Vierde fase (1961-1974)
J
j/Bfnf
En toch Onverbiddelijke
Immigratiestop (1974-1982)
BK®
SIER
Reddingsboei voor
drankverslaafden
Publiciteit in
«Voor Allen»
053/70.51.51.
RANT
oorlog
4 -1 januari 1982 - «Voor Allon»
Belgisch immigratiebeleid van 1945 tot nu: deel 4
Vijfde Fase:
C.S.C.'
VORMINGSWERK
a 3
GEWEST AALST
houdt op
maandag 11 januari 1982
om 20 uur
In het Volkshuis Aalst
Houtmarkt 1
KADERVORMINGS
AVOND
Programma:
Evaluatie kaderdagen ge
meentebeleid 1981
Programmatie kaderdagen
I 'j CZT,
1982 plus eventuele andere acti
viteiten
Toelichting op het actieplat
form «Sleutel mee aan je ge
meente» door Freddy Van den
Bossche (nationaal secretaris)
//]/f li I ~~r~L_
Overhandiging jaarlijks
Ljli Ij o
dienstverleningspakket
Iff /f fieri c
Gezien de belangrijke taak van
LjJI'f
C.S.C.-Vormingswerk in het
~7=—-i Hl
raam van de gemeenteraadsver
kiezingen verwachten we talrij
ke C.S.C. en S.P. bestuursleden
en belangstellenden.
De gewestelijk voorzitter, Alois
Van den Bossche
De gewestelijke secretaris,
Chris Vancoppenolle
Anonieme Alcoholisten: deel 2
FlAtfV
Valère Fouquaert
middag
1. 9300
die
r.
in de drukkerij te vermijden zien we
"l vroeger in de drukkerij te bezor-
uw teksten uiterlijk tegen dinsdag
en op het secretariaat, Houtmarkt
-
verschijnen dan in een
C.S.C. LEZERSKRING VONK
«ZUID-AFRIKA NU»
Wat is de A.A?
Groepstherapie
Genezende kracht:
vriendschap.
Gelukkige mensen
worden
Frans Soetaert
Steun voor vrouwen
en migrerende
werknemers
Solidariteit laat
te wensen over
Zwemwater
Meer geld voor
modernisatie
EURO-TELEX
Onderlinge banden
nauwer aanhalen
Auteursrecht-
meer eenheid?
is
niet gezond
kinderen
andere!
levende
dingen
door C.S.C.-Vormingswerk A>
De immigratie van deze nieuwe
fase betekent geen breuk met de
trends die in de vorige fasen aanwe
zig waren. De verruiming van het
verschijnsel gastarbeid gaat onver
minderd voort.
De economische hoog-con-
junctuur in de periode 1961/66 ver
oorzaken een grote toevloei van
buitenlandse werknemers. In die 5
jaar wordt aan 130.000 nieuw aan
gekomen vreemdelingen een eerste
arbeidsvergunning toegekend.
Alhoewel de tewerkstelling van
immigranten in de steenkoolsector
achteruitgaat, blijven bedrijven van
de metaal-, de bouw- en de dien
stensector een beroep doen op bui
tenlandse werknemers.
In de periode voor 1961 waren
de meeste buitenlanders woonach
tig in de steenkoolgebieden. Na
1961 vestigden zij zich in alle be
langrijke industriële centra: Gent,
Antwerpen en voornamelijk
Brussel.
De aanwervingsgebieden gaan
zoals hoger aangestipt steeds ver
der. Ook Noord-Afrikaanse en
Turkse arbeiders worden aange
trokken.
De gastarbeider krijgt een nieu
we functie: hij moet het geboorten-
tekort opvullen.
In de zestiger jaren ontstaat een
echte wildgroei in de immigratie.
Er komt een echte 'zwarte markt',
een zwendel in buitenlandse arbei
ders tot stand. De van kracht zijnde
wetgeving in verband met de te
werkstelling van buitenlandse
werknemers wordt door de werkge
vers met de voeten getreden. De
patroons houden zich niet aan de
reglementering waarbij iedere
vreemdeling die zich in België wil
vestigen een arbeidsvergunning
moet bezitten. Zij werven massaal
gastarbeiders aan zonder de vereis
te arbeidsvergunning aan te vragen.
Het Ministerie van Arbeid en Te
werkstelling en de Vreemdelingen
politie kijken oogluikend toe en
laten maar begaan. Deze mensen
handel, waarbij meer dan 50.000
buitenlanders zijn betrokken, flo
reert jarenlang. Wanneer er perio
den komen van inzinking van het
economisch leven en de werkloos
heid toeneemt, past de overheid
strikt de wet toe en begint opnieuw
arbeidsvergunningen te eisen van
de werkgevers, die buitenlanders
willen aanwerven. De werkgevers
worden dan in betrekkelijk korte
tijd van deze ministeriële koerswij
zigingen op de hoogte gebracht. De
niet-ingelichte toerist die over de
Belgische grens komt om een
baantje te zoeken wordt het slach
toffer van dit subtiel spel. De werk
zoekende buitenlander redeneert
met zijn gezond verstand en vraagt
zich af waarom er nu opeens andere
maatregelen zouden genomen wor
den, wanneer gedurende verschei
dene jaren, duizende vreemdelin
gen als toerist naar België zijn ge
komen en aldaar zonder moeilijk
heden werden tewerkgesteld. Dit
verklaart waarom ondanks de im
migratiestop van 1 april 1966 de
gastarbeiders met een toeristenpas
poort België blijven binnensij
pelen.
'■M
Ondanks het feit dat de spontane
immigratie na 1 april 1966 verder
gaat komt er op 1 augustus 1974
een onverbiddelijke immigratie
stop, die veel gelijkenis vertoont
met een geheime putsj in het holst
van de nacht. Op 1 augustus waren
immers de meeste buitenlandse
werknemers op verlof in hun thuis
land. Toen zij uit verlof terugkeer
den stonden zij voor een volslagen
verrassing. Duizenden onder hen
moesten een ingewikkelde admini
stratieve procedure op gang bren
gen om in België te kunnen blijven.
Zij moesten schriftelijk bewijs leve
ren dat zij op 1 augustus 1974 reeds
4 maanden in België verbleven en
in het bezit waren van een arbeids
vergunning. Indien zij de gevraag
de bewijsstukken niet konden voor
leggen werden zij onverbiddelijk
het land uitgewezen.
Sinds 1974 is de officiële migranten
stop nog steeds van kracht. Een
volledige stop is onmogelijk vanwe
ge de internationalisering van de
samenleving, het vrij verkeer bin
nen de EEG, de gezinshereniging
van de hier verblijvende migranten
en de toevloed van politieke vluch
telingen. Een tewerkstelling van
vreemde arbeidskrachten van bui
ten de EEG is onmogelijk.
De migratiestop die sedert 1 augus
tus 1974 in België geldt is niet van
toepassing voor immigranten die
deel uitmaken van de landen van de
Europese gemeenschap.
Het recht op binnenkomst in het
land wordt erkend aan de EG-
vreemdeling op voorlegging van
zijn identiteitskaart of van een
geldig nationaal paspoort. Het
recht tot verblijf wordt erkend aan
de EG-vreemdeling in de voor
waarden en de duur door de koning
bepaald overeenkomstig de veror
deningen en de richtlijnen van de
Europese Gemeenschappen
De binnenkomst en het verblijf
mogen aan de EG-vreemdelingen
slechts geweigerd worden om rede
nen van openbare orde, van open
bare veiligheid of van volksgezond
heid en zulks binnen de hiernaver-
melde perken:
De redenen mogen niet ingeroepen
worden voor ekonomische doe
leinden.
Zondag 17 januari 1982 om 15 uur
Volkshuis Geraardsbergen (Markt 15)
Uiteenzetting debat
(met spreker uit de Zuidafrikaanse oppositie, medewerker aan het
blad INQUABA)
CSC, SP, JS en belangstellenden op post!
Volgens de statuten zijn de Ano
nieme Alcoholisten een gemeen
schap van mannen en vrouwen die
gezamelijk hun kracht en hun hoop
aanwenden om het probleem dat
ieder van hen persoonlijk moet
overwinnen, tot een oplossing te
brengen en anderen te helpen ver
lost te raken van de alcoholversla
ving.
De vereniging waarborgt de ge
heimhouding van allen die zich
voor hulp tot haar wenden. Er
worden geen ledenlijsten aange
legd. Er zijn geen verplichtingen
noch dwangmaatregelen. Er wordt
alleen raad gegeven doch het staat
elkeen vrij die raad al of niet te
volgen. De vereniging bestaat uit
plaatselijke groepen die alle wer
ken op basis van een gemeenschap
pelijk programma dat erop gericht
is de drankverslaafde mens te hel
pen om «droog» te worden en van
hem opnieuw een evenwichtig, vrij
en gelukkig mens te maken.
Hij of zij die zich voor hulp tot de
A.A. richt, wordt verwezen naar
een of andere groep, naar zijn keu
ze in de onmiddellijke omgeving
van zijn woonplaats of verderaf
gelegen. Het wordt hem of haar
aangeraden de samenkomsten re
gelmatig te volgen. Die groepsver
gaderingen zijn enkel toegankelijk
voor mensen met alcohol proble
men. Iedereen bepaalt voor zich
zelf hoe dikwijls hij de vergaderin
gen bijwoont, sommigen doen dat
eenmaal per week, anderen dage
lijks. De enen houden kontakt met
één groep, de anderen met diverse
groepen tegelijk.
De grote aantrekkingskracht van
de A.A. bestaat hierin dat haar
werkmethode gebaseerd is op lief
de, gevoel, wederzijds begrip en
gelijkwaardigheid. Allen zonder
onderscheid van klas, geslacht en
beroep voelen zich onderling een
grote familie die zich voor elkaar
inzet. Als eerste doel wordt ge
steld: de alcoholist helpen nuchter
worden en blijven. Het is dus
slechts een «helpen» want het nuchr
ter worden en blijven zal hij zelf
moeten doen. De steun die de
groep hierbij verleent, is evenwel
zeer belangrijk. Zo krijgt elk nieuw
lid een «sponsor» d.w.z. een man of
vrouw die reeds lang lid is van de
A.A. en die uit eigen ervaring weet
wat het betekent alcoholist te zijn.
Deze sponsor zal zich zeer persoon
lijk en intensief met dat nieuwe lid
bezighouden: hem begeleiden naar
de groep toe, hem regelmatig be
zoeken en telefoneren, hem aan
moedigen op moeilijke ogenblik
ken enz.
De alcoholverslaafde die meestal vol
schuldgevoelens zit en het vertrou
wen in zichzelf verloren heeft, on-
dekt daar opeens mensen die het
zelfde hebben doorgemaakt, doch
die hem aanvaarden zoals hij is en
voor wie hij zich niet moet schamen.
Hij ontdekt er tevens dat AA-ers,
geen wrakken zijn die aan de rand
van de maatschappij leven, doch
normale mensen afkomstig uit alle
lagen van de bevolking. Het kontakt
met die mensen die hem als volwaar
dig en gelijke behandelen, geeft hem
opnieuw een gevoel van eigenwaar
de en zelfvertrouwen. Hij wordt er
niet overstelpt met verwijten en ser
moenen als «drink» wat minder, het
ontbreekt je aan wilskracht, drink
zoals iedereenenz. Er dt hem
niet gezegd wat hij moet doen maar
wel wat hij kan doen.
Die vriendschap, dat begrip, die
aanmoediging en morele steun, dat
vertrouwen en menselijke warmte,
doen bij de alcoholist moed en ver
trouwen ontstaan en een beeld van
«hoe het kan worden». De levens
verhalen van de oudere leden zijn
immers als een spiegel waarin de
alcoholist zichzelf erkent en hem
tevens hoop bieden op een uitein
delijke genezing. Hij mag er over
zichzelf praten en er wordt ook
naar hem geluisterd. Zijn «alibi's»
voor het drinken, al zijn zogezegde
drogredenen worden vriendelijk
één na één ontmaskerd en er wor
den hem kleine tips doorgespeeld
om de eerste moeilijke dagen door
te maken.
Waar het eerste doel van de AA is
de alcholisten droog te helpen wor
den, is een volgende stap er geluk
kige en innerlijk tevreden mensen
van maken. Hij leert stilaan zich
zelf aanvaarden en zijn mogelijkhe
den en onmogelijkheden ont
dekken.
Er komt een verzoening tot stand
tussen wat hij is en wat hij zou
willen zijn, tussen zijn wensen en
verzuchtingen enerzijds en de reali
teit en eigen mogelijkheden ander
zijds.
Vooral deze mentaliteitswijziging is
de hoofdbrok in het herstel van de
drankzuchtige.
Bron van informatie: Een getuige
nis van een anonieme alcholieker
In augustus werd een tweede
tranche voor 1981 goedgekeurd
voor steun uit het Sociale Fonds
van de Gemeenschap. Het Fonds
helpt de herscholing van werkne
mers financieren. Deze reeks be
helst projekten voor vrouwen en
migrerende werknemers.
17,5 miljoen ERE worden vrijwel
gelijk verdeeld over de twee groe
pen in zes van de tien lid-staten,
waaronder België. De toegekende
middelen blijven ver achter bij de
aanvragen van de regeringen van
de lid-staten.
Dit jaar zijn de aanvragen om bij
stand ten bate van migrerende
werknemers vijf maal hoger dan de
beschikbare 30 miljoen ERE. Voor
wat de vrouwen betreft is drie maal
zo veel aangevraagd als de uitge
trokken 22 miljoen ERE.
Een woordvoerder van de Commis
sie heeft gewezen op de wanver
houding tussen de steunaanvragen
en het optreden van de ministers
van Financiën. Die behandelden in
de Ministerraad in juli de begroting
van de Gemeenschap voor 1982 en
besloten de reële waarde van de
middelen van het Sociaal Fonds te
verminderen.
Voor dit jaar beschikt het Fonds,
over 963 miljoen ERE. Dat is maar
4,6% van de totale begroting van
de Gemeenschap.
De Commissie heeft onlangs een
rapport uitgebracht met nieuwe
richtlijnen voor de gemeenschappe
lijke regionale politiek. Op hetzelf
de ogenblik werd een opinie-onder
zoek gepubliceerd, over de levens
omstandigheden in verschillende
regio's. In dit onderzoek komen
niet alleen de verschillen in wel
vaart tussen de regio's aan de orde,
maar ook en dit is even belang
rijk in hoeverre de inwoners zich
van deze verschillen bewust zijn.
Uit het onderzoek komt ook een
nogal verontrustend aspekt naar
voren. Sommige welgestelde bur
gers staan helemaal niet te dringen
om hun minder fortuinlijke broe
ders in andere lid-staten te helpen.
Die tegenzin komt minder tot uit
ing waar het hulp aan de burgers
van eigen land betreft. Wil men
echter solidariteit binnen de Ge
meenschap dan moet deze houding
veranderen. De welvarende landen
en regio's hebben hun welvaart im
mers voor een groot deel te danken
aan het bestaan van de Gemeen
schap die nieuwe afzetmarkten
opende, met name ook in de arme
re regio's. Gewezen Commissaris
voor Regionale Politiek, George
Thomson, heeft vroeger al eens
gezegd dat de problemen waarmee
een arme regio te kampen heeft,
heel gemakkelijk kunnen overslaan
naar de rijkere. Mensen die ge
dwongen zijn huis en have te verla
ten in regio's zoals het westen van
Ierland en het zuiden van Italië
zullen namelijk onvermijdelijk
naar de toch al overbevolkte stads
centra trekken, dikwijls in andere
lid-staten.
Als men deze trend wil terugdraai
en zal men binnen de Gemeen
schap een groter gevoel van solida
riteit aan de dag moeten leggen. De
komende Ministerraad zal het man
daat-rapport van de Commissie be
spreken. Daarin breekt zij een lans
voor meer bestedingen in de re
gio's. De bespreking is een ideale
gelegenheid om te tonen dat de
politieke wil leeft om armere re
gio's te helpen. Die wil moet er zijn
op alle niveaus, niet alleen op mi
nisterieel vlak.
België, noch Nederland heeft zich
gehouden aan de termijn van in
voering in de nationale wetgeving
van de EG-richtlijn inzake aan
zwemwater te stellen eisen. Ook
Italië is zo laks geweest. Het Vere
nigd Koninkrijk heeft de richtlijn
onvolledig toegepast. Al met al zag
Commissaris Narjes reden genoeg,
zo deelde hij het Parlement mede,
tegen al deze landen de in het
Verdrag voorziene procedure in te
spannen.
Vorig jaar bereikte de steun uit de
afdeling Oriëntatie van het Land
bouwfonds van de Gemeenschap
het rekordniveau van 635 miljoen
Ere (1 Ere 41 BF). Die steun
dient om de modernisatie van de
landbouwsektor te helpen financie
ren. De afdeling Oriëntatie kreeg
voor 1980 10 van het totale
fonds. De rest was voor de afdeling
Garantie, die de prijzen steunt. De
Oriëntatie-afdeling werkt op twee
manieren. Zij vergoedt een deel
van de gelden die de lidstaten in
vesteerden in modernisatie, en zij
verstrekt subsidies aan projekten.
Het grootste afzonderlijke bedrag
ging naar programma's voor de ver
betering van de verwerking en de
afzet van landbouwprodukten, bij
na 174 miljoen ERE. Daarop vol
gen 89 miljoen ERE voor de mo
dernisatie van landbouwbedrijven
in arme berggebieden. 86,5 miljoen
ERE was bestemd voor bedrijfcmo-
dernisatie in andere gebieden en 82
miljoen ERE voor het mee finan
cieren van premies voor het niet op
de markt brengen van melk en de
omschakeling van melkproduktie
om de melkoverschotten te be
perken.
110 miljoen ERE ging naar bijzon
dere maatregelen om de Franse en
Italiaanse gebieden langs de Mid
dellandse Zee te helpen tegen toe
nemende konkurrentie. Gezien de
omvang van deze bedragen zal het;
geen verbazing wekken dat onre
gelmatigheden voorkomen. Vol-,
gens het verslag over de werking;
van de afdeling Oriëntatie, dat de.
Commissie zopas heeft goedge
keurd kwamen er in 1980 13 geval
len aan het licht voor een totaal van
97.000 ERE. Van dit bedrag is tot
dusver 26.000 Ere teruggestort. Se
dert 1971 werden onregelmatighe
den ontdekt tot een totaal van 2,2
miljoen ERE, waarvan 1,8 miljoen
is terugbetaald. Voor 100.000 Ere
moest worden afgeschreven en men
is nog doende het resterende be
drag terug te krijgen.
Op 5 en 6 september behandelden
de EG-Minister van Buitenlandse
Zaken in een Engels landhuis de
mogelijkheden van een nauwere
onderlinge samenwerking. De EG-
Commissie was bij het informeel
overleg vertegenwoordigd door
haar voorzitter Gaston Thorn. Men
zal o.m. proberen haar meer te
betrekken bij de koördinatie van de
buitenlandse politiek van de Tien.
De ministers waren het er voorts
over eens dat de Commissie positief
zou reageren op het verzoek van de
Poolse regering om een derde
voedselzending.
Zij bespraken bovendien de toe
stand in het Midden-Oosten, Af
ghanistan, Libië, en Zuid-Afrika.
Ook de problemen in Centraal-
Amerika kwamen aan de orde,
evenals het mandaat-rapport van
de Commissie, dat binnenkort uit
gebreid zal worden besproken in de
Ministerraad.
De Commissie bestudeert het au
teursrecht van de verschillende lid
staten om te zien hoe er meer
overeenstemming tot stand kan
worden gebracht. De Commissie
hoopt haar onderzoek volgend jaar
te kunnen voltooien. Vooral de
duur van de bescherming verschilt
van land tot land. De toenemende
handej in boeken e.d. tussen de
lidstaten is een van de redenen
waarom de Commissie een meer
uniforme bescherming wenselijk
vindt.
DE IWWEN DURfK