HUGO RUYSSEVELDT HOUDT VOET BIJ STUK f ZULLEN IN 1981 DE RESERVES VAN DE WERKNEMERSPENSIOENEN OPGEBRUIKT ZIJN? Hoe reageren wij tegenover het plan Califice? HET NIEUWE KADASTRALE INKOMEN, ZEGEN OF STRAF? Metallurgie Hoboken: MENSENMASSA BEGROET GROENE MINISTER OP RODE BAL Deze week in Voor Allen Meer nieuws over Hugo Ruysseveldt Wintervakanties Bond Moyson J.S.-standpunt inzake partijverruiming T.V. programma's Lees uitvoerig op p. 7 Redaktie AdministratiePubliciteit: Houtmarkt, nr. 19300 AALST TEL. 053-70.51.51 - Postrekening nr. 000-0952464-21 Maandabonnement: 40 F - Jaarabonnement: 450 F Verantwoordelijke uitgever: Willie Vernimmen, Houtmarkt 19300 AALST VERSCHIJNT IN ALLE GEMEENTEN VAN HET ARRONDISSEMENT Vrijdag 19 oktober 1979 41' Jaargang nr. 40 Weekblad van de B.S.P. Sinds 8 oktober heeft Hugo Ruysseveldt letterlijk en figuurlijk zijn tenten opgesla gen te Hoboken. Vlak naast de parking van de «Zilver», is hij aan een voedsel- staking begonnen. Hierdoor wil hij pro testeren tegen de immorele houding van een machtige Société Anonyme die wei gert haar wettelijke verplichtingen na te komen. Tevens wil hij iets wezenlijks veranderd zien aan het K.B. Spitaels van 11.10.78 dat geen enkele sanctie voor ziet ingeval de patroon inbreuk doet op de bestaande wetgeving. Historiek Op 24.11.78 wordt aan Ruysseveldt de toegang ontzegd tot het bedrijf. Betrokkene heeft immers de schuifra men opengezet van de zgn. Harrisafde- ling waardoor de loodemissie op de wijk Moretusburg terechtkomt. Bovendien weigert hij de reden hiervoor in te schrij ven in het speciaal daarvoor bestemde notitieboekje, vermits er reeds urenlang een aantal ingenieurs ter plaatse waren. Hij gaat echter de reden rechtstreeks melden aan de hogere directie. Daaren boven eist hij dat er een syndicale afge vaardigde bij de discussies zou aanwezig zijn. Dit houdt echter een bedreiging in voor de Metallurgie, en Ruysseveldt staat 's anderendaags zonder boe of ba, op straat. Vermits het K.B. Spitaels van 10.11.78 bepaalt dat een beschermde werkgever slechts kan ontslagen worden om drin gende redenen, na beoordeling van de dringende redenen door de Arbeids rechtbank wordt door de M.H.O. de «spoedprocedure» ingeleid. Alhoewel Ruysseveldt zich voor de verdediging in een minderwaardige positie bevindt (onmogelijk stukken op te vragen, be roep doen op getuigen, geen reconstruc tie der feiten) krijgt hij tweemaal gelijk voor de rechtbank en bekomt de MHO een juridische 2-0 op haar rekwest. Gevolgen en belang van de zaak Vermits de M.H.O. (of het V.B.O.zich in cassatie voorziet, bevindt de vak bondsafgevaardigde, indien hij de we- derindienstname vooropstelt, zich in een netelige positie. Hij loopt de kans om jarenlang zonder enige bron van inkom sten te zitten. In bepaalde gevallen kan hij zelfs fluiten naar werkloosheidsuitke ringen. Als enig geldig alternatief rest er de afge vaardigde de mogelijkheid om kontakt- breuk in te roepen en schadevergoeding te eisen. Er met een pak geld vandoor gaan strookt echter niet met de opvattin gen van een konsekwent delegee en dit feit zou onvermijdelijk het blazoen van de vakbond bezoedelen bij de werknemers. Op dit ogenblik schrijft Hugo Ruysse veldt geschiedenis, een pijnlijke ge schiedenis in de sociale wetgeving anno 1979, waarin de patroon enkel rechten, en «Ie werknemer enkel plichten heeft. Zijn bezigheid? Hij leest de schaarse krantenberichten over zijn «testcase» en heeft inmiddels Multatuli opgediept. Interpellatie Wij vernemen bij het ter perse gaan dat Volksvertegenwoordiger Paul Van der Niepen bij de hervatting van het parle ment een dringende vraag of interpellatie verzoek zal richten tot de Minister van Arbeid en Tewerkstelling in verband met deze aangelegenheid. H. Van de Velde Lees p. S Lees p. 6 Lees p. 6 Zie p. 12 De alarmerende berichten betreffende de reserves van de werknemerspensioenen hebben vooral bij de ouderdomsgepen- sioneerden heel wat verbazing en zelfs angst verwekt. Terecht wordt de vraag gesteld indien de uitbetaling van de pen sioenen in de toekomst nog verzekerd is en voor hoe lang nog. In deze koniekzullen we enkele gegevens aangaande de financiering van de pen sioenen verstrekken en verder nagaan waar de oorzaken liggen van de snelle opslorping van de reserves, die een paar jaar geleden nog meer dan 50 miljard bedroegen. BELANG VAN DE STAATSTUSSENKOMSTEN De uitgaven voor pensioenen worden hoofdzakelijk gedekt door de bijdragen van de werknemers en van de werkge vers. Ze worden aangevuld door de ver schillende jaarlijkse staatstussenkom- sten. De eerste is de organieke tussen komst. Het bedrag ervan was bij wet aanvankelijk vastgesteld op 6 miljard per jaar met aanpassing aan de evolutie van het indexcijfer der consumptieprijzenEr was ook nog een bijkomende jaarlijkse verhoging met 4% tot en met 1969 en met 6% verder vanaf 1970 voorzien. Deze bijkomende verhoging was bedoeld om het aandeel van de Staat in de finan ciering van de pensioenen op een con stant niveau te houden. Een bijkomende rechtvaardiging ervan was de aanpas sing van de pensioenen aan welvaart speil, die door de socialistische minis ters MANECHE en Frank VAN ACKER werd toegekend. Een tweede tussenkomst van de Staat is deze tot compensatie van de bijd rage derving van de werklozen. Deze wordt berekend op grond eensdeels van de vastgestelde gemiddelde lonen en ander- aeeis van het aantal werkloosheidsda- gen. Deze tussenkomst is vooral de laat ste jaren belangrijk geworden ingevolge de ongunstige conjunctuur. Wettelijk is ook een derde tussenkomst voorzien tot compensatie van de bijkomende lasten van de Rijksdienst voor werknemer spensioenen ingevolge de toekenning van een volledig mijnwerkerspensioen na een loopbaan, aanvankelijk van 27 jaar, daarna van 25 jaar als ondergronds mijnwerker. 40 MILJARD WERD AAN DE PENSIOENSECTOR NIET GESTORT De verschillende in de loop van de jaren goedgekeurde begrotingen evenals de recente wet van 5 augustus 1978, hou dende economische en budgettaire her vormingen, hebben de staatstussen- komst in de financiering van de diverse sociale zekerheidsregelingen met ver schillende miljarden verminderd. Voor de pensioensector gaat het voor de pe riode van 1975 tot 1979 om meer dan 40 miljard zoals we verder zullen vaststel len. Het A.B.V.V. heeft terecht met klem de nadruk gelegd op het feit dat de door de wet bepaalde tussenkomsten steeds werden verminderd. Aldus werd het stij gingspercentage van de eerste staats- tussenkomst, de organieke, voor de ja ren 1976 tot 1978 teruggebracht van 6% op 2% en in 1979 tot nul herleid. Met betrekking tot de tweede staatstus- senkomst, tot compensatie van de bij- dragederving van de werklozen, had de wet van 28 maart 1973 tot doel de pen sioenregeling veilig te stellen voor de gevolgen van een ongunstige conjunc tuurontwikkeling. Bij een gunstige conjunctuur worden nieuwe voordelen aan de gepensioneer den toegekend en worden aldus de uit gaven verhoogd, terwijl bij een ongun stige conjunctuur de voorziene staats- tussenkomsten niet worden gestort, de aangegane verbintenissen op het gebied van de uitgaven blijven evenwel hun in vloed uitoefenen. Ingevolge de daling van de werkgelegenheid, ondergaat de Rijksdienst voor werknemerspensioe nen een dubbel verlies, eensdeels de oijdragederving van de werkgevers en werknemers wegens de daling van de activiteitsgraad en anderdeels de subsi dies van de Staat die de beschikbare middelen voor andere doeleinden ge bruikt. Het A.B.V.V. heeft een vergelijking ge maakt tussen de subsidies die daadwer kelijk door de Rijksdienst voor werkne merspensioenen werden ontvangen en de subsidies waarover de instelling in toepassing van de wet had moeten be schikken van 1975 tot 1978. (zie tabel pag. 6) Indien men daarbij rekening houdt met het feit dat de globale tussenkomst voor 1979 met ongeveer 17 miljard zal wor den verminderd, dan komt men tot een totaal van meer dan 40 miljard dat aan de pensioensector werd onttrokken gedu rende de periode van 1975 tot 1979. VOORSTELLEN VAN P.S.C. MINISTER CALIFICE Minister Califice is de vertegenwoordiger van de christene arbeiders in de huidige regering. Net als voor de sektor ziekte verzekering gaan de voorstellen die Cali fice, als Minister van Sociale Voorzorg en van Pensioenen, heeft opgesteld voor de pensioenen niet verder dan maatrege len op korte termijn. Ook hier is er een leemte van maatregelen op lange ter mijn. Indien de voorstellen van de P.S.C.er worden aangenomen, is het gevaar heel groot dat de laatste pen sioenreserves die sedert 1975 aardig begonnen te verminderen binnen een paar jaar volledig zouden zijn opge slorpt. Vervolg pag. 6 Alhoewel het wellicht belangrijk is bepaalde standpunten over Zaïre, Komen, de Voerstreek e.a. te verkondigen is het van enorme betekenis te weten hoe de B.S.P. reageert op een reeks sociale vraagstukken. Het is inderdaad zo dat de gewone man, reageert in funktie van zijn toestand die hij aanvoelt in zijn geldbeugel. HOE MOETEN WU REAGEREN? Indien er bezuinigingen moeten doorgevoerd worden (nadat men hoop ik een maximale inspanning zal doen tegen de belastingsfraude) ook in de sociale sektor dan moeten wij NU zeggen over wie en wat het gaat Sommigen zijn nu reeds bezig iedereen tegen iedereen in het harnas te jagen. Indien deze in hun opzet lukken dan wordt het weliswaar een sterke terugloop bij de volgende verkiezingen. Maar de socialisten willen niet iedereen treffen. Vooreerst willen wij een einde maken aan de handelin gen van een sektor die vooral verantwoordelijk is voor enorme uitgaven, deze van de parmaceutische produkten, de overproduktie van para-medici en de geneesheren-specialisten, die alleen door een vernuftig systeem verantwoordelijk zijn voor miljarden uitgaven. Ten tweede willen de socia listen niet iedereen gelijk doen betalen voor een beter evenwicht, er is ook in de massa van de loontrekkenden een kloof inzake inkomens ontstaan dat gelijke behandeling onrechtvaardigheden oproept Bijgevolg stellen wij een reeks van maatregelen voor die de sociale zekerheid vooraleer ten gronde te herstructureren een meer solidaire benadering moeten geven. Maar ook tegen dit systeem groeit reeds verzet sommigen willen blijkbaar niet afstaan van het teveel om de kleinsten te beschermen. Al te vaak wordt dan geschermd «met verworven rechten» en andere misleidende slogans. HOE KUNNEN WU DIT VERKONDIGEN? Wanneer wij moeten betrouwen op radio en televisie of op de rechtse pers, dan zijn wij er wel aan toe. Integendeel, zullen zij trachten de politiek van verdeel en heers verder te beoefenen. Een grote voorlichtingscampagne betreffende onze standpunten dringt zich op, de gewone eenvoudige taal bij de mensen moet het doen en kan ons in staat stellen terug een vorm van militantisme te ontwikkelen. Wij hebben behoefte aan klaarheid en duide lijkheid. ONS NIET IN HET VERWEER LATEN DRUKKEN! Achterhoede gevechten leveren niets op; men moet een eigen profiel kunnen ontwikkelen. De C.V.P. roept terug congressen bijeen om de tweede fase van de gewestvorming te ontleden... en dit terwijl het ontwerp reeds is neergelegd. P.S.-Voorzitter Cools zijn reacties lieten niets alhoewel taktisch onver staanbaar aan duidelijkheid over; de C.V.P. mag niet hopen de B.S.P. voor de kar te spannen voor sociale bezuinigingen om nadien op een ander ogenblik aan de B.S.P. te zeggen dat de aangegane akkoorden niet kunnen doorgaan. Want benevens de gewestvorming zijn er ook de struktuurher- vormingen Claes die voor ons van enorm belang zijn. En hier ook zijn er nu reeds én bij de C.V.P. en de P.S.C. blijkbaar ernstige bezwaren. De C.V.P. moet echter weten en niet alleen, Mr. Martens, ook de C.V.P.-Voorzitter Tindemans dat er in de B.S.P. niemand te vinden is om dit al te doorzichte- lijk spel te aanvaarden. Senator Willy Vernimmen In het Belgisch Staatsblad van 22 augus tus jongstleden verscheen de wet van 19 juli 1979 die de weg opende voor de herziening van de kadastrale inkomens. Dat wil zeggen dat al de eigenaars van een onroerend goed kortelings in hun bus een briefje zullen vinden met daarop het nieuw geperekweerd aangepast) kadastraal inkomen, dat zal dienen om uw onroerende voorheffing (grondbelas ting van weleer) te berekenen en om uw inkomsten uit onroerende goederen in uw aangifte aan te geven. Het nieuw kadastraal inkomen zal zonder twijfel merkelijk hoger liggen dan het huidige. Lust de fiscus u rauw? Zijn de vermoedens in sommige kringen geuit gegrond? Gaan ze ons als citroen uitper sen? Geen paniek... Laten we even rustig kij ken wat er gaande is. Wat is een kadastraal inkomen (K.L)? Wettelijk is dit het gemiddeld normaal netto-inkomen van één jaar. Dat wil dus eenvoudig zeggen, het netto-inkomen dat u zoudt overhouden mocht u uw huis verhuren; bruto-huur minus kosten die erop betrekking hebben. Bekijk nu eens uw oud kadastraal inkomen in dit kader en u zult vaststellen dat dit cijfer hope loos verouderd is, daarom was een pe- rekwatie (herziening) broodnodig. Welke rol speelt het kadastraal inkomen? Vooreerst dient het K.l. om de onroe rende voorheffing (O.V.) (vroegere grondbelasting) te becijferen. Het gedeelte van de staat in deze belas ting bedraagt 3% wat overeenkomt met ,100 opcentiemen. Nu mogen de provin cies en de gemeenten volgens hun be hoeften een aantal opcentiemen daaraan toevoegen om hun uitgaven te financie ren. Deze gemeente- of provinciebelas ting wordt dan tesamen met het staats- gedeelte door de ontvanger van de belas tingen geind. Voor Zottegem is de toestand 1979 de volgende: Staat: 3 100 opcentiemen Provincie: 5,1% 170 opcentiemen Gemeente: 60,-% 2.000 opcentiemen Totaal: 68,10% Aldus wordt uw kadastraal inkomen wanneer uw woning in Zottegem gelegen is, met 68,10% vermenigvuldigd om de grondbelasting te bepalen. Wanneer u echter over een bescheiden woning beschikt of wanneer uw kinder- last een zekere grootte bereikt wordt uw belasting verminderd. Maar hierover verder meer. Ook is uw K.l. de basis om jaarlijks in de personenbelasting uw inkomsten uit on roerende goederen te bepalen. De in komsten als eigenaar van een onroerend goed is het bedrag dat is vastgesteld als K.l. Dit forfaitair inkomen mag met een bepaald bedrag verminderd worden wanneer u uw woning zelf betrekt, maar ook verder hierover meer. Waarom was een perekwatie nodig? De laatste perekwatie die werd doorge voerd steunt op de gegevens van de huurmarkt van het eerste halfjaar van 1955 en zijn sedertdien niet meer aange past. Dat wil zeggen dat iemand in zijn aangifte van de personenbelasting over het jaar 1978, zijn inkomsten uit arbeid van 1978 moet aangeven, verhoogd met de «niet-geïndexeerde» inkomsten uit onroerend bezit van het jaar 1955. Dus hier ontstaat een wraakroepende discri minatie tussen inkomsten uit arbeid ten aanzien van inkomsten uit vermogen. Dit hebben het A.B.V.V. en onze socialisti sche leiders sedert lang herhaaldelijk aangeklaagd. Normaal moet een herziening van de K.l.'s gebeuren om de 20 jaar, maar om electorale redenen en uit eigenbelang van bepaalde politieke kringen werd deze herziening door de twee vorige regerin gen op de lange baan geschoven. De huidige regering waarin we vertegen woordigd zijn heeft uiteindelijk de knoop doorgehakt en de nodige herziening doorgedrukt. Wat is inhoudelijk de perekwatie? a. Op algemeen vlak Het nieuw K.l. zal gemiddeld 2,6 maal keer meer bedragen dan het huidige, en is gebaseerd op de gegevens van de huurmarkt zoals die op 1 januari 1975 aanwezig was. Dit coëfficiënt van 2,6 is een gemiddelde voor gans het land, dus het gemiddelde van 10 miljoen percelen Vervolg p. 8

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1979 | | pagina 1