*881.
Fr. 4-00
Aalst, 18 Augustus.
iV 00.
Fr. 4-711
VOOR VRIJHEID WAARHEID EH BECHT.
's jaars voor de stad.
15me" den drukregel
aankondigingen
VOORUIT
verschijnt wekelijks
den Donderdag
in den namiddag.
's jaars voor heel het
land.
De bannemenlsprijs
is voorop betaalbaar.
De aankondigingen
verzoekt men uiterlijk
des Woensdags voor
uren namiddag te
zenden.
"compagnie Générale dePublicité Etrangère G. L. Daube et 0°. Paris, Londres, Frankfort s. M.Berlin, Vienne, Zurich etc
EEN WOORDJE AAN DE BUITEN
LIEDEN.
In de maand October aanstaande
zullen in heel het land de kiezingen
plaats hebben voor de vernieuwing
van de helft der gemeenteraden. Het
wordt tijd, dat men overal eens na-
denke over hetgeen er daarmee te
doen valt.
In menige gemeente laat het be
stuur veel te wenschen het is dik
wijls in handen van mannen, die gee-
ne vrijheid van handelen hebben, die
in den raad alleen werden gestoken,
niet om de belangen der gemeente
en van al de burgers voor te staan,
maar eerder om er zich te gedragen
volgens den wil en de belangen van
personen, die gaarne in alles den
baas spelen, die dikwijls hunne wet
ten boven de wetten van hét land
willen plaatsen die de verspreiding
van onderwijs en verlichting tegen
werken, om alzoo in dengenen die
hen omringen, domme en onderwor
pen werktuigen te vinden, waarmede
zij hunne geheime doeleinden des te
zekerder trachten te bereiken.
kristij
In de kiezing moeten dus de bur
gers door hun stembriefken uitdruk-
maoht, li t uwe verlossing van al den
dwang, al de kwellingen, dien men u
ken, hoe en door wie zij de
ge-
maar al
daan.
reeds heeft
Een goede gemeenteraad is zulk
eene, die bestaat uit verstandige en
onafhankelijke mannen, die onder
elkander beramen, wat er, onder
strenge naleving van de wetten des
lands, het beste kan gedaan worden
voor de welvaart der gemeente in
't algemeen en voor de belangen van
eiken burger in 't bijzonder.
Een goed raadslid is zulke, die ge
kend staat als een treffelijk en ver
standig medeburger, die in de wijze
waarop hij zelf leeft, in de manier
waarop hij zijne zaken bestuurt, het
bewijs levert, dat hij zich jegens zijne
medeburgers en jegens hunne belan
gen zoo verdienstelijk zal maken als
jegens zich zeiven - wiens vrije en
onafhankelijken geest hem onbe
kwaam maakt om een oogenblik het
algemeen welzijn uit het oog te
verliezen, of een duimbreed af te
wijken van hetgeen recht en plicht
hem voorschrjven.
De belangen van burger en boer
zijn dikwijls, bijna altijd, geheel an
dere dan die van den kasteelheer of
van den pastoor.
De gemeenteraad moet uitsluitelijk
den geest van het burgerlijk leven be
zitten hij moet enkel willen en doen
wat al de burgers samen willen, en
zijne zending van algemeen welzijn
niet verteten voor eene gril uit het
kasteel of eene bedreiging uit de sa-
meente dat is het algemeen goed
willen bestuurd zien door hun
siembriefken moeten zij beletten, dat
de wil van allen niet versmoord wor
de door den hoogmoed of de heersch-
zucht van enkelen.
Wif weten wel, dat op vele onzer
dorpen het moeielijk is om geheel en
al bevrijd te geraken van de slavernij,
die de kerk- en kasteelheeren er heb
ben ingevoerd ja, de toestand der
buitenmenschen is onder dit opzicht
zeer ongelukkig, maar juist uit
de ergheid van den toestand kan er
beterschap komen. Want is het heden
op den buiten nu wel uithoudelijk
Geene vrede, peene-eensgeziadheid-
meer gelijk vroeger uit kerk en
kasteel wordt broedertwist en haat en
nijd aangepredikt men wordt be
spied, vervolg en geruineerd voor de
minste reden de man wordt tegen
zijne vrouw, de vrouw wordt tegen
haren man, de kinderen tegen hunne
ouders opgeruid men dwingt u tot
opstand tegen 's lands wetten als
gij niet wilt buigen, tracht men u te
verbrijzelen, en in alles, brengt men
schijnheilig de religie tusschen. in
alles, zelfs in honderde dingen, waar
de religie zooveel in te pas komt als
eene speld in eenen eierkoek.
Maar met dat al, ziet ge wel,
onze dorpen zoo treurig en
doodsch geworden als kerkhoven
Geene vriendschap meer, geene
vreugde meer, geene kermissen meer
geen speelman meer, geene vranke
mannen, geene lustige zonen, geene
opgewekte dochters meer wel
stand in de kerk, wellust op het kas
teel is op den buiten voldoende bij
na overal vindt gij een paar onverbid
delijke dwingelanden, die gebieden
willen over honderden en duizenden
verslaafden, en die alleen van alles
genieten.
Tegen dat groot kwaad is er maar
een middeldat is een flinke gemeen
teraad, de wezeliike macht door de
gezamelijke burgerij aangesteld, om
den hoogmoed van een klein hoopje
trotschaards te vernietigenII et ge
meentehuis is uw huis, waaruit gij de
wet moet geven aan kasteel en pasto
rij, niet het kasteel en de pastorij aan
Verstaat u dus, goede buitenlieden,
om onder u eene goede keuze voor
uwen raad te doen.
Door goede overeenkomst kunt ijg
meermaals verre komen in een vrij
en, onafhankelijken Raad ligt uwe
ONDERWIJZERS MET EN ZONDER
GOD.
Dat men hedendaags zoo vele on
derwijzers met. God ziet veroordeelen
voor slagen toegebracht te hebben
aan hunne leerlingen geeft stof tot
nadenken.
Het zijn vooral de ouders die wij
aanmanen met ons de oorzaak hier
van op te sporen, zij hebben er het
meeste belang in mits er kwestie is
van de opvoeding hunner kinderen.
Toen de geestelijkheid besloot van
de wet op het lager onderwijs tegen
te werken en te dien einde op alle
gerReepten catholieke scholen te sticli-
ten[ was zij verplicht hare onderwij
zers te nemen waar zij ze vinden kon.
Mei, l?egim...earst. meLJte. beproeven
van den officieelen en gediplomeerden
meester over le halen om tot hel cat-
holiek onderwijs over te slaan, doch
daar dit mislukte nam men voor on
derwijzer hier den koster, daar eenen
kerkzanger of den suisse, elders
eenen kleermaker die wat lezen,
schrijven en reken kon, op de andere
plaatsen eenen snotjongen die zelf nog
moest leeren. en voor onderwijzeres
de meid, de zuster of de nicht des
pastors, in een woord personen die
geene de minste bekwaamheid bezit
ten nog veel minder een gedacht
heliben van opvoedkunde of leerme
thode.
Zij weten niet wat een leerling is en
hoe men het moet aanleggen om de
verstandvermogens te ontwikkelen
zij kennen de middelen niet om de
aandacht der kinderen optewekken
en gaande te houden zij rneenen dat
de goede orde in de school enkelijk
door straffen kan bekomen worden,
ook gebruiken zij dit uiterste middel
zoo overmatig dat de kinderen er niet
meer om geven en eindigen met de
meester ie bespotten.
Daaruit volgt dat de meest of beter
gezegd de valsche onderwijzer, die de
noodige geduld niet bezit om met kin
deren te handelen, zich stoort en
links en rechts oorvegen uitdeelt om
te dom zien dat hij meester is. dat
men voor zijnen dwang moet buigen
en zich stil houden.
De mishandelingen welke de leer
lingen moeten verduren brengt bij hen
eene moedeloosheid te weeg die wel
dra tot verachting overslaat en van
dit oogenblik is de meester onbe^
kwaam om nog iets te verkrijgen; alle
leeren is gedaan, de ordeloosheid
wordt algemeen.
Dit tafereel is niet overdreven, al
wie iets van onderwijs kent zal met
ons bekennen dat de zaken zich in
derdaad zoo voordoen.
Beschouwen wij van den anderen
kant den officieelen onderwijzer of
den meester zonder God.
Deze heeft zijne proefjaren gedaan
en heeft liet ouderwijzersambt aan-
veerd als eenen roep hij is tot alle
wederwarigheden voorbereid; zijne
studiën in de normaalscholen hebben
zijnen geest verijkt met uitgebreide
kennissen, hij kent de beste leerme
thoden, hij bezit in den grond der re
gels der opvoedkunde, hij weet wat
een leerling is en wat men doen moet
om hem opteleiden; hij kent de beste
middelen om de ontwikkeling der ver-
standvermogens te richten, hij heeft
in de oefescholen geleerd hoe men
de aandacht der kinderen gaande
houdt en luj weet bij ondervinding
dat de straf maar een uiterst middel
is hetwelk maar zelden mag aange
wend worden. Wat oneindig verschil:
orde en regeltucht heerscht in die
klassen de kinderen hebben eerbied
voor hunnen meester, hij is hun
vriend en zij doen hun best om hem
niet te mishagen.
Indien sommige ouders hierover
""een weffilg nadachten, wij denken
niet dat zij nog langer zouden betalen
orn hunne kinderen naar nuttelooze
en ordelooze scholen te zenden, ter
wijl zij hun kroost kunnen doen on
derwijzen, meest overal kosteloos, en
in scholen waar bekwameonderwijzers
orde, liefde en wederzijdsche ver
kleefdheid doen heerschen, waar
vooruitgang is in deugd, zbdelijkh eid
en bekwaamheid.
WARE HET HIER ALZOO
Een fransch bisschop heeft aan de
geestelijken van zijn bisdom een om
zendbrief gestuur om hen te zeggen,
dat zij zich onzijdig moeten houden in
de aanstaande kiezingen, en geen
misbruik maken van de sacramenten
omop de kiezers te drukken.
Ware het hier ook alzoo, hoeveel
meer overeenkomst en rust zou er
hier onder de menschtn zijn
Dc kiezingen zijn tegenwoordig
hiervoor de hoovcerdige geestelijk-
heidalles, en om daarin meester te
zijn, gebruiken onze bisschoppen alle
middelen want. het geweld van al de
sermoenen, de oorlog tegen de scho
len. het vervolgen van de zwakke bur
gers, dat alles zijn maar kiesfoefelin-
pen de religie heeft in den grond
daar niets in te zien, en zoo verstaat
het defransche bisschop ook.
Maar hier heeft de hoogmoed der
geestelijkheid geene palen "1 zij wil
over alles, volstrekt over alles meester
zijn.
Zonder die onophoudelijke kies-
manoeuvres, onder den dekmantel der
religie, zou Belgie het gelukkigste en
vreedzaamste land der wereld zijn.
GEESTELIJKE DWANG.
Onze lezers zullen verder de ver-
oordeeli ng lezen vaneenen onderwij
zer met God uit Zillebeke. In het ver
slag van den raadsheer De Hondt
~^S>23g&&-
OORUIT
zijn
zoo
u-