°p de opstellers moei wegen, men zich niet moet bepalen met hel onderzoek van het enkel artikel, waarin men den besproken onderhand schen akt van zijnen echten zin verdraaid heeft; men moet cengezamenllijkonderzock doen der twee artikelen omdat anders degene die eene kwaadaardige mededeelingzou gedaan hebben, zich altoos eene verontschuldiging zou kunnen voorbehouden, door den medegedeelden akt in ecnen geheelen onschadelijken artikel te doen voorkomen, aan den opsteller van het blad de zorg overlatende om er de lasterende en eerroo- vende uillegging van te doen in ecnen afzonder lijken artikel Aangezien, indien men het oogmerk door grondt, dat de schrijver der twee aangeklaagde artikelen beoogt, door de plaats die hij hun in zijn blad gegeven beeft, bun nauwelijks eene tusschenruimte van eenen regel latende, men de twee artikelen moet aanzien als of zij er maar een uitmaakten, alsof zij elkander eene hulpen kracht verleenden, die de opsteller met inzicht in twee verschillige artikelen heeft verspreid, om, indien het mogelijk ware, den opsteller der mededeeling aan de «olidairiijke verant woordelijkheid, waaraan hij zich heeft onderwor pen, te onttrekken Aangezien Nullinck vruchteloos beweert dat hij niet verantwoordelijk kan zijn over de las terende en eerroovende uitleggingen der onder- handsche akte in kwestie Dat, bezitter en eigenaar van gemeldcn akt, bij alleen er de mededeeling moet van gedaan hebben aan den uitgever van het blad, waar van bij bet haatdragende en uitdagende twist- schrijven tegen den eiseher kende, door eene veroordeeling die bij reeds in 1870 onder- gian heeft en door de menigvuldige artikelen in zijn blad verschenen mededeeling gedaan op ee nen oogenblik van hevige kiesworsteling, toen de politieke drift alle middelen bezigt om po- liiitke tegenslaandcrs te benadecligen Aangezjen de eiseher bet bewijs van geene stoffelijke schade heeft geleverd en dat het ze delijk nadeel genoegzaam zal hersteld kunnen worden door de ruchtbaarheid aan bet tegen woordig vonnis te geven Om deze redenen De Rechtbank, Mr Timmermans, substituut Prokureur des ionings, aanhoord in zijn ad vies nopens den lijfsdwang, zonder stil te blij ven bij de middelen en excepliën door de ver weerders tegengeworpen, zegt voor recht dat de twee artikelen hierboven vermeld, verschenen in het nummer 638 van hel blad Hal land van AaUt, dragende den datum van 26 Mei 1872, LASTEREND EN EERROOVEND zijn voor den eiseher, verklaart er den uitgever Daens en den verweerder Nuttinekx solidairlijk verant woordelijk over Machtigt den eiseher, als redelijke eerher stelling, liet tegenwoordig vonnis in drie bladen ter zijner keuze te doen plaatsen, alles ten kosle van de verweerders en solidairlijk legen hen en lot beloop eener som van Acht llonderl Frank, opeischbaar door alle rechlmiddelen en zelfs bij lijfsdwang Veroordeelt de verweerders solidairlijk tot de onkosten Verklaart het tegenwoordig vonnis uitvoer baar niettegenstaande beroep en zonder borg. Aldus gedaan, geoordeeld en uitgesproken ter openbare zitting van gemelde rechtbank, den 21 December 1872, eerste kamer waar zetelden de lleeren Schellckens, Voorzitter De Meule- naere en Yngelet, rechters Timmermans, sub stituut van den Prokureur des Konings Bau- wens, toegevoegde grelïier. Get.) J.-E. SCHELLEKEN3, E. 3 AU WENS. Geven last en bevelen aan alle deurwaarders daartoe aanzocht om liet tegenwooidig vonnis ten uitvoer te brengen, aan onze Prokurcurs-Ge- neratj en aan onze Prokureurs bij de rechtban ken van eersten aanleg om er de band aan te houden, aan alle bevelhebbers en officieren der openbare macht daartoe hunne hulp te verlee- neu; wanneer zij er weUiglijk zullen toe aan zocht worden. En in getuigenis daarvan wierd het tegenwoordig vonnis peteekend en met den stempel der Rechtbank gezegeld. Voor gelijkluidende expeditie De Greffiar dar Raehihank. (Gel) VAN STAPPEN. 15e Volskamer En zij willen voor christenen doorgaan Velen meenden, weinige dagen geleden nog» dat de winter voor,bij was, dat er op brands n fen cn kleedingen of dekens niet nicer meet gedacht worden Maar hoezeer zijn zij bedrogen.De winteris ein delijk verschenen! Ja de gure onbarmhartige winterisorts komen hezocken'üvervloed van wa ter en vochtigheidwas nog niet genoeg sneeuw en ijs ontbraken er nog om de gehreklijdende mensclion tol den uiterste te komen folteren. Een lichaam op eene ontoereikende wijze gevoed nog niet half aangekleed: nauw olijks met hemd, rok. katoenebroek en dun versleten kiel be- dekt! verwarming der woonsteden, mag ereih- stig aan gedenkt worden P En zoo zijn de be- hoefligen veroordeeld, want zij bevinden zich in de onmogelijkheid zich het noodigc te \erschaf- fen. hun ellendig leven door te brengen? En wie denkt eraan om hunne smarten,hunne ellende te verzachten Zijn er dan voor hen geene kleeJingstoffen, dekens, brandstoffen of mondbehoeften meer Zijn er dan geene. lief dadigheids werken meer te verrichten P Is Aalst dan op den bodem uitgeput dat zij hare bestuurden aan aide gurigheid van liet leven moet blootgesteld zien en er geene helpende hand aan uirtrie!;t. Waar verholen zich de genen die aangesteld zijn om het leven van de behoefiigen in moei lijke «ogenblikken, verdraaglijk te maken Waar zijn zij eindelijk, de genen die alles moesten omkeeren, het lot van allen verbeteren en Aalst in een luilekkerland herschapen? Is het nu het geval en de plaats niet om te zeggen dat men ze overal aantreft, behalve daar waar zij moeten zijn? Om hel goede te doen en rond-borstig te handelen, nooit; om het kwade te slichten en de partij zucht uit te hangen, de eersten en steeds. is in ware opscli hLIiii gebracht geweest doo" do onder vraging ontrent (je houding van M. denniinister Delcour, in de kwestie die er opgereten is door een bundeltje van wege Generaal Brialmo.it in 'l licht gegeven Bun. deltje in 't welk die stafman de burgerwacht voor een juichetarij cn eene spotternij uitscheld, cn welk aanlei ding gegevnn heeft aan eene vergadering tot Antwer pen van at de hoofden der burgerwacht van Belgie. M. Van Humbeeck heeft e. ne houding genomen die M. Delcour in verlegenheid heeft gesteld, en de const i— tutionaliteit dar ee ste o it worpen# vergad#'-ing, welke op orde van M. Delco ïr door den algemeeuen inspecteur der burgerwacht van het land is belet geworden. M Orts heeft ook eeriige verpletterende volzinnen voor het ministerie uitgesproken, en ter dezer gelegenheid de impopulariteit van het huidig gouvernement vrije lucht gegeven. M. Anspaeh heeft de aantijgingen en de daadzaken van het klerikaal bewind naar waarde behandeld en de hatelijkheid er van doe 1 dragen door wie het betaamt hij heeft de Burgerwacht in hare eer en waardigheid verdedigden de diensten die zij al bewezen heeft op genoemd». Onnoodig te zeggen dat de polichinel der kamer, de voorheen zoo vurige en aangekleefde antimi litarist, en die nu in alle omstandigheden waar liet militarismus voor den dag komt, den befcV 111 de plui men verduikt, namelijk M.Coomans/lie eene hoeveelheid onware onbeschoftheden en tegenstootelijke beschul digingen de Burgerw icht van Brussel ten laste heeft trachten te leggen, die zich zouden voor gedaan heb ben tijdens de ba toegingen tegen het Kereijn Jacobs ministerie. N,iet nun onnoodig te zeggen dat de aknde- mieker Kervijn niet geaarseid iutft den eerste magistraat valt Brussel te beschuldigen dat hij zijne juichten niet heeft weteu te vervullen en dat de burgerwacht aan hare zending inbraak heeft gemaaktjzoo als steeds heeft liij de geschiedenis (wat historie schrijver dat dit moet uitmaken) om het gedrag van M. Anspaeh te beoordee- lcn,ingeroepen. M. Anspich vergruisde mat twee woorden de valsclie gezegdens van Hl Kervvri, zeggende. Heeft de voorzit ter der kamer geene hulde gebracht aan het gedrag van den burgemeester, toen hij mij zijn# volmachten overhandigde en had het misterie kervyn Jacobs Brus sel door de helft van het leger niet doen insluiten Gelijk in alle omstandigheden, waar hij zelfs op heeter daad bel rapt wordt, durfde M. Kervyn alles louchenen en als vatseh uitroepen maar .11 Anspaeh, met de waarheid gewapend, sprak aldus. lk kan be wijzen wat ik zeg, niet alleen Brussel was ingesloten door de helft van het leger maar de andere helft was cereed om Gent, Brugge, Antwerpen en Namen te verlaten. (Gerucht. Links Dat is stellig.) Ik zeg u dat de soldaten waren geconsigneerd en hunne wapens bij zich moesten houden. De artilleriestukken stonden ingespannen, de kanonballen waren in de kis ten; de kanonnen hadden 33 schoten te losse i lij wa ren zelfs voorzien van kanonkogels die men sebrapvells noemt en die het minste beletsel do-t springen. Ik zeg indien liet gouvernement van dien tijd, ge volg had gegeven aan zijne gedachte, toen hel land opstond voor eene kwestie van eer cn weerdigheid, het eerste kanonschoot het teeken zou geweest zijn van eenen algemeeuen opstand (zeer wel, zeer wel, links.) lk heb dit debat niet uitgelokt, maar ik ver wittig degenen die het opnieuw villen openen, dat ik al mijne voorzorgen heb genomen om te welen wat er alsdan is voorgevallen cn dat ik met bewijzen zal vaststellen welk gevaar bet land alsdan gelnopen heeft, en dat dit gevaar is voorkomen geworden door de bewonderenswaardige houding der burgerwacht. (Goedkeuring.) M. Kervyn en Öumortier herhalen nog dat II. Ans- path zijn plicht niet gedaan heeft, terwijl het oud- minister Jacobs verre is dia taal te durven deelen, en ik zeg niet. zeide, M. Jacobs, dat hij zijnen plicht niet heeft gedaan, maar ik geloof dat hij niet al gedaan heeft wat hij kon doen zoo dal M Anspaeh, met recht en rede, vaststelt dat M. Jacobs hem gelijk heeft gege ven tegen de ongehoorde partijdige en gewetenloose bevestiging van den wetrgesehopten minister Kervyn, die zoo menige proef al van verdraaide en vervalsch- te aanhalingen aan den dag heeft gebracht, bij zoo verre zelfs dat hij in de kamer, als een falsans be kend en geboekt staat. Inde zitting van woensdag is er veel over latijn en grieks gesproken, en er is verklaard geworden dour M. ïhonissen dat het hooger onderwijs niets verloren heeft en het heden zoo goed is als het vroeger was. De alge- meene wensch die er uitgedrukt is, laa t zieli in deze woorden) bevatten Latijn en grieks leeren voor zooveel deze talen kunnen nuttig zijn, maar ook de duiische taal, die degene is der geleerdste wereld, niet verwaar- loozen. Ter zitting van Donderdag na dat II Delcour eenige uitleggingen over de opmerkingen van 51. Saincteleue gegeven had, is M. Joltrand te voorschijn gekomen met eene rekwisilorium tegen liet ministerie, in het welk hij ten klaarste heeft bewezen dut de bestaande wetten overliet onderwijs verre zijn van in aandacht genomen en nageleefd te worden, als liet er op aankomt het bis schoppelijk onderw ijs den voorkeur te geven op het staatsonderwijs en het deze te onderni ij nen hij lieeft de afschaffing door de gemeenteraden der middelbare scho leu van Ninove en Rouse tol voorbeeld aangehaald. Hij N doet zien dat die akten onwettelijk zijn en houdt slaande dat het ministerie van binnenlandsche zaken aan al zijne plichten is te kort gebleven,door zonder protestatie die gemeenteraden zulke daadzaken te laten begaan. Hij doet ook eene ondervraging nopens de benoeming der sclioolopzichters, doorM.de Bisschop van Brugge, wiens gedrag in deze omstandigheid geheelen gansch afbreekt niet de overleveringen. M. belcour beefi geantwoord dat die zaken nog niet, teneinde zijn geloopeo, en de provintiale deputatie met hel onderzoek gelast is. En hij moet bekennen dat volgens de wel v ut lS6i, de gemeenteraden bet reciit niet hebben over de loka len te beschikken. Wederom al ^eenj doorslaande bewijs waar men ons wil heen voeren.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Den Yker | 1873 | | pagina 2