SCHELMSTUKKEN
STUKKEN EN BROKKEN
KIEST TUSSCHEN LICHT OF
DUISTERNIS.
zijn ons geld aan een vreemdeling te geven die
wij van haar noch pluimen hennen liet
gesprek was geëindigd, de zusters deden hun
werk voorts en verloren heel en ganseh den
omzendbrief uit het oog.
Eenigen tijd daarna vonden zij in hun dagblad
dat Langrand, na ecne nog al aanzienelijke som
gelds aan den paus geleend te hebben, deszelfs
zegen ontvangen had en door hen» veredelt en
gemachtigd werd den titel van graaf ran hel
heilig keizerrijk Ie dragen. Acht dagen daarna
hoorden zij dat de pastoor gezegd had, dat alwie
zijn geld aan Langrand gaf, boven de groote
intresten die hen verzekert waren nog op den
hoop den hemel mede won
Verscheidene w eken zijn verloren, de beide
zusters hebben veel over de groote winsten ge
sproken en hunne mogelijke inkomsten berekent.
Zij gaan ecnig geld uit hunne boerderij trekken,
voorts werken en hun fortuin zal rasser aan-
groeijen. Naglans alvorens iets te verrichten gaan
zij eene kennis der stad raadplegen, een voor
zichtig mandie van hen 4-000 fr. in handen heeft,
welke hij op tamelijkeu intrest en op goede
panden geplaats heeft.
De stedeling deed hun van hun ontw erp afzien
zeggende dal het onmogelijk was zulke groote
intresten te geven, dat er onder die maatschappij
iels moest schuilen dat niet pluis was enz. enz.
zoodanig dat de vrouwen naar het dorp terug
keerden met het vast besluit hun geld in handen
te houden.
De eenvoudige boerendochters zijn aan hun
werk. Zij zijn te vrede over den raad van den
heer der stad die zoo zij zegden, toch meer
begrip in zaken van geld had dan zij. Zij zullen
hun geld behouden en nog eenige jaren den
uitslag der maatschappij afwachten eer hem
haar kapitaal toe te vertrouwen.
Terwijl zij over de zaak aan 't kouten waren
klopt men op de deur en een korte man komt
binnen.
<i Daehlerskens, zegde hij, ik ben een agent
van M. Langrand-Dumonceau, ik weet dat gij
geld te plaatsen licht op intrest. Daar ik belang
stel in uw geluk en uwen voorspoed, heb ik het
mij tot eenen plicht gerekent u te komen voor
stellen uw geld op mijne bank, 't is te zeggen op
die van M. Langrand te plaatsen, ik verzeker u
eenen jaarlijkschen intrest van ten minsten 13%.
Gij ziet hel is eene schoone operatie, men kan
met boeren zoo veel niet winnen.
Dit is w el waar, M... maar waar is de ver
zekering, waar zijn de panden die ons kunnen
gerust stellen over de wedergaaf onzes k" pi taais
Een heer der stad heeft ons aangeraden niets
te geven, want dat er daar iels loqnsch moet
oiiderschuilcn.
En die heer wie is dit als het u belieft?
Wie die heer is? Een allerlrefTelijksteburger,
onbekwaam iemand slechten raad te geven.
M. X... bij wien wij al lang 4000 fr. staan
hebben en die ons jaarlijkseh goed onzen intrest
brengt.
Ah, Si. X... dit geloof ik wel, een liberaal
van den zuiversten bloede, treffelijk ja, maar
weet gij dan niet eenvoudige menschen dat hij
verscheidene kinderen met soldalen gehuwd
heeft en dat deze soort van volk niet te betrou
wen is'; Indien zij eens met uwe 4000 fr. opsta
ken? Goede raad Een liberaal zou goede inlich
tingen geven op Langrand, gij zijt er wel mede.
Voor eerst, gij zijt bij den duivel te biechten
gegaan, vermits die heer geld te ontleenen heeft
moet hij bevreest zijn er geen meer te krijgen,
daar hij maar 4 of 5' geeft en wij ten minsten
10a 12 meer. ten tweede hij zal ergeene goede
geven omdat Langrand onder de bescherming
des pauzes slaat en dat de liberale religie
haters zijn.
Maar wal bewijst er ons dat wij ons kapitaal
niet gaan verliezen
Wie, paehtersse, wel vooreerst den paus die
geen man zal zegenen die hij niet als treffelijk
kent, dan nog onze oude klerikale kristelijke
ministers zoo als MM. Nothomb, De Decker,
Mercicr enz. allen het puik der deftige lieden
die in de administratie dezer maatschappij zijn en
niet zouden gedoogen dat hunnen naam bevlekt
worde
Zoo, zoo, die rijke belgische hecren en mi
nisters zijn daar ook af.
Welnu, Mw ij zullen elkander er nog eens
over spreken en vooral nog iemand raadplegen,
want de zaak is te gewichtig.
Goed. paehtersse, onderzoekt de zaak eens
geheel wel en op uw gemak, gij moet u niet
haas:en. Ga om raad zoo veel gij wil maar ga
toch hij geene liberale heeren meer want daar
zult gij nooit iets juist welen. Ga bij redenerende
en verstandige heeren zoo als den pastoor
bij voorbeeld.
Hewel, M.„, wij zullen zien w at wij er mede
te doen hebben.
Goed, paehlerssen, ik zal dan binnen 2 of 5
dagen eens terug komen
De korte man is nauwelijks vetrokken of de
jongste der beide zusters onderbreekt de stilte
al zeggende
Hewel, zuster, wat zegt gij van die maat
schappij
Wat zou ik er van zeggen, ik ben er bevreest
af, die groote intresten plaatsen ons in eene
aardige gesteltenis, lusschen 't water en 't vuur.
Ik zou mijn geld aan dien korten man willen
geven en nogtans vreesik. Ik steun mij opM. X...
dien heeft ons nog raad gegeven en dien is altijd
goed uitgevallen.
Dit is waarheid, maar mits den agent zegt dat
er niets te vreezen is, waarom hem niet geloo-
ven Ik vinde dat hij gelijk heeft dat den paus
niemand zou veredelen die er geene verdiensten
toe heeft, hij die Gods plaats op aarde bekleedt,
en dat de heeren oude klerikale ministers zoo
als Nothomb, De Decker enz. zich met geene
menschenbcdriegers zouden mengen.
Indien ik den pastoor eens ging raadplegen?
Dit kunt gij doen.
In eene kamer der pastorij zit de pastoor aan
ecne tafel te rekenen, en van den anderen kant
zit de korte man die wij reeds bij de twee vrou
wen gezien hebbenbeide zijn in eenen drukken
arbeid verslonden
De pastoor richt zich eensklaps, glimlachend,
op en de korte man bij den schouders nemende
zegt
Zoo dus, mijn lieve vriend, gisteren hebt gij
eene goede ontvangst gedaan voor Langrand
Ja, M. de pastoor, maar het was toch zooveel
niet dan eergisteren: meer dan veertig duizend
franken op een dag bij' do boerkens rondhalcn
dat is nog al een sommeken.
Eli wel het verschil is immer zoo groot niet.
Weel gij wel dat ik meer met Langrand win dan
met mijne missen?
Dit geloof ik wel. M. de pastoor, maar zonder
uwen invloed zou ik ook zooveel geld niet kun
nen ophalen en zooveel niet winnen.
Waar is het, maar gij weet dal al wat ik aan
de boeren zeg evan
Men beeft geklonken en de meid doel de deur
open van pastoors kamer.
Dag M. de pastoor, ik kom u eenen raad vragen.
Goed, parochiane, als ik u van eenig nut kan
wezen, met genoegen.
Zoo, M. de pastoor, onderbrak de korte man,
tol wederom ziens.
Goeden dag, M...
Wat verlangt gij van mij, vrouwtje?
M. de pastoor, die korte heer die daar ver
trekt is een agent van Langrand zooals gij weet,
hij is mij komen lastig vallen om geld Ie hebben
voor dien beer, ons eenen intrest belovende van
10 tot Dj ik kom u vragen of men ditkapitaal
zonder vrees van verlies aan die maatschapp:j
mag toevertrouwen?
Of gij moogt! of er gevaar is? Wel er is daar
niet meer gevaar dan er gevaar zou zijn dat de
zon op ons hoofd gaat vallen, het is zoodanig
zonder gevaar dat ik er al zou op zetten hadde
ik een miljoen.
Gij verzekert mij dus, M. de pastoor dal
M.X.... der stad mij slecht geraden heeft met
mij mijn geld doen te houden?
Wel zeker heeft die heer u slechten raad ge
gevenMaar de agent heeft mij gezegd dat gij
daar 4000 fr. staan hebt. gij moet die terug halen
kind, geef ze liever aan Langrand, ten eersten
gij hebt veel intresten, ten tweeden veel ver
diensten voor uw ziel, want Langrand gebruikt
al dit geld aan godvruchtige werken.
Hewel, M. de pastoor, nu ben ik gerust, want
ik moet u rechtuit bekennen dat ik den agent
niet geloofde, alleman zorgt voor zijnen winkel.
Neen, vrouwtje, gij moet niet bevreesd zijn,
geef maar toe.
Goeden dag, M. de pastoor, ik bedank u.
Goeden dag, vrouwtjeAl wederom een
goed sommeken in mijne borze, mompelde hij
in zichzelven[Vervolg nadien.)
Waarvoor het geld der goede menschen nog
diende, die hunne spaaioorden aan de maat
schappijen van Langrand toevertrouwden, brengt
een dagblad aan het licht.
Eerst en vooral ging het grootste gedeelte van
dit geld in den zak der kopstukken der bende
Langrand. Wat er van overbleef, werd op de
volgende wijs besteed
Bij de wetgevende kiezingen van 1863 werden
de vergaderingen der klerikale partij in het hotel
van M. Langrand-Dumonceau gehouden.
Alvorens kandidaten voor te stellen aan de
klerikale Associatien, maakte men er eerst de
lijst van op bij Langrand.
Daar vereenigden zich in Mei 1863 de heeren
d'Anethan Nothomb. Mereier, De Decker, Stas,
markgraaf van Beaufort graaf de Liedekerke,
enz. enz,
Daar maakte men het plan voor de zegepraal
der klerikale kandidaten, en om de Dechamps,
deNolhombs en andere politieke mannen, die
machtig konden bijdragen aan de belangen der
zaken Langrand-Dumonceau en O, terug aan
het roer te brengen.
Daar besliste men, dat er groote sommen zou
den gebruikt worden om de kandidaten der op
positie te Antwerpen en Brugge te doen kiezen,
welk geld gediend heeft voor de kosten van
publiciteit, omkooping, vervoeren der buiten
kiezers, eetmalen, tonnen bier en stapels bespen.
Er werden groote sommen gezonden naar an
dere steden, om de w eldenkende kandidaten te
doen gelukken.
In januarij 1864 betaalde men 40.000 frs.
voor de kiezingen van Brugge, en al de kandida
ten werden gekozen.
Toen Langrand en zijne handlangers hunne
partij te Antwerpen en gedeelteli jk te Brugge
hadden zien zegepralen en het getal der liberale
representanten verminderen, kregen zij in 1864
de hoop dat hunne wenschen zouden verwezen
lijkt worden. Die hoop werd, gelijk men weet,
niet verwezentlijkt.
Het w as gelijk men ziel. hoog tijd dat de jus
titie zich met de zaak moeide. Wie weet welke
schoone dingen het gerechtelijk onderzoek, waar
mede men thans bezig is, nog zal aan den dag
brengen.
uil de zaak Mandel af de
dieften en aftroggelarijen van Langrand
en consoorlen
M. Langrand is in het land teruggekomen op de
belofte welke M. de prokureur-generaal De Bavav hem
gedaan heeft van hem niet aan te houden. EntVer
hulstrentenier
M. Brasseur heeft mij verklaard dat sedert 1867 bet
kapitaal der maatschappij gaan vliegen was en dat hij
Langrand aangeraden heeft naar Amerika Ie vertrekken
om de likwidatie te verwekken. (Verhuist.)
Delcourt. onderzoeksrechter telkens hij eenen omzend
brief die ik hem toonde, had gelezen, riep uit 't is on
gelooflijk maar die man had zijn vijf zinnen niet.
Op een bilan alleen was Langrand aangeteekend voor
500,000 fr. te nemen op de opgegevene winsten die
niet bestonden Delcourt die het aangevat werk voor
zeer ongezond aanzag, heeft waarschijnlijk gemeend
dat het beter was aan de inschrijvers de actiën te be
stellen dan het vel van Langrand.
En hoe heeft men dan Langrand niet aangegrepen?
Om medewerkers bij den vreemden re bekomen,
zegden de bestuurders, dat er 700,000 fr. algemeene
kosten op den bilan waren gebracht. Michelet
Langrand heeft ongenadiglijk gespeculeerd op zijne
actiën. Pascez
Is het wel waar dat het geloof en de geleerdheid in
strijd zijn? Daarontrent schijnt geenen twijfel te zijn
als men zich de moeite geeft de mannen die aan het
hoofd staan na te gaan en hunne waarde wil erkennen
Wie zijn inderdaad de gene die de groote bewon-
deringsweerdige uitvindingen tot stand hebben ge
bracht? Aan wie zijn wij de toepassingen der stoom
kracht, de aanstelling der ijzeren wegen, de elektrieke