100 UREN
MINIKRISIS
«GEEN HULP VOOR ZAIRE
ZOLANG M0B0ET0E DIKTATOR IS»
AANKOOP VAN F16
EEN SCHANDAAL!
Strijd tegen werkloosheid
centraal in programma
Europese socialisten
c.s.c.
NU IS HET TIJD OM DE WERKING
1978 1979 VOOR TE BEREIDEN
VAN MIERT:
Jongsocialisten tegen anti-crisiswet
LEZERSWERVING «VOOR ALLEN
VRIJDAG 30 JUNI 1978
40" JAARGANG NR. 26
WEEKBLAD VAN DE B.S.P
In totaal zijn dit dus terug 27 nieuwe lezers.
Aan deze militanten van harte dank.
Lees door p. 2
Redaktie Administratie Publiciteit: Houtmarkt, nr. 1 9300 AALST
TEL. 053-70.51.51 - Postrekening nr. 000-0952464-21
Maandabonnement: 40 F - Jaarabonnement: 450 F
Verantwoordelijke uitgever: Willie Vernimmen, Houtmarkt 19300 AALST
VERSCHIJNT IN ALLE GEMEENTEN VAN HET ARRONDISSEMENT
Tijdens een gesprek naar aanleiding van
een informatievergadering over de toe
stand in Afrika en meer bepaald in
Zaïre, heeft BSP-voorzitter Karei Van
Miert er gisteren in Brussel voor ge
waarschuwd dat de Belgische regering
zich door president Moboetoe niet in de
luren moet laten leggen. Hij wees erop
dat de BSP tegen hulp aan Zaïre is zo
lang Moboetoe als diktator in dat land
de plak zwaait. Het is dan ook onaan
vaardbaar dat het verder zo wordt voor
gesteld alsof financiële hulp het land ten
goede zou komen terwijl die integen
deel in de zakken van Moboetoe en zijn
helpers verdwijnt. Ook eiste Van Miert
van een regering die besparingen wil
doendat zij niet zou ingaan op de vraag
om veertien bijkomende F 16
gevechtsvliegtuigen te kopen.
Het was de laatste week wat stil gewor
den rond Zaïre en de ekonomische hulp
aan dat land. De topkonferentie over
noodhulp aan Zaïre in Brussel werd
overschaduwd door het nieuws over de
plotse regeringskrisis. Maar nu België
beslist heeft een nieuwe lading soldaten
naar het hart van Afrika te sturen, komt
het land dat al jaren een bodemloze put
is voor Belgische financiën weer volop
inde belangstelling. Ondanks de hier en
daar geeiste strenge kontrole en toezicht
op de uitvoering van het noodhulppro
gramma, vraagt men zich af of het
geld,niet weer in de bekende zakken zal
verdwijnen en of de medikamenten en
voedsel niet weer op de zwarte markt
van Kinsjasa zullen cirkuleren.
De B.S.P.-voorzitter zei ook nog volle
dig gekant te zijn tegen de aankoop van
bijkomende F16-gevechtsvliegtuigen.
De vorige regering had op 7 juni 1975
beslist om 102 van die toestellen aan te
kopen en een optie te nemen op veertien
bijkomende toestelien, optie die moest
worden gelicht op 31 mei van dit jaar.
De regering en meer bepaald de minis
ter van Landsverdediging heeft het plan
om deze optie te bevestigen. KarebVan
Miert spreekt in dat verband over «een
waar schandaal» en zegt dat de regering
«gezien de belabberde budgettaire toe
stand definitief moet afzien van deze
aankoop». De B.S.P.-voorzitter vindt
bovendien dat het hier gaat om een on
redelijk en onbillijk kontrakt, dat onder
druk is opgesteld en aanvaard. «Als de
Belgische staat die aankoop namelijk
niet doet, moet zij een schadevergoe
ding betalen die haast even hoog ligt
dan de aankoopsom», aldus Van Miert.
Het is inderdaad zo dat de kostprijs van
de optie 3,6 miljard frank bedraagt en
mocht België afzien van de aankoop
dan moet een schadevergoeding worden
neerglegd van 2,5 tot 3 miljard trank.
«De regering is hierdoor in een onmoge
lijke keuze gemaneuvreerd en het is des
te erger dat dit kontrakt onder de vorige
regering is afgesloten», zegt Karei Van
Miert.
En hij vervolgt: «Begin dan maar eens
te besparen als Vanden Boeynants zo
nodig die vliegtuigen moet hebben.
Door deze onverantwoorde verbintenis
is de huidige regering gewoon voor een
voldongen feit geplaatst. Van de minis
ter van Defensie moet dan ook worden
geëist dat de investeringsplannen van
Tijdens de twee laatste weken van juni werden door onder
staande militanten volgende aantal nieuwe lezers aangeworven.
De Smedt Alfons (Nieuwerkerken) - 4 nieuwe lezers
Van Der Speeten Martin (Aalst) - 1 nieuwe lezer
Van Steen Johny (Meldert) - 1 nieuwe lezer
Saerens Louis (Moorsel) - 1 nieuwe lezer
FranceusSylvain (Zottegem) - 1 nieuwe lezer
Hooghuys Edgard (Nieuwerkerken) - 10 nieuwe lezers
Gillade Lucienne (Haaltert) - 2 nieuwe lezers
De Quick Louis (Meerbeke) - 2 nieuwe lezers
Pijck Freddi (Erembodegem) - 2 nieuwe lezers
Mevr. Buyl (B.M. Aalst) - 1 nieuwe lezer
Soetaert Frans (Voorde) - 1 nieuwe lezer
De Rick Etienne (Erpe) - 1 nieuwe lezer
Karei Van Miert waarschuwde in dat
verband dan ook en zei dat «de misprij
zende houding van de Zaïrese president
geen enkele waarborg inhoudt dat een
hulpprogramma ernstig kan worden op
gezet en uitgevoerd. Ik vraag me dan
ook af of het wel zin heeft hulp te verle
nen aan Zaïre zolang Moboetoe daar de
plak zwaait. Te meer daar men weet dat
Moboetoe in het verleden gedane belof
ten zonder skrupules heeft verbroken.
Men moet daar toch eindelijk eens de
lessen uit trekken.»
Van Miert citeerde verder een artikel
van Hugo Camps in het Belang van
Limburg, over België en zijn relaties
met Moboetoe. Deze krant had gisteren
geschreven: «Het kabinet kan zich niet
Tanger meer laten afdreigen door een
president die nog alleen in eigen naam
regeert en de Zaïrese staat in een troos
teloze staat van ontbinding heeft ge
bracht. Ook is het onduldbaar dat Belgi
sche para's de rol van gendarm voor
Moboetoe zouden blijven vervullen. De
Belgische regering moet deze totale ont
luistering van het Zaïrese staatshoofd
onder ogen durven nemen en kan dus
hooguit een systeem van hulpverlening
zoeken dat zich buiten Moboetoe zou
voltrekken».
Karei Van Miert zei dat hij zich volko
men acüTin dit standpunt van de, zij het
kristendemokratische, krant kan scha
ren. Hij zei verder nog: «De Belgische
regering moet er strikt over waken dat
de voedsel en medische hulp niet in
handen valt van het korrupte regime van
Moboetoe en er moeten hiervoor strikte
normen worden uitgewerkt». Over de
militaire aanwezigheid van België in
Zaïre was de B.S.P.-voorzitter ook
geenszins opgetogen. Hij zei dat België
«moet vermijden om geruisloos te wor
den betrokken in een Europese militaire
aanwezigheid in Afrika». Ik dring er
dan ook op aan dat de Belgische solda
ten het Franse voorbeeld zouden volgen
door Zaïre te verlaten.»
Na iets meer dan één jaar het land gere
geerd te hebben leek het er, nu bijna
twee weken geleden, op dat aan het
bestaan van de huidige bewindsploeg
voortijdig een einde zou gekomen zijn.
De politieke krisis, in grote mate uitge
lokt door het eigenmachtig optreden
van de Eerste Minister, verbaasde het
ganse land, en heel wat mensen, en niet
alleen in politieke middens, voelden aan
dat deze krisis in feite totaal overbodig
was en uitgelokt werd met gans andere
doeleinden dan het belang van ons land.
Wat was er nu in feite gebeurd? Bij het
opstellen van de reeds berucht gewor
den anti-krisiswet waren een aantal me
ningsverschillen gerezen tussen de on
derscheidene regeringspartners. In ruil
voor de door de B.S.P. - P.S.B. ge
vraagde economische en financiële
structuurhervormingen, welke trou
wens in het regeerakkoord van juni
1977 waren opgenomen, eiste de
C.V.P., met Staatssecretaris M. Eys-
kens voorop, de toekenning door het
Parlement van ruime budgettaire vol
machten. Dit had evenwel betekend dat
het Parlement geen enkele kontrole
meer kon uitvoeren op dit vlak en dat de
C.V.P., en M. Eyskens, het zowat op
hun eentje voor het zeggen zouden heb
ben op budgettair gebied. Vandaar het
logische verzet van onze partij tegen de
toekenning van deze volmachten.
Ondertussen eisten de communautaire
regeringspartners dat het gemeen
schapsdossier samen met de sociaal-
economische maatregelen tot één pak
ket zou versmolten worden en gelijktij
dig zou uitgevoerd worden, dit vanuit
het besef dat zij anders eventueel uit de
regeringsmeerderheid zouden kunnen
gestoten wórden. Deze samengang van
maatregelen werd gesteund door de
B.S.P. - P.S.B. en de franstalige chris
tendemocraten, de P.S.C., zodanig dat
ook hier de C.V.P. in een geïsoleerde
positie kwam te staan.
Niettegenstaande deze verschillende
standpunten bleef de verstandhouding
tussen de regeringspartners goed en was
er helemaal geen sprake van een breuk
in de meerderheid. Toch ging Eerste
Minister Leo Tindemans bij de Koning
het ontslag van zijn regering aanbieden.
Dit ontslag werd echter door deze laat
ste in beraad gehouden.
We kunnen dus gerust stellen dat, ge
zien de politieke toestand op dat ogen
blik, er van een echte kabinetskrisis
geen sprake kon zijn, maar eerder van
een soort «premierkrisis». Naar de ware
redenen hiervan hebben we slechts het
gissen, doch de indruk overweegt dat
deze krisis veeleer gezien dient te wor
den in het kader van de reeds lang aan
gang zijnde machtsstrijd binnen de
C.V.P. dan als een werkelijk gevolg
van de meningsverschillen binnen de
regeringskoalitie.
Gezien echter de huidige precaire toe
stand op sociaal, budgettair en econo
misch vlak, en de hoogdringendheid
van de maatregelen welke genomen
dienden te worden, lijkt het ons, zelfs
voor een Eerste Minister, op zijn minst
gezegd, opgepast dergelijke toneelstuk
jes op te voeren.
Daarbij komt dan ook nog dat, tijdens
deze «mini-krisis», haast alle klassieke
politieke spelregels met de voeten wer
den getreden. De Eerste Minister
diende immers het ontslag van zijn re
gering in zonder overleg gepleegd te
hebben met de leden ervan zelf of met
de voorzitters van de betrokken meer
derheidspartijen. Ook het Parlement
werd bij de ganse gang van zaken niet
betrokken, dit niettegenstaande men de
laatste tijd voortdurend de mond vol
heeft over de herwaardering ervan.
Uiteindelijk, na een nieuwe reeks van
onderhandelingen en een paar bezoeken
«De strijd tegen de werkloosheid in Eu
ropa wordt een van de hoofdtema's van
het socialistische programma voor de
Europese verkiezingen van juni vol
gend jaar». Dat verklaarde vrijdaga
vond BSP-voorzitter Karei Van Miert
aan het slot van de eerste dag van de
Europese socialistische top. Op die top
werd tussen de 11 socialistische en
sociaal-demokratische partijen van Eu
ropa een gemeenschappelijke politieke
verklaring opgesteld die als kader zal
dienen voor een gemeenschappelijk so-
cialitisch verkiezingsprogramma. Dat
programma zal in januari 1979 op een
Europees socialistisch kongres te Brus
sel verder worden uitgewerkt.
«Er moet een rechtvaardiger verdeling
van de beschikbare arbeidsplaatsen
komen. Daartoe kan aanzienlijk bijge
dragen worden door een vermindering
van de wekelijkse werktijd, een ver
mindering van de aktieve loopbaan, een
beleid van beroepsopleiding en perma
nente vorming. Bijzondere aandacht
moet gaan naar de jongeren, vrouwen,
oudere werknemers en gastarbeiders die
met de grootste moeilijkheden op de
arbeidsmarkt de kampen hebben», al
dus de verklaring. Zo'n te
werkstellingsbeleid in Europa moet
volgens de socialisten uitgewerkt wor
den door de voornaamste industrielan
den in nauw overleg met het Europees
Vakverbond. Naast de beperking van de
werkloosheid willen de socialisten een
verbetering van de arbeidsvoorwaar
den, een grotere verantwoordelijkheid
Lees door p. 2
zijn kabinet in het licht van de noodza
kelijke besparingen grondig worden
herzien. Er moet maar eens een einde
gemaakt worden aan de budgettaire pri
vileges van het departement van Lands
verdediging», zo besloot Van Miert.
Wij willen nogmaals wijzen op de ver
plichting, ons bij dekreet opgelegd, om
in elke afdeling een jaarprogramma op
te stellen.
Deze verplichting kan een verrijkend
element worden in de werking! Het ver
plicht ons tot een regelmatiger en per
manent patroon.
Op termijn komt dit de werking ten
goede.
Vergeten we niet, dat die werking, met
de socialistische doelstellingen voor
ogen, het essentieel element is voor
C.S.C. - Vormingswerk en van invloed
is op de partijwerking en uitstraling.
Sommige afdelingen hebben dit reeds
volledig begrepen!
Maar het is nu de hoogste tijd om na te
denken wat in volgend werkingsseizoen
geboden zal worden. Afspraken moeten
gemaakt, datums en lokalen vastge
legd. Daar mogen we niet aan improvi
satie doen, op gevaar af teleurstellingen
op te lopen.
Nog voor het verlof kunnen de besturen
hun opties opstellen om aan de werkers
de nodige tijd te bezorgen de.materiële
uitvoering van deze opties tijdig klaar te
krijgen.
Voor wie graag enige voorstellen heeft
om zijn gedachten te oriënteren geven
wij hier een voorbeeld van een jaarpro
gramma.
Jaar van het Dorp - De alternatieve
C.S.C.-diareeks - op 'voorhand ter
plaatse onderzoeken welke de tekort
komingen van het gemeentebestuur
zijn.
Wonen in Vlaanderen - de socialis
tische opties.
Europese verkiezingen - het socia
listisch programma
Wat de socialisten zijn - wat ze wil
len (Naar aanleiding van het boekje van
O. Debunne).
Wat is er gerealiseerd van het partij
programma in een jaar regering - het
krisisbeleid.
Wat kan C.S.C. - Vormingswerk
betekenen voor de partijwerking en in
vloed? Politiserend en politiek vor
mingswerk.
Deze onderwerpen kunnen aangevuld
worden met hetgeen van plaatselijk of
aktueel belang is. We kunnen zo komen
tot ongeveer 9 a 10 aktiviteiten op een
werkingsjaar.
Maar vergeten we niet: er zijn admi
nistratieve verplichtingen te vervul
len:
opzetten van het door de leden
goedgekeurd jaarprogramma aan het
gewestelijk sekretariaat.
toezenden van de gegeven? van elke
definitief geplande aktiviteit aan het
gewestelijk sekretariaat
houden van minstens 3 bestuursver
gaderingen en deze ook melden aan het
gewestelijk sekretariaat.
Vergeten we evenmin dat het geweste
lijk sekretariaat ter beschikking staat
om hulp te verlenen aan elke afdeling
die deze nodig heeft, materiële hulp en
andere. Hier geldt de spreuk «Slechts
samen zijn we sterk».
Aan de hand van de voor handen zijnde
informatie onderzocht de Algemene
Raad van de Jongsocialisten het ont
werp van antikrisiswet, dat zij in zijn
geheel verwerpen.
Door in te stemmen met het principe
van de volmachten maakt de BSP-
leiding zich medeplichtig aan de ver
dere uitholling van de demokratische
rechten van de arbeidersklasse en helpt
zij mee het kapitalisme in krisis behe
ren.
Bovendien klagen de Jongsocialisten de
globalisering van de krisismaatregelen
aan, waardoor de BSP tweemaal dient
te betalen voor struktuurhervormingen
die reeds in het regeerakkoord werden
opgenomen. De zogenaamde struk
tuurhervormingen in de antikrisiswet
zijn niet alleen erg vaag gehouden dit
in tegenstelling tot de bezuinigingen die
zeer uitgewerkt zijn maar zijn vanuit
socialistisch perspektief niet fundamen
teel.
De Jongsocialisten eisen dat er elders
bezuinigd wordt dan hoofdzakelijk in
de sociale sektor. De strijd tegen de
fiskale fraude is hier een belangrijk
alternatief en moet in al zijn facetten
konsekwent en ernstig aangepakt wor
den.
Voor de Jongsocialisten bevestigt de an
tikrisiswet dat geen socialistisch geïn
spireerde politiek kan gevoerd worden
in een regering met burgerlijke partijen.
De Jongsocialisten vragen dat binnen de
BSP een diskussie op gang gebracht
wordt over de totnogtoe gevoerde en
over de verder te voeren regeringspoli-
tiek.