vlamSEST
tna een slag van balsem, eenigzins gelijkende aan
gesmolten gomvan geelachtige kleur.
Deze balsem is zeer aangenaam van smaak,
zooals een vocht hetwelk een weinig zuurachtig en
tevens zoet is, dus zeer verfrisschend zijn geur
gelijkt aan dien van kancel met giroffelnagelen ge
mengeld.
Palma communieort gewoonlijk alle morgenden
inbare bidplaats. Te dien einde ontvangt zij op
onzichtbare wijze «mirakuleuze hostiën die haar
door Christus zeiven worden in den mond geësca-
moteerd.
Maar hoe zijt gij zeker, -vroeg men haar eens,
van de wczentlijke tegenwoordigheid van Jesus
Christus in de mirakuleuze hostiën
Zij antwoordde
Ik ben er zeker van door een gevoel van vrede
en geluk, hetwelk ik dan ondervind door het
geestelijk gezicht dat ik heb van de tegenwoordig
heid Onzes Ileeren Jesus Christus en zijner Heili
gen, en ook door oen hemelschen geur die zich op
het oogenblik der communie voordoet. Somtijds is
mijne vreugde zoo groot, dat er mijn hart van
opspringt, alsof het wilde dansen.
Twee of drijmaal,vervolgde zij, werd mij eene
hostie gebiacht door den duivel, maar ik weigerde
ze.Alhoewel hij de gedaante van eencn Engel had
aangetrokken, erkende ik hem aan het teeken der
verdoemenis welke hij op het hoofd droeg, name
lijk eenen kleinen hoorn. Overigens erkende ik dat
de boozc aarzelde en verlegen was. Ik begon het
Gloria Patri te zingen ik maakte het kruisteeken
en aanstonds zag ik hem vluchten en verdwij
nen.
Men zal bekennen dat men, zondereen verharde
-ongeloovige t3 zijn,er weieenigbezwaarzalinzien,
zoo aanstonds het bestaan van een mirakel aan te
nemen, op zulke onbepaalde, onzichtbare en in
wendige bewijzen als daar zijn het gevoel van
vreugde en geluk en het geestelijk gezicht van
onze heldin.
Een aldus gestaafd mirakakel zal voorzeker
niet zeer veel geioovigen vinden. Wat de wonden
betreft, men zal zich niet zeer verwonderen, dat
Palma er op handen cn voeten draagt, wanneer
men op hl. 11 van het boekje letterlijk het volgen
de leest
Behalve de kruiswonden heeft Palma nog an
dere wonden in de linker zijde, op den rug en ee
nen op den rechten schouder, en daarenboven ver
scheidene lidteekenen van oude wonden, welke
dikwijls door eene klooostcrzuster vermaakt cn
verbonden zijn geworden.
Iloe onvoorzichtig is toch de schrijver geweest,
met die bekentenis af te leggen Want nu zal ie
dereen zich afvragen waarom onder de talrijke
wonden waaraan Palma Matarelli ljidt, juist eeni-
ge wonderdadig zijn en de andere niet Waarom
is hare ziekte natuurlijk op den rug en bovenna
tuurlijk op de handen
In afwachting dat men ons daarop het gewen-
schte antwoord geve, gaan wij voort met de door
blad cring van het boekje.
Op blz. 17 lezen wij het volgende, dat inderdaad
wonderdadig mag heeten
Wat allerwonderlijkst voorkomt is dat Palma
zich dikwijls gelijktijdig op twee verschillige
plaatsen bevindt. Zij doet zeer lange reizen, zonder
.uit hare woning te treden, en zij is zienlijk tegen
woordig bij de dood van vele personen.Zij verhaalt,
alsof zij ze gezien had, gebeurtenissen in China en
andere landen voorgevallen. Zij is natuurlijk on
wetend, maar zij bezit de ingestorte wetenschap
zij legt de schriftuurplaatsen en mysteriën van den
godsdienst uit op zulke wijze dat een der be
kwaamste godsgcleerden zegt Als men Palma
het H. Schrift hoort uitleggen, zou men meenen
.eenen II. Vader te hoor en.
Men zal zich niet verwonderen dat een zoo zon
derling persoon allengs de nieuwsgierigheid van
zekere onbescheidene lieden gaande maakte, die
wenschten het geheim van het mirakel te ken
nen.
Den 8 December 1865 bcvool de burgelijke
overheid van Napels een streng en openbaar
onderzoek over Palma.
Dit streng en (openbaar) onderzoek werd, gelijk
het boekje ons leert, onder eed gedaan door......
(wie zou 't gelooven) door den heer pastoor der
hoofdkerk van Oria, biechtvader van Palma, en
daartoe gelast door den heer Vicaris-generaal van
het bisdom, vervangende den afwezigen bis
schop.
Ziehier nu hoe dit onderzoek plaats greep en op
welke (wonderdadige) wijze het eindigde
Na de Mis gelezen te hebben, ging de pastoor
in der baast naar de woning van Palma het was
8 ure 's morgends. Hij vond haar in eené kleine
kamer in eenen staat van diepe beschouwing.
Een uur en half daarna kwamen de burgelijke
overheden,de meier en zijne municipale raadsleden,
de gelastigden der openbare veiligheid, van Brin-
disi en van Francavilla gekomen, met een piket
der nationale wacht de geneesheeren der plaats,
vreemde geneesheeren en andere personen.
De geneesheeren begonnen de wonden te onder
hoeken, die Palma aan hare handen, voelen en zij
de had zij vonden ze open en men zag er het licht
door. Er was versch bloed aan de boorden der
wonden.
Palma vroeg toen den meier om met haren
biechtvader in het bijzonder te mogen spreken. Al
de aanwezigen gingen op dit oogenblik uit de ka
mer. Zij sprak aan haren biechtvader en veroor
loofde hem al wat God haar geopenbaard hadbe
kend te maken.
Mijn vader, zegde zij hem, het is Gods wil
dat hot heden ^e laatste maal zij dat ik deel hebbe
in den doodstrijd Jesus Christus. Het bloed zal op
mijn lichaam in dezen doodstrijd niet verschijnen
(er is reeds gezegd geworden dat men bloed had ge
zien voor het begin van den doodstrijd.)i Denk
om eenige gratiën te bekomen, doe mij ze vragen,
en God zal u verhooren. zeg aan de geneesheeren5
niets te ondernemen om mijne wonden te doen ver.
d wijnen, want na den doodstrijd zullen ze vanzelfs
toegaan maar zij zullen zich opnieuw openen en
bloed beginnen te geven wanneer ik nabij mijne
stervensuur zal zijn.
ls het nu niet recht (wonderachtig) dat de mira
kelen van Palmajuist eon einde nemen op den dag
en het oogenblik dat de burgelijke overheid, met
eenige agenten van policie, aan hare deur zijn om
het mirakel opofficieële wijzovast te stellen
De gewoone reden van bestaan van een mirake
is de bekeering der ongeloovigcn. Het mirakel van
Palma Matarelli is zoodanig wonderdadig dat het
van alle gewoone regels afwijkt.
Het spijt ons dat plaatsgebrek ons belet nog ar.
dcre bladzijden over te drukken, die niet minder
jezenswaard zijn. Er zouden ook vele eonclusiën uit
te trekken zijn, hetgeen de lezer zelf wel zal doen.
Veroorloven wij ons alleenlijk, als conclusie,
eene enkele vraag aan de zoogezegde (onzijdige fla
minganten.)
Het boekje waarvan wij hier eene vluchtige schets
hebben gegeven, is in het vlaamsch en zelfs in ta
melijk,zuiver ncderlandsch geschreven.Boekjes van
dien aard, allen om 't even in betrekkelijk goed
ncderlandsch geschreven, krielen eigenlijken wor
den jaarlijks met duizendtallen verspreid. Zij zijn
met cathechismus, kerkboeken en vrijdagmerkt-
liedjes, de gewone, do uitsluilelijke lectuur der be
volking van deu buiten.
Zijn de onzijdige flaminganten daarmede verge
noegd? Is hunne onzijdigheid voldaan, wanneer de
vlaamsche boeren (in 't vlaamsch) verkwezelt en
«verbeest» worden, en laat die toestand hun niets
te wenschen over
Zijn zij voldaan, dan is hunne onzijdigheid een
verraad jegens ons volk;zijn zij het niet, danis hun
ne onzijdigheid eene ongerijmdheid.
Zooeven vernemen wij uil den mond van een
lid des stedelijkcn raads dat deze geweigerd
heeft zich met de ontvangst te gelasten,bij hunne
terugkomst van Brussel alwaar zij hunnen prijs
gaan afhalen, der leden van het Tooneel en let
terkundig genootschap onder kenspreuk «Voor
Taal en Vrijheid
Men zou vruchteloos eene plaatselijkheid op
zoeken om een dusdanig voorbeeld te vinden
van miskenning der beschavingswapenen door
eenen sledelijken raad geslicht.
Wat! terwijl een groot gedeelte des lands al
les in rep en roer stelt om aan de vlaam
sche taal hare rechten te doen toekennen Wat!
de man die in de Volkskamer de rechten der
vlaamsche bevolkingen zoo zeer scheen ter har
te te nemen en die als verslaggever der midden-
sektie optrok Wat! die man en de vlaamsche
raad aan wiens hoofd die man zich bevindt, als
burgemeester en voorzitter, toonen zich onver
schillig, in eenen zoo schitterenden zegepraal
op het gebied der vlaamsche taal
Weten zij dan niet dal die onverschilligheid
eene inconsekiventie daarslelt cn begrijpen zij dan
niet dot die inconsekvcentie eene huichelarij bloot
legt, welke heel de overtuiging der Antwerpsche
flaminganten als eene klerikale comedic dóór
en dóór doet schijnen In deze omstandigheid
hadden w ij van M. Van Wambeke meer politiek
verwacht Zoudel gij dan toch heel cn gansch
voor het ordewoord van Paler-reclor uit de
Pontstraat moeten buigen cn gehoorzamen, cn
zijnen wil altijd uitvoeren?
Wal er ook van zij,men vraagt zich met reden
af, wie de ontvangst onzer kundige overw in
naars op het vlaamsche schouwburg van Brus
sel zal doen Zou die zoete plicht aan de
fransche zuster van «Voor Taal cn Vrijheid»
aan de Sociélé Littéraire et arlislique d'Alost
niet toekomen en zoo men ons verzekert, zal
zij hem niet laten ontsnappen dees besluit
moet door iedereen met liefde toegejuicht wor
den; want, na de gemeenteraad komt inderdaad
rechlshalvedie eer toe aan de Sociélé Littéraire,
hel vlaamsch en het fransch zijn immers eikan
deren zoo zeer niet vijandig, als hel geene kle
rikale meetingen geldt, en als men de menschen
met geene vreemde waardijen wil bevredigen!?!
AH ZIJ ZIJN DE MARTELERS
DE VERDRUKTEN.
Als men de klerikale gazetten leest zou men
denken dat de geheele wereld door de godsdienst
vervolgd wordt; er zou geen land bestaan waai
de wetten niet min of meer, tegen de bisschop
pen. de priesters en de kerk gericht zijn.
Is dal waar Neen maar in sommige landen
is de burgerlijke overheid gedwongen geweest
maatregelen te nemen voor hare onafhankelijk
heid en vrjiheid, tegen de plannen van alover-
weldiging der klerikale partij.
Indien wij de wetgeving der verschillige lan
den in overzicht moesten nemen; indien wij de
daden, de weerstand, de houding der klerikalen
Cr tegen deden kennen; zou men verbaasd
staan dat er zooveel lawijt gemaakt wordt en
men zoo trouwloos de openbare denkw ijze w il
bedriegen.
Dat ware te lang voor ons blad. Maar wij wil
len toch de waarheid van hetgeen wij zeggen
tastbaar maken voor iedereen.Wij zullen Belgie
tot voorbeeld nemen; wat hier' gebeurt cn ge
beurt is, kan ecnigzins doen oordcelen over de
waarheidsliefde der klerikale gazelten, die hun
ne rol van bedriegers en leugenaars meesterlijk
vervullen zoo voor ons land als voor den vreem
de.
Niet waar, wij hebben in Belgie ook zooge
zegde (jodstlienslige en tirannieke wettenwaar
legen onze tegenstrevers jaren en jaren gedon
derd cn gebliksemd hebben Wie herinnert zich
niet al hel lawijt welke gemaakt is geweest le
gen de wel op de studiebeurzendie in de kleri
kale gazetten heette de dievenwel: tegen de reet
op de key kfabrieken, welke uitgemaakt werd
als eene dwingelandswet strekkende om de icas-
kéersen le doen wegen door de burgemeesters
111 1 Wllh'fiJlllil'W'