CSC Faluintjes in Spanje (deel 4)
l'l
8 - 30 mei 1997 - "Voor Allen"
Het viel op dat voor de Span
jaards de 'Semana Santa'
voorbij was: waar daags tevo
ren op de koppen kon worden
gelopen, viel deze dinsdag 1
april praktisch geen kat te be
speuren in het anders zo druk
ke PLAYA de ARO. Wij kon
den dus probleemloos onze
uitstappen aanvatten want
voor deze 1 april stonden er 2
op de agenda: voormiddag
naar PALAMOS en s' namid
dags naar de ruïnes van AM-
PURIAS.
Om 9.00 vertrok onze autocar
richting PALAMOS, hoewel
slechts 6.000 autochtonen rijk
een belangrijke handels- en
vissershavan gelegen in een
unieke baai. De 'Collet van
Vilaroma', een oud romeins
dorp, en de rio Aubi scheiden
westwaarts PALAMOS van
SAN ANTONIO de CALON-
GE terwijl oostwaarts de baai
wordt afgesloten door de
'Punta del Moli' en 'Cap
Gros' met middenin de 'Cala
Margarita'. PALAMOS be
staat uit 3 sectoren: het mo
derne centrum dat parallel
loopt met het strand, de vis-
sersbuurt met zijn industriezo
ne met zijn kurkverwerkende
fabrieken en tenslotte het an
tieke dorp gevestigd tegen het
'El Pedri" gebergte, waar de
klokketoren bovensteekt. De
vuurtoren boven op de rotsen
van 'Punta del Moli' accentu
eert nog meer het silhouet van
PALAMOS. PALAMOS
kendde zijn bloeitijd rond
1279, toen koning PEDRO III
bij verordening PALAMOS
tot koninklijk verblijf heeft
verheven. Meermaals werd
PALAMOS verwoest door
Turken en piraten, ondermeer
Frederik BARBAROSSA zou,
volgens de kronieken, hierin
een belanghebbende rol heb
ben gespeeld. In de 18de en
19de eeuw brachten de kurk-
industrie, de visvangst en de
kustvaart grote welvaart aan
de stad zodat deze met SAN
FELIU de GUIXOLS kon we
dijveren. Heden ten dage
wordt de visvangst nog ge
veild op de afslag zoals onze
groep ter plaatse kon vaststel
len. Op bijgaande foto ziet u
hoe ondermeer een 'emperad-
or' of zwaardvis van boord
werd gehaald. De gotische
kerk van 'Santa Maria' uit de
14de eeuw, de volksarchitec
tuur, de veelkleurige wekelijk
se markt, de jacht- en vissers
haven en tenslotte het enorme
strand rechtvaardigen de toe
ristische ontwikkeling van dit
"vissersdorpje".
Eens op de parking verdeelde
onze groep zich in twee: ter
wijl de minder-mobielen zich
naar de markt begaven, volg
den onze moedigen Jan, die
hen vooreerst tot de 'faro' op
de 'Punta del Moli' leidde.
Hoewel de lichte mist nog niet
volledig was opgetrokken,
leende het panorama zich tot
het nemen van onvergetelijke
kiekjes en video-opnames. Bij
het bezoek aan de vissersha
ven werden wij vergast op een
enig schouwspel: het lossen
van de vissersmanden waarbij
regelmatig 'een en ander van
de boot viel' dat wij even later
te koop zagen aangeboden op
de markt. Het merendeel van
de vangst bestond uit sardie
nen, sporadisch makrelen en
uitzonderlijk een 'emperador'
Langsheen de 'dikke bertha'
begaf onze groep zich dan via
het oud gedeelte naar de we
kelijkse markt waar inzonder
heid confectie wordt verhan
deld: vleeswaren en vis ligt te
koop in de 'mercado munici
pal', in de overdekte markt zo
als nog gebruikelijk is in de
meeste steden van Spanje.
Zoals reeds vermeld ging het
's middags over PALAFRU-
GELL, VERGES en LA ES-
CALA richting AMPURIAS.
Onderweg vergastte Hans, on
ze vaste chauffeur, ons nog op
een ware verrassing: hoewel
niet vooraf geprogrammeerd,
week hij in PALAFRUGELL
af langs het groen van de dicht
op elkaar groeiende pijnbo
men, richting BAGUR waar
hij ons tenslotte loste aan de
wondermooie mini-baai van
'SA TUNA' met zijn strandje
van amper 100 meter breedte
maar met een machtig uitzicht
links op de tegen de rotsen
aangekleefde chalets en rechts
de in zee lopende rotsen. Al
vanoudsher is SA TUNA een
zeer geliefd strand met aan
legplaats voor vissersboten en
pleziervaartuigen. Behalve
een in elkaar gedrongen gevel
van petieterige huisjes aan
zee, heeft SA TUNA vestin
gen uit de 14de eeuw. Een
uniek schouwspel waaraan wij
nu in september 1997 wat
meer tijd zullen spenderen,
(foto 2)
Uiteindelijk bereikten wij
toch nog AMPURIAS waar
onze groep zich vrij kon be
wegen tussen de romeinse en
griekse ruïnes. Zowat 2500 ja
ren geleden bereikten griekse
zeevaarders het strand dat zich
uitstrekt voor de ruïnes. Des
tijds was AMPURIAS een
haast onherbergzaam land
waar inheemse volkeren met
onderontwikkelde economie
en beknopte cultuur leefden.
Begin 6de eeuw v.C. vestig
den de grieken een eerste ne
derzetting PALAIA POLIS op
een eilandje dat samenvalt met
de kustlijn en waar zich tij
dens de Middeleeuwen SAN
MARTIN de AMPURIAS
werd gesticht. Wat later sticht
ten de grieken de nieuwe stad
of de NEA POLIS. De kolonie
kreeg er de naam EMPO-
RION, wat zoveel als markt
ke sector, het ASKLEPIEION,
therapeutisch en religieus cen
trum gewijd aan de God der
Geneeskunde ASKLEPIOS,
SERAPIEION, heiligdom, de
waterfiltrerende amfora's,
betekent in het grieks.
Tijdens de 2de Punische oor
log in 218 v.C. legden Ro
meinse oorlogsboten, onder
leiding van CORNELIUS ES-
CIPION, aan in AMPURIAS
wat leidde tot de romanisering
van het schiereiland. Rond
100 v.C. sloeg MARCO POR-
CIO CATO in AMPURIAS
een militair kamp op dat het
centrum van een nieuwe ro
meinse staat vormde dat ten
tijde van keizer AUGUSTUS
zich verenigde onder de naam
MUNICIPIUM EMPORIAE.
Terwijl steden als GERUNDA
(GERONA), BARCINO
(BARCELONA), TARRACO
(TARRAGONA) en andere
romeinse steden groeiden,
verloor AMPURIAS langza
merhand zijn belangrijkheid.
Uiteindelijk werd AMPU
RIAS in de 3de eeuw n.C. ver
laten en naderhand door dui
nen overdekt. AMPURIAS
bestaat uit 2 hoofdzones: de
griekse stad en de romeinse
stad. In de griekse stad vindt
men er volgende ruïnes terug:
de ommuring van de zuidelij-
AGORA, openbaar plein,
STOA, met zuilengang om
ringd gebouw en de mozaïek
vloer.
In de romeinse stad vindt men
het FORUM, de Basiliek, de
tempel van keizer Augustus,
de Capitoolse tempel, het
AMBULACRUM de CARDO
MAXIMUS, de INSULA, de
TABERNAE, het amphi
theater en het PALAESTRA.
Een kleine anecdote aldaar wil
ik jullie toch niet verhelen:
aan de voet van de heuvel be
vindt zich een kleine bar waar,
na de rondgang, de dorst kon
worden gelest. Albien en Alf-
ons waren als eersten ter
plaatse. Zoals het een spaanse
ober past, roept deze vanuit de
keuken: 'momento!' Na een
minuut die blijkbaar een uur
duurde kregen onze mannen
het op de heupen en begonnen
in puur olijsters tegen elkaar
af te geven op die luie spanjo
len die van werken een broer
tje dood hadden. Na een ultie
me oproep van "gar^o-on" en
uit de keuken het zelfde we
derwoord "momentito",
kwam de 'camarero' uiteinde
lijk te voorschijn en vroeg aan
onze companen in een vlaams
dialect: "en wa willen de hie-
ren drinken?" Het bleek uit
eindelijk een gebuur uit WIE-
ZE te zijn zodat de hilariteit
niet uit de lucht was.
Langs de met pijnbomen be
groeide wegen zakten wij dan
af naar ELS PINS waar over
de wedervaren van die dag
werd nagemijmerd en reeds
uitgezien naar de uitstappen
van de volgende dag: woens
dag 2 april 1997 volledige
daguitstap naar GERONA:
stad en provincie doch hier
over meer in deel 5.