ED
lï ffil
DOD
m
VP.
H
- VIES OILSJT VIES OILSJT - VIES OILSJT - VIES OILSJT - VIES OILSJT - VIES OILSJT - VIES OILSJT -^lES OILSJT
Vrijheid
ik roep jou
in het holst van de nacht
bij het krieken van de dag
Ik roep jou schor
en vermoeid van het eindeloos
zoeken, en telkens ik jou vind
ontgoochel je mij
Waarom
vind ik jou steeds
misbruikt
vernederd
geschopt en gemarteld
geketend en besmeurd
Vrijheid
of geloof ik in een utopie
deze stenen noemt men
FABRIEK
binnen deze muren
is de mens geen mens meer
de bloem verwelkt er
ja, de slaaf
kreeg er een nieuw statuut
en men noemt hem er gemeenlijk
„arbeider"
en de slavendrijver
noemt men er gemoedelijk
„patroon"
binnen deze muren
is er geen tijd voor menselijkheid
men kent er alleen
produktiviteit en rentabiliteit
Een shockerende figuur,
GUSTAAF DE MEERSMAN weet
wel altijd op een exuberante,
exaltatische manier de mensen
te boeien, af te stoten...
Kortom, je kan aan hem niet
voorbij. Was het nu comme-ci,
comme-ca of gewoon Comsada,
feit is dat hij het nu allemaal
alleen doet
De MAN
masturbeerde zich
met zijn vrouw
en noemde het
- liefde bedrijven -
terwijl ze haar
naar tedere-sex-verlangend
lichaam bewust
langzaam
van zijn kleren ontdeed
gloeiden zijn pokige ogen
trilde zijn verhit lid
ongeduldig
Zij lag
nauwelijks
in de gewenste houding
of
met zijn kippeborst
en zijn spillebenen
besprong hij haar
stompend en krochend
en kneedde haar
gevulde kuiten
en wulpse borsten
Zi] was
een ophitsend stuk vlees
een warme pudding
een afvloeisel
van de belofte
van de sexindustrie
het gesmeerde slot
voor de knarsende sleutel
Stompend en krochend
bevestigde de man
- nog maar eens -
zijn eigenwaan
met de ontgoocheling
van zijn gebruikte vrouw
die,
nadat hij snurkend
en zelfvoldaan ingedut was
zich
met zwoele fantasieën
en kundige vinger
masturbeerde.
Sv V;i
AMSTERDAM
Als ge er eens voor een paar dagen
uit wilt, zijn er twee mogelijkheden
ge ontvlucht de stinkende, drukke
stad en ge gaat genieten van de
kalmte het bos, de buiten... Of ge
wilt eens onder andere mensen zijn,
in één of andere grootstad, waarvan
alles te doen is...
De herfstkleuren zijn erg mooi en
gevarieerd, maar begin november
was het koud en mistig, en dan loop
ik toch liever in een stad met ca
feetjes en eethuisjes waar de ka
chel brandt.
Hippies vindt ge niet meer in Am
sterdam en „provo" bestaat niet
meer, maardestaddertegenstellin
gen leeft nog altijd zijn'nonchalante
alternatieve aantrekkingskracht.
Dus daarheen dan maar. De cafee
tjes waren er, de winkeltjes met
snuisterijen en de grote boekenwin
kels waar ge uren in rondloopt, zon
der iets te kopen.
Maar ook de veelkleurige herfst ma
nifesteert zich in elke straat, op elk
plein, aan elke gracht, in elk hoekje
van de stad. De smalle wegen langs
de grachten zijn omzoomd met gro
te iepen, wiens smalle bladeren
van - olijfgroen naar bruingeel -
neerdwarrelen. Vensterbanken vol
met bloembakken, reeds magere
geraniums en begonia's wachten
gelaten op hun-Pietje-de-dood de
eerste vorst. Gebruikte olietonnen,
in helle kleuren en met zelfontwor
pen motieven beschilderd, dienen
als bloempot voor beuken, es
doorns en andere bomen, waarmee
de bgwüners hun straat versieren
en de snelheidsmaniakken in hun
wagen ambeteren. Klimop en kam
perfoelie klimmen vanuit de stoep
(waar een tegel uitgebroken werd)
tot drie of vier verdiepingen hoog,
soms langs de electriciteitskabels
de straat over, op de gevel van de
overbuur verder. De fantasie kent
geen grenzen. De vrouwenbonden
moeten haar leden geen cursus
bloemschikken meer voorschote
len in Amsterdam.
En door deze groene stad stevenen
in alle richtingen zwarte fietsen.
Honderden staan er geparkeerd te
gen het smeedwerk van de brugjes
en tegen de geëlectrificeerde gas-
lantaarnpalen. Eénrichtingsstraten
hebben een speciaal dubbelrich-
tingsfietspad.
De ijzeren uithangborden en lan
taarns aan de huizen geven de stad
een voornaam maar kleinschalig,
vriendelijk karakter... en dan die ca
feetjes I Wit zand op de planken
vloer,. bruine lambrisering en het
geroezemoes van babbelende drin
kers als enige muziek. Bloempotten
voor het raam en rond het smeed
ijzeren uithangbord, met „In de En
gelse Reet" of zo erop, een klimop
geslingerd.
Ik heb ook de grijze beton-parkeer-
garages gezien, de schreeuwerige
neons in de winkelstraten, de
Nieuwgrachtbuurt met het Water-
looplein, platgelegd voor metro en
nieuwbouwende diknekkige bank
gebouwen, maar ik was immuun
voor deze moderne plagen (die
trouwens door allerlei wijk-en actie-
groepen duchtig bekritiseerd wor
den). Het groen en de fietsen waren
de beste tegen-microben tegen ho-
gergenoemde beschavingsziekten,
die mogelijk zijn.
Als ge dan terug zijt en het Aalsters
station uitstapt, staat ge op het kale
Stationsplein, dat gewoon naar een
mijn ogen zien
twee levenloze mensen
slenteren
j er is geen romantische maan
er zijn geen sfeersterren
I de nacht is kil
I en éénzaam
Shun handen klampen
bezitszuchtig
hun gelaat is dof
en jaloers
istraks
[zullen ze elkaar
smet lieve woorden beliegen
(zich aan eikaars lichaam
bevredigen
[zoeken naar liefde
ïen ze nooit vinden...
en de vogel
kwam uit 't land
uit 't land van de vrede
en de vogel
dropte één tol
één tol, groot en kleurig
en de tol lokte het kind
het kind
uit vluchtelingenland
en de tol
zei van tikketiketik
en de tol
I zei van takketaketak
en de tol
I zei van zoemezoemezoem
B O E M
en 't kind
in duizend stukken
[van plitsepletsplets
zoom bomen vraagt, en de brede
Stationsstraat rouwt grijs en leeg
om zijn al te vroeg gestroven aca
cia's, die hun voorgangers (die ook
op middelbare leeftijd heengingen)
nauwelijks overleefden. Op de
Esplanade staan de laatsten der
boom-Mohikanen een roemloze
dood af te wachten naast de ge
sneuvelde wrede, pardon, vredes-
boom en in de straten verder is er
niets meer. In onze kleine provin
ciestad kunt ge niet eens ontdek
ken welk seizoen het is.
Niemand waagt het blijkbaar zijn
gevel te verfraaien met een klim
roulaar of een snelgroeiende klim
op. Planten horen in de (achter)tuin,
hoor ik al zeggen. De straat, dat is
kassei, steen. Zelfs de voortuintjes
worden hier en daar dichtgepla-
veid... Waarom allemaal
HELP EEN BLAD
ledereen wil groen in de stad, maar
nu net niet voor zijn deur. Want
bomen staan in de weg (verkeers-
palen niet en nemen licht weg
(hoge gebouwen niet En dan dat
vuil I De dakgoten verstoppen en in
de herfst ligt de stoep vol blaren. De
schoonmaakwoede van onze huis
moeders is niet te onderschatten.
Een dwarrelend blad zouden ze op
vangen voor het - o ramp - op de
stoep valt. Een speciale commissie,
aangesteld door het V.O.B., de pa
troonsorganisatie, is bezig met het
ontwerp vooreen machine die deze
roekeloze plantenresten kan op
vangen alvorens zij het trottoir ver
vuilen. De vakbonden stellen Spi-
taelsers met vlindernetjes voor...
Weinige stadsbewoners beseffen
dat de boom zélf het stof en vuil juist
weghoudt. Groen in de stad heeft
trouwens nog andere voordelen
1. De lucht wordt gezuiverd want
het stof wordt opgevangen door
de kroon (onder de borrien dus
gefilterde lucht). Warme lucht,
die in 't midden van de straat
ontstaat, kan niet opstijgen en
dus geen draaikolk van stof ver
oorzaken. Metingen in een Duit
se stad geven ons volgende in
lichtingen deeltjes stof per liter
lucht in
een park 1.1 80
een boomloze rhaat 10.180
een s*raat met bomen 3.040
2. 's Zomers kan het in de stad erg
doef en laf zijn. De warmte wordt
niet weerkaatst vanwege de
stofdeeltjes die blijven vastzit
ten op de te grote oppervlakte
(wegens gebouwen). Het UVvan
de zon wordt door de vuile lucht
tegengehouden. Door zuivering
van de lucht en verwerken van
zonneënergie kan het in de stad
meer dan 2 graden koeler wor-
den.
3. Bomen maken de stadslucht
vochtig, wat ontsteking van
mond- en keelholte tegengaat.
GEEN KIJKGROEN
Reden genoeg dus, naarstige
schoonmaaksters en ijverige stoep-
vegers, om bomen te planten inde
straat. Het loont de moeite, een
roosterke voor de afloop van de
dakgoot te plaatsen en eens pe'
jaar met een stok de rijke humus ui
de dakgoot te koie.en (1). En mei