Aalst, O Januari.
VOOR VRIJHEID WAARHEID EN RECH
81.
tV 28.
Fit. 4-7'i
if It 0 li ll 1 J; i I! I' li
den drukregel.
VOORUIT
c. j .1 wekelijks
den Donderdag
it den namiddag.
's jaars voor heel het
land.
Rp, slionncmenlspriis
is voorop betaalbaar.
De aankondigingen
verzoekt men uiterlijk
des "Woensdags voor
6 uren namiddag te
zenden.
Compagnie Générale dePublicité Etrangère G. L. Daube et Ci0. Paris, Londres, Frankfort s. M., Berlin, Vienne, Zurich etc.
ZIJN ER NIET TE VEEL
lkeen stond voor eenige jaren ver-
>d over de kieszegepralen, die de
ikalen overal behaalden men
it de oorzaken daarvan op, en
i bevondt dat de klerikale macht
t was aangegroeid in verhouding
het grooter getal onderpastoors
die door de bisdommen waren
•aagd en door de ministeriën, zelfs
iberalen, zonder erg werden ver-
i en benoemd.
et clericalismus breidde zijnen in-
d aldus langzaam uit op het plat-
md, door de werking dier polietie-
friesters, en, in hunne gewone
willendheid voor den godsdienst,
den de liberalen zeiven zoo overal
jchte kiesagenten helpen vastnes-
i.
r bestaan thans veel meer priesters
vroeger wij spreken hier niet
allerhande paters, die in ons land
•lbaar zijn, maaralleen van de ge
ne priesters onzer kerken, die
den den Staat bezoldigd wor
den
'aarom er thans meer priesters
ien nood'ig zijn, kunnen wij niet
raden.
d in de groote sleden, ten gevol
an tie ei meerdering der bevol-
.we p.;-ocmen gestie l en
.w|.r.e: t i'o weruen benoemd,
.an nien nog aannemen maar op
platteland
lensclien, die van over 30, 40 jaar
;n te spreken herinneren zich
zeer goed den vroegeren toestand
eten dat ei toen bijna overal min
irpastoors bestonden. Schier
ke gemeente is het getal vermeer-
i waar twee onderpastoors wa-
zijn er nu drie waar er
its één was, heeft men er twee
aalst en in vele kleine ge
ar enten waar de pastoor alleen was,
thans ook een onderpastoor of
ninste een coadjutor,
n waarom die vermeerdering
de bevolking op den buiten aan-
roeid Integendeel onze vlaam-
f- e gemeenten hebben in dien zin
s aangewonnen sedert 30, 40
is in het grootste getal onzer ge-
eenten de bevolking verminderd
zich daarvan te overtuigen, heeft
slechts eene vergelijking te ma-
met de overige jaren,
nogtans is sedert 30 jaar in meest
>e gemeenten van eenig belang
n onderpastoor benoemd; waar-
Het antwoord vindt gij gemak-
jk zelf.
Men zou ons kunnen tegenwerpen
dat de wegen slecht zijn, maar het
tegendeel is al wederom waar Se
dert 40 jaar zijn er millioenen uitgega-
ven voor 't verbeteren der gemeen
schappen. Er zijn thans langs alle
kanten goede buurt- en kasseiwegen,
die iedereen toelaten zich in zeer
korten tijd op elke gemeente te ver
plaatsen.
De priesters hebben dus nu eene
veel mindere bevolking te bedienen
dan vroeger de wegen zijn oneindig
beter en het getal onderpastoors is
langs alle kanten aangegroeid.
Waarom
Waarsm Wel, omdat de pries
ters thans minder gemaakt en be
noemd worden om het werk van den
wijzen Christus voort te zetten, dan
om een politiek werk te volbrengen,
en om dat werk te verrichten, heeft
men nooit mannen te veel.
Elk priester is thans een kiesmake
laar hij moet trachten de priester
partij de bovenhand in alles te doen
bekomen, dat is zijne zending Al de
schoone daden onzer geestelijkheid
bewijzen zulks de zaligheid der zie
len, de zedelijkheid der menschen,
dat zijn slec.ds klinkende woorden,
waar zij zich achter verschuilen, om
zooveel te beter de menschen te mis
leiden op veie plaatsen is het hunne
zending de huisi.oudeus in oneenig-
heid te brengen, de onafhankelijke
burgers te vervolgen en regelmatig
alle zo dagen ter helle te doemen, de
liberalen of geu/en te bevechten, en
het afzichtelijk ministerie, dat wij
thans bezitten, omverre te werpen.
Dat is de voorname zending onzer
priesters, en juist omdat hunne zen
ding daarin bestaat, zouden wij wel
graag zien, dat het gouvernement
eens onderzocht, of wij al die politie
ke agenten moeten blijven behouden
en betalen, niettegenstaande de vei-
mindéring der bevolking die zij als
eene vermeerdering geëxploiteerd
hebben.
HET VERPLICHTEND ONDERWIJS.
De bepleitingen over het verplich
tend onderwijs in de Fransche Ka
mers wordt voor ons bijzonder be
langrijk in gezien den oorlog, welke
onze geestelijkheid voortdurend, de
schoolwet van 1873 blijft aandoen.
Het kosteloos onderwijs is daar
reeds met eene groote meerderheid
gestemd en het is te voorzien dat on
der betrek der verwereldlijking, men
verder zal gaan, dan wel hier in Bel
gië. De opstand der belgische geeste
lijkheid tegen eene wet welke haar
toelaat en zelfs uitnoodigt om het
godsdienstig onderwijs in de gemeen
tescholen te gaan geven voor en na
de klassen, heeft de franeche gedepu
teerden de oogen geopend en de
commissie die de Belgische wet voor
eenen halven maatregel houdt, stelt
de radicale afschaffing van alle gods
dienstig onderwijs voor.
Vele beroemde sprekers verdedi
gen het verplichtend onderwijs. Het
is vooral M. Paul Bert, die voortreffe
lijke redenen heeft doen gelden in
voordeel der verplichting welke dooi
de clericalen zoo zeer bevochten
wordt.
Het voorstel der Republiekeinsche
liberalen komt hierop neer dat elke
huisvader zou verplicht zijn, zijne
kinderen te doen onderwijzen, hetzij
in eene bijzondere school, het zij te
huis, en dit van den ouderdom van
tot 13 jaren.
De voornaamste vraag welke zich
in deze kwestie voordoet is de vol
gende Heeft het staatsbestuur wel
het rechtaan de ouders de verplich
ting op te leggen, van hunne kinderen
te doen onderwijzen
Ilet art. 2?3 van het burgerlijk
wetboek, heeft dit reeds bevolen,
want dit art. zegt dat de echtge-
nooten zich gezamentlijk verbinden
door de enkele daad dés huwelijks,
om hunne kinderen te voeden, te on
derhouden en op te brengen.
Het voeden, onderhouden en op
brengen der kinderen, ziet niet alleen
op den kost welke hun moet ver
schaft worden, maar voornamelijk op
de voeding en ontwikkeling hunner
vermogens door het onderwijs. Lede-
ganck in zijn beknopt uitgelegd bur
gerlijk wetboek spreekt in dien zin
en de vereeniging der drij woorden,
schijnen overigens dit klaar aan te
duiden.
De clericalen die in deze bepleiting
eene overdrevene liefde voor de vrij
heid willen aan den dag leggen,
brengen voor, dat deze wet eene in
korting van de vrijheid der ouders
zou daafstellen.
Maar zou het geene misplaatste
vrijheid zijn, door dewelke het kind
veroordeeld wordt, zijn gansch leven
bot te blijven 1 Vraagt het belang van
het kind derhalve niet, dat het onder
wezen zij Is het geene zedelijke
moord, welke de moedwillige of de
nalatige vader zou begaan 1 Vragen de
belangen van den staat zeiven niet,
dat elkeen onderwezen zij
Het onderwijs is ontegensprekelijk
eene oorzaak van zedelijken en stoffe-
lijken voorspoed. De maatschappelijke
welvaart groeit aan met de versprei
ding van het onderwijs. Niet alleen
blijft de onwetende in eenen staat van
ondergeschiktheid, maar hij kan voor
het algemeen belang, eenen la^t en
een gevaar worden.
Het zou overigens de eerste maat
niet zijn, dat de wet tusschen komt
om de rechten der kinderen tegen
over de ouders te verzekeren of om
zoo te zeggen dezer vrijheid te beper
ken. Inderdaad, is het kind door de
wet, niet beschermd tegen de brutale
mishandelingen des vaders Be
schermt zij het insgelijks niet wanneer
dezes eigendom of erfdeel moet ver
zekerd worden En rukt de milicie-
wet het niet weg uit den huiselijken
kring, om het vaderland en de belan
gen van den siaat te gaan verdedigen
Dat alles zijn zoo vele redenen die
in voordeel der wettigheid van het
verplichtend onderwijs pleiten.
En nu, bestaan 'er wel redenen
genoeg om die verplichting lot stand
te brengen
Wanneer men nagaat hoeveel kin.
deren er nog van alle onderwijs ver
stoken blijven en gevolgeüjk niet het
minste gedacht hebben van algemeene
zedelijkheid; wanneer men optelt,hoe
veel ongeletterden er nog j rarlijks zich
voor de loting aanbieden, vanneer
men overweegt dat nog duizende on-
geleerden moeten ten onderen blijven
\ooi die, welke het geluk gehad heb-
ken, van ouders geboren te zijn, die
ie plicht van opvoeding hunner kin
deren beter verstonden, dan ja, dan
komt de noodzakelijkheid van het
verplichtend onderwijs tot stand te
brengen, zelfs als hoogdringend voor.
In Duitschland, in Zwitserland, in
Denemarken en in verschillige staten
van Amerika, waar het verplichtend
onderwijs reeds lang ingevoerd is, be
komt men den besten uitslag en de
beschaving heeft er veel gewonnen.
Welke ouders zouden er kunnen
tegen zijn, dat zulke wet ingevoerd
wierde Het zouden voorzeker die
niet zijn, welke hunne plicht nu reeds
doen, en hunne kinderen ter schole
zenden. En is het dan voor die, welke
hunne plicht verwaarloozen, dat de
klerikalen zooveel gerucht maken, en
zich aanstellen als avokaten, om zulke
nalatigheid te verdedigen ofte willen
verrechtveerdigen
Als men al die redenen overweeg!
OORUÏT