eene schadelooslelling voor !e dragen aan de ministers van den kalholijken eeredienst toege staan, voor de goederen die aan de Roomsche kerk door de onweutcling ontnomen werden. Eenige dagen geleden riep de Courrier de Brux- elles dit argument in om den maatregel te ver- reclilveerdigen waarbij men de jaarwedde van M. Deschainps zou veriioogcn om rede zijner verheffing lot de weerdiglieid van kardinaal. Ware de kerk r og in bezit der goederen die haar eertijds toebehoorden, men zou dus moeten ge loven, volgens de katholieke bladen,dat M. Des- champ en al de andere der kalholijke kerk in die eigendommen eene aanzienlijke fortuin zou den gevonden hebben voor hun persoonlijk ge bruik. Het. is maar in dien zin dal men voor die prelaten op eene schadelooslelliug zou kun nen aanspraak maken. Indien de uitgestrekte rijkdommen aan de kerk gebleven wa^en, wij wederleggen het niet, M. Deschamps en de prelaten zouden zich he den in de weeldrige gesteldheid bevinden waarop de kalholijken w ijzen, en die zij zoo bitter be treuren voor bun zeiven; zij hebben reden om dien vroegeren weeldrigcn stand te betreuren, want bezaten de bisschoppen nog die groole rijk dommen, de dagbladen die zij slichten zouden iu eenen meer bloeienden toestand verkeeren; het is dus niet in 't belang der kerk maar uit ei gen baatzucht dat de kalholi.ke dagbladschrij vers liet zoogezegde recht der geestelijkheid ver dedigen. Doch w ij verslaan de zaak anders en houden staan dat de inkomsten der kerk welke de prelaten zieii toeeigenden, om in hunne le- veuswijzp, hunne pracht en weelde met de we. reldtijksehe souvereinen te wedijveren een schreeuwend misbruik daarstelde. Volgens de leer van christus welke de kerkvaders onderwezen,in de kerkvergaderingen als kerkwet doorgegaan,werden de eigendommen der geeste lijkheid hel erfgoed der armen. De kerk was er de eigenaarster niet van, maar had die rijkdom men onder haar toezicht oiw ze uit te deelen aan de noodlijdenden. De hoedanigheid van pries ter, bisschop of kardinaal gaf geen recht op een ■deel, weJkdaoig ook,van de erfgoederen;hel gees telijk ministerie moet kosteloos uitgeoelend worden, leerden de kerkvaders, en geen geeste lijke mag er iels van genieten iu ge.val hij in de armoede niet verkeert. De H- Hijeronimus leert dat de mindere- geeste lijkheid maar van de kerkgoederen mag genieten, wanneer zij ann is.dal zij er maar mag van ne men genoeg orn zich vau de naaktheid eji van den honger te beviijden. Die vaderleer werd kerkwet door de kerkvergadering van Antiocïuis, die afkondigde dat de bisschop de uitdeeler <der kerkinkonislen zou wezen om er de armen inec'e ter hulp te komen, en om aan zijne eigene nood wendigheden te voldoen,indien hij in nood was. De kerkwet werd staatswet onder Justinius. Hij zegt dat de geestelijken zich nietsmogen toe eigenen van hetgeen aan de kerk gegeven is en zij maar tot de w eerdiglieid hunner bediening ver beven worden in dc hoop dat zij hun eigen erf goed zullen opofferen om hunne noodlijdende broeders bij te staan. BERICHT AAN M. DESCHAMPS. De bisschop die de kerkgoederen voor zijn eigen belang gebruikte, bedreef in de oogen der kerkvaders een grof schelmstuk en meer nog dan een schelmstuk, bij beging eene heilig schen ding. VADER JULIUS POMÈRE ZEGT NOG Men ziet hoe verre onze ullrnmontanen van de ware Christusleer afwijken, wanneer zij voor de priesters en de preiaieu en laatst voor Al. Deschamps, vette jaarw edden vragen in ver goeding van belgeen aan de kerk ontnomen werd, omdat deze er een slecht gebruik van maakte. Volgens die verhevene Christusleer,mogen de priesters, de bisschoppen enz, niets bezitten.De kerkgoederen behooren den armen toe. Men moet bet bekennen met rijkdoaimen voor hunne prelaten te eischen. volgen zij de voorschriften der kerk niet, maar zij volgen de leer die zij zelf altijd in pratijk stelde. Dc misbruiken door Jen H. Hijeronimus aange haald werden scbrceuwender naar mate de rijk dommen der kerk vergrootten. Die klachten en die vermaningen maakten gee- nen indruk op de gemoederen der geestelijkheid, want in de 14° eeuw schreef Cléniangés Zoo verre waren de zaken gekomen, als de kerkvergadering van Latrun zich verplicht zag maatregelen te nemen, om een einde te stellen aan de overdreven pracht der prelaten,en zij stelde vast dat de aartsbisschoppen voorlaan in hunne bezoeken ten hoogste maar 40 a 50 peerden zou den hebben, de kardinalen 33, de bisschoppen 20 a 50, de archidiakers 7, de dekens en hunne onderlioorigen 't Is misschien lot dien voor hen gezegenden lijd dat onze prelaten zouden willen terug kee- ren, 't is misschien op die voorrechten dat zij willen aanspraak maken 't is misschien die voorbeeldige levenswijze die zij betreuren wanneer zij gestadig klagen over de miskenning hunner rechten,over de onrechtvaardigheid der w etten die paal en perk stelden aan hunne alom overheersching KATHOLIJK ONDERWIJS. Het is alle dagen wat nieuws met dat onderwijs en zelden wat goeds. Onze lezers weten hoe dikwijls wij al gedwon gen geweest zijn, tegen do misbruiken en inge wortelde kwalen op te treden. Men zou een heel boek maken met de gruwelen van allen aard die, in alle katholiekelanden, soortgelijke scholen bevlekt hebben. Wij denken het zelfs onnoodig er op aan te dringen. Nu hebben wij vandaag weeral iets dat wel zoo erg niet is als de gewone schelmstukken, maar dat toch eens te meer aantoont welke geest het onder wijs der broêrkens bezielt. Men schrijft uit Argenteau (Frankrijk) dat al daar eene daad van brutaal geweld gepleegd werd door eenen broeder der Christolij ke leering op den persoon van den jongen leerling Davis, aan zijne zorgen toevertrouwd. In een oogenblik van woede heeft deze broeder, heel woest van aard. een been van het arme kind mei eenen voetstamp gebroken. Om de rechtvaardige verontwaai diging der ouders tot be laren te brengen, heert rader overstehun, zegt men, geld, beddegoed en linnen aangeboden. Iedereen begrijpt genoeg wat opspraak deze zaak doet ontstaan. Dit herinnert ons zekere broerkens van Belgie, die hunne leerlingen met bretellen onder de armen aan haken ophingen. En zeggen dat er nog ouders zijn, die... Enfin, Ons Heere moet zijn getal hebben. HEILIGE DUITEN. In vergelding der milloentjes welke het godzali ge Belgie elk jaar regelmatig naar Romen op stuurt heeft de paus «ewaardigd ons met de benoe ming van oenen kardinaal te vereeren en te beloo- nen. Wij zouden zeker door het bespreken dezer benoeming de vreugdo niet willen stooven welke do blijde mare aan de opstellers van den Bien Pu- Mie doet smak jn was het niet dat men te dezer ge legenheid nogmaals zoo als in 't voorgaand», een krediet aan de Kamers zal vragen ten einde de kosten der benoeming van den nieuwen kardi naal te betalen. M. Sterkx genoot jaarlijks van wege bet staats bestuur eene jaarwedde van dertig duizend franks-. negen duizend franks meer dan een minister Daarbij werd er hem vijf en veertigduizend franks toegestaan voor installatie-kosten, dit is onder andere, voor reis en verblijfkosten en voor 't geven van geschenien(t)cn almoesere. Nota bene die geschenken worden te Rome uit— gedeeld even als de almoesen de armen van ons lind krijgen niet eenen rooden duit. En waarom zijn wij gehouden al die onkosten te betalen Men heeft ons gezegd tijdens de bespreking van het krediet aan wijlen M, Sterkx verleend om dat wij et belang bij hebben een vertegenwoordi gen te Rome bij het Sacre Collége te bezitten. Dit was de reden, de groote reden welke M. De Theux, alstoen minister, liet gelden. Welk dit be lang mag zijn gaat ons verstand te boveu wij liebbon gezocht zonder te vinden Wij bezitten reeds te Rome meer dan wij noodig hebben wi j hebben eenen gezant bij den Paus. dit is, bij eenen vorst zonder land of volk waartoe heelt Belgie nog eenen vertegenwoordiger in het Sacré-Col- lége s van doen Een kardinaal is een bediend» benoemd door ee ne vreemde overheid en gansch enuitsluitelijk ter beschikking dier overheid. In welk land wordt een vreemde bediende met het geld van den Staat onderhouden en betaald Als Rome gebiedt is hij gehouden te gehoorzamen en lijdzaam te gehoor zamen voor hem staat boven do koning de Pans, en boven de wet de encyclieken en syllabussen. En wie weet niet dat bij onze instellingen en vrijhe den, reeds zoo dikwijls te Rome verwezen en ge doemd, als t ongelukken en plagen moet aanzien, ze gevolgenlijk moet bestrijden en be vechten. Zulks is zijne plicht als rechtgeloovige en als kardinaal, en alles geeft ons de verzekering dat hij aan zijnen plicht niet te kort zal blijven. Én 't is voor zulken man dat men het gelag te Ro me gaat betalen en dat men jaarlijks eene gift van dertig duizend franks zal stemmen Ziedaar wat wij niet aarzelen eene nuttelooze verkwisting te noemen. Er bestaat niet eene ge zonde of gegronde rede om het stemmen van zulk krediet te wettigen. DE VOLKSKAMER, Na weeral een vancanciekeii van eenige weken, heeft haar taak van afbreking van al wal goed en voordeelig is beginnen voorttezetten, met het wetsontwerp over de afschaffing der koophan delskamer. M. Woeste, die bet geboerle van Aalst en omstreken vertegenwoordigt, is met een verslag voor de pinne gekomen waaruit afgeleid moet worden dat liet slechts uit polilieken baal. en bijzonderlijk om dat de koophandel kamer van Antwerpen de vrijmaking der schelde met bui tengewone leesten gevierd heeft, in welke den naam van den liberalen minister M. GH. Rogier naar verdiensten verlieineld werd. En na eene dusdanige bekentenis komt de mi nister M. d'Aspremont-Lynden zijn spijt uit. drukken, om dat de Kamer er politieke inzich ten in ontdekt. Ohj de huichelarij is dan bet ee- nigstc wapen waarvan de klerikalen, van den laagsten tot den verbevensten, zich moeten be dienen, om hunne gewrochten te doen doordrij- De kerk, zegt Julius Pomère,beloont Jiare ministers maarzij wil ze niet behandelen als loonbedienden,lij be paalt zich met in hunne noodwendigheden te voorzien om ze te beletten onder het werk, waarvoor God al leen de looner is te bezwijken. c Want de bisschop en al de andere geestelijkheid moeten, volgens de voorschriften van den apostel, zich bevredigen met het voedsel en de kleeding die de na tuur niet kan onlbeeren lletgten eens aan God opgeofferd werd, wordt zijn eigendom, dit met andere handen aanraken dan met de gene der liefdadigheid, der mildheid, der gematig- heid en der spaarzaamheid is eene hetligsehending. De offranden aan God gedaan worden nadien zoo ge heiligd als de gewijde vaten dei outaars, en het is niet min een schelmstuk van ie tot wereldsche pracht, om niet te zeggen tot de gierigheid of den hoogmoed te gebruiken De bisschoppen, zegt hij, spreken gelijk de aposte len, eu leven gelijk dn prinsen van de eeuw; zij predi ken de armoede en liet kruis *an Jesu» Christus aan, en tij verluchten naar de ijdelheid en liefde der we reldsche vermaken De rustplaatsen der prelaten, zegt den H Domini- cus, zijn rijker en prachtiger versierd dan de autnars der tempels; de plaatsen waar het aanbiddelijk kruis van Jesus-Christus berust,zijrt min prachtig dan degene waar die praalzuchtige ministers hunnen slaap nemen. De bisichoppen, welke hunne zuinigheid alleen kan aanbevelen, zoeken eene valsche en verrachtelijke glo rie, in do pracht hunner tafel, in de rijke stoffen en pelsmantels welke maar gezocht zijn om hunne zeld zaamheid en den hoogeu prijs die zij er aanbesteden. De bisschoppen zetten nauwelijks den voet in de kerk; zij brengen den dag op de jacht, de feesten en spelen door. De kanonikken denken slechts aan hunnen buik en zoeken het geluk van het leven in de wulpscb- heid gelijk de zwijnen van Epicurus. Wat zeggen van depriesters? Al degenen die het werk in afschrik heb ben, nemen de soutane en slijten hun leven in de on matigheid en de wulpschhcid.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Den Yker | 1875 | | pagina 2