hoefte van de privé-sektor moeilijk te
voorzien wegens de grote afhankelijk
heid van de ekonomische toestand, wat
in mindere mate ook geldt voor de vrije
beroepen en het wetenschappelijk on
derzoek De overheidsdiensten hebben
eveneens te kampen met budgettaire
moeilijkheden, hoewel dat niet zo'n be
langrijk afzetgebied is voor universitai-
ren, abstraktie gemaakt van het onder
wijs. Voor dit laatste kan men wel enige
vorm van betrouwbare prognose ma
ken, uitgaande van de behoefte van de
bevolking (arbitrair) en de demografi
sche struktuur. Wegens de daling van
het geboortecijfer en de relatief gemid
delde jonge leeftijd van de leraars, zijn
de vooruitzichten verre van gunstig.
Nochtans wordt daarbij geen rekening
gehouden met de reakties van de studen
ten zelf. Wanneer deze weten dat hun
uitwegen als lesgever eventueel zeer
slecht zijn, dan kunnen ze een andere
richting kiezen. Verder wordt geen re
kening gehouden met de afvloeiing van
gediplomeerden naar andere nieuwe af
zetgebieden. Juristen kunnen evengoed
een baantje aan in de public-
relationssektor of in een bedrijf sdirektie
dan aan de baile. Tenslotte is het ook
niet zonder reden dat het aantal univer
siteitsstudenten stabiliseert het
daalde zelfs het laatse akademiejaar
wat demografisch niet verwacht kon
worden.
Dit alles houdt verband met de rol van
de universiteit, zoals hoger aangestipt.
Een akademische titel dient niet om die
tengelde te maken. Het invoeren van
een numerus clausus zou de kapitalisti
sche elitaire visie weer herstellen allicht
onder het mim van kostenbesparingen,
al kunnen ten uitzonderlijken titel wel
uitzonderingen gemaakt worden. Get
houdt ook geen rekening met de flexibi
liteit van vraag en aanbod, steeds meer
bedrijven vragen enkel een akademi
sche titel en niet meer de specialisatie.
Veel gediplomeerden gaan zich ook
vestigen op niet-traditionele, allicht la
ger gekwoteerde afzetgebieden, hetzij
uit node, hetzij bewust.
In elke geval hebben zij de kulturele
levensverrijking v an hun vorming mee.
Met intelligentie kan men eigenlijk voor
alle maatschappelijke taken nuttig zijn,
en beroepsvreugde is een essentieel
element om gelukkig te zijn. De/e
groep mag niet beperkt worden ten na
dele van verhoging van het intelligen
tiepeil zowel individueel als algemeen.
Men zou eens een vergelijking moeten
maken tussen het beroep van topmensen
uit ons land en hun genoten onderwijs-
specialisering: de differentiaties zouden
allicht groot zijn. Numerus clausus on
derschat ook de mobiliteit van mens en
maatschappij. Er is ten andere een vorm
van selektie aan onze universiteiten. De
eerste kandidatuur kan nl. als dusdanig
doorgaan. Het percentage geslaagden
wordt steeds lager, maar het heeft wel
de verdienste dat het rechtvaardig is.
Elk heeft een jaar lang hetzelfde onder-
vvijs genoten. Indien de selektie voor
dien gebeurt, zijn de kandidaat
studenten beperkt door het gev olgde se
cundair onderwijs: hun niet-slagen ligt
niet altijd aan henzelf.
Het universitair diploma is nog steeds
een ideaal startpunt voor een rijke car
rière: alleen mogen velen de vroeger
erbij horende status en het lukratieve
financiële element ervan vergeten. Het
is w el in de eerste plaats een bew i js van
zelfontplooiing en de gegadigden moe
ten tenminste daartoe een kans krijgen.
In het progrssieve Zweden zijn er ten
andere verhoudingsgewijs dubbel zo
veel studenten dan hier.
(D.S.)