BINNENLAND Het liberale maatschappijmodel of de keuze voor het egoïsme SPgrondig overleg moet tot uitvoering MAP leiden 4-10 juni 1994 - «Voor Allen» Vandaag worden we op so ciaal-economisch vlak gecon fronteerd met enorme uitda gingen de vergrijzing van de bevolking, een groeiende werkloosheid en problemati sche overheidsfinanciën. Te genover deze problemen stelt de VLD haar alternatief. De standpunten inzake socia le zekerheid, tewerkstelling en fiscaliteit sluiten aan bij wat destijds door de PW werd bepleit. Her en der zien we enkel nuances, de kern is onveranderd gebleven. Glo baal genomen stellen we wel een radicalisering van de standpunten vast. De politie ke vernieuwing doet duidelijk dienst als fagade voor een ul tra-liberale maatschappijvi sie. De VLD schuift op naar het neo-liberalisme zoals we het in Groot-Brittannië onder Margaret Thatcher en in de Verenigde Staten onder Ro nald Reagan hebben gekend. De inzet van het VLD-alter- natief is de aard en de omvang van de solidariteit zelf. Ter wijl ons huidige maatschap pijmodel opgebouwd is uit een -dikwijls te ingewik keld - web van rechten en plichten dat een hoog niveau van maatschappelijke be scherming garandeert en een ruime onderlinge solidariteit vergt, pleit de VLD voor een minimale basisbescherming voor iedereen. Daarboven wordt elk individu op zijn ei gen verantwoordelijkheid en financiële draagkracht terug geworpen. De solidariteit be perkt zich tot het minimum. Hoe laag dit minimum is, is nog maar de vraag. De discriminerende werking van de markt wordt niet ge corrigeerd. Zo worden maat regelen die tot doel hebben om de zwakste groepen op de arbeidsmarkt - zoals langdu rig werklozen of jongeren - extra kansen te geven, ge schrapt. Deze groepen wor den door het VLD-alternatief verder naar de marginaliteit gedreven. Ook het VLD-plan inzake sociale zekerheid en overheidsfinanciën duwt een belangrijk deel van de bevol king naar de onderkant van de samenleving. Wie om een of andere reden niet in staat is om met werken zijn boterham te verdienen - hetzij door ziekte, werkloosheid, ouder dom of handicap - valt terug op een basisuitkering. Een grondige studie van het socia le zekerheidsstelsel leert dat ook de zogenaamde midden groepen nood hebben aan een goede sociale zekerheid. Het beschermt hen in vele geval len tegen bestaansonzeker- heid en armoede. De VLD verlaat deze preventieve aan pak en kiest voor een curatief stelselje moet eerst aanto nen dat je behoeftig of arm bent alvorens je een beroep kan doen op de sociale zeker heid. Maar ook de modale werknemer dreigt fors in te leveren. Dat is bijvoorbeeld het geval voor een gezin met meerdere kinderen dat min der kinderbijslag ontvangt en daarenboven meer zal moe ten betalen voor onderwijs, openbaar vervoer, kinderop vang of gezondheidszorg. De analyse van het VLD-pro- gramma leidt tot duidelijke vaststellingen. De berekenin gen van de VLD kloppen niet. De spontane terugverdienef fecten worden sterk over schat. De VLD gaat ervan uit dat de verlaging van de werk geversbijdragen én de beloof de belastingverlaging door het aanzwengelen van de con junctuur zichzelf zullen terug betalen. Het VLD-alternatief is enkel mogelijk door forse besparingen bij de overheid en de sociale zekerheid. Door de privatisering van grote de len van de sociale zekerheid schuift de VLD de facturen gewoon door naar de burger. Het sociale en het fiscale pro gramma van de VLD passen perfect in elkaar. De privé- verzekeringen kunnen be taald worden met de belas tingvermindering. Het zijn echter in hoofdzaak de hoog ste inkomens die voordeel doen bij het liberale belas tingsplan. Achter het VLD-alternatief zit een samenhangende ideo logie. Niet de burger is verant woordelijk voor de maat schappelijke problemen; het is allemaal de schuld van de overheid, de pressiegroepen, en het politiek «gesjoemel». De VLD kiest resoluut voor de vrije marktmaatschappij, een beperking van de solidari teit en een doorgedreven indi vidualisme. Onder het mom van de vrijheid van de burger wordt het recht van de sterk ste geïnstalleerd. Het is door deze samenhan gende ideologie en de cijfer matige fantasie dat heel wat loon- en weddetrekkenden en uitkeringstrekkers zich van daag aangetrokken voelen tot dit «vernieuwd» liberalisme. Een juiste invulling van de cij fers toont aan dat de hoge ver dieners en zeer welgestelden hun voordeel hebben bij het VLD-alternatief. Voor deze categorie van bevoorrechte mensen lijkt de overheid dan ook veelal overbodig. De duale samenleving wordt als het ware georkestreerd. Het VLD-programma leert Op l/12/'93 heeft de Vlaamse regering de hoofddoelstellin gen van het MAP van 29 sep tember bevestigd, evenals de nood om gezinsveeteeltbe drijven positief te discrimine ren. Vóór de implementatie in decretale wijzigingen en uitvoeringsbesluiten moest er bijkomend overleg met de landbouworganisaties en de milieusector gepleegd wor den. Minister Norbert De Batse- lier heeft tijdens de voorbije maanden dit overleg grondig georganiseerd en geleid, en heeft de verschillende voor stellen tot technische bijstu ring van het plan ontvangen. De SP stelt vast dat minister De Batselier binnen de ruimte die door de voltallige Vlaam se regering aan het overleg ge geven werd, maximale inspan ningen gedaan heeft om tot een consensus te komen. De tijdsduur die voor het overleg vooropgesteld was, werd ruimschoots overschreden, maar de nood aan grondige kennis van de standpunten van de landbouw- en milieu organisaties en het afwegen van hun compromis-voorstel len heeft meer tijd gevraagd dan eerst ingeschat. Dit grondige overleg moet het echter mogelijk maken het MAP dit jaar op te starten. Voor de SP is het cruciaal dat de uitgangsdoelstellingen van het MAP van 29 september 1993 onverminderd gereali seerd worden. Landbouw en dat de partituur reeds klaar ligt. Het is aan de burger om te beslissen of het stuk al dan niet opgevoerd wordt. Voor ons ligt de beslissing duidelijk vast. Het lijkt ons onbegrijpelijk dat mensen, die met werken hun brood moeten verdienen, zouden kunnen overwegen hun stem milieubelangen moeten daar bij evenwaardig behouden blijven in één plan dat beide doelstellingen gelijktijdig en als één geheel realiseert. On evenwichtige bijsturingen aan het plan kunnen niet. De SP wenst evenmin een ver dere vertraging van de reeds gespreide timing die in het plan zit. Een overgangsperio de van meer dan 10 jaar na de inwerkingtreding van het mestdecreet van 1991 moet volstaan om de beoogde even- wichtssituatie inzake bemes ting te bereiken. Daarbij is de SP bereid, omwille van socio- economische redenen, te aan vaarden dat tot 2002 meer be mest mag worden dan teel- kundig nodig. Bemestings normen kunnen voor de SP niet het voorwerp uitmaken van een politieke onderhan deling. Dit is een zuiver tech nische kwestie, die niet kan beslist worden op basis van politieke of syndicale argu menten. De bemestingsnormen en de verscherping ervan voor be paalde gevoelige of waarde volle gebieden blijven voor de SP één geheel vormen. De uit gangspunten die het MAP hiervoor hanteert, kunnen bijgestuurd worden op basis van argumenten waarover de wetenschap het eens is. Met betrekking tot het gezins veeteeltbedrijf gaat de SP ak koord om deze definitie de- cretaal vast te leggen vertrek kend van de elementen die aan een partij te geven, die de fundamentele verworvenhe den van de solidaire maat schappij volledig teniet doet en op die manier de zwakke ren in de samenleving volledig in de kou laten staan. Wij wei geren dergelijke redenering ook maar te overwegen. prof. Boeken in zijn werkdo cument voorstelde en aange past aan de resultaten van het overleg. De positieve discri minaties voor deze groep be drijven, waarover in het over leg een consensus bereikt werd, worden gesteund. De SP is voorstander van een extra bevoordeling van die be drijven die over voldoende cultuurgrond beschikken om de in het bedrijf geproduceer de mest af te zetten met res pect voor de bemestingsnor men. Ook andere positieve discri minaties van gezinsveeteelt bedrijven die reeds in het MAP vervat zijn kunnen op voorstel van de sector verder uitgediept worden of specifie ker voorbehouden worden voor deze groep bedrijven. Het vergunningenbeleid dat de milieudoelstellingen van het MAP moet waarborgen, dient opgenomen te worden in de Vlarem-reglementering. Dat vergunningsbeleid moet de totale fosfaat- en stikstof- produktie beperken op het huidige peil. Het SP-standpunt is duide lijk «de vervuiler betaalt». De SP blijft voorstander van een getrapte regulerende overschotheffing, d.w.z. een heffing die mestoverschotten ontmoedigt en waarbij de ge zinsveeteeltbedrijven omwille van un grondgebondenheid of hun niet-industriële omvang niet of weinig bijdragen. Wie meer wil weten over deze problematiek, verwijzen we naar het boek «Het VLD Alternatief - Gewikt en Gewogen», dat onder de redactie van Hans Bonte, werd uitgegeven bij Hade- wich en tevens kan besteld worden bij het SEV1.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1994 | | pagina 4