Brandramp.
mij de toelating te vergunnen om de gemeente
scholen le bezoeken met de zusters der wijs
heid Daar volgens liet gene ik het verledene
jaar gezien heb, deze gestichten aanmerkelijk
wel bestuurd zijn, zou ik begee-en dat de zus
ters der scholen, waarmede ik mij onledighoud,
deze goede onderrichtingen te nutte konden ma
ken.
Gelieve enz.
De aangevraagde toelating werd onmiddelijk
toegestaan, entwee jaren later, de zelfde Dame
ernieuwde hare vraaag in de volgende uitdruk
kingen.
Mij nbeer, ik zou u zeer verplicht zijn mij de I
de toelating te geven een bezoek te doen, een
dag der toekomende week naar uwen keus, der
school van de casernestraat, met eenige religieu-
sen van de congregatie der zusters van onze lie
ve Vrouw, van Namen.
De onderrichting uwer gemeentescholen er
kend zijnde voor zeer volmaakt, zou ik geluk
kig zijnzenogmaals le mogen bezoeken en ze aan
te loouen aan deze religicuseri uie zich bijzonder-
jijk met hel onderwijs bezighouden.
Hel bezoek dat wij gedaan hebben, geleden
twee jaren, met u aau de school van de spiegel
straat heeft zeer nuttig geweest aan de zusters
die mij vergezelden, en indien het u kon aange.
naam zijn, zou ik zeer gelukkig zijn. in uwe te
genwoordigheid,hare lessen te doen geven, waar
in er oprechte voortgang is gedaan gcwor.
den.
Zie daar MM. hoe nogtans persoonen aan de
katholijke denkwijze toebehoorcnde, die zich
ernstiglijkmetonderw ijs onledig houden, hulde
aan onze scholen toebrengen, terwijl degene die
volstrekt onbewust zijn wat er omgaat, niet
vreezen legen hen, in dat beluik, beschuldigin
gen in te bréngen niet waardig van ernstige lie
den
EnM. Kervyn rechte het hoofd meer op
want hij begreep dat hij zich le verre had ver
trouwd, en dat bet getal zijner falsaris stukken
al weer met een grof vermeerderd moest wor
den. Maar bij zulke mannen steekt het zoo nauw
niet. geheel hun gebou w van geloof en waar
heid is met zulke kiesheden en trekken van
rechtschapenheid en vooruitgang samengesteld.
Wanneer zal het licht eens ovei dit verkankerd
en vermulmd kraam zijne weldoenende stralen
uitschieten en het tot slof oftot de nietigheid her
leiden.
Het politiek punt doorM. Kervyn aangeroerd
wordt door M. Puuck aangevat door de vraag
of het gouvernement de leerstelsels \an deo sijl
labus deelt.
M.VI. Thonissen, Dumorlier en andere zeggen
dat zij daar hel minste gemeens niet mede hebben,
waarop M. Funek: gij zijt roomsch kalholijkcn
n als zoodanig moet gij u buigen voor bet on
feilbaar gezag van den paus. Nu de sijllabus ver
oordeelt al onze vrijheden.Indien gij die leerstel
sels niet aanneemt zijt gij ketters.
Maar wij kunnen antwoorden aan de vraag
doorM. Kervyn gesteld. In Holland zijn er ook
kalholijkcn, maar zij vragen de lusscbenkoinst
niet van den priester in de scholen.
De redenaar roept het gezag in van aartspries
ter van Fiiesland, die zegt dat bet onderw ijs
niet dogmatisch moet zijn. Deze denkwijze is
die van geheel de linker zijde. SN ij zijn hei eens
op het princiep, maar verschillen enkt.l op de
toepassing.
M. Botdrager beklaagt zich over de niet uit
voering der wet van 1866: inrichting van vier
normale scholen.cn zou willen zien dat bet gods-
dicnsiig oud' r wij sin de kerk gegeven wierd.
M. Rogier, veronwaardigd over de ongehoor
de taal van M. Kervyn, die zich de weergalm
gemaakt beeft van al de aanvallen, waarin men
de vuige onverdragzaame klerikale drukpers
vindt.
liet is de rechterzijde die de linkerzijde heeft
ondervraagd, maar hel is de oppositie die u zou
kunnen ondervragen of gij de ullramontaansche
leerstelsel aanveerdl wat de burgerlijke en po
litieke vrijheden betreft. Is het Waar dal men
moet gehoorzamen aan de wetten der kerk en
ongehoorzaam zijn aan tic burgerlijke en poli
tieke w etten Maar gij zul' op die vraag niet
antwoorden dan mei achterhouding
M. Thonissen al onderbrekende zegt: w ij heb
ben den eed afgelegd aan de grondwet en zijn
mannen van eer.
En M. Rogier gaat voort: In 1870 gingen libe
ralen en katliolijken band in band, maar sinds
di' ii hebben zekere pauselijke verklaringen tw ij-
fel in onzen geest doen-ontstaan, wat uwe ge
hechtheid aan onze instellingen bel reft. Die twij
fel is vermeerderd naarmate men leerstelsels heeft
zien te voorschijn komen, die met onze grond
wettelijke princiepen in strijd zijn.
De redenaar verklaart dat men zoo dikwijls
gezegd heeft dat de priester den titel van over
heid in de school komt, dal deze geëindigd heeft
met het te gelooven ehwel dat is eenc.dwaling,
de wetgevers hebben dit nooit alzoo begrepen,
het genedoorM. Dclhaye bekrachtigd wordt.De
kwestie des sijllabus wordt besproken door M.
Bergé, opwelk M. Thonissen verklaart dal hij
de grondwet van Belgiciu haar ge'iecl amveer.lt
als burger, als katholijkcnals eerlijk man. Hij
laat zich niet gelegen aan de aanrandingen
waarvan z'j van wege de katholijke drukpers
hel dagelijks voorwep is.
M. Bergé heeft zich breedvoerig uifg breid op de
kantscholen door de rehgieuserf bestuurd, en die
volgens geloofwaardige bewijsstukken, in Oost-
vlaanderen alleen 15000 leerlingen tellen,waaraan
zij 70,000 fr. loon betalen, terwijl zij een miljoen
drij bondert vijftig duizend fr. er voor ontfangen:
dus liet gene 10 centfèmen waarde heeft wordt
slechts een centiem, betaald. En dat noemt men de
volsklas behulpzaam zijn.'T ziet er hein lief uit
Ken vlaming in de Kamer.
M. YanXVanibake, op eenc apostrophe aan den
godsloochenaar M. De Keikhove van Mechelen,
den 19 dezer door M.Bergé toegebracht, schaamde
zich niet uit te roepen wij zijn Vlamingen. Maar
M. Van VYambeko, gij hebt toch al de feiten der
Historie van Ylanderen niet vergeten w at was
en is altijd liet karakter geweest aer Vlamin
gen? waren zij voor eerst en vooral geen1 vrij
heidsrechters verloren zij ooit het geheugen dat
het bloed welkin de aders hunner broeders en
medeburgers vloeide van vlaamschen aard was
loonden zij elk niet naar verdiensten en onder
steunden de eenede anderen niet? Welnu, uwe da-
gelijksebe akten bewijzen ons dat gij niet een
kenteekeu van vlaming draagt. Want gij miskent
uwe plichten als stads; ader, dien M. Kervyn u
gemaakt heeft, daar gij om driften van een meu-
schenhater, een man die slechts door heb- en
heerschzucht gekwollen is, en alles voor zich zei
ven zou Legocren, den loon, den welverdienden
loon van een braven en neerstigen werker weigert
te voldoen, en in deze moeilijke tijden en om
standigheden de weldadigheids borze zoo nauw
sluit dat er diepe ellende, honger en onverdrage-
lijke koude overal in de behoeftige huishoudens
heerscht! wat stapje van daar tot den dood?En een
vlaming zou dit gedoogen, zonder z.jn bert te
raadplegen. Allo dan, zulke vlamingen bestonden
er nooit.
Gisteren avond om 9 ure 45 minuten is er een
hevige brand ontstaan in den hoppenasten het
masazijn van M'.F.Moeyersoen,die ook cle schuren
en stallingen van Jufv. de w« Evlenbosch in asch
heeft gelegd.
Eene mededeeling diesaangaande tot zaterdag.
De brave liê
Wie noemt gij brave ïiê
Brave liê, volgen* ons, zijn menschen die hunne bnr-
ger- en famielieplichten vervullen, die hunnen eve-,
naaste beminnen gelijk hun zei ven, die met eer en deugd
hunne levensbaan doorgaan, die de vrijheid van denk
wijze en geweten beminnen en weten le verdedigen.
Deklerikaten denkeu zoo niet; zij hebben eene ganseh
andere soort van brave liè en waarlijk, als wij de
lijst hunner gunstelingen en uitverkoren nazien, dan
zou men twijfeleu of zij wel hel goede van het kwade
kunnen onderscheiden.
Wie noemen zij brave liè de klerikalen Laat ons
eens zien.
Zijn er menschen laf genoeg om hunne bnrgersplich-
len te verzuimen, en die eene misdadige hand aan eene
vreemde heerschappij leenen, om onze burgerlijke en
vaderlandsche rechten en vrijheden onder het jok der
geestelijke macht te brengen die menschen noemen
zij brave liè.
Hier is een man die de godheid van Christus loochent,
daar een ander die zijnen vriendin 'tgevang doel zetten
omdat deze de waarheid gezegd heeft, omdat deze eenen
wijnpot van li 0,0(.0 franks ondekt had en na de cen-
door de rechtbank gesehanvlekt werd en de andere
meetiogist was geworden, werden zij beide als represen
tant dcor de klerikalen voorgesteld en gekozen... dat
heeten zij brave liè.
Gemeenteraadsheeren weigeren eene plaats om liet
standbeeld van onzen eersten koning Leopold 1 op te
richten; dat was voorzeker de gevoeligste slag welken
men aan hel hart tijn zoons kon toebrengen... en later
verplichten de klerikalen Leopold II het Leopoldsorder
toe te reiken aan verscheidene van hen die de nagedach
tenis van zijnen vader hadden willen vernederen;dat
noemen zij brave liè.
Mannen die tegen eene onzer schoonste insiellingeii
de burgerwacht,die zoo vele diensten bewezen heil, te
werk gaan, en haar zoeken te vernietigen, om in lijden
van beroerten, het volk liever in deslrarteu te zien mil-
trmlleeren... dal noemen zij s brave liè
Zij die, bij hunne uitsluitende denkwijze, verbieden
dat men andere gazetten leze dan de klerikale dag
bladen en dat men anders denke dan de geestelijken
die zich op den preekstoel met. politiek bemoeien... noe
men zij t brave liè.
Schurken, die de benedictie en adeltitels van den
paus bekomen.' ontliet geld uit de zakken te kunnen
aftroggelen, miljoenen in te pahueu en duizenden onzer
medeburgers in de ellende te brengen, daarvan nemen
de klerikalen nog de verdiging... dat zijn brave liè'
Schijnheiligen, die werkmaiis-congregatiën inrichten
waar men met [goedkoop bier, genever en tabak, onze
bi ave werkliê inlokt, oin ze te verkwezeten, te ver
stommen, en later, in onze kiezingen, tegen de denkwij
ze der verlichte bevolking doen op te staan,... worden
genoemd liefdadige personen en brave liè.
Mannen, die bij het bed der stervende als zwarte roof
vogels komen afgevlogen, om op de afgematte verstand-
krachten der ziekenen te werken en testamenten te
dneii teckenen, ten voordeele van luie kloosterlingen
ten nadeele van arme werkzame fatniljiën... noemen
zij heilige brave hè.
Geestelijken, die in Spanje de bevolkingen ophitsen
en zelve, het geweer in de hand aan het hoofd der mui-
tersbendeu, het door het volk gekozene gouvernement
willen omver werpen, die plunderen, branden, moorden
menscheiibloed vergieten in name van eenen God van
vrede en verzoening,om het zoogezegd goddelijk recht
op den troon te brengen in den persoou van Don Car
los, die geestelijken noemen zij... bravejië
Menschen, die alle dagen de verdediging nog durven
nemen, der dwingelandij van Philips II en den hertog
van Alva, die ui onze Nederlanden duizende en duizen-
deburers Rebben doen radbraken, ophangen, verbrar-
de i. doodschieten, menschen die de moedige, held
haftige en vaderlandslievende geuzen der X V lc eeuw
nog turven dagelijks beledigen noemen zij. brave
lié.
Priesters hitsen het onwetend gedeelte onzer be
volkingen tegen de liberalen op, cn roepen van de
hoogte van den preekstoel, haat, wraak en vervloe-