ronseü
Ronsese Bommelfeesten
blijven uniek gebeuren
I
R
Oudenaarde in beroep tegen E.G. beslissing
Deel 2
«Voor Allen» - 15 januari 1982 - 7
1
Ciné Feestpaleis
Zaterdag
Zondag
Ondanks het ongure winterweer, een ijzige koude en
sneeuw, brachten de 32ste Bommelfeesten veel volk op de
been en kunnen de organisatoren terugblikken op 3 sukses-
volle dagen.
Zaterdagmorgen had de kroningsoptocht plaats door de
centrumstaten van de stad onder dwarrelende sneeuwvlok
ken. Voor de gelegenheid was het de harmonie van de
Kristen Volksbond, die koning Patrick I en zijn gemalin
Anette I, begeleidden, aangezien de harmonie van de
Stedelijke Brandweer de begrafenisplechtigheid diende bij te
wonen van hun ere-voorzitter de h. Spiers. Traditiegetrouw
waren de Ronsese reuzen Staf, Manse en Angelike van de
partij alsook een rui tersescorte.
f 1.1
A
Half mens, half vis
duiken zij of
1
P%a"
1
■BP WH
DOUG Mc CLURE ANN TURKEL
VIC MORROW
CULTURELE
CENTRALE
ZWALM
GROTE
T-DANSANT
MET DE
DISCO STARS
W er knemerspensioenen
gewaarborgd inkomen
voor bejaarden
HET INKOMEN
PENDEL EN
OPENBAAR
VERVOER
DE
TEWERKSTELLING
DEMOGRAFIE
MIGRATIE
TEXTIEL EN
KLEDING
DE WEGENINFRA
STRUCTUUR
KONKLUSIE
Aan het standbeeld van Den Bom
mel op het Churchillplein legde het
vorstenpaar bloemen neer. Van
daar ging het richting Grote Markt.
In de trouwzaal van het stadhuis
had de machtsoverdracht plaats,
burgemeester R. Van Wingene
overhandigde er de scepter aan ko
ning Patrick I en zijn gade en stond
hen voor 3 dagen de macht af om
de bommelfeesten te regeren.
Daarop volgde een receptie en wer
den door de unie der handelaars
geschenken overhandigd aan het
vorsten- en prinsenpaar.
Het 32ste bommemfeest, hoogdag
Het grote ogenblik der bommelfeesten is aangebroken. Burgemeester
Robert Van Wingene staat de macht af voor 3 dagen aan het koningspaar
en wegens de slechte weersomstandigheden, gebeurde dit in de trouwzaal
van het stadhuis. (DBR)
Ook in het ouderlingentehuis OCMW wordt aan bommelen gedacht. Het
koningspaar bracht er een bezoek en onder de ouderlingen werd tevens
een koningspaar aangeduid. Op de foto prijken tevens de «verklede» leden
van het OCMW. (DBR)
rr'V"1"""" t
r' fe' SSMffi i„oii
Directed bv BARBARA PEETERS
United Artist»
voor Ronse, was nu definitief van
start gegaan. Wie het de avond wou
bont maken kon zijn laatste schik
kingen treffen om er zo «zot» mo
gelijk uit te zien.
Rond 18 uur heerste er al drukte in
de meeste straten. Van uit alle
kanten kwamen ze, de groepen die
zich naar de vertrekplaats begaven
naar het A. Delhaysplein. Onder
tussen was het opgehouden met
sneeuwen en menig Ronsenaar
trotseerde de barre koude om de
zotskap op te zetten. Niemand ont
brak op de afspraak. Zelfs van over
de grens waren groepen aanwezig,
showbands en majorettenpelotons
uit Nederland en ook de eregeno-
digden uit het Franse Charenton
vielen niet uit de toon. Iets nieuws
in de stoet was het koningspaar, nu
niet gezeten op een praalwagen,
maar nu hadden ze plaats genomen
in een echte plezierboot voortge
trokken door een traktor. Verder
waren er de traditionele groepen
van Ronse en omliggende die het
thema van de avond «Het bommel
circus» uitstekend uitbeeldden, o.a.
Boer Kuiper temt zijn varkens, de
wagen 75 jaar Kristen Volksbond...
en toch gebuisd. De koorddansers
van het Jeugd Rode Kruis, de cir
cuswagen van de raad der bommels
en om niet te vergeten de Ronsese
reuzen Staf, Manse en Angeleki die
de lange bende op sleeptouw nam.
Omstreeks 20 uur bereikte de stoet
de Grote Markt, waar op het po
dium vóór het stadhuis, de majoret
tenpelotons en showbands een at-
traktie ten beste gaven voor een
ruime belangstelling, die misschien
ietsje minder was dan vorige jaren.
Tot slot spraken koning Patrick I en
koningin Anette I hun onderdanen
toe vanop hun troon omdat de
duizenden bommels hun stad
vreedzaam zouden innemen en be
stormen en rondom de obelisk spet
terde een enorm vuurwerk uit
elkaar.
De dag nadien was het de beurt aan
de kleine bommelies om stoetsge
wijze door het stadscentrum te
trekken met bestemming het Kultu-
reel Ontspanningscentrum waar de
zaal weer eens te klein was voor
hun bal. Zo heeft Ronse weer eens
de zotskap en feestneus opgezet en
kunnen we alvast weer afspraak
maken tot in 1983.
DBR
Vriendelijke uitnodiging tot het
U wordt allen verwacht op za
terdag 6 februari 1982 in zaal
Oud-België te St.-Blasius-Boe-
kel (Zwalm)
Boekelbaan.
Aanvang om 20 uur.
Inkom 60 fr. Voorverkoop 50 fr.
Het bal der bommelkies kende ook een overgoten sukses. Meer dan 1.000
jongeren waren aanwezig in de grote zaal van het C.O.C. Onder de vele
aanwezigen werd een prins en prinsesje verkozen, die hier op de foto
prijken met de leden van het koninklijk hof en de voorzitter van het
bommelkomité dhr. M. Beatse. (DBR)
De Rijksdienst voor Werknemers
pensioenen brengt ter kennis van
de toekomstige gepensioneerden
dat er regelmatig zitdagen gehou
den worden, waar zij kosteloos alle
gewenste inlichtingen kunnen be
komen inzake werknemerspen
sioen (arbeiders, bedienden, mijn
werkers, zeelieden) en aangaande
het gewaarborgd inkomen voor be
jaarden.
De eerstvolgende zitdag gaat door
.te Ronse, stadhuis op woensdag
20.1.1982 van 10 u. tot 12
De evolutie van het gemiddelde
inkomen per inwoner is in Oude
naarde van index 85,4 in 1971 opge
lopen tot 90,7 in 1976.
Dit betekent dat men op 0,7% na
10% onder het nationaal gemiddel
de zit (het percentage vereist om
aan het criterium voor ontwikke
lingszone te voldoen).
Als de Europese Commissie stelt
dat de inkomens gestegen zijn tot
een volstrekt bevredigend niveau,
dan verwijt men ergens aan de
armen dat ze minder arm geworden
zijn.
Men mag niet vergeten dat de inko
mensindexen berekend worden op
grond van de belastingsaangiften.
Oudenaarde met zijn hoge vrouwe
lijke activiteitsgraad en lage lonen
is een streek waarin het samenwer
ken van man en vrouw onontbeer
lijk is.
De samengevoegde inkomsten van
man en vrouw geven natuurlijk een
hoger gemiddelde.
Er moet ook rekening gehouden
worden met het feit dat de lage
loonstructuur in het arrondisse
ment een bijkomende stimulans is
tot het pendelen. Wanneer onze
traditionele industrie klappen
krijgt, neemt de inter-arrondisse-
mentele pendel toe.
De weerspiegeling daarvan in de
inkomensstatistiek wordt beïnvloed
door de hogere lonen die men bui
ten het arrondissement verdient.
Een statistiek van het N.I.S. uit
1979 is veelbetekenend.
Een studie van het S.T.C. Oude
naarde uit 1980 heeft een vernieti
gend oordeel uitgesproken over de
toestand van het openbaar vervoer
in het arrondissement.
Men schreef er: «De situatie van
het openbaar vervoer verkeert er
nog in een fase van onderontwikke
ling. Dit is des te erger nu de
economische crisis om zich heen
grijpt, vele bedrijven sluiten en
werk in eigen streek een bijna on
bereikbaar ideaal schijnt.
De uitbouw van een goed openbaar
vervoer zal hoe langer hoe meer
een conditio siné qua non blijken
wil men de ontvolking van een gans
gewest tegen gaan.
De E.E.G.-Kommissie poogt dui
delijk de textielsector weg te cijfe
ren om alleen te moeten spreken
over de «andere sectoren». Men
concludeert dan dat de andere
branches zich zeer bevredigend
ontwikkeld hebben.
Hierbij moet men voor ogen hou
den dat de mono-industriële struc
tuur van het gewest slechts in het
begin der zeventiger jaren onder
broken werd door het openstellen
van de Oudenaardse industrieter
reinen.
Als tweede volgde in 1973 Kortrijk
met 30,57% en als derde Tielt met
29,50%.
In 1973 had Oudenaarde-Ronse
nog 12.457 tewerkgestelden. In ver
gelijking met 1978 betekent dit een
verlies van 3.489 arbeidsplaatsen in
confectie en textiel.
Ten opzichte van 1975, noteren we
in 1978 nog een verlies van 2.395
arbeidsplaatsen, of ongeveer 21%
van de arbeidsplaatsen in textiel en
kleding die in 1975 bekleed wer
den. Anders uitgedrukt, van 1975
tot 1978, ging 8,56% van de
arbeidsplaatsen in Oudenaarde-
Ronse verloren door de krisis in de
textiel en confectie.
Geen enkel ander Vlaams arrondis
sement zag tengevolge van deze
krisis zijn werkgelegenheid zo ach
teruit gaan.
Dendermonde als tweede in de
rangorde, verloor in dezelfde perio
de (1975-1978) 5,63% van zijn
arbeidspotentieel, Aalst als derde
5,39% en Kortrijk als vierde
5,02%.
Een studie van de Gewestelijke
Economische Raad voor Vlaande
ren (GERV) maakt melding van
1.012 werklozen in de kleding,
schoenen en textiel in Oudenaarde
in 1978. Dit betekende 44,08% van
de totale werkloosheid in Oude
naarde.
Gemiddelde brutodaglonen van de hand- en hoofdarbeiders in de privésector (franken)
Industrie
Handel diensten
M
V
M
V
Arrondissement
1.198,3
859,4
1.144,8
746
Oost-Vlaanderen
1.359,9
881,6
1.220
752
Rijk
1.408
971
1.237
724,7
Bron: N.I.S. 1979
Zowel voor de industrie als voor
handel en diensten worden lagere
lonen opgetekend voor het arron
dissement dan in Oost-Vlaanderen
en het Rijk.
Voor de mannen in de industrie
wordt het laagste loonniveau van
het Rijk bereikt.
Dit relativeert al enigszins het opti
mistisch geluid dat de E.E.G. laat
horen over het «bevredigend inko
men» in Oudenaarde.
De recente stijgende werkloosheid
in het Oudenaardse zal zeker zijn
invloed hebben op de inkomenssi
tuatie zoals die in 1985 zal gepubli
ceerd worden. Omvang en duur
van de werkloosheid, alsook het
bedrag van de uitkeringen verhou
den zich globaal gezien omgekeerd
evenredig met het inkomensniveau.
(De werkloosheidsreglementering
K.B. 24.12.80 heeft het be
drag van de uitkeringen voor be
paalde categorieën van werklozen
verlengd).
De recente verslechterende werk
loosheid in het arrondissement Ou
denaarde heeft ongetwijfeld een
negatieve invloed op de inkomens.
Er is dus geen reden om in het licht
van die gegevens een voorbarig
optimisme ten toon te spreiden.
De bevolkingsevolutie in het arron
dissement Oudenaarde wordt se
dert de eeuwwisseling gekenmerkt
door staguatie. In de periode 1901-
1961 was er slechts een toename
van 4.000 inwoners.
In 1846 telde Oudenaarde 106.872
inwoners in 1980: 112.604
(Een vergelijking: Oost-Vlaande
ren 1846: 793.264, 1980: 1.330.134
Het Rijk, 1846: 4.337.196, 1980:
9.855.110
Kenmerkend voor de bevolkingse
volutie is de continue emigratie,
hoofdzakelijk bestaande uit jonge
gezinnen (gebrek aan werkgelegen
heid, denk maar aan de onderver
tegenwoordigde tertiaire sector in
het gewest, de Commissie geeft dit
zelf toe).
Dit leidt tot een voortdurende ver
oudering van de bevolking wat op
zijn beurt negatieve gevolgen heeft
voor de natuurlijke groei van de
bevolking.
Het arrondissement Oudenaar
de is van oudsher een arbeidsreser-
voir geweest voor andere gewesten.
De Gerv-studie spreekt dan ook
over de negatieve migratiesaldi die
kenmerkend zijn voor het gewest.
De E.E.G. stelt dat de migratiebe
wegingen de laatste jaren positief
geworden zijn.
Is de toestand er daardoor op
verbeterd?
Helemaal niet. Het pendelarrondis
sement Oudenaarde heeft altijd
zijn werkloosheid geëxporteerd.
De recente positieve migratiebewe
ging is niet te danken aan het
binnenkomen van jonge mensen,
maar aan het oprichten van diverse
bejaardentehuizen in de rustieke
omgeving van de Vlaamse Arden
nen. Dit heeft geen gunstige in
vloed op de demografische evolutie
in het gewest.
Het niet-erkennen van ons gewest
als ontwikkelingsroes zal er toe lei
den dat bij verdere aftakeling van
confectie- en kledingsector het ar
rondissement steeds minder aan
trekkelijk zal worden voor nieuwe
investeerders.
De laatste zenuwader van het ar
rondissement wordt dan afgesne
den. Het is immers Oudenaarde dat
de nog slechtere economische toe
stand van deelgebieden uit het ge
west zoals bvb. Ronse nog gedeel
telijk kan camoufleren.
Het S.T.C. kan niet akkoord gaan
met de isolering van de textielsec
tor als zijnde een activiteit die bui
ten de geldende normen valt. Dat
Oudenaarde door en door een tex-
tielstreek is en dat de problemen
die dit vandaag meebrengt serieus
zijn toont volgende tekst:
«Zowel wat de tewerkstelling als de
werkloosheid aangaat zijn textiel
en kleding, sleutelsectoren voor het
arrondissement Oudenaarde.
Deze sectoren werden tijdens de
jongste jaren in het Vlaamse Ge
west geteisterd door structurele
moeilijkheden.
Beide sectoren telden op 30 juni
1973, 143.140 tewerkgestelden in
het Vlaamse Gewest, of bijna 10%
van de totale tewerkstelling in
Vlaanderen.
Op 30 juni 1975 was dit aantal
teruggelopen tot 128.816 (- 14.325)
en op 30 juni 1978 tot 100.451 (-
42.690).
In drie jaar (30 juni 1975 - 30 juni
1978) ging ruim 22% van de in 1975
nog bestaande tewerkstelling in de
ze sector verloren (- 28.365), dit is
ca. 1,9% van de totale tewerkstel
ling.
Bijna 13.000 arbeidsplaatsen hier
van gingen verloren ingevolge de
sluiting van ondernemingen.
Op 30 juni 1978 waren er nog
100.451 personen uit het Vlaamse
Gewest tewerkgesteld in de textiel
en confectie. Dit vertegenwoordigt
6,53% van de tewerkstelling in
Vlaanderen.
Op 30 juni 1978 telde Oudenaarde-
Ronse 8.968 tewerkgestelden in de
textiel en kleding. (8.943 volgens
de Gerv).
Dit betekent dat 8,92% van de
Vlaamse tewerkgestelden in de tex
tiel en kleding in Oudenaarde te
situeren is.
Dit is een serieus aantal, aangezien
dit 33% van de gehele Oudenaard
se tewerkstelling uitmaakt.
In 1978 zag de rangorde voor de
tewerkstelling (textiel en confectie)
er als volgt uit, voor het Vlaams
Gewest:
1. Kortrijk: 20.774 (23,62% van de
Kortrijkse tewerkstelling)
2. Gent: 12.203 (8,09%)
3. Aalst: 9.465 (18,62%)
4. Sint-Niklaas: 9.169 (18,39%)
5. Oudenaarde: 8.968 (33% van de
Oudenaardse tewerkstelling).
Geen enkel ander Vlaams arrondis
sement is voor zijn tewerkstelling
zo erg afhankelijk van textiel en
kleding, als Oudenaarde.
Dit was ook zo in 1973 (30 juni).
De monocultuur kwam nog sterker
tot uitdrukking, 44,07% van de
tewerkgestelden zaten in de textiel
en kleding.
Meteen stond Oudenaarde met dit
percentage aan de leiding van de
Vlaamse arrondissementen. Daar
na volgde Kortrijk met 40,67%,
Dendermonde als derde kwam aan
35,33%.
In juni 1980, twee jaar later, telt
Oudenaarde 1.155 werklozen of
45,83% van de totale werkloosheid
in Oudenaarde.
Op dit punt is er van verbetering
geen sprake».
De Directeur van de Handelskamer
van Oudenaarde beweerde in mei
1981 (Eindverhandeling, I. San-
tens, Arr. Oudenaarde «Een Eco
nomische - geografische Analyse
Leuven, 1981»)
Het is alsof sinds vele jaren een
welbepaald plan zou bestaan om
heel Zuid-Oost-Vlaanderen buiten
de grote openbare werken te hou
den alsof een verbinding van het
zuiden van West-Vlaanderen en het
internationaal wegenknooppunt
Brussel voor Zuid-Oost-Vlaande
ren zonder belang zouden zijn.
We hebben een aantal aspecten
voor de sociaal-economische toe
stand in het arrondissement Oude
naarde onderzocht: Daarbij ging
onze aandacht uit naar de werk
loosheid, het inkomen, de pendel,
het openbaar vervoer, de demogra
fie, de tewerkstelling, de wegenin
frastructuur, de textiel- en confec-
tiesector, de migratiebewegingen.
Op alle punten die we behandeld
hebben blijkt dat de E.E.G.-kom
missie en in mindere mate de
G.E.R.V., de toestand van het ar
rondissement te rooskleurig voor
stellen.
Het Tewerkstellingscomité van Ou
denaarde dat sinds zijn ontstaan de
gewestelijke problematiek op de
voet volgt is van oordeel dat de
gehele streek de weg op gaat van
het totale economische verval, ten
ware indien de overheid beslist in te
grijpen om de nodige investeringen
te stimuleren en dit in voorwaarden
die zowel werkgevers als werkne
mers toelaten in de meest optimale
condities hun bijdrage te leveren
tot de economische ontwikkeling
van de streek en meteen van het
gehele land.
In het licht van wat voorafgaat zou
het onbegrijpelijk zijn voor de be
volking van het arrondissement
Oudenaarde en zijn vertegenwoor
digers indien de Belgische regering
en de Europese Commissie in weer
wil van alle argumenten die hier
aangehaald werden zouden moeten
besluiten het gewest niet langer te
erkennen als ontwikkelingszone in
het kader van de Europese regiona
le steun.
Het Gewest Oudenaarde twijfelt er
niet aan dat zijn beroepsschrift
waar, naast het S.T.C., diverse or
ganisaties en personen zich bij aan
gesloten hebben uiteindelijk ge
hoor zal vinden.
