BINNENLAND
Geen versoepeling van de anti-tabaksredamewet
'Minister Smet houdt zkh
niet non afspraken'
4 13 november 1998 - "Voor Allen"
Toen premier Jean-Luc Deha-
ene (CVP) en CVP-fractielei-
der in de Kamer Paul Tant
zich in het weekend van 17
oktober uitspraken voor een
mogelijke versoepeling van de
anti-tabakswet, was vooral
initiatiefnemer SP-Kamer-
fractieleider Louis Vanveltho-
ven niet opgetogen over deze
CVP-bocht. Volgens Vanvelt-
hoven was een aanpassing van
de in het parlement goedge
keurde wet uitgesloten en had
de premier zich niet te moeien
met een parlementair initia
tief.
De bewuste wet werd begin
dit jaar door het parlement
goedgekeurd en houdt in at
vanaf 1 januari 1999 er een
verbod komt op tabaksrecla
me. Dit lokte veel tegenstand
uit, vooral vanuit de wereld
van de organisatoren van
sport- en culturele evenemen
ten, die een belangrijke spon
sor zagen verdwijnen.
De CVP leek zich daarbij te
scharen achter de Vlaamse li
beralen, die een voorstel in
dienden om de Belgische wet
aan te passen en een versoepe
ling naar Europees model in te
voeren. De Europese wetge-
vingn terzake verbiedt tabaks
reclame vanaf 2001, met een
jaar extra respijt voor de
schrijvende pers. Voor activi
teiten met een internationaal
karakter (zoals Formule 1-
wedstrijden en popfestivals)
wordt een uitstel tot 2006
voorzien.
Dat het allemaal zo'n vaart
niet liep, werd duidelijk na de
bijeenkomst van de Partjibu-
reaus van SP en CVP. De
christen-democraten lieten
weten de anti-tabakswet ten
volle te blijven steunen. Vol
gens hen waren de uitspraken
van Dehaene en Tant een ver
tolking van hun eigen opvat-
ting terzake.
Volksgezondheidsminister
Marcel Colla van zijn kant
werkt momenteel een ontwerp
uit voor een internationaal
verdrag om het tabaksgebruik
onder controle te brengen. De
SP'er meent dat het parlement
moet oordelen of de Belgische
wetgeving versoepeld dient te
worden. 'Inzakek sponsoring
en publiciteit van tabakspro
ducten is er in België een par
lementair initiatief geweest.
Het is aan het parlement om te
oordelen of die wet onverkort
moet blijven dan wel of er ver
anderingen moeten aan ko
men', zei hij. Zelf schoof Col-
la vier instrumenten naar voor
om het roken in te dijken. Het
eerste heeft betrekking op de
verkoopprijs. Met onder meer
een taksverhoging voor rolta-
bak en het verbod op de aan
koop van pakjes van minder
dan 20 sigaretten wil Colla in
grijpen op de invloed van de
hoogte van de verkoopprijs op
het roken. Een tweede instru
ment betreft het wegwerken
van de dubbelzinnigheden in
deEuropese aanpak van de ta
bak. Colla verwees naar de
Europese richtlijn om tabaks
reclame aan te pakken ener
zijds, en de subsidiëring van
tabaksproducenten in Italië en
Griekenland anderzijds. Een
laatste instrument is volgens
Colla de bescherming van de
niet-rokers. De SP-minister
meent bovendien dat preventie
niet moet uitmonden in een
kruistocht tegen tabak.
De preventie moet vooral ge
richt zijn op jongeren, om te
vermijden dat zij op jonge
leeftijd met roken beginnen.
Hij meent dat roken in publie
ke ruimten in overheidsgebou
wen niet langer kan en vindt
dat met werkgevers en vak
bonden moet nagedacht wor
den over een betere bescher
ming van niet-rokende werk
nemers in bedrijven.
SP en CVP bereikten binnen
de Vlaamse regering op 27 ok
tober een akkoord over een
nieuw Mest Actie Plan. De
onderhandelingen gingen over
een verstrengeling van het
huidige MAP. Dat kwam tot
stand op het einde van de vori
ge legislatuur van de Vlaamse
regering. Toenmalig vlaams
milieuminister Norbert De
Batselier had eind 1993 een
MAP uitgewerkt dat voorzag
in strenge criteria en maatre
gelen. Onder druk van de Boe
renbondlobby binnen de CVP
werd dit plan echter sterk af
gezwakt. Er werd wel afge
sproken dat er tegen eind 1998
een evaluatie moest komen
van de resultaten van dit afge
zwakt MAP. Die resultaten
zijn ondertussen bekend, en
zoals De Batselier reeds eer
der voorspelde, bewijzen de
huidige cijfers dat Vlaanderen
nog lang niet voldoet aan de
Europese norm. Een verstren-
ging van het MAP was dan
ook nodig. De onderhandelin
gen verliepen echter niet van
een leien dakje: de SP vond
het ontwerp van CVP-minister
voor Milieu Theo Kelchter-
mans niet streng genoeg, en
liet weten nog heel wat wijzi
gingen te willen aanbrengen.
Beide partijen bereikten uit
eindelijk een overeenkomst.
De krachtlijnen van het nieu
we MAP zijn de volgende. Er
wordt een algemene norm in
gevoerd die tot eind 2002
streeft naar gemiddeld 45 ki
logram nitraten per hectare in
gans Vlaanderen, met een
maximum van 90 kilogram ni
traten per hectare per deelre-
gio. Worden die normen niet
gehaald dan wordt de veesta
pel onherroepelijk afge
bouwd. Er worden met de
landbouwsector milieube-
leidsovereenkomsten (MBO)
gesloten, waardoor de land
bouwers zelf kunnen bepalen
op welke wijze zij de normen
willen bereiken. Wanneer de
landbouwer geen MBO sluit
moet hij zich neerleggen bij
de strengere maatregelen van
het MAP. De verwerking van
het mestoverschot moet in
speciale installaties gebeuren
en de bemestingsnormen wor
den verstrengd. Er worden
ook kwetsbare zones aange
duid in overeenstemming met
de Europese richtlijnen. De
hoeveelheid vee en mest wor
den bevroren op het huidige
niveau tot 2005, en landbou
wers die teveel mest produce
ren of gebruiken moeten een
extra heffing betalen. De uit
eindelijke doelstelling van het
MAP is om tegen 2003 te ko
men tot maximaal 50 milli
gram nitraten per liter grond-
of oppervlaktewater.
Vlaams vice-minister presi
dent Steve Stevaert is niet dol
gelukkig met het nieuwe
MAP, maar denkt toch dat het
een vooruitgang is. 'Onze uit
gangspunten waren: er kan al
leen maar een nieuwe
MAP komen indien het stren
ger is, indien het beter is en in
dien het eenvoudiger is', aldus
Stevaert. 'En dat hebben wij
nu. De vraag is of de boeren
dit nu gaan tekenen, ja of
neen. Als dit niet gebeurt valt
dit MAP'. Stevaert laat echter
duidelijk verstaan dat de vrij
willigheid van de MBO geen
vrijbvrief mag zijn om niks te
doen. 'Laten daar geen mis
vatting over bestaan. Dit plan
is veel strenger dan het vorige
MAP. Maar zelfs met een
strenger plan, zelfs met een
MBO, waarin wij de boeren
heel wat verantwoordelijkheid
geven, moet de overheid zijn
controle doen.
Want vertrouwen is goed,
maar controle is beter. Maar
zelfs als dat allemaal gebeurt
dan is er nog één belangrijk
punt, dat is de mestverwer
king. Indien men er niet in
slaagt in Vlaanderen om mest
te verwerken dan zal er een
drastische inkrimping van de
stapel moeten gebeuren'.
Minister voor Arbeid en Te
werkstelling Miet Smet
(CVP) wil een opleidings
plicht voor werklozen invoe
ren. SP-Kamerlid Hans Bonte
is niet te spreken over dit
voornemen. Hij meent dat een
opleidingsplicht enkel kan
wanneer daar jobs tegenover
staan.
In de rand van de opmaak van
het Belgisch Actieplan voor
de Werkgelegenheid heeft de
regering zich. op aandringen
van de SP, geëngageerd om
werk te maken van de huma
nisering van sommige sancties
in de werkloosheidsreglemen
tering.
Volgens Hans Bonte is het
duidelijk dat een aantal sanc
ties te zwaar uitvallen en niet
in verhouding staan tot de
vastgestelde inbreuken.
Volgens Bonte komt er schot
in de zaak: 'Gisteren
(15/10/98) werd het beheers
comité van de RVA gevat door
een 'dringende' ministeriële
adviesaanvraag omtrent diver
se ontwerpen tot wijziging
van de werkloosheidsregle
mentering. Hieruit blijkt dat
de minister van plan is uitvoe
ring te geven aan een aantal
verbeteringen waar de sociale
partners reeds meer dan een
jaar terug een consensus over
hebben bereikt. Maar daar
naast heeft de minister een
ganse reeks andere wijzigin
gen klaar'
Bonte doelt daarmee vooral
op het invoeren van een nieu
we regeling ter controle van
de beschikbaarheid van de
werklozen: 'Daarin wordt het
pleidooi van de minister om te
komen tot een opleidings
plicht voor werklozen, zonder
dat er een tewerkstellingsga
rantie aan verbonden is, con
creet gemaakt. Gelijktijdig
wordt het verplicht karakter
van het Plaatselijk Werkgele
genheidsagentschap (PWA)
versterkt en wordt de beoorde
ling van de inzet gekoppeld
aan de werkloosheidsgraad in
de streek'
Volgens Bonte kan dit niet:
'Over deze belangrijke in
greep in de rechten van de
werklozen bestaat er hoege
naamd geen consensus binnen
de meerderheid Voor de
SP is een vormingsplicht voor
werklozen enkel bespreekbaar
als daar een garantie op te
werkstelling van afhangt',.
