<880.
Aalst, 25 December.
Fr. 4-00
A «20.
Fr. 4-75
VOOR VRIJHEID WAARHEID EB RECHT.
DE ZlDELEEK.
EEN MERKELIJK
VERLIES.
De Aalmoezeniers.
Nog eene bezuiniging.
,s jaars voor de stad.
aankondigiogeu
15men den drukregel.
VOOR-U I T
verschijnt wekelijks
den Donderdag
in den namiddag.
's jaars voor heel het
land.
De abonnementsprijs
is voorop betaalbaar.
De aankondigingen
verzoekt men uiterlijk
des Woensdags voor
(3 uren namiddag te
zenden.
Compagnie Générale dePublicité Etrangère G. L. Daube et O*. Paris, Londres, Frankfort s. M., Berlin, Vienne, Zurich etc.
De nieuwe bisschop van Doornijk
Mgr. Du Rousseaux, die voor zin
spreuk aangenomen heeft, de vrede
lievende woorden Pax vobis, De
vrede zij met u, heeft zijne bisschoppe
lijke loopbaan begonnen met eenen
herderlijken brief uittevaardigen, te
gen het onderwijs in de gemeente
scholen.
Te dier gelegenheid haalt Mgr.
Du Rousseaux eene spreuk aan, wel
ke hij aan eenen protestantschen
staatsman M. Guizot, ontleend, te we
ten :dat «de dampkring in de school
godsdienstig moet zijn.
liet is jammer dat den Doornijk-
schen bisschop er ook niet bijgevoegd
heeft, wat diezelfde M. Guizot, over
de zedeleer dacht
Voor degene, onder ons, zegde
deze geleerde die een weinig uitge-
breide wijsgeerige studiën gedaan
hebben, is het, geloof ik, heden
daagsch zeker, dat de zedeleer be-
staat onafhankelijk van alle gods-
dienstig denkbeeld dat het onder-
scheid tusschen het zedelijk goed
>i en kwaad, de verplichting van het
kwaad te vluchten en het goed te
doen, wetten zijn, welke de mensch
in zijne eigene natuur erkent, zoo
wel als de wetten der logiek en dat
die wetten in hem hun grondbegin,
evenals in zijn werkelijk leven linn
s' ne toepassing hebben.
Zoo ver heeft Mgr. Du Rousseaux
den protestant Guizot niet durven
volgen, want dan was hij gansch in
tegenstelling gekomen met zijne con
fraters en met al wie beweert dat er
geene zedeleer bestaat buiten den
godsdienst.
Als men slechts oppervlakkig de
zaak beschouwt, en zoo maar goeds
moeds aanneemt wat de cleiicale spre
kers en dagbladschrijvers over dit
punt te berde brengen, dan is men
geneigd om dit ultramontaanse!)
grondbegin voor onbetwistbaar te hou
den. Doch, wanneer men de zaak wat
dieper inziet, dan komt al spoedig
tot een heel ander besluit.
Inderdaad, welk is de grondsteen
waarop alle zedeleer steunt, in alle
tijden en bij alle volkeren
Doe aan een ander het kwaad niet
hetwelk gij niet zoudt willen dat men u
dede maar doet hun het goed hetwelk
gij verlangt dat u geschiede.
De leerspreuk is zeer oud Zoroas
ter leerde ze reeds drij duizend jaar
voor Jesus Christus. De Chineesche
philog-oof Confisius leerde ze in dit
rijk vijf honderd jaar vcjor onze tijdre
kening
Toen Christus zijne verhevene leer
predikte, verkondigde hij insgelijks
dit grondbegin, zooals voor hem meer
dan een philosoof gedaan had. Ja het
was op de liefde tot elkander dat hij.
om zoo te zeggen, zi,ne gansche reli
gie bouwde.
Daaruit blijkt het klaar,f dat de
grond aller zedeleer, niet uit eenigen
godsdienst voortkomt, maar dat de
genegenheid om elkander te helpen,
dat innig gevoel hetwelk in der men-
schen natuur opgesloten ligt en dat in
alle tijden zoo veel heldenmoed voort
gebracht heeft, door de godsdienst
predikers zeiven te baat is genomen,
om er hunne leer op te grondvesten.
Het verkondigen van dit grondbe
gin der zedeleer door den godsdienst
is voorzeker een onschatbaar goed.
De religie in dien zin gepredikt, helpt
het gevoel der menschenliefde ver
sterken en verspreiden maar het ge
voel zelf bestaat buiten den gods
dienst insgelijks het is universeel
en het hangt slechts van de opvoeders
af, hetzelvetbij het opkomend geslacht
te ontwikkelen.
In de bepleiting over het afbreken
der staatsbetrekkingen met het vati-
kaan en wel op het einde zijner merk
waardige redevoering wilde M. Frèr ;-
Orban doen zien, hoe roekeloos de
geestelijkheid een groot getal geloo-
vigen uit den schoot der kerk gestoo-
tèn had, en om het nadeelig gevolg
dezer verbanning, voor de ke-k zel
ve, te doen gevoelen zegde hij, «dat
tot nu toe de catholieke kerk nooit
teruggekregen had, wat zij eens verlo
ren heeft.
M. Jacobs heeft die waarheid willen
wederleggen, doch hij is niet gelukt
dan alleen in zich een antwoord op
den hals te halen dat het belachelijke
zijner poging deed uitschijnen.
Een dagblad heeft met cijfers de
waarheid van M Frère's aanhaling be
vestigd en dit bewijs is belangrijk ge
noeg om het aan onze lezer s mede te
deelen
Er zijn op den ganschen aardbodem
zoo wat meer dan 1429 millioen
menschen, waarvan er 1034 millioen
tot vreemde godsdiensten behooren,
te weten 740 millioen Boudhisteh
173 millioen Muselmannen 40 mil
lioen Israëlieten en 116 millioen 540
duizend heidenen.
394 millioen 954 duizend behooren
tot den christenen godsdienst en zijn
verdeeld ais volgt 114 millioen 58't
duizend protestanten 85 millioen 870
duizend welke tot de grieksehe kerk
behooren 90 millioen vrijdenkers en
104 millioen 500 duizend eigentlijk
gezegde Roomsche catholieken.
Wanneer men al de afwijkelingen
bij een telt, te weten de protestan
ten, grieken en de vrijdenkers, dan
bevindt men dat de Roomsche kerk,
reeds een verlies ondergaan heeft van
290 millioen 454 duizend geloovigen
dat is omtrent de 3/4 der christenen
die er geweest zijn.
De eigentiijke Roomsche catholie
ken stellen maar de 7 en 1/3 meer
voor van de totale bevolking der aar
de.
Die cijfers bewijzen klaar dat M.
Frère niet lichtzinnig gesproken heeft
en dat zijne slotrede, te weten dat er
een mirakel zoo noodig zijn om de ge
loovigen, welke zoo moedwillig ge
bannen zijn, in den schoot der kerk
terug te roepen, op zeer gegronde be
weegredenen berustte.
Ik meldde verleden week, dat de
aalmoeseniers bij 't leger lees
geestelijke soldaten verklikkers
eindelijk zullen afgeschaft worden
eene bezuiniging van uitgaven, zoo
voegde ik er bij, die nogal belangrijk
en dus niet te verlegen is.
't Was de bijzondere commissie
voor de Krijgsbegrootin^, die de eerste
dat voorstel uitbracht, en het Staats
bestuur heeft sedertdien laten weten,
dat het dit voorstel bijtreedt.
Eerstdaags komt het ding dus tor
bespreking in de Kamer, waar het
onvermijdelijk zal bestreden worden
door al de ctericale leden, die de
knechten der bisschoppen zijn, en dus
voor zending heLben de zakken der
geestelijkheid te vullen, hoe meer hoe
liever, met het geld uit 's lands schat
kist.
Maar hun bedelen zal weinig baten:
de liberale meerderheid zal de afschaf
fing der leger-aalmoezeniers stem
men, die toch in ons land van geen
nut en van veel gevaar zijn.
Van veel gevaar want ieder weet
hoe die almoezeniers zich van hunne
zending bedienen om de soldaten op
te ruien tegen 's lands dienst, 's lands
eer en 's lands wetten.
Van geen nut want overal in
'tland, in de minste garnizoenstad ge
lijk in 't nederigste dorpje, zijn er
immers [pastoors en parochie
priesters genoeg en te veel zelfs, om
de devote militairen te biechten en
voort te helpen met de gratiën en
zaligheden van den godsdienst
W at er ook van kome, het is goed
dat onze bevolking de volgende ver
gelijkende cijfers kenne
Frankrijk, dat tienmaal grooter
land dan Belgie, met zijn sterk leger,
zijne uitgestrekte vestingwerken en
verre coloniën, heeft 47 leger-aal
moezeniers en Belgie, dat geen
oorlog te voeren heeft, geene verre
krijgstochten te ondernemen en pas
in eenige steden garnizoen houdt, Bel
gie geeft aan 45 leger-aalmoezeniers
den kost en vette jaarwedde
Is T niet belachelijk
Niet waar, het wordt tijd dat zoo'n
toestand ophoude en de clericale
drukpers, die zoo geerne roept om
bezuiniging op het Krijgsbudjet, zou
't met ons moeten eens zijn dat die
bezuiniging door de afschaffing der
leger-aalmoezeniers allerbest gevon
den is. Sp.
Dat er tegenwoordig meer pries
ters in functie zijn dan voor de ziele-
zaligheid der bevolking noodig is, lijd
geenen twijfel.
Dat de staat, die d« jaarwedde dier
priesters betaalt, dus meer geld aan
die heeren uitgeeft dan hij zou mogen
uitgeven, spreekt ook van zelf.
Maar 't schijnt, dat de tabellen over
die zaak nog niet in gereedheid zijn
in het ministerie van Justicie en
dat er bij gevolg in den tegenwoordi-
gen zittijd der Kamers nog geene be
zuiniging op het getal priestersjaar-
wedden zal kunnen met volle kennis
van zaken worden voorgesteld.
Doch ondertusschen is het ten
overvloede bewezen, dat de jaarwed
den onzer zes bisschoppen toch veel
te hoog zijn gesteld en hun toelaten
veel te groote sommen over te hou
den om... onze staats-instellingen te
bestrijden, geld naar Rome te zenden
en vijanden van Vorst en Volk te koo-
pen en te onderhouden;
De heer minister van Justicie
zoo wordt algemeen verzekerd zil
diensvolgen bij de aanstaande bespre
king van het Budjet der eeredienstea
eene vermindering der jaarwedde van
de Bisschoppen voorstellen ea de
meerderheid der Kamer, met het oog
opdogemeene rol welke die kerkvoog
den in de laatste jaren hebben ge
speeld, zal vast niet ongenegeu zijn
O OR UIT