«De Verbroedering» van Geraardsbergen in de pionierstijd (V) Linkse nederlaag in Frankrijk geen drama! Euro-kommunisme op een keerpunt mmu De fanfare Contact met de basis De Grote Markt Relancemaatregelen voor de bouwsector Oorspronkelijk was mijn bedoeling geweest me te be perken tot een paar herinneringen en beschouwingen betreffende de belangrijke plaats die de koöperatief De Verbroedering heeft ingenomen in de opgang van het socialisme te Geraardsbergen. Ingaande op de vraag van oudere partijgenoten die wat meer wensen en die me vertellen dat ze de artikels uitsnijden en behouden, ben ik nu aan mijn vijfde bijdrage. Een historisch overzicht zou onvolledig zijn geweest indien de grote verdiensten van de fanfare De Verbroedering en de Turnkring Rust Roest niet werden vermeld. We hebben het in dit nummer over de fanfare, de turnkring komt een volgende keer aan de beurt. De socialistische fanfare «De Verbroedering» Dirk De Pauw. E. De Nauw De gebeurtenissen in Polen brengen blijkbaar niet alleen verdeeldheid in het zoge noemde «Westerse kamp», ook bij bepaalde Euro-kom- munistische leiders vallen verklaringen die ons tot na denken moeten stemmen. Deze uitspraken zijn vooral het gevolg van de verklarin gen van Generaal Haig (die de Europeanen voor apen neemt) en die zich toch enigszins vergist indien hij denkt dat gans Europa een confrontatie wilt met Rus land. Belangrijk daarom trent zijn twee verklaringen van K.P.-leiders. Willy Vernimmen Sociale fraude en relance in de bouw Herman DE LOOR Muziekmeester Coppez met zijn groep Vorige zondag leed de linkse meerderheid ir. Frankrijk een gevoelige nederlaag bij de tussentijdse verkiezingen in het gebied van Parijs en de Marne. Ongeveer 200.000 kiezers trokken er naar de stembus. Dit aantal dat slechts 1 uitmaakt van de totale kiesgerechtigde Franse bevolking was uiteraard wel niet representatief, doch het feit van de nederlaag gaat zeker niet ongemerkt voorbij. Tussentijdse verkiezingen worden immers steeds geïnterpreteerd als een test voor de meerderheid. Na de eerste test sinds de triomf van juni 1981 voor de socialistische partij van president Mitterand zal er in het linkse kamp zeker niet erg veel bazuingeschal weerklinken. Links verloor immers drie van de vier zetels die het in juni jl. had veroverd op Giscardiens en Chiraciens. De Parijse burgemeester, Jacques Chirac, kan uiteraard zijn geluk niet op bij het hervonden succes na de striemende afstraffing welke zijn deel was ter gelegenheid van de laatste parlementsverkiezingen. Hoogdravende uitspraken betreffende het beu zijn door de citoyens van de nu acht maand lang gevoerde socialistische regeringspolitiek waren niet uit de lucht. Bij grondige analyse van de nederlaag vallen echter een aantal zaken op die ertoe leiden dat er toch niet zo heel Zwaar aan de nederlaag dient getild te worden. Vooreerst immers werd de overwinning in juni jl. op heel nipte wijze behaald door de linkse kandidaten. Zo werd er zelfs een linkse kandidaat verkozen met een krappe meerderheid van 186 stemmen. Thans ronselde rechts op grote schaal terwijl er in linkse kringen maar zeer matige belangstelling heerste voor de verkiezingen van vorige zondag. Vooral bij de communistische partij was de belangstelling erg zwak. iets wat resulteerde in een ontstellend zwakke opkomst. Oorzaak hiervan is zonder twijfel het feit dat de PCF deze keer geen kandidaten gesteld heeft. Tenslotte ligt zonder twijfel mede aan de oorzaak van de nederlaag het feit dat de verkiezingen plaatshadden in van oudsher rechtse bastions. De nederlaag heeft niet zo'n belangrijke gevolgen voor de machtsverhoudingen in het Franse Parlement. Van de absolute socialistische meerderheid (voorde verkiezingen van vorige zondag 265 van de 491 zetels) blijft er nog meer dan voldoende over om de huidige socialistische regeringspolitiek verder te zetten. Opiniepeilingen met onverdachte en representatieve kenmerken hebben in de voorbije weken voldoende aangetoond dat de meerderheid der Franse bevolking nog steeds achter president Mitterand en zijn beleid staan. Dit vertrouwen heeft Mitterand echter zeker nodig in zijn strijd tegen de economische crisis die nu ook Frankrijk steeds erger begint te raken. Reeds meer dan 2.000.000 werknemers zijn veroordeeld tot de gang naar het stempellokaal. Het inflatiepercent van 14% is één der hoogste van Europa. En voorlopig ziet het er ook niet naar uit dat er bij één der voornoemde cijfers een daling mag verwacht worden. Toch doet de regering Mitterand-Mauroy haar uiterste best om via een socialistisch beleid de crisis te doorbreken. Pas op het einde van de volledige legislatuur zullen de resultaten kunnen overzien worden! Dan zullen we konstateren dat een socialistische visie de enige uitweg is uit de crisis van het kapitalisme zoals we deze nu kennen Zoals elders heeft ook te Geraards bergen de socialistische muziekver eniging een belangrijke plaats inge nomen in de propaganda voor het socialisme. De fanfare en de koö peratief dragen dezelfde naam: De Verbroedering. Ze was reeds aktief toen de partij nog gevestigd was op De Zak. Op de oude vlag staat nog het stichtingsjaar 1899 vermeld. We verwijzen naar een eerste foto met oudere overleden kameraden en anderen die nog steeds op de bres staan. De koöperatief heeft in belangrijke mate bijgedragen niet alleen in de kosten van aankoop van instrumen ten, maar ook in deze betreffende de opleiding, de muziekmeesters enz. De naar Amerika uitgeweken sigarenmakers, waarvan velen mu zikant waren voor ze vertrokken, hebben ook financieel geholpen. Mogen we vragen een inspanning te doen om de oudere kader terug te vinden waarop enkele van die «Amerikanen» stonden. Het ge brek aan voorbereidende muzikale opleiding stelde bij de aanvang wat problemen. Zij werden heel rap overwonnen door de inzet. De re petities werden heel stipt bijge woond niet alleen door de muzi kanten maar door vele aanhangers, die door hun tegenwoordigheid hun steun wilden betuigen. Vader is gedurende een bepaalde periode spelend lid geweest. Er werd een bijzondere zorg be steed aan de opleiding van de jon geren. De oudere muzikanten na men htel bereidwillig de taak op zich. Het waren vader Arthur Cop- pez, Arsène Mus, Emiel Maes en andere verdienstelijke kameraden. Ook wat muziek betreft was er een samenwerking met Ninove. Vader Coppez is destijds chef geweest te Ninove, nu is het Michel Maes die de Voorwacht van Ninove diri geert. De tweede foto betreft Va der Coppez met zijn muziekschool van het Volkshuis. Het gaat om een belangrijke groep jongeren, meer meisjes dan jongens. Uit de fanfare is ook de symfonie ontstaan. Aan enkele arbeidersmeisjes werd de gelegenheid gegeven vioolles te volgen. Als bewijs van hun streven naar kunst en verheffing vond men onder de beste leerlingen van de muziekschool de jonge muzikanten van de fanfare en de symfonie terug. De fanfare zorgde ook voor heel wat animatie in en rond het Volks huis. In de jaren twintig organiseer de ze in de turnzaal bijna regelma tig iedere week een of ander bal. Het orkest bevond zich op het bal kon boven de turnzaal. De ingang was vrij maar er moest betaald worden per dans. Het was een paar centen, die men kwam rondhalen voor de dans begon. Ook bij ande re gelegenheden in het café van het Volkshuis moest men niet veel aan dringen opdat een paar van de muzikanten een «air» zouden spe len. Het werd dan ook veelal aan gevuld door een andere bereidwilli ge, man of vrouw, die op een stoel klom en een strijdlied ten beste gaf. Als slot werd dan ook wat rond gehaald voor de strijdpenning. We moeten ook nog het muziek van de Lustige Vrienden vermel den. Het stond op een ander vlak dan de fanfare De Verbroedering. Het was benevens de propaganda ook om het plezier te doen, maar niet zonder verdienste. Er waren naast de «toeters» ook enkele ac cordeonisten. Een typische figuur was de chef Ivo, de vader van Aline De Brouwer, die op de foto van de toneelgroep terug te vinden was. Uit dit alles weerhouden we dat in de jaren twintig de arbeiders inten ser meeleefden met de verschillen de takken van het socialisme. Er was toen een rechtstreeks contact. Dit gebeurde op vele manieren. Voor de verkoop van het brood, dagelijks met de broodvoerders, wekelijks met Prudensken die aan huis kwam met zijn jetons. Hij vooral wist de klachten van de huisvrouwen op te vangen, niet alleen wanneer het om het brood of de koöperatief zelf ging, maar ook wanneer er andere redenen van mistevredenheid waren. Het was niet steeds een gemakkelijke karwei. Ook de boden kwamen wekelijks ten huize het lidgeld (de mise) afhalen. Het was Jan Neirinckx voor de mannen en vrouwen van de stekjesfabrieken, Pieter Van Wy- meersch en later Henri De Bodt voor de sigarenmakers. Voor de ziekenbond waren het Van Schoors van Onkerzele en Taafke Parre. De zondag werd het lidgeld voor ande re organisaties rondgehaald. Gustje Ghysbrecht was nog heel jong toen hij deed voor SAROV, de Socialis tische Radio-omroep voor Vlaan deren. Dit bijna wekelijks contact liet toe sneller vast te stellen wanneer er oorzaken van kritiek, gerechtvaar digd of niet, waren. Het recht streeks contact gebeurde ook in het café van het Volkshuis. Het drukst was het natuurlijk de zaterdag en de zondag. Er waren toen twee gargons: Adrientje en Remi Karre. Ook in de week waren er een paar tafels van kaarters. De meeste ver stokte waren vader met zijn boe zemvriend Camiel Maudens, ver koper van het blad Vooruit. Indien men een of andere zaak wilde bespreken dan had men veel kans in de café ook andere partij verantwoordelijken te ontmoeten: de schepenen Jules Bauwens, Alex ander De Moyer en Emiel Collyns die achter de toog stond; verder nog benevens de reeds vermelde boden. Clement Bauwens, Albert Monnier en Henri Durandt voor Bond Moyson, De Vlaminck voor de sigarenmakers, Benoit Vander- catseyen voor de Algemene Cen trale, Fielke Moudens voor de so cialistische oudstrijders en de mijn werkers. Ook de duivenbond «Ge lijkheid voor Allen» nu nog altijd gevestigd in het Volkshuis, toen geleid door Leon Hernou, zorgde voor veel animatie. De vele activiteiten in en rond het Volkshuis hadden voor gevolg dat het ook druk was in andere café's van de Grote Markt en omliggende straten, waarvan er enkele gehou den werden door partijgenoten of sympatisanten, o.a. Hendrickx. het Kelderken, boven de Brugstraat, Vanden Neucker (De Witte Penne) in de Vredestraat, op de markt zelf Fons Willekens, later Neirinckx, Vander Stricht op de trapkens, Be noit Gosseye, Louis Boulaert, Jan Heylemans, Hooghuys, Cabouche enz. Er was ook de friture van Eugnace De Turck, de grootmoeder van Henri, het «karremellekraam» van Marieke Stokke. Ook nog andere winkels: Florent Decock en Morre trokken heel wat voordeel uit de vele bezoekers van de cinema van het Volkshuis. De Italiaanse kommunistische lei der Berlinguer, die ook in het verle den reeds zijn kritiek in verband met het «Moskou-regime» heeft la ten horen en die blijkbaar nü voor goed afstand neemt van het model dat bekritiseert en bevecht. Zegt Berlinguer niet in alle duidelijkheid: «Vergissingen op het economisch vlak, een logge bureaucratie, be stendige beperkingen van de men senrechten en de vrijheid, depoliti sering van de jeugdige generaties, omvorming van het marxisme tot een staatsideologie, overheersing van het dogmatisme tot het fanatis me toe. Het resultaat van dit alles was volgens Berlinguer, dat de ideologische kritiek, een van de filosofische vernieuwingen van Marx, wordt doodgedrukt en ver vangen door een soort ideologisch credo, marxisme-leninisme ge noemd, waaraan niet mag getornd worden en dat werd uitgewerkt tot een verbeende doctrine». Bijna terzelfdertijd legt de Spaanse K.P.-leider Carrillo een bijna gelij kaardige verklaring af: «De organi satie van de internationale arbei dersbeweging rondom de Sovjet- Unie is definitief dood. Wij moeten streven naar een internationale ge leding, die uitstijgt boven de histori sche verdeeldheid tussen socialis ten en communisten en die even eens de bevrijdingsbewegingen van de Derde Wereld omvat. In de geest van Carrillo betekent dit geenszins een nieuwe internatio nale, maar wel een soepele organi satie, die de onafhankelijkheid van iedere partij en beweging eerbie digt.» Deze beide verklaringen zijn duide lijk gesteld en de standpunten ver schillen duidelijk van de Franse K.P.-standpunten. Maar betekenisvol is wel de inhoud van de nieuwe oriëntering die zo wel Berlinguer als Carrillo belich ten. De eigen visie rekening houdend met reële omstandighe den brengt beide leiders op zoek naar een derde weg: een werkelijk democratisch socialisme voor Eu ropa. En daar ligt voor heel de socialistische beweging een aan knopingspunt voor een gezamelij- ke strijd. Het is duidelijk dat door deze stellingname ook binnen be paalde socialistische partijen pro blemen kunnen ontstaan. Te vaak vergeet men ook wel eens bij ons dat een partij slechts een middel is en geen doel op zichzelf mag zijn. Bijgevolg hebben de verklaringen van deze K.P.-figuren een uitzon derlijke betekenis voor de verdere ontwikkeling naar het socialisme. «Voor Allen» - 22 januari 1982 - 5 Vervolg van pag. 1 Vergeten we trouwens niet dat het vooral zij zijn, die dikwijls buiten het medeweten in van hun werkne mers, aan georganiseerde sluikar- beid doen. En als ik dat zeg weet ik, komende uit de streek van Aalst-Oudenaar- de, waarover ik spreek, en wat er daar aan zwart werk gedaan wordt vooral in de bouw- en de confectie- nij verheid. Ik zou hier bedrijven kunnen cite ren waar de arbeiders op het einde van de maand, bij het in ontvangst nemen van hun werkloosheidsfor mulier, vaststellen dat zij meerdere dagen gewerkt en gestempeld hebben. Het mag bijgevolg niet zijn dat een werknemer buiten zijn weten in, als sluikarbeider aan het werk zijnde, in overtreding wordt genomen en zwaar gesanctioneerd, terwijl zijn werkgever die aan de basis ligt van dit sluikwerk er met dezelfde straf zou van afkomen. Ook hier dient de sanctie in ver houding te staan met het al dan niet bewust plegen van de fraude. Wij willen daarmede niet pleiten voor het door de vingers te zien van sluikwerk van een werknemer of werkloze, maar wij aanvaarden toch ook niet dat in het biezonder en enkel op hen een jacht geopend wordt. Aangezien uit het verslag van de commissievergaderingen blijkt dat meerdere amendementen in die zin neergelegd, werden afgewezen, vrezen wij dat het vooral de bedoe ling is op te treden naar de werkne mer toe, en voornamelijk de sociaal gerechtigden te treffen. Aan een aldus eenzijdige bestrij ding van de sociale fraude kunnen wij uiteraard onze goedkeuring niet verlenen. Bijgevolg zijn naar ons gevoel bij zondere machten in de materie van de sociale fraude dan ook totaal overbodig en onaanvaardbaar aan gezien de bestaande wetgeving vol doende is, zowel voor wat het toe passingsgebied betreft en de midde len die zij ter beschikking stelt, als voor wat de strengheid betreft van de straffen waarin zij voorziet. Wij zijn er ons wel van bewust dat er voor deze krisis geen wonderre- medies bestaan. Zoals het welslagen of falen geen funktie is van één enkel element, zo wordt ook het herstel van onze ekonomie, en dus van onze bedrij ven, niet bewerkstelligd door een eenvoudige kostenvermindering. Het absurde van de door deze rege ring gehuldigde, niet selektieve, aanpak van de ekonomische pro blemen, wil ik graag illustreren aan de hand van hetgeen deze regering met de bouwsektor voorheeft. Zich bewust zijnde van deze dra matische toestand, stelt de regering voor om bij hoogdringendheid het herstel te bewerkstelligen door de politiek van kostenverminderingen verder te zetten. Meer bepaald wordt gedacht aan ofwel een drasti sche vermindering van de BTW- aanslagvoet, ofwel aan rentesubsi dies ten einde de intrestlast terug te brengen tot tien procent. Als de regering hoopt hiermede de achteruitgang in de bouw te kunnen afremmen, dan meen ik nu reeds te mogen zeggen dat deze hoop ijdel is. De ervaringen met de in 1981 toegestane kostenverminderingen (BTW-vermindering -I- tijdelijke rentesubsidie) hebben immers uit gewezen dat deze maatregelen to taal onvoldoende zijn en zeker niet van aard om een kentering in dc woningbouw te bewerkstelligen. Het komt mij trouwens voor dat dt. bezorgdheid van deze regering vooi de bouwsektor totaal geveinsd is al: men het geheel van de ekonomi sche politiek in beschouwing neemt. Immers, diegenen die nu nog bou wen, doen dit met de verwachting op een normaal geïndexeerd inko men (hetgeen bij konstante annu ïteiten een reëel dalende afbeta- lingslast impliceert) en in tweede instantie met het individueel recht op een vervangingsinkomen in het achterhoofd. Door deze twee, uit erst belangrijke elementen van de bouwvraag op de helling te zetten, tekent deze regering als het ware het doodvonnis van de woning bouw. Deze regeringspolitiek vormt vooi de momenteel nog tewerkgesteldei in de bouwsektor een reële bedrei ging- Ook de onlangs door het Planbu reau gemaakte diagnose van de problemen in de bouwsektor wijst hierop. Hierin wordt immers ge pleit voor extra overheidsuitgaven ten einde de werkgelegenheidsaf- braak in de bouw tegen te gaan. Ik geloof niet dat dit in de bedoe ling van deze regering ligt, want met de ene hand geven wat men met de andere hand terugneemt, kan inderdaad geen echte relance in de bouwsector teweegbrengen. Ter gelegenheid van zijn verjaardag werd Felix De Boeck, kunst schilder, door Mare Galle, Gemeenschapsminister van Onderge schikte Besturen en Gesubsidieerde Werken op zijn op zijn kabinet ontvangen. Auteur Jef Geeraerts kwam op het kabinet van Gemeenschapsmi nister Galle zijn nieuw boek «Jagen» voorstellen.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1982 | | pagina 5