SOCIAAL Over verkrotting en haar bewoners CODEP Eerste gemeenten zijn klaar voor heffing op leegstand «Voor Allen» -12 juli 1996 - 5 Bestrijding van leegstand en verkrotting moet kunnen, maar dan wel met alterna tieve voorstellen voor haar, meestal maatschappelijk zwakke, bewoners. Het verbeteren van de leef- en omgevingskwaliteit van de samenleving kan slechts succesvol genoemd worden wanneer er aan een totale aanpak gedacht wordt. Naast de bestrijding van de leegstand en verkrotting moet er gelijktijdig gedacht worden aan de uitbouw van sociale woonimpulsen. Een goed beleid begint steeds met een correcte in ventarisering. Bij voorkeur worden alle gegevens over tekorten, leegstand, ver krotting en noden geogra- Vlaams minister van Bin nenlandse «Aangelegenhe den, Stedelijk Beleid en Huisvesting, Leo Peeters wil de leefbaarheid in de steden verhogen. Eén van de maat regelen is de heffing op leeg stand. Op die manier wil mi nister Peeters de verkrotting tegengaan. Met verschillen de gemeenten werd een sa menwerkingsovereenkomst gesloten. Verwacht wordt dat nog heel wat gemeenten zullen volgen. Nadat eind vorig jaar de hef fing op de leegstand en de verkrotting decretaal werd geregeld en op 1 mei hier voor de uitvoeringsbeslui ten werden goedgekeurd, hebben de eerste gemeen ten al een overeenkomst af gesloten met het Vlaams Gewest om actief mee te werken aan de strijd tegen de leegstand en verkrotting. Zij werden door Leo Pee ters uitgenodigd om een mo delovereenkomst te onder tekenen met het Vlaams Ge west, waarin zij zich akkoord verklaren om met hun eigen diensten zelf de leegstand en verkrotting vast te stel len. In ruil voor hun mede werking aan de inventarise- fisch vastgelegd op kaart. Nadien moeten de beleids opties opgesteld worden en vertaald in normen. Nor men die bepaalde functies van gebouwen toewijzen aan bepaalde ruimtes. Dit kan enerzijds gebeuren naar herstel toe als anderzijds naar nieuwbouw. De gemeente kan haar be leid inzake huisvesting, be woonbaarheid, nooit hele maal alleen verwezenlijken. Hiervoor is er hulp nodig van de particuliere sector. Het is wel de plicht van de gemeente die Vvil waken over de verkrotting en leeg stand dat er voldoende in formatie ter beschikking is over de normering die ge hanteerd wordt en over de ring krijgen de gemeenten een financiële vergoeding. Leuven was de eerste stad om positief te reageren op de uitnodiging van Leo Pee ters. Intussen volgde ook al Denderleeuw, Wervik en Oostkamp. Verwacht wordt dat snel nog heel wat andere gemeenten een overeen komst met het Vlaams Ge west zullen ondertekenen. De heffing is het eerste jaar gelijk aan het kadastraal in komen van het betreffende pand met een minimum van 20.000 frank bij verwaarlo zing. Bij verwaarlozing én leegstand wordt het bedrag minimaal 40.000 frank. De heffing neemt elk jaar toe met het oorspronkelijk be drag tot maximaal vijf keer dat bedrag. Voor 1996 ver wacht het Vlaams Gewest een opbrengst van 300 mil joen. In 1998 wordt de op brengst geraamd op 400 tot 500 miljoen. Nadien zou dat bedrag moeten dalen, om dat het doel van de nieuwe heffing er precies in bestaat leegstand en verkrotting te gen te gaan. Ze moet de ei genaars aansporen om hun panden niet te laten verloe deren. De Vlaamse over- beschikbare overheidssteu nen, gebonden aan welbe paalde functies of functie wijzigingen. Het is tevens de plicht van de gemeente der gelijke initiatieven aan te moedigen al dan niet met een premiestelsel. De gemeente kan ook nega tief en hardhandig gaan op treden. De gemeente kan verbeteringswerken opleg gen of zelfs overgaan tot het uitvaardigen van een slo- pingsbevel. De gemeente kan zelfs een belasting hef fen op de leegstand en/of de verkrotting. Als SP kunnen wij ons hier mee akkoord verklaren zo lang al deze maatregelen, meer bepaald de negatieve, geen rechtstreekse impact heid verwacht dat vier vijfde van de opbrengst in het Soci aal Impulsfonds zal terecht komen en op die manier een substantiële bijdrage zal be tekenen voor het Stedelijk Beleid. Concreet gaat het om pan den waarvan officieel ver waarlozing of leegstand wordt vastgesteld of wonin gen die ongeschikt of onbe woonbaar worden verkl aard. Voor de officiële vast stellingen van verwaarlozing en ongeschiktheid van wo ningen zijn standaardproce dures uitgewerkt op basis van een puntensysteem. Leegstand wordt onmiddel lijk vastgelegd in een akte indien 1 jaar effectieve leeg stand bewezen is. Het onbewoonbaar verkla ren van een woning blijft ge reglementeerd op basis van de gemeentewet en behoort tot de autonome bevoegd heid van de burgemeester. Voor panden die ze hebben gesignaleerd en waarop ef fectief een heffing komt ont vangt de gemeente eenmalig 15 heffing met een maxi mum van 5.000 frank. Daar bovenop komt nog eens 5 als vergoeding voor het be- hebben op de bewoners van deze woningen. Zij die deze woningen be trekken, behoren tot de maatschappelijk laagste lad der die het financieel niet te breed hebben en voor wie een dergelijke woning een stukje vrijheid, een stukje autonomie, betekent. Daar om is het van het grootste belang naast een aantal ver baliserende maatregelen onmiddellijk uit te kijken naar een aantal sociale im pulsen die door de maatre gel getroffen personen kan opvangen. Deze sociale impulsen kun nen zowel gaan van een be scherming als huurder, recht op wonen, tot het aanbieden van sociale woningen of het heren van de inventaris. Vanaf het tweede jaar blijft enkel de beheersvergoeding gelden. Maar vermits de leegstandsheffing jaarlijks groeit met het oorspronke lijk bedrag tot maximaal vijf maal dat bedrag, groeit jaar lijks dus ook de vergoeding van de gemeenten met een zelfde factor. Gemeenten die zelf al een leegstandsheffing hebben (zo waren er vorig jaar 105 van de 308 Vlaamse ge meenten) kunnen voortaan ook nog zelf leegstand belas ten. In plaats van met hun eigen reglement te werken, kun- ondervangen van huurver hogingen als gevolg van uit gevoerde verbeteringswer ken. Wij moeten er ons ter dege van bewust zijn dat wij het recht niet hebben deze bevolkingsgroep de schrik op het lijf te jagen, morgen op straat gezet te worden wegens woonstgebrek. Slechts wanneer de gemeen te oog heeft voor een derge lijk totaal proj eet kunnen wij spreken van een echt ge meentelijk beleid naar leeg stand en verkrotting toe. Een beleid waar de SP zich kan in terugvinden. Firmin Verbrugge nen ze dat nu ook doen door opcentiemen te heffen op de Vlaamse leegstandsheffing. Indien gemeenten niet zelf de officiële vaststellingen willen doen en zich dus niet geroepen voelen om zelf de inventaris van de leegstand te beheren, dan blijven zij toch nog altijd verplicht leegstaande of verkrotte panden te signaleren. De of ficiële vaststellingen op het terrein en het beheer van de inventaris gebeuren dan vanuit Brussel. ReactiesInzicht-Heffing op leegstand, Keizerslaan 13, 1000 Brussel. 1 1

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Voor Allen | 1996 | | pagina 5