1881. Aalst, IS September. A" Fr. 4-00 Fr. VOOR VRIJHEID WAARHEIDE» RECHT. 's jaars voor de stad. aankon digiogea 15raon den drukregel VOORUIT verschijnt wekelijks den Donderdag in den namiddag. - 's jaars voor heel het land. De abonnementsprijs is voorop betaalbaar. De aankondigingen verzoekt men uiterlijk des Woensdags voor 6 uren namiddag te zenden. Compagnie Générale dePublicité E trangère G. L. Daube et C'°. Paris, Londres, Frankfort s. M., Berlin, Vienne, Zurich etc DE HEDENDAAGSCHE VERVOL GERS. Te oordeelcn naar de handelwijze der geestelijken en hunne aanhan gers ten opzichte der gemeenteonder wijzers, zou men moeten zeggen dat, zijnen evenmensch te kort doen zoo veel en overal waar men kan, als men er maar zijn voordeel uittrekt, een der bijzonderste punten onzer ge loofsleer is geworden. Hoe zonderling dit ook voorkome dat zulke stelling in onze verlichte negentiende eeuw nog aanklevers kan vinden, is niel uit te leggen wij zouden er zelfs gaarne aan twijfelen, maar de feiten zijn daar en spieken te luide, wij hebben ze hier maar te bestatigen, meer kunnen wij er niet aan doen de vrijheid staat in de Grondwet en gerust mogen zij hunne leerstelsels onder zekere volksklas sen verspreiden. Maar dit vraagstuk, op een ander terrein gebracht, de zedenleer eens geraadpleegd en het burgerlijk wet boek opengeslagen om daar te zien of de eene burger den andere mag bena* deeligen in zijne stoffelijke en zede lijke belangen. En dan zal men zien wie van den eenen kant het goedo en richtige pad bewandelt, en wie van den anderen kant alles aan zijn eigen belang of aan dit zijner partij slacht offert. De eerste spreuk der zedenleer luidt als volgtBehandelt uwen even mensch gelijk gij zeiven wilt behandeld worden, 't Is te zeggen DE BANVLOEK. 2de Vervolg. Ten bewijze dat het godsdienstge voel thans eene zeer geringe rol speelt diene de belachelijke uitslag van den banvloek. Overal waar eenig onafhankelijk le ven bestaat vindt men in onze scholen een zeker getal kinderen alhoewel men de ouders wekelijks met gansche tonnen pek en solfer overgiet en ze als brandstokken ter helle stuurt, toch blijven zij kloek stand houden. In den beginne wilde de kerk het huwelijk der onderwijzers niet inze genen men trouwde zonder hare tusschenkomst en de somrae gelds die men aan den pastor gaf, diende om de kosten der speelreis te dekken; thans is het reeds zoo ver gekomen dat een geuzenonderwijzer zijne bruid ten altaar heeft mogen lijden. Aan de vrouwen der onderwijzers Doe nimmer aan een ander iet 'tGeen gij niet wilt dat upeschiedt; Bewijs aan and'ren al het goed Hetgeen gij wilt dat men u doet. Men ziet dus Tdat de zedenleer, in dees geval, met meer rechtvaardig heid te werk gaat dan de geloofsleer, want deze laat toe dat men onze scho len benadeeligt ten voordeele harer eigene scholen. En om nu op het burgerlijk terrein te komen, zou men in den handel, in de nijverheid of in al andere men- schelijke bedrijvigheden iemands koopwaren of eigendommen mogen slecht maken, enkel om er den han del van te stremmen ten voordeele van dien eens mededingers, en nog te meer als het alle dagen bewezen wordt dat die waren beter zijn Neen, aanstonds zou men een arti kelvan het. strafwetboek üaarop toe passen en de plichtigen zouden door bevoegde rechters gestraft worden. De gemeentescholen nogthans mogen tegenwoordig door zekere personen, niet alleenlijk belasterd en benadee- ligd, maar daarbij nog gevloekt en ge- banbliksemd worden. Is dit verdra- gelijk Vooral als men nagaat met welk doel dit gedaan wordt Neen, hethooger bestuur mag dit niet langer blijven dulden en krachtige maat regels dienen genomen te worden om dit kwaad te keer te gaan Hoort men b. v. een geestolijke spreken, hij zal zeggen Wij kunnen ey niets aan doen, sommige zelfs .vóegen er bij, wij doen het met te genzin maar wij moeten zoo te werk gaan van onze overheden. Ja maar weigerde men na de bevalling de be lachelijke en vernederende ceremonie van den kerkgang; men onthoudt er zich van, men houdt eens kermis voor de familie en vrouw en kind bevinden er zich ruim zoo goed bij. Men weigert de absolutie aan deze die hunne kinderen naar de gemeente school zenden och arme er zijn er toch velen die daar luidop om lachen, die te vrede zijn dat men zulke wel doende pijn als straf der schoolzonde heeft uitgeroepen en wien het spijten zal niet langeren tijd kinderen op School te kunnen houden om va» de gelegenheid gebruik te maken. Over eenige maanden nog weigerde men halsstarrig de laatste sacramenten aan alle geuzengebroed en men stel de den verdoemden hoek in'tverschiet; het geuzenvolk bleef koppig en waar onze zachtzinnige priesters de bedrei ging wilde ten uitvoer brengen lokte men, zooals te Zelzatc eeno hevige betooging uit. -— Zulks ging zich na tuurlijk in vele gemeenten voordoen, hebben de onderwijzers ook geene overheden, wier bevelen zij moeten uiivoeren En zijn er ambtenaars in ons land die geene overheden hebben aan wie zij moeten gehoorzamen Hel is zooveel te slechter dunkt ons, in geweten gevoelen dat men misdoet, en toch voortgaan omdat men het ons gebiedt. Niemand ter wereld kan ons gebieden kwaad te doen. Dit strijdt tegen geloof- en zedenleer. En omdat er in de staatspolitiek onzes lands een onverschil bestaat tusschen twee partijen, moeten daar om de ambtenaars elkander in het hair vliegen Wij zouden wel eens willen weten welke reden de geestelij ken hebben om de gemeenteonder wijzers op het lijf te vallen is dat de broederliefde die onder de menschen en bijzonderlijk onder de ambtsbroe ders zou moeten heerschen Of zijn er misschien in ons land personen, die al de vakken van het bestuur zouden willen overweldigen Ah tegenwoordig zouden wij het priesterambt willen bekleeden Wij zouden in eens den ouden man afschudden, zooals men in het evan- geliie zegt, en eene daadzaak daar- stellen die al de beschaafde volken der werelddeelen zouden bewonderen en toejuichen. Wij zouden uitroepen ang genoeg hebben wij getracht onze leerschzucht te voldoen Lang ge noeg hebben wij den twistappel onder iet volk geworpen Er zijn huwelij ken genoeg geschonden Het opko mende geslacht heeft slechte voor- jeelden genoeg ontvangen en is genoeg tot ongehoorzaamheid opge wekt Twist en tweedracht is er ge- noeg gezaaid Wij zien nu klaar dat dit alles niet kan leiden tot het heil der menschheid. Voortaan onze zending volbracht zooals zij is, en het voorbeeld gevolgd van onzen goddelijken meester, die gezegd heeft Kinderen, bemint elkander Aan ons dan de godsdienstleer, en het wetenschappelijk onderwijs aan den onderwijzer. Wij reiken elkander de hand en zoo leggen wij gezament- lijk het zaad der zedenleer in de jeug dige harten van het opkomende ge slacht. De Heer zal onzen arbeid zege nen, en zoo zal het waar geluk als een frissche morgendauw op onze ver stikte aarde nederdalen. Alle men- scherivrienden zuden onze pogingen toejuichen en het dankbare nageslacht nen (De Vereeniging.) want overal vindt men stijfhoodige kerels, die besloten hebben liever met den Grooten Baas afterekenen dan met hunne geldzuchtige procureurs daar bij het goede voorbeeld is aanstekend ende gevolgenervan zeernadeehg voor 's priesters inkomsten, daarom moest men kost wat kost dat uiterste vermij den; en de laatste bisschoppelijke on derrichtingen hebben in eenige woor den alles omvatdie woorden luiden streng, zeer streng tegenover flauw- hertige zielen, die zullen wel overko men,maar zeer toegevendten opzich te van mannen welke zonder iemands hulp de groote reis zouden onderne men ..En zoo ziet men thans van gemeente tot gemeente met de ge bruikelijke plechtigheden personen begraven welke vlakaf weigerden hunne kinderen uit de gemeente scholen te verweideren, welk met die schoolzonde op het geweten gerust de eeuwigheid invaren, Wijlke zelfs hunne Paschen niet gehouden en daarna noch gebiecht, noch gecom DE SCHOOLSTRIJD. Violenla non durant geweld duurt niet. Op zijne beurt ondervindt de wor steling tegen het openbaar onderwijs de waarheid der Latijnschespreuk en wat de clerikalen ook mogen roemen, op de ineeste punten van het land is de oorlog allengs aan het afnemen. In den predikstoel begint men van niets|.anders dan van de st hoolzonde te spreken. De verbaasde parochianen hooren soms een waar sermoen 't Zij over godsdienst, 't zij over zedeleer. Men handelt de eerste communican ten uit de gemeenteschool, welke het munieeerd hebben, die in een woord tot hunnen laatsten snik toe in hunne geuzengedachten volherd hebben. Bij 't begin van den strijd hebben wij dikwijs gezegd de priesters spe len een gevaarlijk spel door hunne politieke bemoeiingen hebben zij bij onze bevolking het godsdienstgevoel gedood, waarop zij rekenen moeten om hun doel te bereiken; zij bevinden zich op eenen gevaarlijkenwpg:streng en logiek den banvloek en zijne ge volgen toepassen,loopt onvermijdelijk op eene zelfmoord uit, terugkeeren is zich belachelijk maken en klaar - duidelijk toonen dat die vermaledij- ding slechts een schrikaanjagend middel is, dat alle kracht alle ern- stigloeid mist en slechts nog kan ver geleken worden met Bietebauw en Orschaart van vroegere dagen, die de macht hadden ons als kind bevend naar bed te jagen. F. K. einde ë>£)5£*5®^- OORUIT ZicLI HUlllCi r

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Vooruit | 1881 | | pagina 1