Daarna zullen nieuwe kiezingen uitwijzen Aval het land wilt. Dat is liet eenigste middel om in de Constitu tie te blijven. Inderdaad, volgens al de voorschriften der Constitutie en volgens al de vroegere handel- w ijzen, is het de meerderheid die regeert. Au, wij hebben de meerderheid in den Senaat. Wij hebben ze insgelijks, alhoewel zij zeer klein is, inde kamer. Een klerikaal ministerie zoude dus tegen de Constitutie zijn. liet zoude er tegen zijn, omdat het voor het oogenblik tegen den wil van het land is. Want het land heeft zich in de laatste kie zingen wel legen het ministerie Frère, maar geenszins voor de klerikalen en bijgevolg niet tegen de liberalen verklaard. Het bewijs vinden wij, hierin dat het op sommige plaatsen progressisten gekozen heeft dal is, menschen die libcraalder zijn dan hel ministerie was. Moest er nu een nieuw liberaal ministerie komen om de kamers te ontbinden, en er is kans dat dit geschiedt, vermits het de natuur lijkste handelwijs zou zijn, dan zou alles nog kunnen ten beste keeren. Dan zou zeer waarschijnlijk de liberale opi nie sterker dan te voren uit de nieuwe kiezin gen komen, aangezien wezentlijk de liberale opinie in het land de sterkste is. Een nieuw programma van het libcralismus, een programma, dat aan deprogressisten in eene wijze maat voldoening geeft zoude al de liberalen op nieuw rond het vaandel van den vooruitgang scharen. Van dat oogenblik was het klerikalismus verloren, want het is alleen de verdeeldheid van het libcralismus, dat de sterkte onzer te genstrevers uitmaakt. Dat hebben de laatste provinciale kiezingen te Leuven doen zien. Te Leuven, gelijk op andere plaatsen, waren de liberalen verdeeld. Ook kregen zij in de laatste kiezingen voor de gemeente de nederlaag. Maar zij begrepen hunne fout. MM. Peemans en Fizenne de twee voornaamste leiders der li beralen, vet zoenden zich. En wat was het gevolg liet gevolg was, dal de klerikalen in de laat ste provinciale kiezingen geklopt wierden. Gelijk het te Leuven gebeurd is, zal het ove ral gebeuren. Zoohaast de liberalen vereenigd zijn, kun nen de klerikalen niets meer. Daarom zeggen wij, dat, indien een nieuw liberaal ministerie met een programma hetwelk al de liberalen op nieuw vereenigt, de kamer ontbind, de nieuwe kiezingen zullen bewijzen dal wij de sterkste zijn. En wij herhalen het, dit ministerie alleen zoude Constitutionneel zijn. M. d'Anethan. Het tweede bezoek van den heer de Theux in het paleis van Laekcn in gezelschap van M. d'Anethan zou hieraan toe tesehrijven zijn, dat M. de Theux de zending van een kabinet te vormen, niet heeft aanvaard, doch M. d'Ane than als den man van liet oogenblik aan den koning heeft voorgesteld. Wi.j dan toch is deze M. d'Anethan Wij zullen zijn portret gaan afschilderen vol gens de brusselsche dagbladen. De katholijkc drukpers, welke haren held zoo gaarn het roer der staatszaken zou zien in handen nemen, richt voor hem reeds een peter- staal op. Zij stelt hem aan ganseh België voor als een nieuw man, in wien men de grootste en de wet- tigsle hoop mag stellen voor de heilige zaak des vooruitgangs. Wanneer het publiek dien naam leest, ver gezeld van honderd duizend lofzangen, dan moet het zich wel afvragen Maar wie is dan toch die M. d'Anethan Is het dezelfde, die in 1843 minister is ge weest met M. J. B -Nothomh Die in 1846, met AM. de Theux en Maloii deel maakte van het ministerie Is het de man van wien M. Delfosse heeft gezegd: Deze minister gelijkt niet aan M. Nothomb dan door de kleine kanten. Eu daarenboven mag men nog zeggen, dat M. A'othomb den invloed der geestelijkheid onderging, terw ijl M. d'Anethan dien invloed vooruit liep en voor denzelve nederknielde ls het diezelve baron d'Anethan die, over drij-cn-lwinlig jaar, toen men stellig zooveel niet eischle als den dag van heden op zulke wreede wijze door het liberalism uit zijne zetel van minister werd geworpen ls het dezelfde baron d'Anethan, wiens naam verbonden is aan de historie van zekeren fa- briekanl in relikwiën, vroeger veroordeeld lot vijf jaar gevangenistraf Zooals men weel kreeg deze fabrikant kwijt schelding door M. den minister van justitie, terwijl men een groot gedeelte der briefwisse seling van dezen intrigant vernietigde, welk- compromeltant was vooi hooggeplaatste perso nen en de geestelijkheid, om hel schandaal te vermijden, de valsche of echte relikwiën op kocht, welke te Kortrijk openbaar aan de meest biedende gingen verkocht worden? Indien wij op al deze vragen moeten ant woorden, en wij zijn verplicht het te doen uit eerbied voor de w aarheid, moeten wij bekennen: Dat de tegenwoordige baron d'Anethan, pro gressist en commissaris der Bank Industrieel Grondkrediet. de baron d'Anethan is van 1843 en 1846. A'iemand zal betwisten, dat M. d'Anethan een heel goed tiguur zou maken, indien men hem op zijn peterslaal plaatste tussehen Retsin en Langrand. 'tZoueen tafereel zijn. welk het ware zinnebeeld van den toestand zou afschetsen. Langs den eenen kant de klerikale bedrie gerijen, langs den anderen kant de finantiëele bedriegerijen M. d'Anethan in het midden, of om beter zeggen, op hel toppunt. Om hem in zijn werk te helpen, zal men bij hem voegen M. Jacobs, die ook de eer heeft gehad zijne hand een weinig in het wijwater vat van de Agricole te doopen. Eene nieuw e aantrekkelijk voor het tafereel. Deze vrome exhibitie zal plaats hebben on der de bescherming der katholieke Associatie voorgezet en door M. Alph. A'othomb. Men kan niets beters verlangen. Eene won derdadige drijvuldigheid. Eene Enkele zaak in drij personen. De Industriel, de Agricole en de International zullen overal hunne representanten hebben. Zeker heeft het land tegenwoordig dorst naar zulk een ministerie. Koophandel Op Kermis. JAN. Dag, vriend Cis, wij gaan een goed weêrken hebben met den Kermis, hein CIS.'t Schijnt van ja, Jan, nogthans, voor mij. ik wilde dal het regende. JAN. Goed zoo, gij zijt nen schuwen jon gen gij CIS. In 't geheel niet kameraad, als hel te heet en te schoon weder is dan kan men noch eten noch drinken, en op Kermis moet ik goed aan de rijspap telloor kunnen zitten of anders is het geen Kermis geweest. JANHcwcl, Cis, dit is van't slechste niet maar a propos wat is er al te doen CIS.Veel, lieve vriend, zooveel,'tis nu wat anders dan als de liberalen hier meester waren. JAN. Zoo dan, en wat is erzooal te doen, leg mij dat eens uit vriend, als ik u bidden mag? CIS. Zeer gaarne. Jan. ik heb het pro gramma al zoo dikwijls gelezen, helstaat mij zoo goed aan dal ik het van buiten ken, ge lijk mijnen vaderons. JAN.Ja gij, hebt een kop gelijk een olifant, CIS.Gelijk een olifant wel juist niet, maar ik ben in tijds gekomen als men het geheugen uitdeelde. JAN. Maar vertelt, verteltbegint met het eerste en scheidt uit met 't laatste, want ik weet er niets van. CIS. Met begin De stukkeu van vaandels zullen op't stadhuis wapperen. JAN. De stukken En waarom de gehee- le niet CIS. Om dat men maar kan uitsteken wat men heeft. Voor er nieuwe te koopen moet men geld hebben en de kas is ijdel. JAN. Wel, donder, ware ik raadslid zoo als M. Van Wambeke en Lienart en hadde ik zooveel geldals zij, ik kocht vaandels uit mijnen zak, ik zou de naam niet willen heb ben, dat wij om spaarzaamheid te willen doen, stukken van vlaggen moeten bezigen. CIS. Indien gij mij zoo blijft onderbreken heb ik morgen vroeg nog niet gedaan. JAN. Ga voort, jongen, ik spreek geen spreker meer als ik mij kan inhouden. CIS. Dit zal u lustig vallen, vriend, gij zijt van den spanader gesneden. Het spelen des beijaards en 't luiden der klokken mag ik overgaan zeker? JAN. Ja, ja, ga voortMaar ik wed dat er iets zal ontbreken aan het programma, iets dat nogthans veel vermaak aan 't stad zou gedaan hebben; voor de vaandels, voor den beijaard en voor de klokken moest men in groote letters geschreven hebben De sedert een Jaar in dokloors handen stads- horlogie is gelukkig lijk genezen en zal voor taan juist gaan dank aan 'l schepen college- staat er dit op Neen ik durf niet zeggen dat Meen kneukel is, maar had ik de Kermisfeesten moeten schikken, dat had er op gestaan. CIS. Donderschen kerel, als gij zoo voorts gaal zal ik nooit aan 't einde komen De lst0 Zondag is hel Concert inde jonge ^garde en Ringsteking, eene schoonc zulde, 530 fr, prijzen JAN. Wat, 550 fr. prijzen Zij klagen dat zij geen geld hebben en ze verkwisten het zoo. üf er 550 fr. prijzen zijn of wel maar 100 dit ware juist het zelve voor den intrest der stad, want voor die groote prijzen zal er geen enkel ruiter te meer komen, het zijn 450 fr. dal zij nutteloos uit stadskas smijten in den zak van drij of vier boercnhecren die met onze penningen op hun dorp zullen gaan zwieren, want hier kunnen zij ze niet verleren, zij zijn immers met hun paard overlast. CIS.Jan, dit verwonderd mij van u. Gij die altijd veel geld wildet voor de Kermis, gij beklaagt u dat men te veel geeft J^TV. Ja, Cis, ik heb altijd veel geld ge wild, maar het moet juist veuleeld worden. CIS.En wat zoudet gij dan begeerd hebben? Er zijn geene volkspelen niet waar hewel, ik zou die 450 fr. die er voor de ringsteking te veel gegeven is, bezigen voor volkspelen. Dit is 'tspel der Arme lieden, dat maakt de Kermis op de uitkanten der stad waar nu alles doodsch zijn zal, dit zou ik d^en, vriend Cis, en ik beu 't zeker geheel de stad zou mij dit lof spreken. CIS. Ja, Jan, dit zou wel kunnen gebeu ren, maar volgens ik gehoord heb van iemand die naar den gemeenteraad geweest is, heeft M. Van Wambeke gezegd dal de volkspelen het werkende volk verbeesten, dat het hem walgt arme duivels op eene spar te zien klimmen voor eenen nietweerdigen kiel, enz. JAN. Het walgt hem indien alle dingen hem zoo walgden en gewalgd hadden, wat moeijdijkheden zou hij zich niet gespaard heb ben De volkspelen verbeesten het werkvolk het werkvolk! de prijzen te nietig Vooreerst zou men ze kunnen verhoogen met 450 ge spaarde franken, ten 2dc de prijzen hebben meer waarde dan men denkt. Een kiel is van groolere waarde als M. an Wambeke, want ik w ed dat hij zich op een staak hing, er nie mand zou opklimmen om hem af tc halen, en het zou zou misschien De verbeesting Weet gij waar 't volk verbeest, 't is in die scholen gehou den door broerkens, jesuieten en ander vuil gespuis waar men de kinders en bijgevolg t volk verbeest lot in 't merg der beenen. Mei op eenen mast te klimmen of op eenen ezel te rijden zal men niemand verbeesten zelfs nog M. Pienekcn niet en dien is er niet verre meer van. CIS. Potverdekke, Jan, ge zijt in uwen viezen van daag, er gaat niets naar uwe goes ting, ieder woord dat ik spreek geeft gij mij een geheel sermoen af. JAN. Ik kan het waarlijk niet uitstaan, vriend als ik die beestigheden hoor. Geene volks pelen geven om dat zij 't volk verbeesten en dat de prijzen te nietig zijn Ik veronderstel dat zij te weinig waarde hebben. Maar is het dan eigentlijk voor de mededingens dal men die spelen moet geven O neen, die maken er zel den goed gebruik van, 't is waar. Maar de ge- buren, de neringdoende menschen hebben volk op hun kwartier en waar er volk is er nering en waar er verkoop is er winst. Maar neen de kleine winkeliers moeten niet verkoopen moeten zich niet vermaken, het zijn immers geene kiezers

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Den Yker | 1870 | | pagina 2